• No results found

Monumentenbeleid Gemeente Albrandswaard

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Monumentenbeleid Gemeente Albrandswaard"

Copied!
28
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Monumentenbeleid Gemeente Albrandswaard

‘over beschermen van Monumenten en het uitdragen van beleid’

(2)

2 Inhoudsopgave

1. Inleiding 3

2. Wat hebben we nu? 5

3. Wat zijn de knelpunten? 6

Behouden van monumenten 6

Beschermen van monumenten 6

Uitdragen van het beleid 7

Herontwikkelen/herbestemmen 8

Beeldbepalende panden 8

3.1 En wat speelt ook nog mee? 9

4. Wat willen we? 10

5. Wat gaan we doen? 11

Behouden van monumenten 12

Beschermen van monumenten 14

Uitdragen van het beleid 15

Herontwikkelen/herbestemmen 17

Beeldbepalende panden 17

6. Conclusies en aanbevelingen 18

7. Financiële paragraaf 20

Bijlage 1 Historie van het gemeentelijk monumentenbeleid 22

Bijlage 2 Begrippenlijst 24

Bijlage 3 Procedure aanvraag monumentenvergunning 25

Bijlage 4 Monumenten in relatie tot de woningwet 26

Bijlage 5 Prijslijst 2010 Monumentenwacht Zuid-Holland 27 Bijlage 6 Gemeentelijke Monumentencommissie (DSL) 28

(3)

3 1. Inleiding

Albrandswaard: stadse voorzieningen om de hoek, groen in de buurt en de herkenbare sfeer van de kleinschaligheid van het dorp. Die dorpse sfeer is te danken aan de inwoners van onze gemeente, maar ook aan de vele markante en bijzondere objecten. Die maken de kernen Rhoon en Poortugaal zo herkenbaar. Rhoon en Poortugaal kennen een rijke geschiedenis en tal van panden en objecten met grote cultuurhistorische waarde en schoonheid.

De geschiedenis van Rhoon en Poortugaal gaat ver terug.

Rhoon ontstaat in 1199 als Biggo van Duyveland ‘en sijne neven’ in dat jaar van de graaf van Holland Dirk VII het recht koopt een opkomende plaat onder Peydrecht te bedijken.

Tevens krijgen zij het recht een kasteel of een versterking te bouwen. Dit kasteel wordt met de Sint Elisabethsvloed van 19 november 1421 verwoest. Daarna wordt het tegenwoordige kasteel (van Rhoon) gebouwd. In 1598 wordt het geheel gemoderniseerd en krijgt het zijn huidige karakter.

Na deze vloed is ook de kerk en ‘Het Huis te Pendrecht (1660)’, het huidige Wapen van Rhoon, gebouwd. Deze gebouwen markeerden toen het centrum van Rhoon.

Vervolgens wordt polder na polder ingedijkt. Door de vele dijken kan Rhoon worden gezien als dijkdorp.

Rhoon ontwikkelt zich eeuwenlang op een rustige, geleidelijke wijze. De landbouw, tuinbouw en veeteelt vormen de voornaamste bestaansbronnen van de bevolking. Later gaan de inwoners van Rhoon ook in de haven en in de petrochemische industrie werken.

Na de Tweede Wereldoorlog maken zowel Rhoon als Poortugaal een enorme groei door. En die groei zet voorlopig, bijvoorbeeld met de ontwikkeling van de wijken Portland en Essendael, nog even door.

Het land van Poortugaal wordt al vanaf de 4e eeuw voor Christus bewoond.

Deze bewoning verdwijnt door getijdenwerking (stijging van de zeespiegel).

Pas rond de 2e eeuw na Chr. is er weer sprake van bewoningssporen. Vastgesteld is dat in die periode mensen komen wonen aan de kreek ‘de Breede Vliet’ ter hoogte van de huidige Kerkstraat.

Rond 1170 wordt het gebied bedijkt met o.a. de huidige Welhoeksedijk. Zo wordt de achterliggende polder beschermd tegen het water. Het dorp bestaat eerst vooral uit boerderijen gelegen op de oeverwal van de ‘Breede Vliet’.

Het dorp valt in die periode niet onder het gezag van de familie Van Duyveland, maar behoort tot het gebied van de heren van Putten uit Geervliet, die bij hun woontoren (Motte) een hofkerk (de huidige NH kerk aan de Groene Kruisweg) bouwen. In 1304-1311 bouwt Nicolaas III van Putten en Strijen op de hoek van het eiland waar Maas en Merwede samen komen het Slot Valckesteyn. Het slot speelt tot 1590 een belangrijke militaire rol. In 1824 wordt het kasteel door de erfgenamen van schout Pieter Johan Tijken verkocht en vervolgens gesloopt. De restanten ervan liggen thans ingekapseld aan de rand van het huidige Bos Valckesteyn.

Deze korte terugblik geeft slechts een deel van de rijke geschiedenis van onze gemeente weer.

Een geschiedenis die het waard is om te worden doorgegeven aan toekomstige generaties.

Dat geldt ook voor het behoud van de vele markante panden en objecten in de kernen van Rhoon en Poortugaal. Ze zijn onze bescherming waard. En bescherming vraagt om beleid……….

(4)

4 In de volgende hoofdstukken van deze notitie volgt dat beleid. Maar niet alleen dat: ons bestuur geeft ook aan op welke manier hieraan invulling wordt gegeven.

Het monumentenbeleid nieuwe stijl van de gemeente Albrandswaard is opgebouwd uit een aantal wettelijke voorschriften, uitgangspunten en basisvoorwaarden.

Daarbovenop wordt een aantal ondersteunende maatregelen voorgesteld om het monumentenbeleid optimaal uit te dragen.

Dit is noodzaak……….. omdat de monumenten in Poortugaal en Rhoon ertoe doen.

(5)

5 2. Wat hebben we nu?

Binnen de gemeentegrenzen van Albrandswaard hebben we 174 gemeentelijke monumenten.

Sinds 2001 worden panden/objecten beschermd volgens het zogenaamd ‘Stimulerend monumentenbeleid met beperkte bescherming’.

Enerzijds betekent ‘stimulerend monumentenbeleid’ dat:

eigenaren van gemeentelijke monumentale panden/objecten hun bezit niet mogen slopen;

Een bouwaanvraag voor het pand/object hoeft slechts te voldoen aan het bouwbesluit en

Het aanvragen van een monumentenvergunning is niet verplicht.

Anderzijds betekent het dat:

eigenaren wordt gevraagd/ gestimuleerd hun bezit vrijwillig voor te dragen voor ‘volledige bescherming’;

Bij vrijwillige voordracht de bouwaanvraag moet voldoet aan het bouwbesluit en de strenge eisen van een monumentencommissie;

Het aanvragen van een monumentenvergunning is dan verplicht.

Deze vrijwillige aanmelding voor volledige bescherming geeft recht op gratis advies en ambtelijke bijstand tijdens de behandeling van de bouwaanvraag.

