• No results found

Stagiair collectie 19

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Stagiair collectie 19"

Copied!
48
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Stagiair collectie 19

e

en 20

e

eeuw

bij Stedelijk Museum Alkmaar

Belle de Rode | S2782154 Stageverslag Conservatorenopleiding Prof. Dr. J. Keizer 10-11-2020

(2)

2

Voorwoord: een museumstage ten tijde van COVID-19

Net als elke (museale) instantie in Nederland heeft Stedelijk Museum Alkmaar

noodgedwongen moeten inspelen op de uitdagingen die de corona-pandemie met zich meebrengen. Uiteraard volgt het museum de door de overheid opgestelde richtlijnen: bezoekers moeten een tijdslot reserveren, er mogen een beperkt aantal mensen

tegelijkertijd op zaal komen, men volgt met 1,5 meter afstand een vaste route door het museum en sinds 3 oktober is het dragen van een mondkapje in het gebouw verplicht. Om de maatregelen met een vrolijke noot te communiceren, vroeg Stedelijk Museum Alkmaar het kunstenaarscollectief Circus Engelbregt om het ‘anderhalvemetermuseum’ vorm te geven. Dit resulteerde in ‘Wellness Nietes’, dat op humoristische wijze de entree omtoverde tot een ‘spa’ waar bezoekers de handen kunnen wassen, en richtlijnen als ‘Ruimte voor 20 “mensen”’ in roze krulletters op de deuren schreef.

Het inventief omspringen met de nieuwe werkelijkheid was natuurlijk ook noodzakelijk voor het werken op kantoor. De medewerkers van Stedelijk Museum Alkmaar hadden hun kantoordagen zoveel mogelijk teruggeschroefd naar een à twee dagen per week. Voor de stage moesten we met elkaar uitvinden hoe je de kneepjes van het conservatorschap kunt leren als je toch vooral vanuit huis moet werken. Gelukkig kreeg ook ik een wekelijkse kantoordag toebedeeld, waarop ik samen met mijn begeleider Marjan van Heteren aan de slag kon gaan. Voor deze kans, en voor de bereidheid om in deze vreemde tijd toch te zoeken naar een werkbare en volwaardige conservatorenstage, wil ik mijn begeleider Marjan van Heteren (conservator 19e en 20ste eeuw) en Loet Schledorn (hoofd Collectie & Presentatie) enorm bedanken. Zij hebben actief gekeken naar hoe ik toch met de verschillende afdelingen en veelsoortige museale werkzaamheden mee kon draaien, ook al moest dat soms op afstand. Mijn dank gaat ook uit naar de rest van het team Collectie & Presentatie. In een normale situatie zouden we elkaar elke dag fysiek in het museum hebben getroffen en op zo’n manier

vanzelfsprekend hebben leren kennen. Toch ben ik via Zoomsessies, telefoontjes en op de kantoordagen met warmte en nieuwsgierigheid ontvangen. Het heeft ervoor gezorgd dat ik me onderdeel voelde van het team, enthousiast aan het werk ging en met heel veel plezier terugkijk op mijn stage.

Belle de Rode

(3)

3

Inhoudsopgave

Voorwoord: een museumstage ten tijde van COVID-19 ... 1

Stedelijk Museum Alkmaar: een introductie ... 4

Opdrachten en werkzaamheden ... 4

Tekeningenwissel Bergense School ... 4

Hendrik Dirk Kruseman van Elten: een Alkmaarder in New York ... 7

Van Gogh, Cézanne, Le Fauconnier en de Bergense School ... 8

Overige museale taken ... 9

Reflectie: een stage bij Stedelijk Museum Alkmaar ... 11

Bijlage 1: teksten Bergense School-zaal ... 13

Bijlage 2: teksten Hendrik Dirk Kruseman van Elten ... 25

Bijlage 3: Voorbeeld van een afgifte- en ontvangstbewijs ... 29

Bijlage 4: Selectie tekeningen Bergense School-zaal, voorjaar 2021 ... 31

(4)

4

Stedelijk Museum Alkmaar: een introductie

Stedelijk Museum Alkmaar bestaat sinds 1875 en is daarmee een van de oudste musea van Nederland. Tegenwoordig zijn ze gevestigd in een modern gebouw middenin het centrum van Alkmaar, pal naast de Grote Kerk. Sinds 2014 is het museum een

zelfstandige stichting die voor een groot deel gesubsidieerd wordt door de gemeente Alkmaar. De ‘parel van Noord-Holland’ bewaart en beheert ruim 16.000 objecten die onder te verdelen zijn in drie kerncollecties: de Gouden Eeuw, de Bergense School en cultuur- en stadsgeschiedenis. In de collectie en in het verzamel- en presentatiebeleid is de verbinding met de regio duidelijk zichtbaar; het museum streeft ernaar zijn verhaal te blijven verrijken door de kerncollecties steeds opnieuw in de context van de

(inter)nationale geschiedenis te plaatsen. Omgekeerd wordt zo ook het verhaal van de regio met elke tentoonstelling uitgebreid. De missie van Stedelijk Museum Alkmaar is voor de komende jaren is dan ook om de kerncollecties te versterken, ambitieus te blijven presenteren en de permanente presentatie te actualiseren.

De staf van het museum bestaat uit 29 vaste medewerkers en 45 vrijwilligers. Aan het hoofd van de organisatie staan directeur Patrick van Mil en de Raad van Toezicht. Daarnaast is het personeel werkzaam binnen drie verschillende afdelingen: Marketing & Development, Financiën & Bedrijfsvoering en Collectie & Presentatie. Als stagiair bij de conservator van de collectie 19e en 20ste eeuw was ik werkzaam binnen het Collectie & Presentatie-team. Mijn kerntaken waren gemoeid met de kunst uit de 19e eeuw en de Bergense School.

Opdrachten en werkzaamheden

Tijdens de stage heb ik verschillende taken uitgevoerd met betrekking tot onderzoek, schrijfwerk, communicatie, vormgeving, collectiewerk en het regelen van allerhande logistieke zaken. Deze worden hieronder besproken aan de hand van drie projecten: het voorbereiden van een tekeningenwissel op de Bergense School-zaal, het voorbereiden van de tentoonstelling van de etsen van Hendrik Dirk Kruseman van Elten en het assisteren bij het onderzoek naar de tentoonstelling over Van Gogh, Cézanne, Le Fauconnier en de Bergense School.

Tekeningenwissel Bergense School

Om de Bergense School-collectie en de bijbehorende kunstenaars beter te leren kennen, ging de eerste grotere onderzoeksopdracht over het voorbereiden van een

tekeningenwissel binnen de vaste opstelling op de Bergense School-zaal. Elk voor- en najaar worden de gepresenteerde werken op papier vervangen door een nieuwe selectie. De nieuwe selectie lag al klaar, maar moest nog van een zaaltekst en

objectlabels worden voorzien. Ook moest er nog worden beslist hoe de werken op de muur moesten komen hangen. De presentatie bevatte vijf houtsneden van Piet Wiegman en zes tekeningen van Arnout Colnot, Henri le Fauconnier, Leo Gestel, Matthieu

Wiegman en Piet van Wijngaerdt. Voorzien van een stapel monografieën en

(5)

5 over de Bergense expressionisten. Ik leerde de tekeningen in hun historische context te plaatsen en de individuele stijlen en ontwikkelingen te herkennen. Vervolgens zocht ik in de database van Delpher naar recensies uit de periode van het Interbellum, om te lezen hoe de kunstenaars in hun eigen tijd in de pers werden besproken. Omdat we het geluk hadden om bij Piet Wiegmans houtsneden een originele houten plaat te kunnen tonen, heb ik extra informatie over de techniek van het houtsnijden opgezocht.

