7.1.1 Uitkeringen Participatiewet naar uitkeringssoort ... 2
7.1.2 Uitkeringen Participatiewet naar duur van de uitkering ... 2
7.1.3 Uitkeringen Participatiewet naar leeftijd ... 2
7.1.a Uitkeringen Wet Werk en Bijstand per wijk, percentage van de inwoners van 15 tot en met 74 jaar per wijk, 2020 ... 3
7.2.1 Aantal lopende uitkeringen WW per 31 december ... 4
7.2.2 Instroom in de WW en uitstroom uit de WW naar reden ... 4
7.2.a WW uitkeringen per 100 inwoners van 15 tot 65 jaar, Groningen vergeleken, ultimo 2018- ultimo 2020 ... 4
7.3.1 Uitkeringen wegens arbeidsongeschiktheid per 31 december ... 5
7.3.a Het aantal uitkeringsgerechtigden WAO, WIA en Wajong vergeleken ... 5
7.3.2 Aandeel uitkeringsgerechtigden wegens arbeidsongeschiktheid naar leeftijd en geslacht per 31 december ... 6
7.3.b Percentage uitkeringsgerechtigden wegens arbeidsongeschiktheid naar geslacht en totaal ... 6
7.3.c Wajong percentage, Groningen vergeleken, december 2018 ... 7
7.4.1 Gemiddeld inkomen per inwoner en besteedbaar inkomen per huishouden ... 8
7.4.2 Gemiddeld inkomen per inwoner en besteedbaar inkomen per huishouden, 2019 en de koopkracht, Groningen (nieuwe gemeente) vergeleken ... 8
7.4.3 Besteedbare inkomens per inwoner en huishouden en de koopkracht, Groningen en de regiogemeenten, 2019... 9
7.4.a De koopkrachtindex in 2019 en 2015, Groningen vergeleken (Nederland=100) ... 9
7.4.b Inkomensverdeling van inwoners met een heel jaar inkomen en huishoudens in 20% groepen van de inkomensverdeling in Nederland, Groningen vergeleken met Nederland, 2015 en 2019 ... 10
7.4.4 Gemiddeld besteedbaar huishoudensinkomen naar belangrijkste bron van inkomen, 2019... 11
7.4.5 Armoede, het percentage huishoudens in de laagste inkomensgroep (20% groep) en het percentage sociale minima... 11
7.4.c Percentage huishoudens in armoede naar soort huishouden, Groningen en Nederland, 2019 ... 11
7.5 Verkochte stadjerspassen naar tariefgroep ... 12
7.5.a Gebruik van de stadjerspas, aantal ingeleverde coupons, 2014 ... 12
7.6 Aanvragen voor schuldenregeling bij de Groningse Kredietbank ... 13
7.6.a Aanmeldingen voor schuldensanering bij de Frontoffice Groningse Kredietbank, kwartaalcijfers ... 13
7.7 Gemeentelijke belastingen in Euro's per jaar ... 14
7.7.a Woonlasten door gemeentelijke tarieven van een aantal gemeenten in Euro's per jaar per meerpersoons huishouden ... 14
Begrippen ... 15
Wijkindeling per 1 januari 2020 ... 17
7.1.1 Uitkeringen Participatiewet naar uitkeringssoort
uitkering 2017 2018 2019 2020 2021 ontwikkeling, 2019-
2021
Participatiewet 10.354 10.211 9.865 9.938 10.099 234
IOAW/Z 409 466 485 512 465 -20
totaal 10.763 10.678 10.350 10.450 10.564 214
bron: gemeente Groningen
IOAW/Z Inkomensondersteuning Oudere Arbeidsongeschikten (Werklozen en Zelfstandigen)
7.1.2 Uitkeringen Participatiewet naar duur van de uitkering
2019 2020 2021 ontwikkeling 2019-2021
aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc.
< 1 jaar 2.246 21,7 2.320 22,2 2.176 20,6 -70 -1,1
1 tot 3 jaar 2.443 23,6 2.414 23,1 2.546 24,1 103 0,5
3 tot 5 jaar 1.935 18,7 1.933 18,5 1.542 14,6 -393 -4,1
5 tot 10 jaar 2.060 19,9 2.080 19,9 2.493 23,6 433 3,7
langer dan 10 jaar 1.666 16,1 1.703 16,3 1.806 17,1 140 1,0
totaal 10.350 10.450 10.564 214
bron: gemeente Groningen
Bij verandering in gezinssituatie (b.v. samenwonen) waarbij een nieuw dossier wordt aangemaakt loopt de tijd ook door
7.1.3 Uitkeringen Participatiewet naar leeftijd
2019 2020 2021 ontwikkeling 2019-2021
aantal perc. aantal perc. aantal perc. aantal perc.