Ook kan de eigenaar bij de renovatie of verbouwing van zijn/haar monumentale pand een lening met lage rente afsluiten via de gemeente. Maximale leensom voor een dergelijke lening is

€ 13.000,-. Dit bedrag mag alleen worden gebruikt voor onderhoud aan het monument.

Op de gemeentelijke monumentenlijst staan de 174 panden/objecten die niet mogen worden gesloopt.

Met sloopaanvragen wordt zeer zorgvuldig omgegaan. Sloop vindt pas plaats als het algemeen belang daarom vraagt en als de gemeenteraad daarover is geconsulteerd.

Albrandswaard heeft ook nog 24 Rijksmonumenten. Rijksmonumenten kennen een volledige

bescherming. Dat betekent dat eigenaren, afhankelijk van hun verbouwplannen, minimaal een bouw-, sloop- en monumentenvergunning nodig hebben als zij aan de slag willen met hun pand.

Ten aanzien van ‘het stimulerende monumentenbeleid’ zoals hiervoor beschreven en waarbij het aanvragen van een monumentenvergunning niet nodig is, dient nog te worden vermeld dat de Woningwet (art. 43, lid 2) sinds 2003 eist dat voor bouwaanvragen van gemeentelijke monumenten minimaal een lichte bouwvergunning en een monumentenvergunning moet worden aangevraagd.

In Albrandswaard doen we dat niet. In de plaats daarvan wordt een verscherpt welstandstoezicht toegepast. Hierbij wordt gekeken of het verbouwings- of renovatieplan past bij het pand/object en in de omgeving.

Deze vorm van bescherming wordt tot op heden voldoende geacht om te kunnen garanderen dat er recht wordt gedaan aan monumentale- én cultuurhistorische waarde van het pand/object.

Echter……… de huidige woningwet schrijft iets anders voor.

(6)

6 3. Wat zijn de knelpunten in het huidige beleid?

In het verleden (vanaf 2002) is vanwege bezuinigingen geen prioriteit gegeven aan een concrete invulling van het monumentenbeleid. Er kon geen extra geld beschikbaar worden gesteld voor de uitvoering ervan. In het huidige college werkprogramma (CWP) zijn nu wél afspraken gemaakt over de investeringen in het monumentenbeleid.

Wel moet inzichtelijk worden wat er gaat gebeuren als dat geld beschikbaar komt: op welke manier wordt er dan in uitvoering van het beleid geïnvesteerd? Gaat de gemeente dan meer beschermen?

Komen er meer panden/objecten op de gemeentelijke monumentenlijst? Worden eigenaren gestimuleerd of verplicht hun pand te verzorgen zodat de monumentale waarde intact blijft?

Vragen over de doelstellingen van het beleid dus. Maar ook vragen over de werkbaarheid van het beleid. We sommen de knelpunten in het stimulerende beleid op, verdeeld in vijf thema’s.

Behouden van monumenten

Het monumentenbeleid met beperkte bescherming wil sloop tegengaan.

Regel: een sloopvergunning wordt pas toegekend als het van maatschappelijk belang is om een pand/object te slopen. De raad wordt bij een sloopaanvraag geconsulteerd. Vanaf 2000 zijn er vier sloopvergunningen aangevraagd door eigenaren. Twee van de aanvragen zijn afgewezen. Eén pand is na een ingrijpende verandering haar authenticiteit verloren.

Het dilemma: er bestaat geen duidelijk beleid over sloop. Dit is mede het gevolg van het feit dat het destijds door de gemeenteraad ingediende amendement over slopen (bijlage) en het maatschappelijk belang ervan niet in de monumentenverordening opgenomen.

Wanneer spreken we van sloop, en wanneer van een vergaande wijziging aan het gebouw? Is dat als de helft van een gebouw wordt afgebroken of als er 1 buitenmuur blijft staan?

Duidelijk is in ieder geval dat de huidige definitie van sloop niet helder is vastgelegd.

Beschermen van monumenten

Met het huidige beleid willen we sloop weliswaar tegengaan, maar een vergaande verbouwing gaan we niet altijd tegen.

De bouwaanvragen van de eigenaren werden tot 2003 (voor herziening van de Woningwet) namelijk alleen maar getoetst aan het bouwbesluit en de normen van welstand, en niet aan de toets van de monumentencommissie.

Na 2003 is de woningwet gewijzigd (art 43, lid 2). Deze maakt het verplicht om naast een lichte bouwvergunning ook een monumentenvergunning aan te vragen.

Dilemma: om de eigenaar de aanvraag van een monumentenvergunning te besparen, wordt alleen verscherpt welstandstoezicht toegepast. In de praktijk wordt er dus geen monumentenvergunning gevraagd, waardoor het behoud van de cultuurhistorische- en monumentale waarde van een pand/object wettelijk niet wordt afgedwongen.

Alhoewel in de praktijk niet is gebleken dat onder het regiem van een verscherpte welstandtoets de monumentale- en culturele waarden van een monument geweld aan is gedaan stelt de wet de aanvraag van een monumentenvergunning thans verplicht.

(7)

7 Uitdragen van het beleid

Het ‘stimulerende monumentenbeleid’ is niet voldoende bekend geworden bij de eigenaren. Dit heeft te maken met het ontbreken van financiële middelen om het beleid uit te dragen.

Gevolgen:

geen enkele eigenaar heeft op basis van vrijwilligheid zijn pand aangemeld voor volledige bescherming;

Zo is er ook weinig gebruikgemaakt van gratis advies en bijstand bij het indienen een bouwaanvraag, dat was onvoldoende bekend;

Eigenaren konden bij een verbouwing ook een ‘laagrentende lening’ aanvragen via de gemeente.

De aanvraag van zo’n lening bleek voor veel eigenaren niet interessant. Het bleef een lening en geen subsidie. Bovendien was deze mogelijkheid onvoldoende bekend. Daarom zijn er geen leningen aangevraagd voor verbouwingen en/of renovaties.

De vraag is of deze inzet van middelen en ondersteuning zorgen voor genoeg draagvlak voor het beleid. Want de gemeente is zich ervan bewust dat er voor eigenaren sinds de jaren ‘90 veel is veranderd. Eigenaren kregen te maken met scherpere regelgeving ten aanzien van hun eigendom.

Sommigen voelden zich in hun eigendomsrecht aangetast en willen daar wel wat voor terugzien. In middelen, erkenning en in ondersteuning.

(8)

8 Herontwikkelen/herbestemmen

De gemeente ontving de afgelopen jaren bouwaanvragen voor het herontwikkelen of het

herbestemmen van monumentale panden. Het betrof panden in zeer slechte staat waarvoor veel geld nodig was om het in de oorspronkelijke staat terug te brengen. Een manier om het pand toch te behouden, is om het een nieuwe functie te geven. De vraag is echter onder welke voorwaarden dit mag en kan. De monumentencommissie van Dorp Stad en Land adviseert het college van b&w over herontwikkeling.