Het inventariseren van de tekeningen in het depot

Het was vanzelfsprekend om de houtsneden van Piet Wiegman samen op een muur te hangen. Daarbij kon ik de zaaltekst gebruiken om de techniek van het

houtsnijden uit te leggen. Ik besloot om de eerste houtsnede die Wiegman ooit maakte direct naast de zaaltekst te hangen. De houten plaat en de daarmee vervaardigde poster besloot ik, door het afwijkende materiaal en formaat, te gebruiken om het geheel van kleinere zwart-witprenten op de muur op te breken. De zes tekeningen van andere Bergense Schoollieden kwamen op de muur daartegenover te hangen. De keuzes in het vormgeven van de tekeningenwissel zaal baseerde ik op een esthetische kijk op het geheel van tekeningen, de kwaliteiten van de tentoonstellingszaal en de focus die ik in de objectlabels wilde hanteren.

Objectlabels bieden de kans om dieper op de individuele werken in te gaan. Een goed label kan de gepresenteerde kunst tot leven laten komen. Per tekening heb ik een nieuwe afweging gemaakt. Was er iets bijzonders in het werk te zien dat extra aandacht verdiende? Ging dat over de techniek, over het materiaal, over de beeldinhoud, over een specifiek detail? Of kende het object een bijzondere geschiedenis: was het vervaardigd in een belangrijke periode; kleefde er een interessant verhaal aan het maakproces? En wat was de kritische ontvangst van de kunstenaar of het kunstwerk? Zelfs de

(6)

6 vermeld. Er zijn zoveel mogelijkheden voor een kleine hoeveelheid woorden. De truc was dus om keer op keer na te gaan: wat draagt dit kunstwerk uit, wat zouden jij en ik ervan willen weten, welk verhaal wil ik vertellen? En anderzijds: wat zou het

gepresenteerde werk verrijken, waardoor de bezoeker er contact mee kan maken en als het ware dichterbij kan komen? Wat laat de bezoeker met een nieuw verhaal en een nieuwe ervaring naar huis gaan?

Naast dit creatieve proces, was ik verantwoordelijk voor het regelen van een aantal praktische zaken. De 12 geschreven teksten moesten worden vertaald en naar de grafisch vormgever worden gestuurd – met beiden heb ik meermaals contact gehad. Daarnaast hebben we in het depot geïnventariseerd welke werken naar de

papierrestaurators moesten om ze te voorzien van een nieuw passe-partout, een lijst en eventuele restauraties. Dit heb ik telefonisch met het restauratieatelier overlegd. Ook heb ik het transport van de desbetreffende tekeningen geregeld en de hiervoor

benodigde formulieren opgesteld. De prenten van Piet Wiegman waren onderdeel van een schenking met een speciale bruikleenregeling, waarover we telefonisch contact hebben gehad met de eigenaar – de dochter van de kunstenaar. De houten plaat was een bruikleen die nog voor een verrassing zorgde: bij aankomst in het museum bleek dat onze reproductie ervan een versie in spiegelbeeld was. Hierdoor klopte de zaaltekst niet meer, waarop ik met spoed contact opnam met de grafisch vormgever om een laatste wijziging te bespreken, die ook weer met de labelmakers moest worden

gecommuniceerd. Dit kon gelukkig nog worden geregeld; er werd mij bovendien op het hart gedrukt dat er bij elke tentoonstellingen onverwachte verrassingen zijn, waardoor er op de valreep moet worden bijgestuurd. Uiteindelijk kwam alles in orde en heb ik samen met de technische dienst de tentoonstelling op zaal ingericht.

De afronding van dit project viel samen met een bijeenkomst van de Kring Bergense School: een groep verzamelaars, kenners en liefhebbers die eens in de zoveel tijd een activiteit in het museum heeft. Tijdens deze middag hield ik voor drie groepen een praatje bij de nieuwe tekeningenpresentatie. Het was ontzettend leuk en leerzaam om over de werken te vertellen en met deze groep enthousiaste kenners naar het

eindresultaat te kijken. De positieve reacties die ik vanuit de groepen kreeg, maakten dit plezier compleet.

(7)

7

Hendrik Dirk Kruseman van Elten: een Alkmaarder in New York

De tweede opdracht betrof het voorbereiden van een tentoonstelling over de etsen van Hendrik Dirk Kruseman van Elten (1829-1904). Deze van oorsprong Alkmaarse

landschapskunstenaar was in de 19e eeuw naar New York vertrokken om daar zijn geluk te beproeven in de Amerikaanse kunstwereld. In New York was hij naast het schilderen en tekenen begonnen met etsen. Stedelijk Museum Alkmaar heeft 69 etsen in zijn bezit, die in 1892 door Kruseman van Elten zelf aan het museum zijn geschonken. De tentoonstelling van deze schenking staat gepland voor het voorjaar van 2021.

In samenwerking met Museum Jan Cunen Oss heeft Stedelijk Museum Alkmaar in 2015 al een tentoonstelling aan het kunstenaarsgeslacht Kruseman gewijd, getiteld ‘Kruseman – Kunstbroeders uit de Romantiek’. De monografie die hierbij is uitgegeven kon als eerste bron voor het vormgeven van de tentoonstelling dienen. In de publicatie wijdt conservator Guido Jansen een essay aan Kruseman van Elten. Het archief dat Jansen destijds heeft aangelegd over de kunstenaar heb ik volledig mogen doorspitten. Daarnaast heb ik op internet en in de archiefmappen van het museum gezocht naar vroegere inventarissen, om zo de precieze titels en jaartallen van de etsen te kunnen achterhalen.

Hendrik Dirk Kruseman van Elten, Under the Bridge Old Shokan. N.Y., c. 1884. Inkt op papier (ets, droge naald, aquatint), 53 x 78,2 cm, collectie Stedelijk Museum Alkmaar

Als conservator doe je het onderzoek voor zo’n tentoonstelling echter niet alleen door relevante teksten te bestuderen. Het is net zo belangrijk om goed te blijven kijken. Wat is er op het kunstwerk te zien en wat voor verhaal kan dat vertellen? Met goed kijken naar de etsen kon ik ze aan de informatie uit de geschreven bronnen koppelen. Op die manier heb ik binnen de 69 etsen zeven groepjes samengesteld die elk een deel van het verhaal vertellen. Zo begon de kunstenaar pas met etsen in 1878, toen hij in Amerika woonde. Ik had daarnaast geleerd dat hij graag en plein air werkte, dat hij de

etstechnieken goed beheerste en dat hij de stijl van 17e-eeuwse Hollandse

landschapskunst gebruikte om landschappen in Amerika te verbeelden. De conservator 16e en 17e eeuw, Christi Klinkert, heeft me geholpen om deze stijl te leren herkennen.

(8)

8 Met kijken, lezen, schrijven, nog meer lezen, opnieuw kijken en herschrijven heb ik geprobeerd om de ‘hoofdstukken’ uit het verhaal van de Alkmaarder in New York visueel en tekstueel vorm te geven.

Bij de zaalteksten stond ik voor een ander soort uitdaging dan bij de

tekeningenwissel. In plaats van losse objectlabels te schrijven, besloten we hier om elk groepje van één zaaltekst te voorzien. Daarnaast zouden we een introductietekst en een losse biografie gaan gebruiken, waardoor de bezoeker eerst kan kennismaken met de kunstenaar. De zaalteksten moesten de bijbehorende groepjes inzichtelijk maken, maar met een maximum van 100 woorden was het onmogelijk om aan elke ets afzonderlijk te refereren. De uitdaging was dus om de kern van het verhaal aan te stippen en precies genoeg informatie te geven, om daarmee de bezoeker tot kijken en ontdekken aan te zetten. De teksten vormen als het ware zeven hoofdstukken van het verhaal van de Alkmaarder in New York. Uiteindelijk heb ik het tentoonstellings- en tekstplan

gepresenteerd in een vergadering met onze afdeling en het Marketing & Development-team.

