Vraag nr. 199 van 14 juni 2002
van mevrouw NIKI DE GRYZE Special K – Preventie
In maart 2000 werd melding gemaakt van een "nieuwe" gevaarlijke drug Special K. Blijkbaar was die toen vooral beschikbaar aan de kust.
Er werd gevreesd dat heel wat druggebruikers zou-den gaan experimenteren met deze toenmalige n i e u w k o m e r, die tot de dood kan leiden, omdat het een drugsoort is met een lage tolerantiegrens. 1. Wat is de stand van zaken m.b. t . de verspreiding
van deze drug ?
Is intussen bekend waar hij vandaan kwam ? 2. Is intussen bekend of de vier drugdoden die
toen vielen in het gerechtelijk arrondissement B r u g g e, namelijk in Zedelgem, B l a n k e n b e r g e, Bredene en Oostende, slachtoffer waren van Special K ?
3. Geeft de situatie aanleiding tot specifieke pre-v e n t i e-initiatiepre-ven of tot bijsturing pre-van meer al-gemene initiatieven ?
Antwoord
1. Ketamine (2-methylaminocyclohexanon) is be-kend onder de naam "Ke t a l a r " . Het wordt ge-bruikt als verdovingsmiddel bij kleine pijnlijke chirurgische ingrepen. Het wordt ook veel ge-bruikt in brandwondencentra bij het wisselen van verbanden bij kinderen. Tijdens de anes-thesie is de patiënt wakker, maar gedissocieerd van zijn omgeving. Op die manier voelt hij de pijn niet.
Straattermen voor ketamine zijn "Special K" en "Super K". Ketamine tref je aan in poedervorm, als vloeistof en in tabletvorm.
Gebruikers zoeken de grens tussen bewustzijn en niet-bewustzijn. Op die manier proberen zij een intense trip te ervaren. Bij een te hoge dosis kan de gebruiker een tijdje buiten bewustzijn raken, daarna komt hij weer bij.
Ketamine veroorzaakt hallucinaties. Daar het een zware pijnstiller is, verliest de gebruiker ook elk pijngevoel, zodat hij zichzelf onbewust kan v e r w o n d e n . De hartslag vertraagt en hogere
doses leiden tot ernstig zuurstofgebrek in de hersenen en de spieren, verhoging van de bloed-druk of storing in de ademhaling. Een overdosis leidt tot een hartstilstand. Het lichaam went snel aan ketamine, zodat gebruikers steeds ho-gere doses moeten nemen. Het product is daar-om erg verslavend.
Sinds de start van de Druglijn in 1995 worden periodiek oproepen en vragen over ketamine g e r e g i s t r e e r d . Daaruit kan worden afgeleid dat ketamine zeker geen nieuw product is. Op 8 j u n i 2000 werd via het Early Warning System-net-werk informatie doorgegeven over ketamine. De registratie van gegevens over de versprei-ding van deze drug en het gebruik ervan in Bel-gië vormt de bevoegdheid van de federale over-h e i d . Hierover zijn bij de Vlaamse Gemeen-schap geen gegevens bekend.
2. Het Ministerie van Justitie verstrekt tot op heden geen inlichtingen over het aantal drugdo-den en de specifieke doodsoorzaken. B i j g e v o l g is het niet mogelijk daar enig zicht op te krijgen. Op dit ogenblik wordt echter de discussie ge-voerd over wie de verantwoordelijkheid draagt om de algemene bevolking in te lichten en te waarschuwen over nieuwe drugs. U i t g a n g s p u n t van deze discussie is het totstandbrengen van een betere informatiedoorstroming. De federale minister van Volksgezondheid heeft een initia-tief aangekondigd en wil in samenwerking met het Ministerie van Justitie tot duidelijke afspra-ken komen over de onderlinge informatiedoor-stroming en -verstrekking aan de algemene be-volking.
3. In Vlaanderen beschikken we sinds enkele jaren over een volledig uitgebouwd Early Wa r n i n g System.
nieuwsbrieven en/of posters naar alle deelne-mers van het Early Warning System-netwerk. Op deze wijze wordt een snelle communicatie tot stand gebracht waarbij de sleutelfiguren van het netwerk kennis krijgen over nieuwe produc-t e n . Zij kunnen de informaproduc-tie op hun beurproduc-t ge-richt doorgeven en gebruiken in hun contacten met gebruikers of andere sleutelfiguren.