In de praktijk verlopen deze procedures moeizaam. Dat komt vooral door strijdigheid van belangen.

De gemeente wil het monument in zijn oorspronkelijke vorm behouden terwijl de eigenaar zich een herontwikkeling of verbouwing wenst die voldoet aan de wooneisen van deze tijd of de verkoop van het pand mogelijk maakt tegen een hogere marktwaarde.

Dilemma: een helder proces voor ingrijpende verbouwing of herontwikkeling ontbreekt. Het leveren van ‘maatwerk’ aan de (nieuwe) eigenaar verzandt in wettelijke voorschriften en eisen.

Beeldbepalende panden

Niet alleen de monumenten zijn de moeite waard te beschermen en te behouden. Binnen Poortugaal en Rhoon staan vele beeldbepalende panden en objecten die niet op de monumentenlijst staan. Deze panden/objecten werden destijds niet monumentwaardig (genoeg) geacht.

Ook deze panden/objecten zijn bijzonder, bijvoorbeeld door de ligging in de buurt van andere

monumenten, belevingswaarde en/of de cultuurhistorische waarde. De vraag is op welke manier deze panden moeten worden beschermd.

(9)

9 3.1 En wat speelt ook nog mee?

Er speelt nog een drietal andere ontwikkelingen.

Vanaf 1 januari 2009 zijn alle gemeenten in Nederland verplicht om een

monumentenverordening te hebben. Albrandswaard is dus verplicht de actuele regelgeving toe te passen op de huidige monumentenverordening.

Bij bouwaanvragen van Rijksmonumenten brengt de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) vanaf 1 januari 2009 niet meer in alle gevallen aan de gemeente advies uit over

vergunningaanvragen. De RCE adviseert alleen bij aanvragen die het voortbestaan van het gebouwde Rijksmonument raken. Dat is het geval bij bijvoorbeeld afbraak, reconstructie of nieuwe bestemming/functie. De gemeente en de gemeentelijke monumentencommissie (DSL) hebben daardoor meer verantwoordelijkheid om over aanvragen voor een monumentenvergunning te beslissen. Bij aanvragen waarover niet langer advies aan de RCE hoeft te worden gevraagd, kan de gemeente volstaan met een melding via een speciaal meldingsformulier. Deze beleidswijziging zorgt voor een uitbreiding van de gemeentelijke bevoegdheden, voor meer verantwoordelijkheden en voor meer werk, en maakt het ook noodzakelijk nauwe banden te hebben met de

gemeentelijke monumentencommissie (DSL) om (ver)bouwplannen tijdig te beoordelen en te vergunnen.

Als laatste en al eerder opgemerkt in deze notitie verplicht de nieuwe Woningwet (sinds 2003) eigenaren van monumenten naast de bouwaanvraag ook een monumentenvergunning aan te vragen bij verbouwingen. Vanaf 1 oktober 2010 gelden in dat kader de bepalingen zoals vastgelegd in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

(10)

10 4. Wat willen we?

We willen het monumentenbeleid meer en (financieel) betere impulsen geven. Dit blijkt ook uit het verslag van de politieke markt van 14 april 2008 en de gehouden ‘buitenmarkt’ van 1 september 2008.

Om te komen tot een hernieuwd en actueel beleid is een herbezinning op de kernwaarden en uitgangspunten van bestaand beleid noodzakelijk. Deze uitgangspunten vormen de basiselementen van het hernieuwde monumentenbeleid. Dit zijn de volgende:

Dorpen tussen groen en stad, met authentieke dorpskernen. Dat imago en die uitstraling willen we behouden. Daarom zullen we er met zijn allen van doordrongen moeten zijn dat we onze

monumentale panden/objecten moeten beschermen. Deze grondgedachte moeten we ook uitdragen met brede aandacht voor de monumenten.

Met het oog op rechtsgelijkheid voor alle monumenteigenaren staan we een consistent beleid voor. Op grond hiervan willen we de lijst met monumenten niet verkleinen door de monumentale status van de reeds aangewezen panden/objecten in te trekken. Daarom zijn we ook geen voorstander van de verhoging van de ondergrens van de waarderingsgrondslag. Deze ligt nu op 10 punten. Onder deze grens komt een pand/object niet voor op de monumentenlijst. De score wordt opgebouwd aan de hand van een aantal factoren: de cultuurhistorische waarde, de architectonische en belevingswaarde, de situering en de mate waarin het gebouw herstelbaar is.

Een derde uitgangspunt is dat zogenaamde verminkingen én sloop van monumenten moeten worden tegengegaan. Bij gemeentelijke monumenten gaan we voor volledige bescherming van de buitenzijde van het pand. Dat betekent dat we teruggaan naar een meer dwingend

vergunningregiem. Dat komt ook door de wetswijzigingen die dat verplichten.

Onder verminking wordt verstaan: een afbreuk aan de oorspronkelijkheid van het object.

Wanneer een eigenaar van een monumentaal pand een bouwaanvraag indient, wordt gekeken naar de oorspronkelijkheid van het object. Deze oorspronkelijkheid moet intact blijven.

(11)

11 5. Wat gaan we doen?

Nu we onze belangrijkste uitgangspunten voor het nieuwe monumentenbeleid hebben geformuleerd, beantwoorden we de vraag: wat gaan we doen?

Het hernieuwde beleid kent een vijftal hoofdthema’s: behouden, beschermen, uitdragen, herontwikkelen/herbestemmen en beeldbepalende panden.

Dit zijn dezelfde thema’s als in het hoofdstuk over de knelpunten van het huidige beleid.

Het monumentenbeleid van de gemeente Albrandswaard bestaat uit een aantal wettelijke voorschriften, uitgangspunten en basisvoorwaarden.

Daarbovenop stellen wij u een aantal ‘ondersteunende maatregelen’ voor om het monumentenbeleid van Albrandswaard, naar eigenaren toe, zo optimaal mogelijk uit te dragen.

Om deze ondersteunende maatregelen voor uw raad ‘financieel realistisch’ te houden, stellen wij deze voor als een ‘een pakket van maatregelen waaruit kan worden gekozen’ .

In de financiële paragraaf van deze notitie vindt u per onderdeel de kosten van dit ‘keuzepakket’.

(12)

12 Behouden van monumenten

Basisvoorwaarden Monumentenvergunning

Volgens de uitgangspunten zoals in het voorgaande hoofdstuk benoemd, gaan we uit van volledige bescherming en behoud van onze monumenten. Gelet op de huidige wettelijke bepalingen betekent dat dat eigenaren van gemeentelijke monumenten voor een verbouwing of renovatie van hun pand zowel een (lichte) bouwvergunning als een monumentenvergunning nodig hebben. De gemeente staat de eigenaren bij met advies en ondersteuning bij het aanvragen van een bouwvergunning. Zo zorgt de afdeling ervoor dat de aanvrager zijn of haar vergunningaanvraag in een keer goed en volledig doet.