Net als bij elke tentoonstelling kwamen hier behalve het creatieve proces ook een aantal logistieke zaken aan bod. Zo hebben we de klus doorgesproken met

restaurator Jean-Marieke Poot: de meeste etsen moesten nog worden voorzien van een nieuw passe-partout, dezelfde blankhouten lijsten en eventuele restauratie. De eerste doos met 16 etsen heb ik met registrar Sanne Bruin gecontroleerd, geïnventariseerd en klaargemaakt voor transport. Alle objecten uit de tentoonstelling moesten bovendien worden geregistreerd in een objectenlijst. Rondom de topografische titels van de etsen bestond onduidelijkheid, waarop we alle titels zijn nagelopen en uiteindelijk verbeterd hebben in Adlib. Met alle informatie en ideeën verzameld hebben we uiteindelijk een passende grafisch vormgever benaderd – Saar Manders, die onder meer voor Museum Voorlinden heeft gewerkt – om een ontwerp voor de tentoonstelling te maken.

Van Gogh, Cézanne, Le Fauconnier en de Bergense School

Door het coronavirus werd de tentoonstelling over Van Gogh, Cézanne, Le Fauconnier en de Bergense School noodgedwongen uitgesteld tot 2022. Toch kon ik Marjan van

Heteren een aantal keer assisteren bij de voorbereidingen. We begonnen met een bezoek aan het Van Gogh museum. Daarnaast heb ik onder andere in Delpher naar relevante informatie artikelen gezocht. Ook hebben we in drie dagen het manuscript van Leo Gestel bestudeerd, dat bewaard wordt in de Bijzondere Collecties van de

Universiteitsbibliotheek Leiden. Het manuscript bestaat uit diverse notitieboeken, met persoonlijke herinneringen en overpeinzingen die Leo Gestel heeft opgetekend in de jaren 1932-1934. Het doorpluizen van dit manuscript, dat Gestel met de hand opschreef, leerde me meer over hoe je dit soort documenten moet raadplegen en hoe je dit

vervolgens als onderzoeker moet verwerken. Belangrijke passages waarin de

kunstenaar zich waarderend uitliet over de kunst van Van Gogh, Cézanne en tijdgenoten als Gustave de Smet, de gebroeders Wiegman en Else Berg, typten we over in een apart document, zodat het tijdens het voorbereiden van de tentoonstelling nogmaals kon worden ingezien.

(9)

9 Naast de onderzoekstaakjes mocht ik Marjan van Heteren vergezellen bij

verschillende bezoeken aan mogelijke bruikleengevers. Tijdens deze bezoeken leerde ik hoe een conservator ook buiten het museum actief blijft netwerken. Je krijgt met

verschillende soorten mensen, collecties en privésferen te maken, waarbij je de juiste toon moet vinden om een passende afspraak te maken. Ook moet je in iemands privésituatie een beoordeling maken over de kwaliteit van de mogelijke bruiklenen.

Tenslotte sloot ik aan bij meerdere projectbesprekingen, waarin we de stand van zaken over de (internationale) bruiklenen, de marketing en mogelijke titels bespraken. Het hoogtepunt hierbij was het overleg met Waanders Uitgevers, waarbij ik mee kon luisteren over hoe een tentoonstellingscatalogus van een dergelijk formaat tot stand komt.

Overige museale taken

Afgezien van de bovengenoemde projecten, werd ik tijdens de stage actief betrokken bij vrijwel alles dat de revue passeerde. Voorbeelden hiervan zijn het mailverkeer met particulieren over kunst in hun bezit, het ontvangen van schenkingen en transporten in het museum, het meekijken bij kleine restauraties, het maken van conditierapporten en het helpen bij het ophangen van een schilderij ophangen op zaal. Een paar keer heb ik mogen helpen bij het ontvangen van - en overleggen met - kunstenaars en mogelijke bruikleengevers. Ook het depot hebben we vaak bezocht; niet alleen om kunst te

bekijken, maar ook heb ik registrar Inge Jolijn Schoone kunnen helpen bij het uitpakken van binnengekomen objecten. Een andere dag heb ik met Sanne Bruin en Loet Schledorn gesproken over hoe de technische zaken als verlichting, beveiliging en de preventieve conservering in het museum geregeld zijn; de hittegolf in juli was bijvoorbeeld een speciale uitdaging voor de temperatuurregulatie. Ook hebben Marjan van Heteren en ik het Venduehuis in Den Haag en Kunsthandel Bernard van Welsenes bezocht om een aantal mogelijke aankopen te beoordelen. Zo leefde er eigenlijk elke kantoordag wel iets nieuws, wat leuke afwisselingen gaf van de wat stillere thuiswerkdagen. Toch hebben we ook daar het beste van gemaakt door via vele Zoom- en telefoongesprekken te overleggen en contact te houden.

(10)

10 Afb. 5. De conditie controleren van

het schilderij Landschap met

Korenschoven van Frans Huysmans

Afb. 6. Assisteren van schilderijenrestaurator Jazzy de

Groot bij het consolideren van opstaande verf

Afb. 7. Helpen bij het arthandlen en inpakken van een schilderij na de tentoonstelling Collectie Paul Rijkens

Afb. 8. Improviseren met thuiswerken: 69 etsreproducties uitstallen

Afb. 9. Knip- en plakwerk: het vormgeven van een voorjaarsselectie van tekeningen op de Bergense School-zaal

(11)

11

Reflectie: een stage bij Stedelijk Museum Alkmaar

Ik heb Stedelijk Museum Alkmaar leren kennen als een museum dat zijn eigen verhaal blijft onderzoeken en kritisch naar zijn eigen collectie kijkt. Ze gaan daarbij met de huidige tijd mee, die onder meer vraagt om meer transparantie en inclusiviteit. Zo onderzoekt het museum bijvoorbeeld zijn Gouden Eeuw-collectie in het kader van ‘musea bekennen kleur’, waarbij ze een tweeledig verhaal durven te vertellen. Ze laten daarbij het slavernijverleden van een aantal 17e-eeuwse Alkmaarse handelaren, die in een deel van de collectie gerepresenteerd worden, niet onbenoemd. Het nadenken over inclusiviteit gaat ook over de toegankelijkheid van het museum; zo leeft de ambitie om via klankbordgroepen – met daarin een mix van leeftijden, opleidingsniveaus en

achtergronden – te kijken naar de ontvangst van en meningen over de tentoonstellingen en het museumgebouw. Een andere, mijns inziens terechte toekomstambitie, is om hedendaagse kunst een plek in het museum te geven. Dit is immers een belangrijk, levend onderdeel van de regio, dat het museum direct met het heden verbinden kan. In de geest van het hedendaagse Alkmaar denk ik ook dat er voor het museum kansen liggen in de stad: wat leeft er nu in de plaatselijke cultuur, onder de bewoners? Hoe kan het museum een rol spelen voor elke soort bezoeker, elke doelgroep – en daarmee andersom een vertegenwoordiger zijn van het Alkmaar van vandaag?

Daarnaast is een van de grote kwaliteiten van het museum dat ze goed weten hoe een verhaal moet worden verteld. Er wordt grondig onderzoek gedaan om een sterk verhaal neer te zetten, dat het publiek na een museumbezoek met een duidelijke

boodschap naar huis laat gaan. Toch denk ik dat het ook spannend zou zijn om af en toe louter de zintuigen het werk te laten doen; tenslotte gaat kunst ook over onze zintuigen, over ervaringen, over emoties. Het museum zou dan niet alleen een plek voor vertelling, maar ook voor verwondering kunnen zijn. Ik denk dat er voor het museum nog een kans ligt in het onvertelde.