18-27 jaar 1.190 11,5 1.170 11,2 1.289 12,2 99 0,7
28-45 jaar 3.964 38,3 3.898 37,3 3.909 37,0 -55 -1,3
46-64 jaar 4.958 47,9 5.068 48,5 5.039 47,7 81 -0,2
65 jaar of ouder 238 2,3 314 3,0 338 3,2 100 0,9
totaal 10.350 10.450 10.564 214
bron: Gemeente Groningen
7.1.a Uitkeringen Wet Werk en Bijstand per wijk, percentage van de inwoners van 15 tot en met 74 jaar per wijk, 2020
bron: gemeente Groningen, WIMP
7.2.1 Aantal lopende uitkeringen WW per 31 december
2014 2016 2018 2019 2020
index 2020 (2019=100)
Groningen 4.883 4.757 2.970 3.090 3.969 128,4
waarvan % mannen 55 53 54 54 56
% vrouwen 45 47 47 46 44
Provincie Groningen 16.051 15.245 8.950 8.950 9.352 104,5
Nederland 440.831 411.989 248.800 248.800 285.660 114,8
bron: UWV
7.2.2 Instroom in de WW en uitstroom uit de WW naar reden
2014 2016 2018 2019 2020
index 2020 (2019=100)
nieuwe uitkeringen 7.725 6.033 4.390 4.957 7.495 151,2
beëindiging wegens:
werkhervatting 3.423 2.057 1.807 1.785 1.682 94,2
maximale duur uitkering 2.600 2.170 1.939 2.132 2.558 120,0
overig 1.072 1.746 1.208 1.246 2.296 184,3
totaal uitstroom 7.095 5.973 4.954 5.163 6.536 126,6
bron: UWV
Vanaf 2019 staan de aantallen van de nieuwe gemeente vermeld.
7.2.a WW uitkeringen per 100 inwoners van 15 tot 65 jaar, Groningen vergeleken, ultimo 2018- ultimo 2020
bro n: UWV
7.3.1 Uitkeringen wegens arbeidsongeschiktheid per 31 december soort
uitkering 1) duur uitkering 2014 2016 2018 2019 2020
WAO tot 5 jaar 20 7 0 0 0
vanaf 5 jaar 2.788 2.370 2.019 2.033 1.813
totaal 2.808 2.377 2.019 2.033 1.813
WAZ tot 5 jaar 0 1 0
vanaf 5 jaar 101 80 0
totaal 101 81 70 65 58
Wajong tot 5 jaar 1.421 1.398 1.390 1.511 1.510
vanaf 5 jaar 2.893 2.854 2.767 2.851 2.761
totaal 4.314 4.252 4.157 4.362 4.271
WIA totaal 1.801 2.210 2.610 3.114 3.338
totaal tot 5 jaar 1.441 1.406 1.390
vanaf 5 jaar 5.782 5.304 4.786
totaal 9.024 8.920 8.786 9.574 9.480
bron: UWV 1) Va n 20 18 zij n nie t all e cijf ers be ke nd
WAO = wet arbeidsongeschiktheidsverzekering
WAZ = wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
Wajong = wet arbeidsongeschiktheidsverzekering voor jonggehandicapten WIA = Wet werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen
Arbeidsongeschikten
Binnen de diverse soorten arbeidsongeschiktheids-uitkeringen zijn de ontwikkelingen verschillend. Bij de WAO is er een afname en het aantal personen. Het aantal mensen met een Wajong uitkering is vrij constant en met een WIA uitkering is toegenomen.
In 2006 is de WAO vervangen door de WIA waardoor er in de WAO geen nieuwe instroom meer is, per ultimo 2020 zaten er in Groningen 3.338 mensen in de WIA, er is een jaarlijkse toename.