Ondersteunende maatregelen Laagrentende lening

Daarnaast biedt de gemeente deze eigenaren de mogelijkheid gebruik te maken van een laagrentende lening voor een maximaal bedrag van € 26.000,-.

We stellen dus een verdubbeling voor ten opzichte van de huidige situatie. Dit bedrag mag alleen worden gebruikt voor onderhoud van het monument.

Om in aanmerking te komen voor deze lening moet de eigenaar voldoen aan een aantal eisen. Deze liggen vast in de ‘verordening laagrentende geldleningen voor het onderhoud aan gemeentelijke monumenten’. Wij streven ernaar de aanvragen zo snel mogelijk toe kennen dan wel af te wijzen.

De gemeente Albrandswaard heeft € 250.000,- beschikbaar voor het aanvragen van laagrentende leningen. Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) beheert dit bedrag als een revolving fund. Dat betekent dat de aflossingen van de leningen weer terugvloeien in het fonds. De lening wordt verstrekt volgens het principe ‘wie het eerst komt, wie het eerst maalt’. De looptijd is 10 jaar.

Op die manier komt de gemeente Albrandswaard de eigenaren die in hun monument willen investeren tegemoet. De gemeente begeleidt de eigenaren bij het aanvragen van een laagrentende lening. Zo zal er voor worden gezorgd dat de aanvrager zijn of haar aanvraag in één keer goed en volledig doet.

Prins Bernhard Cultuurfonds

We zullen eigenaren regelmatig wijzen op voor hen interessante geldbronnen voor het onderhoud van hun monument.

Zo kunnen eigenaren al enige jaren een beroep doen op het Prins Bernhard Cultuurfonds. Bij dit fonds kunnen eigenaren van gemeentelijke monumenten een lening aanvragen voor de renovatie,

restauratie of het herstel van hun monument.

Uitbreiding revolving fund

Zoals hiervoor al aangegeven heeft de gemeente bij het SVn een tegoed van € 250.000,- beschikbaar voor laagrentende leningen voor het onderhoud aan gemeentelijke monumenten.

Als we uitgaan van 10 onderhoudsaanvragen per jaar, met een maximum som van € 26.000,- per lening, dan is het fonds na twee jaar leeg.

Wanneer zich die situatie voordoet stellen we de gemeenteraad voor het revolving fund met nog eens

€ 250.000,- euro uit te breiden.

(13)

13 Bijdrage onderhoudsadvies

Om eigenaren te helpen bij het in kaart brengen van de onderhoudstoestand van hun pand/object kan de Monumentenwacht Zuid Holland worden gevraagd de staat van het onderhoud van een

gemeentelijk monument in beeld te brengen. Na opname van een pand/object door de monumentenwacht beschikt de eigenaar over een onderhoudsrapport van zijn eigendom.

In dit rapport wordt niet alleen de staat van het pand uiteengezet. Ook worden in het rapport tips gegeven over hoe het monument kan worden opgeknapt of bijgehouden.

Voorgesteld wordt een eigenaar van een gemeentelijk monument 1 maal per vijf jaar een bijdrage toe te kennen voor de opname van zijn pand/object. Een financiële bijdrage aan het onderhoudsadvies stimuleert een eigenaar hopelijk te investeren in zijn/haar monument.

De verschillende mogelijkheden van ondersteuning door de Monumentenwacht en kosten daarvan vindt u in de financiële paragraaf van deze notitie.

(14)

14 Beschermen van monumenten

Basisvoorwaarden De Monumentencommissie

De monumentencommissie van Dorp Stad en Land (DSL) blijft de gemeente adviseren over de afgifte van monumentenvergunningen. Zij adviseert inmiddels zo’n 20 gemeenten in Zuid- Holland. De commissie bestaat uit vaste leden en adhoc leden die voor de beoordeling van een monumentenplan worden uitgenodigd.

De adhoc leden zijn deskundig op tal van gebieden waaronder, restauratie, bouwhistorisch onderzoek, archeologie, landschapsarchitectuur etc.

Een compleet overzicht van de commissieleden en de werkwijze is als bijlage voor u bijgevoegd.

De commissie vergadert in Rotterdam in het openbaar. Eigenaren die de behandeling van hun bouwaanvraag willen bijwonen worden daartoe in de gelegenheid gesteld.

De welstandstoets en monumententoets zijn nu twee aparte aanvragen. We streven ernaar de behandeling van die aanvragen te koppelen, zodat de bouwaanvraag sneller kan worden afgedaan.

Ondersteunende maatregelen Monumentenlijst

De gemeente Albrandswaard heeft een monumentenlijst. Hier staan alle gemeentelijke monumenten in vermeld Deze lijst met redengevende omschrijvingen en het fotomateriaal van de monumenten dateert uit 1997 en wordt door veel (nieuwe) eigenaren als onvolledig ervaren.

DSL zal worden gevraagd de monumentenlijst, fotomateriaal en redengevende omschrijvingen te updaten. De bedoeling is om deze update elke vijf jaar te herhalen.

(15)

15 Uitdragen van het beleid

Albrandswaard vindt haar monumenten belangrijk. Dat willen we ook uitdragen. In ons

monumentenbeleid is daarom ruimte voor het uitdragen van het beleid. Niet alleen naar de eigenaren, maar ook naar alle andere inwoners van Albrandswaard.

Eigenaren van monumenten zijn na de vaststelling van de monumentenlijst slechts sporadisch bij het beleid of evenementen betrokken. Door deze jarenlange ‘radiostilte’ hebben sommigen van hen zelfs de idee dat de lijst van gemeentelijke monumenten is ingetrokken. Ook niet-eigenaren zien nog te weinig dat we trots zijn – én moeten zijn – op onze monumenten.

Basisvoorwaarden Communicatie

De communicatie met eigenaren, kandidaat-kopers van een monument, makelaars en notariskantoren krijgt vaste vormen.

Ondersteunende maatregelen Klankbordgroep

De gemeente richt – in samenspraak met de monumentencommissie DSL - een klankbordgroep op.

Deze groep, bestaande uit belangstellende eigenaren van monumenten, komt ieder half jaar bijeen.

Tijdens deze bijeenkomsten wordt gesproken over het beleid van de gemeente en over monumentenzaken.

Het doel is tweeledig: enerzijds gaat het erom de betrokkenheid van de eigenaren bij het

monumentenbeleid te vergroten. Anderzijds kan de klankbordgroep helpen om beleid tegen het licht te houden en waar nodig te helpen verbeteren of aan te scherpen.

Monumentensite

Met team Communicatie worden de mogelijkheden onderzocht om een Monumentensite op te zetten.

Deze website vermeldt alle gemeentelijke- en rijksmonumenten van Albrandswaard. Ook nuttige informatie over rechten en plichten van eigenaren, bouwaanvraagprocedures, de aanvraag van een monumentenvergunning zullen duidelijk worden beschreven.