De vijf maanden bij Stedelijk Museum Alkmaar hebben me, ondanks de corona-beperkingen, veel gebracht. Het was een veelzijdige stage, waar ik als stagiair welkom was om wat dan ook te vragen en waar dan ook aan mee te helpen. Doordat de

medewerkers van het museum nieuwsgierig waren naar wat ik als stagiair kon

bijdragen, voelde ik me aangemoedigd om steeds meer van mezelf te laten zien. De open houding, die van beide kanten kwam, maakte ook dat ik goed contact kon leggen met alle medewerkers en daardoor bij allerhande taken kon assisteren. Het museum weet welke werkzaamheden relevant zijn voor een student van een conservatorenopleiding: in de praktijk leren wat je nooit uit boeken halen kunt. Het gaat om het ontwikkelen van de noodzakelijke vaardigheden van een conservator. Van schrijven, kritisch kijken en onderzoeken tot netwerken, objecten hanteren en te allen tijde nieuwsgierig zijn. Ik heb mijn speurneus op mogen zetten, mijn kijk op tentoonstellingen mogen ontwikkelen, mogen oefenen met schrijven voor een breed publiek. Ik ben dichtbij kunstwerken gekomen; ik heb ze mogen aanraken, beoordelen, nakijken. Ik mocht op gepaste afstand bij verzamelaars thuis naar kunst kijken – en er met passie over praten. En ondertussen

(12)

12 mocht ik deel uitmaken van een enthousiast, ambitieus, vrolijk, kritisch en veelzijdig team.

Met deze stage kon ik mezelf in dit beroep en binnen een dergelijke organisatie te leren kennen. Ik leerde dat ik van nature nieuwsgierig ben, en daarom graag met

iedereen meekeek. Ook het sociale aspect van het conservatorschap beviel me

ontzettend goed; niet alleen binnen het museum, maar ook met de particulieren die we ontmoetten maakte ik met plezier contact. Door middel van het analyseren van zowel objecten als presentaties heb ik mijn blik verder kunnen ontwikkelen, en leerde ik dat ik op mijn manier van kijken vertrouwen kan. Het schrijven van de teksten vond ik een leuke, maar ook uitdagende klus. Ik merkte dat ik het schrijven van de zaalteksten voor Kruseman van Elten een stuk lastiger vond dan de individuele objectlabels voor de tekeningenwissel; het ging nu niet meer om een verhaal over één kunstwerk, maar om de inhoud van een hele tentoonstelling. De objectlabels op de Bergense School-zaal schreef ik vrijer omdat daar – letterlijk en figuurlijk – meer speelruimte was. Ik heb er veel van geleerd en denk dat ik me er nog verder in ontwikkelen kan.

Vast zoals zovelen vond ik het thuiswerken de grootste uitdaging. In de beginperiode vond ik het soms lastig om vanuit huis grip te houden op mijn werkzaamheden. Daardoor verliep de communicatie met mijn begeleider wat rommeliger en kon ik minder goed inschatten hoe ik mijn taken en werkzaamheden moest indelen, wat stress opleverde. We hebben dit met elkaar besproken en opgelost door elke ochtend door te spreken wat er die dag op het programma stond. Daardoor kwam er meer routine in de dagen en kwam ik veel beter tot werken. Ik leerde ook dat een proactieve houding en een kritische blik alleen maar welkom zijn. In het begin voelde ik me nog wel eens bezwaard; dan was ik toch wat bang om een domme vraag te stellen of een afwijkende mening te geven. Hoe meer ik echter vertrouwd raakte met het team en met het werk, hoe meer ik ook durfde te vragen of opmerken. Ik wil mezelf daarom in de toekomst meegeven nog daadkrachtiger te durven zijn.

(13)

13

Bijlage 1: teksten Bergense School-zaal

Houtsneden Piet Wiegman (1885-1963)

De bijzonder veelzijdige Piet Wiegman maakte van 1920 tot aan het einde van zijn leven houtsneden. Tijdens het houtsnijden hanteerde hij een eigenzinnige techniek.

Traditioneel werkt een houtsnijder in spiegelbeeld, omdat de uitgesneden afbeelding tijdens het drukken op papier wordt omgedraaid. Wiegman maakte zijn afdrukken echter meestal op Japans rijstpapier. Deze papiersoort is zo dun, dat de inkt door het papier heen kan worden gedrukt. De afbeelding verschijnt zo op de achterkant van het papier, identiek aan het origineel op de houten plaat. Hierdoor hoefde Wiegman zijn composities zelden in spiegelbeeld te vervaardigen. Daarnaast maakte hij gebruik maakte van een handroller, waardoor het geen probleem was dat hij zelf geen pers bezat.

Woodcuts by Piet Wiegman (1885-1963)

The extraordinarily diverse Piet Wiegman made several woodcuts between 1920 and the end of his life. He used a curious technique when carving a woodblock. Traditionally, printmakers create a mirror image of their composition, since the image is reversed when printed on paper. However, Wiegman usually printed his woodcuts on Japanese rice paper. This type of paper is so thin that the impression shows through on the other side: the image on the reverse of the paper is identical to the original on the woodblock. As a result, Wiegman seldomly needed to carve his compositions as a mirror image. In addition, he used a hand roller, so it was not a problem not having a printing press.

(14)

14 Piet Wiegman (1885-1963)

De zondeval, 1920

Inkt op rijstpapier, 28 x 33 cm Stedelijk Museum Alkmaar

Dit is de allereerste houtsnede die Piet Wiegman ooit maakte. Hij vertaalde zijn kenmerkende stijl van sterke contrasten naar dit nieuwe medium. Afgebeeld is het onheilspellende Bijbelverhaal van Adam en Eva. Middenin het exotische tafereel krult een slang zich om een boom. Deze verleidde Eva de verboden appel te plukken, waarop God hen beide uit het paradijs verdreef. Het Bijbelse onderwerp is zeer uitzonderlijk voor Wiegman, die het afkeek van een soortgelijke houtsnede van zijn broer Matthieu. Piet Wiegman (1885-1963)

Original Sin, 1920

Ink on rice paper, 28 x 33 cm Stedelijk Museum Alkmaar

This is Piet Wiegman’s first woodcut. Here he translated his characteristic style with its sharp contrast to the new medium. The subject is the ominous turn of events in the biblical story of Adam and Eve. In the middle of the exotic scene, a serpent winds its way down the tree. It is enticing Eve to take the forbidden fruit, for which God will banish them from Paradise. Wiegman rarely chose biblical subjects; this composition was inspired by a similar woodcut by his brother Matthieu.

(15)

15 Piet Wiegman (1885-1963)

Houten plaat tentoonstellingsaffiche, 1921

Hout, ca. 84 x 64 cm

Stedelijk Museum Alkmaar

Deze plaat met zelfportret sneed Piet Wiegman in 1921 als tentoonstellingsaffiche. Door het onderste deel te vervangen kon hij de voorstelling tot in de jaren ’50 blijven

gebruiken. Op het portret presenteert hij zichzelf als houtsnijder: in zijn linkerhand houdt hij het gebruikte mes nog vast. Rechtsachter is een palet met penselen afgebeeld, die refereren aan hem als kunstschilder. Zijn blik is op het publiek gericht, maar valt weg in een donkere schaduw.

Piet Wiegman (1885-1963)

Exhibition poster woodblock, 1921

Wood, c. 84 x 64 cm

Stedelijk Museum Alkmaar

Piet Wiegman cut this self-portrait woodblock in 1921 for an exhibition poster. By replacing the bottom section, he was able to continue using the same design through to the 1950s. In the portrait he shows himself working on a woodcut: he is holding a gouge in his left hand. Behind him, on the right is a palette and brushes, referring to himself as a painter. He is turning to face the viewer, but his features are hidden by dark shadow.