7.3.a Het aantal uitkeringsgerechtigden WAO, WIA en Wajong vergeleken
bron: UWV
7.3.2 Aandeel uitkeringsgerechtigden wegens arbeidsongeschiktheid naar leeftijd en geslacht per 31 december
2016 2017 2018 2019 2020
Leeftijdsgroep in jaren
15 - 24 1,8 1,4
25 - 34 5,3 4,8
35 - 44 6,2 6,6
45 - 54 8,1 8,8 <55 jaar 4,5 4.3
55 - 64 12,8 13,9 55 jaar e.o. 10,9 10.4
65 en ouder 2,9 0,0
geslacht
man 5,8 5,8 man 5,6 5,6 5,4
vrouw 5,5 5,5 vrouw 5,4 5,4 5,3
totaal 5,6 5,6 totaal 5,5 5,5 5,4
bron: UWV
7.3.b Percentage uitkeringsgerechtigden wegens arbeidsongeschiktheid naar geslacht en totaal
bron: UWV
7.3.c Wajong percentage, Groningen vergeleken, december 2018
bron: UWV
Gemiddeld inkomen 2016 2018 2019 2016 2018 2019
Groningen Nederland
per inwoner met inkomen 26.300 28.700 29.700 31.000 32.300 33.400
per huishouden, besteedbaar 33.300 36.200 38.400 41.200 43.500 46.800
per huishouden, gestandaardiseerd 25.500 27.100 28.600 28.900 30.100 32.300
koopkracht 88,2 90,0 88,5 100 100 100
bron: CBS (Inkomensstatistieken) 1) Vanaf 2018 nieuwe gemeente Inkomensgegevens: algemeen
Door het CBS wordt jaarlijks het gemiddelde inkomen van de Nederlandse bevolking onderzocht. Berekeningen van de gemiddelde inkomens kunnen na 2 jaar worden gemaakt, nadat de belastingdienst de inkomens definitief heeft vastgesteld. De inkomensgegevens worden weergegeven van twee groepen: Alle inwoners met inkomen en huishoudens.
Het huishoudinkomen bestaat uit de som van de inkomens van de afzonderlijke leden van een huishouden. Bij de berekeningen van de huishoudensinkomens worden de studenten- en institutionele huishoudens buiten beschouwing gelaten.
De koopkracht geeft informatie over het gemiddelde inkomen van de bevolking ten opzichte van Nederland als geheel (Nederland=100). De koopkracht wordt berekend aan de hand van het gestandaardiseerd inkomen van huishoudens: het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. In tabel 7.4.2 is de index van 2019 vergeleken met die van 2015, hierdoor is (ook) de invloed van de wijziging naar de nieuwe gemeente zichtbaar.
7.4.2 Gemiddeld inkomen per inwoner en besteedbaar inkomen per huishouden, 2019 en de koopkracht, Groningen (nieuwe gemeente) vergeleken
gemeente gemiddeld inkomen 2019 (€) koopkracht
per persoon met inkomen per huishouden index 2019 2019, 2015=100
Amsterdam 38.400 44.900 104,0 104,8
Haarlem 37.400 47.300 103,7 102,3
Breda 35.300 47.900 103,4 99,8
's Hertogenbosch 35.400 47.200 102,5 100,7
Utrecht 36.700 45.900 101,5 100,1
Almere 33.700 46.300 96,3 100,2
Eindhoven 33.700 42.800 96,0 100,3
Zwolle 32.900 44.400 96,0 99,9
's Gravenhage 34.900 43.400 96,0 99,2
Maastricht 30.300 40.800 92,3 100,5
Nijmegen 31.000 40.100 91,0 99,6
Tilburg 30.200 41.500 91,0 99,6
Rotterdam 31.600 40.000 89,8 102,2
Assen 30.900 41.200 89,8 97,1
Arnhem 31.400 39.700 88,9 99,1
Groningen 29.700 38.400 88,5 101,6
Emmen 28.000 40.400 86,7 99,5
Leeuwarden 28.900 38.900 86,7 98,7
Enschede 27.800 39.300 86,1 99,2
Nederland 33.400 46.800 100 100
bron: CBS (Inkomensstatistieken)
Inkomensgegevens: Groningen vergeleken
De koopkracht van de meeste grote en middelgrote gemeenten ligt onder het landelijke gemiddelde (gemiddeld 94,2 tegen 100 landelijk) Die van Groningen ligt met 88,5 hier nog weer onder.