Open Monumentendag

Eigenaren worden door de gemeente zo veel mogelijk betrokken bij de activiteiten van de Open Monumentendag. Het thema voor Monumentendag is ieder jaar anders. De gemeente bekijkt, afhankelijk van het thema, welke eigenaren actief worden benaderd. Meedoen gebeurt op basis van vrijwilligheid. Het doel van deze actie is om de monumenten in Poortugaal en Rhoon bekender te maken bij een breder publiek en het gevoel van trots bij de eigenaren te versterken.

Schildje aan de muur

Eigenaren van monumenten krijgen van de gemeente een schildje aan de muur, mochten zij hiervoor open staan. Zo wordt het voor de inwoners van Albrandswaard én voor de mensen van buiten de gemeente duidelijk wat Albrandswaardse monumenten zijn. Dit draagt bij aan de herkenning en erkenning van de monumenten in de gemeente.

(16)

16 Lezingen

Twee keer per jaar wordt een lezing of thema-avond over monumentenzorg of historie van de

gemeente gehouden. Hiervoor worden gastsprekers uitgenodigd. Denk hierbij aan een historicus, het Nationaal Restauratiefonds, de Monumentenwacht Zuid-holland etc. Ook dit is een instrument om het monumentenbeleid uit te dragen.

Schilderfonds

De gemeente stelt een schilderfonds beschikbaar. Eigenaren die hun monument een verfbeurt willen geven kunnen, onder voorwaarden, van deze mogelijkheid gebruik maken. Deze voorwaarden worden nog nader uitgewerkt.

(17)

17 Herontwikkelen/herbestemmen

De gemeente Albrandswaard wil haar monumenten beschermen en behouden.

Uitgangspunt is dus dat monumenten in Albrandswaard niet worden gesloopt.

Maar in de praktijk zijn er objecten die om een erg grote investering vragen voor volledig herstel of restauratie. Een oplossing is om het pand opnieuw te ontwikkelen of een nieuwe bestemming te geven.

Wanneer een eigenaar een dergelijke aanvraag indient, is de procedure als volgt:

Het college vraagt de monumentencommissie om advies en brengt de aanvraag ter kennis van de gemeenteraad;

De monumentencommissie adviseert over de huidige monumentale status van het pand en beantwoordt de vraag of het pand herontwikkeld kan worden of een nieuwe bestemming mag krijgen;

Wij brengen dit advies van de monumentencommissie ter kennis van de gemeenteraad en adviseren de raad over te nemen vervolgstappen.

In deze zeer bijzondere gevallen vragen wij de monumentencommissie alleen om advies indien:

de herontwikkeling of nieuwe bestemming van het monument een algemeen maatschappelijke belang heeft;

het monument onder een reële verkoopprijs al langer dan vier jaar op de woningmarkt wordt aangeboden, maar onverkoopbaar blijkt én het monument, zonder ingrijpende verbouwing, niet voldoet aan de minimale gebruikseisen van de huidige tijd;

het monument zulke ernstige bouwkundige gebreken vertoont dat uit exploitatieberekeningen is komen vast te staan dat herstel of renovatie, zonder herontwikkeling, niet mogelijk is.

In het geval van herontwikkeling, zoals hierboven beschreven, is het vrijwel zeker dat het pand/object haar monumentale status verliest. Zeker in het geval deze herontwikkeling met een grote verbouwing gepaard gaat is het bijna schier onmogelijk de oorspronkelijke culturele- en historische waarde van het pand/object te waarborgen.

Beeldbepalende panden

De gemeente Albrandswaard heeft ook tal van panden die niet op de monumentenlijst staan, maar te waardevol zijn om niet te beschermen tegen sloop of verminking. Het gaat dan om panden met een bijzondere ligging of om panden die grenzen aan een monument. In feite spreken we dan over de bescherming van het ensemble.

In Rhoon gaat het om de bebouwing langs de Dorpsdijk-Noord. In Poortugaal betreft het de bebouwing aan de Dorpsstraat, Kikkerstraat, Emmastraat en de F. van de Poest Clementlaan.

Voor de bescherming van panden/objecten in deze gebieden is aan de Welstandsnota het hoofdstuk

‘Karakteristiek dorpsgezicht Poortugaal en Rhoon’ toegevoegd en op 26 januari 2010 door uw gemeenteraad vastgesteld. In deze notitie staat beschreven hoe om te gaan met deze

beeldbepalende panden en ensembles.

(18)

18 6. Conclusies en aanbevelingen

Conclusies

Van stimulerend monumentenbeleid…

Als gevolg van bezuinigingen is het beoogde ‘stimulerende monumentenbeleid met beperkte bescherming’ onvoldoende naar eigenaren uitgedragen. Zij zijn in actieve zin te weinig bij het monumentenbeleid betrokken. Ook heeft de invoering van het stimulerende monumentenbeleid niet gebracht wat er van werd verwacht. Het ging daarbij om de volgende punten:

de vrijwillige aanmelding door eigenaren van panden voor ‘volledige bescherming’ is niet gerealiseerd;

de doelstelling om bij te dragen aan het onderhoud van gemeentelijke monumenten is niet gerealiseerd. Door eigenaren is geen gebruikgemaakt van de mogelijkheid ‘laagrentende leningen’ aan te vragen;

het destijds ingediende amendement van de gemeenteraad heeft in de praktijk niet geleid tot bescherming van de cultuurhistorische waarden van panden/objecten. Sloop kon wel worden tegengegaan, maar vergaande verbouwing/verminking van het pand niet.

Door veranderende wetgeving voor de vergunningverlening…

Tot 2003 kon onder het regiem ‘beperkte bescherming’ bij verbouwing van een monument worden volstaan met de afgifte van alleen een bouwvergunning. In de praktijk wordt op de aanvraag bouwvergunning voor een monument ‘verscherpt welstandsadvies’ toegepast om cultuurhistorische waarde en authenticiteit van het pand te waarborgen. Door een wijziging van de woningwet in 2003 dient voor verbouw van een monument ook een monumentenvergunning te worden aangevraagd. Dit vraagt om een praktische bijstelling van de huidige toetsing met de aanvraag van een

monumentenvergunning.

Anders dan voorheen gaat hier een ‘meer dwingend karakter’ voor eigenaar van uit.

Niettemin stelt de wet deze eisen en blijkt uit steeds meer jurisprudentie op dit gebied dat ‘handhaven’

voor een gemeentebestuur geen keuze meer is maar een plicht.

Naar een sturend monumentenbeleid.

Door het bovenstaande concluderen we dat wordt overgestapt van een ‘stimulerend

monumentenbeleid met beperkte bescherming’ naar een ‘sturend monumentenbeleid’ met een (lichte)bouwvergunning en monumentenvergunning.