(16)

16 Piet Wiegman (1885-1963)

Zelfportret met beeldje en crucifix, 1921

Inkt op papier, ca. 84 x 64 cm Particuliere collectie

In 1903 kreeg Wiegmans vader ernstige mentale problemen door geruzie met de rooms-katholieke kerk. Dit maakte diepe indruk op Wiegman en hij besloot de kerk als instituut de rug toe te keren. De gekruisigde Jezus op de achtergrond is daarom opmerkelijk: het symboliseert hoe Wiegman op zijn eigen manier religieus was. Vooraan plaatste hij een ruiterbeeld met een offerschaaltje. Het is een ‘heidens’ Indonesisch Batak-beeldje, dat Wiegman kocht op het Waterlooplein in Amsterdam.

Piet Wiegman (1885-1963)

Self-Portrait with Statue and Crucifix, 1921

Ink on paper, c. 84 x 64 cm Private collection

In 1903, conflicts with the Catholic church left Wiegman’s father in serious psychological distress. This had a profound effect on Wiegman and persuaded him to turn his back on the church as an institution. So the crucifixion scene in the background is striking: it shows that Wiegman remained religious in his own way. In the foreground is an equine figure holding up a collection plate. It is a ‘heathen’ Indonesian Batak sculpture which Wiegman bought at Waterlooplein street market in Amsterdam.

(17)

17 Piet Wiegman (1885-1963)

Landschap met geit, 1920

Inkt op rijstpapier, 28 x 38 cm Stedelijk Museum Alkmaar

Zo rijk gedetailleerd als De zondeval elders op deze wand is, zoveel ruimte is er in dit

Landschap met geit. Wiegman concentreerde zich hier vooral op het suggereren van

diepte. Hij plaatste de horizon hoog op het vlak, een perspectief dat hij vaker gebruikte. Door de zwarte en witte partijen steken de heuvels scherp tegen elkaar af. Ze volgen elkaar op in een ritmische cadans. Het geheel vormt een onbekend landschap: staat deze geit in de bergen of duinen?

Piet Wiegman (1885-1963)

A Goat in a Landscape, 1920

Ink on rice paper, 28 x 38 cm Stedelijk Museum Alkmaar

As rich in detail as his Original Sin is elsewhere on this wall, this Goat in a Landscape is full of space. Here Wiegman focused especially on creating a sense of depth. He placed the horizon high in the composition, a perspective he often preferred. Juxtaposing dark and light areas, the hills appear in sharp contrast. They unfold in a series of rhythmic waves. The composition shows an unknown landscape: is the goat grazing in the hills, or in the dunes?

(18)

18 Piet Wiegman (1885-1963)

Portret van Piet Wiegman en Janna Formijne, 1921

Inkt op rijstpapier, 39,5 x 35,3 cm Stedelijk Museum Alkmaar

Piet Wiegman leerde Janna Formijne kennen in 1921, op een kunstenaarssociëteit in Amsterdam. Janna volgde destijds schilderlessen aan de Rijksakademie. Datzelfde jaar traden ze in het huwelijk. Ze leefden een jaar in de Jordaan, waar veel kunstenaars woonden. Daar maakte Wiegman deze houtsnede, waarop Janna frontaal is afgebeeld. De compositie kreeg balans door de kleuren op de rechterhelft om te draaien. Het is een zeldzaam portret van het echtpaar, dat samenbleef tot Wiegmans overlijden in 1963. Piet Wiegman (1885-1963)

Portrait of Piet Wiegman and Janna Formijne, 1921

Ink on rice paper, 39.5 x 35.3 cm Stedelijk Museum Alkmaar

Piet Wiegman met Janna Formijne in 1921, through an art society in Amsterdam. Janna was taking painting lessons at the time at the city’s Rijksakademie. They married that same year. For a year they lived in the Jordaan neighbourhood, as did many other artists. That was where Wiegman made this woodcut, showing Janna en face. The balance in the composition is achieved by a reversal of colours on the right. It is a rare portrait of the couple, who remained together until Wiegman’s death in 1963.

(19)

19 Henri le Fauconnier (1881-1946)

Stilleven met zwaantje, ca. 1922

Aquarel, 75x55 cm

Stedelijk Museum Alkmaar, schenking Renée Smithuis

Tegen een donkere achtergrond steekt een vaasje met bloemen helder af. Door een witte draperie wordt het onderwerp extra uitgelicht. Le Fauconnier zette dit Stilleven met

zwaantje met vlugge penseelstreken op papier. Het zwaantje is op de aquarel hiernaast

ook in de achtergrond te ontdekken. Vermoedelijk behoorde het tot zijn persoonlijke bezittingen en stond het in zijn atelier. Hier is het dusdanig prominent afgebeeld, dat het wel een portret van het zwaantje lijkt.

Henri le Fauconnier (1881-1946)

Still Life with Swan, c. 1922

Watercolour, 75 x 55 cm

Stedelijk Museum Alkmaar, given by Renée Smithuis

While a vase with flowers contrasts clearly against a dark background, a draped white cloth accentuates the subject further. Le Fauconnier executed this Still Life with Swan with rapid brushstrokes on paper. The swan can also be seen in the background of the adjacent watercolour. It may have been a personal possession which he kept in the studio. Here it has such a prominent position that the piece almost resembles a portrait of the swan.

(20)

20 Henri le Fauconnier (1881-1946)

Zittend naakt, datering onbekend

Aquarel, 113,6x87,4 cm Stedelijk Museum Alkmaar

De Fransman Henri le Fauconnier keerde in 1920 terug naar Parijs. Daar wachtte hem een roerige periode. Zijn figuratieve, expressionistische stijl vond in Parijs weinig waardering en bovendien werd zijn vrouw opgenomen in een inrichting. Wie hier is geportretteerd is onbekend, maar hij legde haar met aandacht vast. Haar lijf is zorgvuldig gemodelleerd door met lichte penseelstrepen richting aan de vormen te geven. Het interieur kent minder detail, maar linksboven valt een duidelijk attribuut te onderscheiden: het zwaantje met bloemen.

Henri le Fauconnier (1881-1946)

Seated Nude, date unknown

Watercolour, 113.6 x 87.4 cm Stedelijk Museum Alkmaar

Frenchman Henri le Fauconnier returned to Paris in 1920. A turbulent time awaited him there. Few in Paris appreciated his figurative, expressionist style and worse still, his wife was committed to an institution. Although the identity of the subject is not known, he painted her with particular attention. Her body is carefully modelled, with light

brushstrokes giving direction to her form. While the interior is shown with less detail, one attribute is clearly distinguishable top left: the swan, with flowers.

(21)

21 Matthieu Wiegman (1886-1971)

Boetvaardige Magdalena, 1920

Aquarel, 61x46 cm

Stedelijk Museum Alkmaar, schenking Renée Smithuis

Matthieu Wiegman was de enige kunstenaar van de Bergense School die religieuze voorstellingen maakte. Hier schildert hij Maria Magdalena, een Bijbels figuur die verschillende verhaallijnen kent. Als boetvaardige zondares werd zij in de kunst vaak afgebeeld in rode en witte gewaden. Rood symboliseert het martelaarschap, het wit is rein en vrij van zonden. Deze symboliek past ook bij Jezus, die voor de zonden van de mensheid boette aan het kruis.