7.4.3 Besteedbare inkomens per inwoner en huishouden en de koopkracht, Groningen en de regiogemeenten, 2019
gemeente gemiddeld inkomen 2019 (€) koopkracht
per inwoner met
inkomen per huishouden index 2019
Tynaarlo 36.500 51.600 107,7
Noordenveld 32.100 46.700 99,4
Westerkwartier 31.000 45.900 95,0
Assen 30.900 41.200 89,8
Het Hogeland 29.000 41.600 89,2
Groningen 29.700 38.400 88,5
Midden Groningen 28.700 40.100 86,4
Nederland 33.400 46.800 100
Bron: CBS (Inkomensstatistieken)
7.4.a De koopkrachtindex in 2019 en 2015, Groningen vergeleken (Nederland=100)
80 85 90 95 100 105
Amsterdam Haarlem Breda 's Hertogenbosch Utrecht Almere Zwolle 's Gravenhage Eindhoven Maastricht Nijmegen Tilburg Assen Rotterdam Arnhem Groningen Leeuwarden Emmen Enschede bron: CBS (Inkomensstatistieken)
2019 2015
van de inkomensverdeling in Nederland, Groningen vergeleken met Nederland, 2015 en 2019
In de figuur is de verdeling op de achtergrond de verdeling in Nederland in 20 procentsgroepen: Binnen de laagste 20 procentsgroep van inwoners zit 20 procent van alle Nederlandse inwoners en 25,3 procent van de inwoners van Groningen. Het verschil tussen 2015 en 2019 komt onder meer omdat de cijfers van 2018 de nieuwe gemeente betreffen.
7.4.4 Gemiddeld besteedbaar huishoudensinkomen naar belangrijkste bron van inkomen, 2019
Groningen Nederland
inkomstenbron % van de
populatie gem. inkomen (€) % van de populatie gem. inkomen (€)
inkomen uit arbeid 64,0 44.600 62,4 55.300
werkloos/bijstand 8,9 17.400 4,6 19.500
arbeidsongeschiktheid 2,9 23.400 3,5 26.500
pensioen 21,4 33.400 28,0 36.200
totaal 38.400 46.800
bron: CBS (Inkomensstatistieken)
7.4.5 Armoede, het percentage huishoudens in de laagste inkomensgroep (20% groep) en het percentage sociale minima
2012 2016 2017 2018 2019
percentage in de laagste 20% groep (NL = 20) 29,6 30,2 28,9 29,1 29,2
percentage sociaal minimum Groningen 11,5 15,3 14,2 14,2 13,9
percentage sociaal minimum Nederland 9,1 9,1 8,9 8,8 8,4
bron: CBS (Inkomensstatistieken)
Armoede in Groningen schommelt
Het percentage sociaal minimum is het percentage mensen dat rond moet komen van maximaal 105 procent van het sociaal minimum. Veel eenoudergezinnen en alleenstaanden bevinden zich qua inkomen onder het sociaal minimum.
Hierbij gaat het bij eenoudergezinnen om 1.700 huishoudens en bij alleenstaanden om ruim 10.800 huishoudens.
7.4.c Percentage huishoudens in armoede naar soort huishouden, Groningen en Nederland, 2019
tariefgroepen 1) 2009 2010 2011 2012 2013
tariefgroep A 9.224 10.365 9.250 4.872 4.948
tariefgroep B 373 535 418 637 616
tariefgroep C 537 892 696 . .
tariefgroep D 265 424 379 . .
overig 450 9 50 1 11
totaal absoluut 10.849 12.225 10.793 5.510 5.575
bron: Bureau Stadjerspas
1) Tariefgroepen A: voor minima, tariefgroep B: voor studenten, tariefgroep C: voor de overige inwoners, tariefgroep D voor goedkopere passen bij een gezinspakket. De tariefgroepen C en D zijn per 2012 vervallen
2) In 2009, 2010 en 2011 betreft dit mantelzorgers De Stadjerspas, vooral voor de minima
Om ondersteuning aan lagere inkomensgroepen te geven geeft de gemeente de Stadjerspas uit. De pas kon door iedereen worden gekocht, maar vond vooral aftrek bij minima. Minima betaalden een gereduceerd tarief. Met ingang van 2014 is de stadjerspas er alleen nog maar voor de minima. Ook met ingang van 2014 is het geen fysieke pas meer maar kunnen inwoners een account krijgen via internet. Kinderen tot 18 jaar hebben geen eigen account, maar staan bij een van beide ouders/verzorgers op. Ten opzichte van eerdere jaren is het aantal verkochte passen in 2012 en 2013 sterk afgenomen.
Begin 2014 waren er ruim 5.000 accounts, het aantal actieve gebruikers was begin 2014 ongeveer 1.500. Dit aantal is in de loop van het jaar gegroeid naar 2 tot 3 duizend. Na een aantal gerichte acties is het aantal in 2015 gegroeid tot 6.500 actieve gebruikers.