(19)

19 Aanbevelingen

Om te komen tot verbeteringen die ervoor zorgen dat het beleid beter wordt uitdragen én die monumenteneigenaren meer betrekken, moet er uitvoering worden gegeven aan het financiële voorstel, beschreven in de financiële paragraaf. Het gaat dan hoofdzakelijk om de te maken kosten bij het beoordelen van monumentenplannen om aan de wettelijke verplichtingen te voldoen.

Daarnaast geven wij onderstaand een aantal aanvullende oplossingsrichtingen aan die bijdragen aan de implementatie van dit beleid. Deze ondersteunende maatregelen kenmerken zich door

laagdrempelige acties. Deze maatregelen zijn daarmee voor iedere eigenaar toegankelijk.

In de financiële paragraaf van dit voorstel geven we aan wat de kosten zijn per oplossingsrichting en per product. Per product kan hieruit door u een keuze worden gemaakt te weten:

- Een halfjaarlijks overleg met een klankbordgroep van belangstellende eigenaren over monumentenzaken;

- Het betrekken van eigenaren bij de jaarlijkse Open Monumentendag;

- De eigenaren financieel beter faciliteren (verhogen van het bedrag voor een laagrentende lening);

- Het starten van een monumentensite waarop rechten, plichten en nuttige informatie duidelijk in beeld worden gebracht;

- Het organiseren van 2 kleinschalige bijeenkomsten voor monument-eigenaren (houden van een lezing);

- Het verstrekken van een monumentenschildje;

- Het instellen van een ‘schilderfonds’;

- Het financieel ondersteunen van eigenaren die, middels een rapport van de monumentenwacht, de staat van onderhoud van hun monument in beeld brengen (bijdrage 1 x per 4 jaar op een rapport van de monumentenwacht).

(20)

20 7. Financiële paragraaf

In deze paragraaf worden de kosten beschreven die nodig zijn voor de uitvoering van het

monumentenbeleid. Deze paragraaf bestaat uit twee kostenstaten. In de eerste berekenen we wat minimaal noodzakelijk is voor de uitvoering van het beleid. Het gaat dan voornamelijk om de ambtelijke inzet. In de tweede staat geven we aan wat de kosten zijn van de aanbevelingen zoals in deze notitie beschreven.

Te ramen uren monumentenbeleid op jaarbasis

Omschrijving aantal uren bedrag

Geraamde kosten wettelijke taken, uitdragen regulier beleid onder monument-eigenaren en begeleiding v.d.

klankbordgroep

Ambtelijke uren monumentenbeleid (1 dag per week) 360 € 28.800

Vakinhoudelijk advies DSL 50 € 4.950

subtotaal kosten per jaar € 33.750

Geraamde kosten leningaanvragen gemeentelijke

monumenten

Beoordeling leningaanvraag (max. 5 aanvragen) 6 uur per

aanvraag 30

€ 2.400 Ambtelijke advisering planbegeleiding (max. 5 aanvragen) 170

€ 13.600

Vakinhoudelijke ondersteuning DSL 50 € 4.950

subtotaal kosten per jaar € 20.950

Totale aantal uren 660 € 54.700

(21)

21 Kosten ondersteunende maatregelen

Halfjaarlijks overleg met een klankbordgroep van belangstellende eigenaren over monumentenzaken;

Betrekken van eigenaren bij de jaarlijkse Open Monumentendag;

Verhogen budget laagrentende leningen;

Starten van een monumentensite waarop rechten, plichten en nuttige informatie duidelijk in beeld worden gebracht;

Organiseren van kleinschalige bijeenkomsten (bijvoorbeeld het houden van lezingen);

Aanbrengen van monumentenschildje;

Bijdrage staat van onderhoud van gemeentelijke monumenten door de monumentenwacht. ( 1 maal per 4 jaar;

Het instellen van een ‘schilderfonds’ voor gemeentelijke monumenten.

Kosten ondersteunende maatregelen

omschrijving Kosten jaarbasis/eenmalig*

Instellen klankbordgroep 6 leden (vacatiegelden, scholing,

reiskosten) € 5.000

Betrekken van eigenaren bij de jaarlijkse Open Monumenten Dag

Reeds opgenomen in meerjarenbegroting Verhoging budget laagrentende leningen met

€ 250.000 € 5.000

Opstarten monumentensite

Reeds opgenomen in Meerjarenbegroting

Aanschaf 200 monumentenschildjes € 20 per stuk € 4.000*

Bijdrage opname pand/object door de Monumentenwacht Zuid-Holland (1 maal per 4 jaar voor max. € 200 per

opname voor maximaal 50 monumenten per jaar) € 10.000

Organiseren van 2 lezingen per jaar € 1.500

Instellen schilderfonds op jaarbasis € 5.000

Totaal € 30.500

(22)

22 BIJLAGE 1

Historie van het monumentenbeleid in Albrandswaard

De voorgeschiedenis

De aanwijzing van gemeentelijke monumenten – en dus de bescherming er van - , kent een lange voorgeschiedenis. Deze begon in de periode, halverwege de jaren 90, waarin er in de dorpskern van Poortugaal veel panden werden afgebroken. Om grootschalige sloop te voorkomen werd de groep ‘De vrienden van Poortugaal’ opgericht. Deze groep vroeg in 1997 aan de toenmalige wethouder om een monumentencommissie te benoemen en een monumentenverordening te maken. Dat gebeurde. De verordening had een dwingend karakter. Ook stond er in de verordening dat het college van b&w van de gemeente Albrandswaard bevoegd was om monumenten al dan niet aan te wijzen.

Het ‘Monumenten Inventarisatie Project’

De provincie deed begin jaren ‘90 een inventarisatie (MIP project) naar alle jonge monumenten in Zuid-Holland (van 1850-1940). Doel: landelijke aanwijzing van zeldzame panden/objecten als rijksmonument. Vanuit dit project worden uiteindelijk 31 potentiële rijksmonumenten aan de minister voorgedragen. In 4 gevallen wijst de minister panden in Poortugaal en Rhoon look daadwerkelijk aan als rijksmonument.

Ontstaan gemeentelijke monumentenlijst

Op dat moment ligt de vraag voor ‘wat te doen met de overige waardevolle panden/objecten’ die niet als rijksmonument zijn aangewezen. Besloten wordt tot een opdracht aan Stichting Dorp Stad en Land om uit de overgebleven panden op de MIP lijst, samen met de plaatselijke monumentencommissie, een lijst met gemeentelijke monumenten samen te stellen. Zo ontstaat de gemeentelijke

monumentenlijst. Aanvankelijk staan er 184 panden/objecten op. De lijst wordt vervolgens diverse malen geactualiseerd totdat deze medio 2000 door de gemeenteraad wordt vastgesteld.

De eigenaren van de panden krijgen na het vaststellen van de lijst een uitnodiging voor informatieavonden. Tijdens die avonden is aan de eigenaren verteld wat deze opname op de monumentenlijst in de praktijk betekende.