Matthieu Wiegman (1886-1971)

Penitent Magdalen, 1920

Watercolour, 61 x 46 cm

Stedelijk Museum Alkmaar, given by Renée Smithuis

Matthieu Wiegman was the only Bergen School artist to paint religious scenes. Here his subject is Mary Magdalen, a biblical figure who features in several narratives. As a repentant sinner she is often portrayed by artists wearing red and white garments. Red represents martyrdom, while white represents purity and freedom from sin. This

(22)

22 Arnout Colnot (1887-1983)

’t Oude Hof, datering onbekend

Aquarel, 72,3x79 cm Stedelijk Museum Alkmaar

‘Colnot delle notte’, zo refereerde een journalist in 1929 aan Arnout Colnot - schilder van nachten. ‘Het donker is in zijn werk een hoofdpersoon geworden,’ werd gesteld, en inderdaad is op deze aquarel het gebrek aan kleur opvallend. Vanaf een schaduwrijke plek is tussen de bomen door het Oude Hof in Bergen te zien. Het daglicht dringt nauwelijks door het dichte bladerdak, pas daarachter wordt het gazon verlicht. De schaduw is hier het onderwerp; het landgoed slechts een decor.

Arnout Colnot (1887-1983)

’t Oude Hof, date unknown

Watercolour, 72.3 x 79 cm Stedelijk Museum Alkmaar

‘Colnot delle notte,’ as a journalist wrote of Arnout Colnot in 1929: painter of the night. ‘Darkness has become the subject in his work,’ it was suggested, and indeed, the absence of colour is striking in this watercolour. From a shaded vantage point, a Bergen

landmark, Oude Hof, is visible through the trees. Although the daylight barely penetrates the thick foliage, further beyond, the sun shines on the lawn. Shadow is the subject here; the house is just decoration.

(23)

23 Piet van Wijngaerdt

Hofje in Barrevoetestraat te Haarlem, datering onbekend

Pastel, 49,3 x 56,5 cm Stedelijk Museum Alkmaar

Piet van Wijngaerdt was een van de weinige Bergense Schoollieden die stadsgezichten vastlegde. Een dergelijke blik op een stadshofje is in zijn oeuvre ook niet zeldzaam. Hij wist de kwaliteit van de architectuur precies te vangen: het hout is hoekig, de

dakpannen golvend, het pleisterwerk zacht. Dit wordt benadrukt door het kleurgebruik. Doordat het beeld is uitgesneden, lijkt het haast alsof je als passant het hofje inkijkt. Piet van Wijngaerdt

Barrevoetestraat Courtyard in Haarlem, date unknown

Pastel, 49.3 x 56.5 cm Stedelijk Museum Alkmaar

Piet van Wijngaerdt was one of the few Bergen School artists to paint city scenes. In fact, views of courtyards like this are not unusual in his oeuvre. The artist managed to

capture the quality of the architecture precisely: the timber is angular, the rooftiles undulate, the plaster is soft. All this is emphasised by the choice of colour. By cropping the composition, for the viewer it feels like glancing inside while passing by the

(24)

24 Leo Gestel

Lezende vrouw, 1906

Pastel, 45,6x32 cm

Stedelijk Museum Alkmaar

Tussen 1906 en 1907 maakte Leo Gestel meerdere tekeningen van lezende vrouwen, waaronder dit intieme portret. Hij concentreerde zich volledig op het gezicht, dat hij gedetailleerd vormgaf met kleine, kleurige streepjes. Linksonder wordt met een snelle schets een boek gesuggereerd. Door zijn tekentalent kreeg Gestel vaak opdrachten voor illustraties en reclamewerk. Het ontbrak hem destijds aan geld voor modellen, dus gebruikte hij mensen uit zijn intieme omgeving. Waarschijnlijk heeft hij hier zijn moeder afgebeeld.

Leo Gestel

Woman Reading, 1906

Pastel, 45.6 x 32 cm

Stedelijk Museum Alkmaar

Between 1906 and 1907, Leo Gestel created several drawings of women reading, including this intimate portrait. Here he concentrated entirely on the face, which he executed in fine detail with small, colourful lines. Below left, a book is suggested with a rough sketch. As a talented draughtsman, Gestel was often commissioned for

illustrations and advertisements. At the time, he had little money for models, so he relied on the people in his own social circle. For this drawing he probably portrayed his

(25)

25

Bijlage 2: teksten Hendrik Dirk Kruseman van Elten

1829: geboren op 14 november te Alkmaar, als oudste zoon van Daniël Nicolaas van Elten en Elisabeth Frederica Kruseman. Door zijn zwakke gezondheid is Hendrik Dirk niet in staat de notarispraktijk van zijn vader over te nemen. Deze staat hem daarom toe een kunstenaarsopleiding te volgen. 1844-1849: gaat in Haarlem in de leer bij Romantische landschapsschilder Cornelis

Lieste. Door het ijverig buiten werken loopt hij een oorontsteking op die leidt tot blijvende gehoorschade.

1850: debuteert op de Tentoonstelling van Levende Meesters in Rotterdam. 1853-1860: woont en werkt in Oosterbeek, Amsterdam en Brussel en maakt diverse

reizen door Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Maakt prenten voor zijn oom, uitgever Arie Cornelis Kruseman, bij diverse publicaties van Willem Jacob Hofdijk.

1861: een Amerikaanse verzamelaar koopt zijn werk aan. Daardoor beseft Kruseman van Elten dat er kansen liggen op de Amerikaanse kunstmarkt. 1865-1873: eerste verblijf in New York. Toch komt hij moeilijk rond en ziet zich

genoodzaakt terug te keren naar Nederland.

1874: trouwt met Margaretha Rudolpha Westerman Holstijn op 12 juli in Amsterdam. Kort daarop overlijdt zijn vader, waardoor zijn financiële positie verbetert. Samen met zijn echtgenote vertrekt hij opnieuw naar New York.

1876-1877: dochter Elisabeth Frederica (‘Bessy’) wordt geboren, gevolgd door zoon Marinus Rudolph, die nog geen twee jaar oud wordt.

1879: begint naast schilderijen en aquarellen ook etsen te maken. Sluit zich onder meer aan bij de New York Etching Club. Het werk van de clubleden wordt door Sylvester Koehler, de allereerste conservator prentkunst in Amerika, gepubliceerd in The American Art Review

1883: wordt door de National Academy of Design benoemd tot National Academician, een exclusieve eretitel voor kunstenaars.

1897-1904: verhuist naar Parijs, waar zijn dochter aan de academie gaat studeren. Hij zendt tot 1900 werk in naar tentoonstellingen in Nederland en Amerika. 1904: Kruseman van Elten overlijdt op 12 juli in Parijs. Hij wordt op 21 juli in

(26)

26

Hendrik Dirk Kruseman van Elten, Een Alkmaarder in New York

In november 1892 werd bij Stedelijk Museum Alkmaar een pakket uit Amerika

afgeleverd. De kist bevatte een schenking van 69 etsen van Hendrik Dirk Kruseman van Elten. De geboren en getogen Alkmaarder woonde en werkte (met een korte

onderbreking) ruim dertig jaar in New York. Daar bewoog hij zich met gemak tussen de belangrijkste Amerikaanse kunstenaars van zijn tijd. Tijdgenoten omschreven hem als een van de meest bedachtzame, gewetensvolle en efficiënte Amerikaanse schilders. Daarnaast pakte hij er de etsnaald op. De kunstenaar bleef tegelijkertijd trouw aan Nederland: hij stelde er jaarlijks werk ten toon, en verbeeldde het Nederlandse landschap in zijn werk.

Toen zijn gezichtsvermogen verslechterde, was Kruseman van Elten niet meer in staat om op klein formaat te werken. Van de twee complete sets etsen die hij bezat, besloot hij er een na te laten aan het museum van zijn geboortestad. Voor het eerst worden alle etsen samen gepresenteerd.