De Vereniging voor Alcohol- en andere Drug-problemen koos er expliciet voor om de infor-matie enkel te verspreiden via haar netwerk van contactpersonen (het Early Warning System-netwerk) en bijvoorbeeld niet via de media. D i t netwerk van contactpersonen is in staat gerichte informatie op maat te verspreiden.Ofschoon dit netwerk nog verder moet worden uitgebouwd, heeft het zijn effectiviteit reeds bewezen. In de toekomst zal dan ook verder werk gemaakt worden van het uitbouwen van netwerken en contacten met gebruikersgroepen. Ve r s c h i l l e n d e andere argumenten ondersteunen die keuze. Aangezien de producten steeds andere vormen a a n n e m e n , is het bijzonder moeilijk om specifie-ke bruikbare en actuele informatie over deze nieuwe producten te verspreiden. Daarbij komt dat de media niet het geschikte kanaal vormen om zulke informatie naar de algemene bevol-king te verspreiden. Enerzijds zijn gebruikers weinig vatbaar voor informatie die via de media wordt verspreidt. Anderzijds riskeren wij grote-re ongerustheid en paniek te veroorzaken bij ouders en opvoeders. Deze ongerustheid en pa-niek kunnen onvoldoende opgevangen worden. Daarom proberen wij beide groepen te benade-ren met genuanceerde en op maat gesneden in-formatie van deskundigen.
Het publiek verpreiden van dit soort informatie kan bovendien een aantal ongewenste nevenef-fecten hebben. Die dienen te worden vermeden omdat ze andere preventieve inspanningen hy-p o t h e k e r e n . Zo riskeren wij, door de aandacht te vestigen op een nieuw product, er ongewild reclame voor te maken (voornamelijk voor sen-s a t i e z o e k e r sen-s ) . Te veel berichtgeving over nieuwe drugs veroorzaakt ook een oververzadiging, waardoor op termijn geen aandacht meer wordt geschonken aan de boodschap. Het is dan ook bijzonder moeilijk om het gepaste tijdstip vast te leggen waarop de informatie via de media verspreidt kan worden. Zo kan je je afvragen of deze informatie best verspreid wordt bij een eerste melding ergens in het buitenland, of bij een eerste drugdode in België.
Een voorbeeld van een campagne was de sensi-biliseringscampagne over synthetische drugs die de Vereniging voor Alcohol- en andere Drug-problemen in het najaar van 2001 l a n c e e r d e naar aanleiding van "I Love Te c h n o " . Met de slogan "Bedrogen ? Weet ik veel !" wou de VAD jongeren in het uitgaansmilieu bewustma-ken van de risico's van synthetische drugs en hen stimuleren zich te informeren. Er is geko-zen voor een gerichte verspreiding van materi-aal in het uitgaansmilieu (advertenties in speci-fieke jongerentijdschriften, folders in discothe-k e n , opname in activiteitendiscothe-kalenders van fui-v e n , . . . ) . In de eerste plaats richtte de VAD zich tot diegenen die het gebruik in overweging nemen en de occasionele gebruikers. B e i d e doelgroepen zijn (nog) gevoelig voor sensibili-serende boodschappen over druggebruik. Vo o r de geregelde gebruikers bestaat de nood aan persoonlijke contacten en concrete, op maat ge-sneden informatie om over de risico's van hun druggebruik te praten. In deze campagne legt de Vereniging voor Alcohol- en andere Drug-problemen niet de nadruk op één specifiek pro-d u c t . Door pro-de steepro-ds wisselenpro-de vormen van pro-de producten kunnen de gebruikers een bepaald product niet herkennen.
Deze campagne wordt deze zomer voortgezet op een aantal zomerfestivals. Ondertussen wor-den contacten opgebouwd om de campagne be-kend te maken tijdens grote manifestaties in het najaar.
De klemtoon wordt dus gelegd op de algemene boodschap dat "je nooit zeker weet wat je s l i k t " . Dit informatie wordt steeds gekoppeld aan een tweede boodschap, namelijk de nood-zaak informatie in te winnen. Hierbij wordt de Druglijn bekendgemaakt als het kanaal waar-langs jongeren (ook ouders, o r g a n i s a t o r e n , . . . ) informatie op maat en advies over de aanpak van drugproblemen kunnen krijgen.