Gevolgen voor eigenaren

Grootste gevolg voor de eigenaren: voor een verbouwing moesten ze niet alleen een bouwvergunning aanvragen, maar ook een monumentenvergunning.

Voor het verlenen van die monumentenvergunning bekeek de monumentencommissie heel nauwkeurig en detaillistisch de aanvraag. Niet alle verbouwingen, aanbouwen of renovaties waren meer toelaatbaar. En eigenaren kregen geen compensatie, bijvoorbeeld in geld, voor die extra toets op hun bouwplannen.

Van ‘sturend naar stimulerend beleid’

Op dat punt ontstaat in de gemeenteraad een kentering om het sturende en dus dwingende beleid te verlaten. De raad vindt het onterecht dat eigenaren te maken krijgen met meer regelgeving en wellicht hogere verbouwkosten terwijl daar niets tegenover staat.

Bij de monumentencommissie daarentegen ontstaat twijfel over de gewijzigde koers van de gemeenteraad. De leden schorten hun werkzaamheden met onmiddellijke ingang op en weigeren haar verdere medewerking aan de behandeling van bezwaren en bedenkingen van eigenaren.

(23)

23 Zij zijn van mening dat culturele- en monumentale waarden van panden en objecten in Albrandswaard alleen geborgd zijn binnen een ‘dwingend opgelegd beleid’.

Het stimulerend beleid

In oktober 2000 adviseert het college de gemeenteraad eerst nog het sturende en dus dwingende beleid voort te zetten. De gemeenteraad gaat hier niet mee akkoord.

Uiteindelijk krijgt het ambtelijk apparaat van Albrandswaard de opdracht aan de slag te gaan met het opstellen van een zogenaamd ‘stimulerend monumentenbeleid’.

Na veel politiek ‘getouwtrek’ wordt in maart 2001 het uiteindelijke collegevoorstel ‘stimulerend

monumentenbeleid’ in een politiek compromis door de gemeenteraad geamendeerd tot een soort van

“beperkte bescherming” (de zogenaamde “anti-sloop” status) en vrijwillige aanmelding door de eigenaar van zijn pand/object voor ‘volledige bescherming’.

(24)

24 BIJLAGE 2

Begrippenlijst

Rijksmonumenten:

Deze staan ingeschreven in de wettelijk vastgestelde registers en worden beschermd door de Monumentenwet 1988.

Gemeentelijke Monumenten:

Deze komen voor op de lijst met waardevolle lokale monumenten en worden beschermd op basis van de gemeentelijke monumentenverordening Albrandswaard 2006.

Slopen:

Van sloop is sprake als er minder dan twee staande muren van het object intact blijven.

Verbouwen:

Het aanbrengen van wijzigingen aan een gebouw volgens de regels opgesteld in de gemeentelijke monumentenverordening. Bij renoveren blijven in ieder geval twee staande muren intact. Anders is er sprake van sloop.

Renoveren:

Weer in de oorspronkelijke staat brengen van het pand.

Stimuleren:

Eigenaren worden op basis van vrijwilligheid aangespoord hun monument volledig te beschermen. Bij bouwaanvragen is minstens een bouwvergunning verplicht. Niet verplicht is een

monumentenvergunning.

Dwingen of sturen:

Eigenaren worden gestuurd hun monument volledig te beschermen. Bij bouwaanvragen is een bouwvergunning en een monumentenvergunning verplicht.

Monumentencommissie:

De Stichting Dorp Stad en Land die adviseert over de rijks- en gemeentelijke monumenten.

Welstandstoets:

Bij deze toets wordt gekeken naar de buitenzijde van het pand. Bij deze toets moet de buitenzijde voor het zicht gelijk blijven.

Monumententoets:

Bij deze toets wordt gekeken naar de buitenzijde van het pand en het materiaal. Bij deze toets moet het gehele pand, inclusief de oorspronkelijke materiaalsoorten gelijk blijven.

(25)

25 BIJLAGE 3

Procedure aanvraag monumentenvergunning

De vergunningsaanvraag wordt ingediend bij Burgemeester en Wethouders;

De aanvraag wordt gepubliceerd in het huis-aan-huis blad van de gemeente (schakel) De aanvraag wordt getoetst op ontvankelijkheid

Schriftelijk advies vragen aan de monumentencommissie van DSL.

- Dorp, Stad en Land (DSL) brengt binnen 8 weken na ontvangst een advies uit.

Na ontvangst van het advies een Bestuurlijk Behandel Voorstel (BVV) maken en de gemeenteraad consulteren.

- B&W beslissen binnen 8 weken na ontvangst van het advies van de monumentencommissie.

(Maar in ieder geval binnen 16 weken na ontvangst van de aanvraag). Deze termijn kan met 10 weken worden verlengd);

- Het conceptbesluit wordt gepubliceerd en gedurende 6 weken ter visie gelegd.

Als er geen zienswijzen zijn binnengekomen wordt het definitieve besluit gemaakt.

- Indien binnen deze termijn zienswijzen binnenkomen, deze eerst afhandelen;

- Als het nodig is een aangepast advies vragen aan de monumentencommissie (DSL);

- Eventueel het besluit aanpassen.

- Het besluit publiceren in het huis-aan-huis blad van de gemeente (Weekblad de Schakel) - De monumentenvergunning blijft buiten werking 6 weken na de datum waarop deze is

verleend;

- Als er binnen deze termijn geen bezwaren zijn binnenkomen is de vergunning onherroepelijk;

- Indien gedurende deze termijn bezwaar wordt gemaakt op grond van de Awb blijft de vergunning buiten werking totdat op het bezwaar is beslist.

Binnen twee weken na het onherroepelijk worden van de monumentenvergunning, moet de bouwvergunning worden verleend.

Wetgeving;

Monumentenwet 1988;

Monumentenverordening Albrandswaard 2006.

Een kopie van de monumentenvergunning wordt verstuurd naar;

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

Provincie Zuid Holland, afdeling Ruimtelijk Beheer;

Stichting Dorp, Stad & Land, monumentencommissie;

Afdeling Bestuur, Beleidsmedewerker Wonen en Monumenten;

(26)

26 BIJLAGE 4

Monumenten in relatie tot de Woningwet

In artikel 43 van de Woningwet wordt een opsomming gegeven van bouwactiviteiten die

vergunningsvrij plaats kunnen vinden. In lid 2 van dit artikel is echter de uitzonderling opgenomen, dat voor het verrichten van bouwactiviteiten aan een monument of in een beschermd stads- en dorpsgezicht altijd een bouwvergunning nodig is.

In artikel 44 van de Woningwet wordt het niet hebben van een monumentenvergunning automatisch aangemerkt als een verplichte grond voor het weigeren van een bouwvergunning. Dus, als er geen monumentenvergunning heeft krijgt de eigenaar geen bouwvergunning voor het wijzigen van een monument.

Artikel 43 en 44 gelden voor zowel rijks-, provinciale- als gemeentelijke monumenten.