‘Certainly I am an American etcher, as I never handled the needle before I came to the

United States.’ Kruseman van Elten 1880

An American etcher

In New York betrok Kruseman van Elten een atelier in het beroemde Tenth Street Studio Building. Dit gebouw werd het kloppende hart van de Amerikaanse kunstwereld, waar ‘Kruus’ actief aan deelnam. Hij sloot zich aan bij allerlei kunstenaarsverenigingen. In 1878 begon hij met etsen en werd lid van de New York Etching Club. Door het etsen kreeg hij een nieuw netwerk, nieuwe opdrachten en daardoor een extra inkomen. Hij leerde op groot formaat te etsen, met Under the Bridge als een van de hoogtepounten. De intrigrerende compositie toont arbeiders onder een houten brug in Old Shokan, een dorpje in New York.

‘Of late, I feel much interested in etching directly from nature. I have done three plates, and propose to do several more this summer. I expect to gain more benefit by etching

from nature than by my practising in the studio. At the same time, I enjoy it.’ H. D. Kruseman van Elten 1881

Etsen in de buitenlucht

Kruseman van Elten trok graag de natuur in om en plein air te werken. Al tijdens zijn studietijd dreef zijn werklust hem voor dag en dauw naar buiten. Hij liep een zware verkoudheid op en raakte permanent half-doof. Toch bleef hij ook in Amerika zoeken naar ‘het innige der natuur’; zijn zomerhuis in Ellenville, vlakbij New York, was daarvoor een goede uitvalsbasis. Daar is Old House on the Hilltop bijvoorbeeld gemaakt. Een titel als Twilight vertelt hoe de kunstenaar in de buitenlucht het precieze licht en de

(27)

27 ‘It was more then a pleasing etching. It is as quiet and tranquil as can be, has well-defined foliage, and a well worked-in distance. […] Exceedingly truthful.’ The New York

Times, 1881

Een virtuoos etser

In 1881 werd Kruseman van Elten geprezen om de vakkundigheid waarmee hij On the

Housatonic River, een van zijn eerste etsen, had vervaardigd. De details en sfeer maakten

het beeld voor de journalist ‘buitengewoon fraai’. In de jaren daarop ontpopte de kunstenaar zich tot een vakkundig etser. Hij kreeg het medium goed in de vingers. Met de droge naald-techniek kraste hij direct in de etsplaat. Technieken als aquatint, mezzotint en vernis mou gebruikte hij om partijen donker of wit te maken. De etsen werden vervolgens afgedrukt op verschillende papiersoorten, waaronder het kwetsbare rijstpapier. Deze gaven verschillende kwaliteiten aan de prenten.

Werken in opdracht

Door zijn techniekbeheersing kreeg Kruseman van Elten regelmatig opdrachten van uitgevers, kunsthandelaren om reproducties van schilderijen te maken. Ieder schilderij vormde een andere uitdaging. Zo kopieerde de etser het doek Morning van de Franse kunstenaar Camille Corot in grijstinten, om de zachte tonen van diens late werk te benaderen. Het populaire The Heart of the Andes van zijn vriend Frederic Church was wel drie meter breed. In de veel kleinere ets moest Kruseman van Elten de essentie van het doek overbrengen. Daarvoor liet hij veel exotische details achterwege. Hij gebruikte de onderste rand om alsnog een papegaai toe te voegen.

Klein bijwerk

Kruseman van Elten heeft de onderranden of ‘marges’ van zijn latere etswerk

meermaals van kleine tekeningen voorzien. De bijwerkjes zijn op elke prent uniek. Met minutieuze precisie etste hij voorstellingen van een bootje, twee kikkers of een

struikgewas. Waarom de etser deze details toevoegde, is niet helemaal duidelijk. Mogelijk zijn het elementen van het landschap die hij niet in de hoofdvoorstelling kwijt kon. Of zijn het persoonlijke droedels van de kunstenaar? Hij kan de marges ook hebben gebruikt om een specifiek aspect van de ets uit te lichten. In dat geval dienen de

(28)

28 ‘In his choice of subjects Mr. Van Elten seems to betray the Dutch blood that flows in his veins. (…) He finds these subjects both here and in Holland.’ Sylvester Koehler, 1880

Nederland verbeeld

In 1877 werd Kruseman van Elten voor zijn Nederlandse bijdragen op Amerikaanse tentoonstellingen door koning Willem III geridderd tot de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Die representatie van Nederland werd ook in zijn prentwerk duidelijk zichtbaar. Door middel van meegebrachte studies en schetsen kon de kunstenaar het Hollandse landschap in zijn kunst blijven verwerken. De landschappen zijn meestal verrijkt met typisch Hollandse elementen, zoals molens, rivierlandschappen en zeilboten. In de titels valt te lezen dat Kruseman van Elten onder meer in Kampen, Dordrecht en Utrecht heeft gewerkt. Ze zijn hem blijven inspireren.

‘Kruseman van Elten was instrumental in introducing the precepts of the Dutch Golden

Age to American audiences.’ Sylvester Koehler, 1881

Door Hollandse ogen

Op het eerste gezicht doen Kruseman van Eltens Amerikaanse landschappen vertrouwd aan. Met de lage horizonten, knoestige bomen en landweggetjes herinneren ze sterk aan landschappen van Nederlandse zeventiende-eeuwse meesters. Die waren erg populair in Amerika en Kruseman van Elten speelde hier subtiel op in. A Cottage by the Sea en The

Village Road laten zien dat de kunstenaar het werk van bijvoorbeeld Meindert Hobbema

en Pieter de Molijn goed heeft bestudeerd. Windmills in Holland, Dordrecht lijkt

daarnaast bijzonder op Molen bij Wijk bij Duurstede van Jacob van Ruisdael. Het is een van de allerlaatste etsen die de Alkmaarder heeft vervaardigd.

(29)

29

Bijlage 3: Voorbeeld van een afgifte- en ontvangstbewijs

AFGIFTE- EN ONTVANGSTVERKLARING

Uitgaande / inkomend: UIT Eigen collectie: JA

Bestemming: Jean-Marieke Poot, Papierrestaurator

Bergen Papier Restauratie Havinghastraat 32

1817 DA Alkmaar

Afkomst: Stedelijk Museum Alkmaar

Omschrijving object(en): Zwart-wit etsen van Amerikaanse en Hollandse landschappen, vervaardigd met een droge naald op verschillende soorten papier. Het betreft 15 liggende en 1 staand formaat.

020332 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Homeward Bound. Napanoch N. Y. 29,5 x 48,3 cm 020334 Hendrik Dirk Kruseman van Elten

Cottage near the Sea. North America Gloucester. Mass. 36 x 49,5 cm 020310 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Winnockey River New Jersey 39,2 x 56,7 cm 020326 Hendrik Dirk Kruseman van Elten

The River Bank. New Milford. Conn. North America. 36,3 x 49,5 cm 020313 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Windmill in Holland. Dordrecht. 36,2 x 43,2 cm 020327 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Glimpse of the ocean. Gloucester Mass. North America. 39,3 x 56,5 cm 020331 Hendrik Dirk Kruseman van Elten In the meadows. Pennsylvania. North America. 39,5 x 57,3 cm 020335 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Shady Pasture. Napanoch. North America. 32,4 x 46,5 cm 020339 Hendrik Dirk Kruseman van Elten A gust of wind, New Milford. Conn. North America. 36,6 x 49,8 cm 021486 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Deserted Mill. North America. 36,5 x 46,5 cm

(30)

30 020308 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Zonder titel 53 x 40 cm 021488 Hendrik Dirk Kruseman van Elten In the grove Wasthington, North America. 31,3 x 41 cm 020305 Hendrik Dirk Kruseman van Elten At Dordrecht. Holland. 36,4 x 48,8 cm 020336 Hendrik Dirk Kruseman van Elten At Kampen. Holland. 34 x 43,2 cm 020357 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Noon. Sansspoint near Ellenville N. Y. 30,6 x 42 cm 021121 Hendrik Dirk Kruseman van Elten Holland. River Abcoude. 39,5 x 51,5 cm

030932 Piet Wiegman Portret Henri Le

Fauconnier, aquarel

Reden: voor een tentoonstelling moeten alle etsen van Hendrik Dirk Kruseman van Elten worden voorzien van een (nieuw) passepartout en een standaardlijst. Waar noodzakelijk moeten de etsen ook worden gerestaureerd.