In artikel 54 van de Woningwet is voor rijksmonumenten ook bepaald, dat burgemeester en wethouders de beslissing op een aanvraag om bouwvergunning moeten aanhouden, totdat een besluit is genomen op de aanvraag om monumentenvergunning.

Op basis van de Woningwet verleent de gemeente bouwvergunningen. Daarbij toetst zij aan de voorschriften van het Bouwbesluit (bouwtechnische eisen) met betrekking tot constructieve-, gebruiks- en brandveiligheid en energiezuinigheid van gebouwen en andere bouwwerken. In het Bouwbesluit zijn ook mogelijke vrijstellingen opgenomen voor monumenten.

In de gemeentelijke bouwverordening is voor de aanvraag om een sloopvergunning eveneens een aanhoudingsplicht voor burgemeester en wethouders opgenomen. Ook hier geldt dat de beslissing op de aanvraag om sloopvergunning wordt aangehouden totdat er op de aanvraag om

monumentenvergunning is beslist.

Drie soorten monumenten

Er zijn drie soorten monumenten te onderscheiden:

1. Rijksmonumenten

Deze staan ingeschreven in de wettelijk vastgestelde registers en worden beschermd door de Monumentenwet 1988.

2. Provinciale monumenten*

Deze zijn overeenkomstig de bepalingen van de verordening Behoud Monumenten en Stads- en Dorpsgezichten 1996 op de provinciale monumentenlijst geplaatst.

3. Gemeentelijke monumenten

Deze komen voor op de lijst met waardevolle lokale monumenten en worden beschermd op basis van de gemeentelijke monumentenverordening Albrandswaard 2006.

* Albrandswaard kent geen Provinciale Monumenten.

(27)

27 BIJLAGE 5

M O N U M E N T E N W A C H T

Tarieven voor 2010

Abonnement € 25,- jaarlijks (ongewijzigd) Administratiekosten € 35,- per inspectie (ongewijzigd)

Inspectie / rapportage rijksmonument

Tarief per manuur € 55,- (2009: € 55,- rendabel/€ 47,- onrendabel)

Inspectie / rapportage gemeentelijk monument of beeldbepalend pand Tarief per manuur € 63,- woonhuizen, boerderijen, horeca (2009: € 55,-) Tarief per manuur € 59,- overige gebouwen en bouwwerken (2009: € 47,-)

Overige diensten

Tarief per manuur € 63,- extra dienst abonnee (2009: € 55,-)

Tarief per manuur € 71,- aankoopinspectie/eenmalig advies (2009: € 65,-) De Monumentenwacht is vrijgesteld van BTW.

Op grond van een abonnement verlenen zij de volgende diensten:

- periodieke inspectie van uw monumentaal gebouw;

- schriftelijke en/of digitale (pdf) rapportage;

- twee keer per jaar een digitale nieuwsbrief;

- telefonische informatie en advies over o.m. subsidies en wet- en regelgeving.

De monumentenwacht kent duizenden monumenten in Zuid-Holland door en door.

Dat betekent dat zij snel en efficiënt het monument monitoren (van fundament tot nok) en een onafhankelijk en landelijk gewaarborgd onderhoudsadvies uitbrengen.

(28)

28 BIJLAGE 6

Centrale Monumentencommissie (DSL)

Commissiesamenstelling Vaste leden

- voorzitter ir. W.L.P. van Nieuwland (restauratiedeskundige) - secretaris V.W.B. Voorhoeve AvB (alg. monumentendeskundige) - monumentengemandateerde indien door gemeente benoemd - algemeen lid regiosecretaris welstandscommissie (lijst op aanvraag) Ad hoc leden

- restauratie/bouwhistorisch onderzoek: (diverse leden, lijst op aanvraag) - architectuurhistorie/hist. geografie: dr. G.M. van der Waal

- architectuurhistorie (naoorlogs): dr. D. Broekhuizen - historische stedenbouw: ir. H.C. de Vries

- landschaps- en tuinarchitectuur: dhr. J. van de Lindeloof - archeologie: drs. E. Bult

- gemandateerde welstand (diverse leden, lijst op aanvraag)

Periodiek vindt inhoudelijke afstemming incl. casuïstiek plaats tussen de vaste en de overige commissieleden. In voorkomende gevallen wordt gebruik gemaakt van de expertise van RCE en Erfgoedhuis.

De commissie adviseert in ruim 20 ZH gemeenten over monumentenplannen en desgewenst over overige bouwplannen binnen beschermd stads- en dorpsgezicht.

Daarnaast zijn bovengenoemde medewerkers lid van ruim 20 lokale monumenten- c.q.

erfgoedcommissies, waarin DSL ook is vertegenwoordigd vanuit de commissie ruimtelijke kwaliteit (welstand).

Monumentenplannen (en overige bouwplannen binnen het beschermd stads- en dorpsgezicht) worden van een onafhankelijk advies voorzien:

- geïntegreerde advisering (welstand en monumenten), lokaal of anderszins - advisering door een monumentencommissie met of zonder welstandsdeelname.

Door haar expertise op een breed vlak van cultuurhistorie voldoet de commissie aan hoge kwalitatieve eisen. Een aanpak die een snelle en deskundige advisering garandeert (een kwaliteitseis die binnenkort wellicht landelijk wordt voorgeschreven).

De doorlooptijd van te beoordelen plannen bedraagt ca. drie weken.

In overleg is ook geïntegreerde advisering (welstand èn monumenten) mogelijk, waarbij het betreffende commissielid welstand deelneemt aan de advisering van centrale monumenten-commissie.

De commissie vergadert iedere twee weken. Deze vergaderingen zijn openbaar.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Aan een eigenaar van een monument kunnen burgemeester en wethouders subsidie toekennen ter tegemoetkoming in de kosten van restauratie van het gemeentelijk monument.. Burgemeester

[r]

een recent < 3 jaar inspectierapport van de Monumentenwacht Noord-Brabant (detail)tekeningen van de bestaande en nieuwe situatie. (detail)foto’s van de

Subsidieloket Postbus 10007 8000 GA Zwolle Telefoon (038) 498 4102 postbus@zwolle.nl www.zwolle.nl/subsidieloket Gegevens aanvrager. Achternaam en

De subsidieverordening voor gemeentelijke monumenten gaat voor het uitvoeren van onderhoud aan monumenten uit van een subsidiebedrag van € 500,- per pand per jaar.. Het bedrag

Wanneer de raad zou besluiten de subsidieverordening niet in te stellen, is het onderhoud van gemeentelijk monumenten geheel voor kosten van de eigenaren, zonder stimulans en

Linker pand van een blok van drie woonhuizen. De panden bestaan uit een begane grond, een eerste verdieping en een zolderverdieping onder een kap met plat,

4 Een stimuleringslening als bedoeld in artikel 3.1, 1e lid onder D kan slechts worden toegekend voor het oplossen van knelpunten binnen de monumentenzorg, waarin de onder A tot en