Bijzonderheden: de 16 etsen worden tezamen in de bijbehorende doos, zoals bewaard in het depot, geleverd. In de doos zitten ook twee lege hoezen, die nog horen bij twee reeds ingelijste etsen. Object 030932 is verlijmd op ondergrond, gaat voor onderzoek mee.

Aldus in tweevoud opgemaakt en ondertekend te

d.d. 15-09-2020

Voor afgifte Voor ontvangst

(31)

31

Bijlage 4: Selectie tekeningen Bergense School-zaal, voorjaar 2021

Wand 1

Piet van Wijngaerdt, Boer bij bollenvelden, datering? Pastel op papier, 22,8 x 18,7 cm (voorzien van nieuwe lijst en passepartout) 030826

Else Berg, Portret van een man, misschien Mommie Schwarz, 1920. Pastel op papier, 43.2 x 30.5 cm (conditie checken!) 030546

Else Berg, Drie mannen, 1927/28. Litho en houtskool op papier, 52 x 45 cm (nieuwe aanwinst)

(32)

32 Piet Wiegman, Portret van Henri le Fauconnier, ca. 1917. Aaquarel, 95 x 65 cm (nieuwe aanwinst; nog bij papierrestauratie) 030932

Wim Schuhmacher, Oude vrouw in San Gimignano, 1926. Zwart krijt op papier. 80,3 x 63,5 cm. (ingelijst) 021288

(Zaaltekst)

Piet van Wijngaerdt, Boer in het veld, 1938. Pastel op papier, 27,3 x 28,8 cm (voorzien van nieuwe lijst en passepartout) 030827

(33)

33 Wand 2

Piet Wiegman, Hargergat vanaf de Oude Heerenweg, 1954. Inkttekening op papier, 51,5 x 65,5 cm (moet nog lijst en passe-partout) 020499

Arnout Colnot, Stilleven met flessen, 1920. Houtskool op papier, 79 x 67 cm (moet nog lijst en passe-partout) 020869

Arnout Colnot, Brug Reguliersgracht te A’dam, 1900-1950? Houtskool op papier, 49 x 62,8 cm (moet nog lijst en passepartout) 021732

(34)

34 Leo Gestel, Belgische Vluchtelingen, 1914. Gekleurd krijt op papier, 61.4 x 84.2 cm

In langdurig bruikleen (bruikleengever vermelden in creditline; nieuwe aanwinst) (heeft al lijst en passepartout)

Dirk Filarski, Spaans Vissersdorp, 1952. Aquarel op papier, 84,5 x 73,4 cm (nieuwe passepartout nodig) 020954

Leo Gestel, Weidelandschap met koeien, 1939. Pastel op papier, 28,6 x 37,6 cm (moet nieuwe lijst (passepartout?)) 020221

(35)

35

Bijlage 5: Conditierapporten Frans Huysmans

CONDITIE RAPPORT

door: M.van Heteren / B. de Rode

SCHILDERIJ

datum:

Eigendom: Stedelijk Museum Alkmaar Vervaardiger: Frans Huysmans

Titel: Gezicht op de polder vanuit de duinen Inv. Nr.: 030744

Datering: 1930

Materiaal: olieverf op doek

Afmeting: Hoogte: Met lijst: 189.8 cm

Breedte: Met lijst: 159 cm

(36)

Verpakking:

PE-folie noppenfolie papier

extra hoekbescherming kist

anders, nl……….

Verpakken face up/face down

Kist: standaardkist/klimaatkist opmerkingen: Voorkantbescherming: Mirogard Protect/glas/perspex glastape/geen glastape onzuiverheden/krassen/vet Opmerkingen: Achterkantbescherming: Kapa-line/textiel/anders: Opmerkingen:

Hangsysteem ogen/mirror plates/Steddies/ander:

Verwijderen voor transport: ja/nee Remarks:

Mounting

Opmerkingen/bijzonderheden: Opmerkingen algemeen:

(37)
(38)
(39)
(40)
(41)

Toestand bij aankomst SMA Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Toestand voor inpakken SMA

Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Toestand voor vertrek bij bruikleennemer

Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Toestand na aankomst bij SMA

Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Opmerkingen: Datum: door: ……… ……… ……… Datum: door: ……… ……… ……… Datum: door: ……… ……… ………

(42)

CONDITIE RAPPORT

door: M.van Heteren / B. de Rode

SCHILDERIJ

datum:

Eigendom: Stedelijk Museum Alkmaar Vervaardiger: Frans Huysmans Titel: Landschap bij Groet Inv. Nr.: 030822

Datering: 1917

Materiaal: olieverf op doek

Afmeting: Hoogte: Met lijst: 105 cm

Breedte: Met lijst: 124,2 cm

(43)

Verpakking:

PE-folie noppenfolie papier

extra hoekbescherming kist

anders, nl……….

Verpakken face up/face down

Kist: standaardkist/klimaatkist opmerkingen: Voorkantbescherming: Mirogard Protect/glas/perspex glastape/geen glastape onzuiverheden/krassen/vet Opmerkingen: Achterkantbescherming: Kapa-line/textiel/anders: Opmerkingen:

Hangsysteem ogen/mirror plates/Steddies/ander:

Verwijderen voor transport: ja/nee Remarks:

Mounting

Opmerkingen/bijzonderheden: Opmerkingen algemeen:

(44)
(45)
(46)
(47)
(48)

Toestand bij aankomst SMA Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Toestand voor inpakken SMA

Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Toestand voor vertrek bij bruikleennemer

Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Toestand na aankomst bij SMA

Datum:

depot zaal Vastgesteld door: Functie:

Handtekening: Opmerkingen: Datum: door: ……… ……… ……… Datum: door: ……… ……… ……… Datum: door: ……… ……… ………

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Jezus gaat over het water in dit verhaal. Dat over het water gaan, is in de Bijbel iets dat God zelf doet – denk maar aan Genesis 1, waar de Geest van God over het water

De Veiligheidsregio Hollands Midden en de hulpdiensten bereiden zich voor op terrorismegevolgbestrijding / extreem geweld. Zowel multidisciplinair en monodisciplinair worden

In afwijking van voorschrift 6 mag een activiteit in afwijking van de aanvraag en/of het vergunde worden uitgevoerd indien en voor zover deze afwijking naar het oordeel van

De afdeling PreOp en Opname vertelt u hoe laat u verwacht wordt in Tergooi MC.. Dag

U mag een aantal uren vóór uw operatie niet meer eten en drinken.. Als er tijdens de operatie nog voedsel in de maag zit, bestaat de kans dat u

Neem 4 uur vóór de operatietijd 2 keer Nutricia preOp drank in, om _ _ _ _ _ _ uur Meld u op afdeling Chirurgie A1 op locatie Hilversum om _ _ _ _ _ _ uur.. Hoe gebuikt

Sheet 640 op de ondergrond, verwijder de beschermingsfolie en lamineer met een rubberspatel (S&P Squeeze) of aandrukroller. Zorg ervoor dat de overlap in de richting van

(NB: Er is een verschil tussen leuke en niet leuke geheimen. Bespreek eventueel ook met de kinderen dat het bij niet leuke geheimen soms toch goed is om erover te praten. Niet