7.5.a Gebruik van de stadjerspas, aantal ingeleverde coupons, 2014
7.6 Aanvragen voor schuldenregeling bij de Groningse Kredietbank
2019 2020 2021
aantal aanmeldingen 487 423 334
per 1.000 inwoners van 18 jaar en ouder 2,5 2,1 1,7
bron: Groningse Krediet Bank
7.6.a Aanmeldingen voor schuldensanering bij de Frontoffice Groningse Kredietbank, kwartaalcijfers
bron: Groningse Krediet Bank
2018 2019 2020 2021 2022
woonlasten
WOZ eigenarenbelasting, per € 2.500,- econ. waarde 4,05 4,25 4,50 4,37 4,09
WOZ, bij een economische waarde van € 200.000,- 323,60 340,00 360,00 355,20 326,80
Rioolrechten 151,00 151,00 149,90 142,33 141,80
Afvalstoffenheffing per perceel bij bewoning door
twee personen 276,48 276,48 276,48 304,08 298,20
totaal OZB, rioolrechten en afvalstoffenheffing 751,08 767,48 786,38 801,61 766,80 overige belastingen
Logiesbelasting sterrenhotels, per persoon per nacht 3,15 3,15 3,70 3,70 3,70
Logiesbelasting overig, per persoon per nacht 1,45-2,30 1,45-2,30 2,00 2,00 2,00
Hondenbelasting, eerste hond 121,80 124,80 129,60 133,80 .
bron: gemeente Groningen
Woonlasten Groningen hoger dan bij andere grote en middelgrote gemeenten
De woonlasten bestaan uit de OZB (de Onroerende Zaak Belasting), rioolrechten en afvalstoffenheffing. De OZB is afhankelijk van de waarde van de woning en wordt alleen door de eigenaren van woonruimten betaald, sinds 2006 niet meer door huurders. Voor alle gemeenten is uitgezocht wat de gemiddelde woonlasten per jaar zijn. Als eenheid is het meerpersoonshuishouden gekozen. Er wordt bij de berekening rekening gehouden met de gemiddelde waarde van de woningen per gemeente. Ten opzichte van de meeste grote en middelgrote gemeenten is een Gronings huishouden met een bedrag van € 863, - per jaar duur uit. Het gemiddelde van de grote en middelgrote gemeenten is € 739, -.
7.7.a Woonlasten door gemeentelijke tarieven van een aantal gemeenten in Euro's per jaar per meerpersoons huishouden
Begrippen
20 procents groepen
(inkomens) Inkomensverdeling gebaseerd op het besteedbaar inkomen. De grenzen van de inkomensklassen zijn afgeleid van de
quintielverdeling (1/5) van Nederland als geheel.
Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing, een gemeentelijke heffing, wordt geheven op grond van artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer. De opbrengst van de afvalstoffenheffing wordt onder meer gebruikt voor het ophalen van huisvuil en grofvuil.
Arbeidsongeschikth.klasse
<80%
Uitkeringsgerechtigden voor wie de mate van
arbeidsongeschiktheid minder dan 80% bedraagt, maar meer dan het wettelijk voorgeschreven minimum (15% voor de WAO en 25%
voor de AAW)
Arbeidsongeschiktheidsklasse Arbeidsongeschiktheidsklasse 80-100%: uitkeringsgerechtigden voor wie de mate van arbeidsongeschiktheid tussen 80% en 100% is gesteld; zij hebben een volledige uitkering
Besteedbaar inkomen Bruto inkomen uit arbeid, onderneming, vermogen en ontvangen overdrachten verminderd met premies sociale zekerheid, loon-, inkomsten- en vermogensbelasting en andere betaalde overdrachten (o.a. premies ziektekosten en alimentatie voor ex- partner)
Draaideur (uitkeringen) Draaideurcliënten zijn cliënten die binnen een half jaar weer terug vallen in de uitkering.
Gestandaardiseerd inkomen Om de inkomens van huishoudens van verschillende omvang en samenstelling vergelijkbaar te maken, wordt het inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden.
Groningse Kredietbank Bij de GKB (onderdeel van de gemeente) kunnen mensen met financiële problemen zich melden voor informatie, hulp en/of schuldsanering.
Inkomen Zie besteedbaar inkomen
Inkomensverdeling Verdeling van de bevolking in 10 of 20 procents-groepen volgens de landelijke verdeling van inkomensgroepen
Koopkracht Het gestandaardiseerd huishoudens inkomen gerelateerd aan het landelijk gemiddelde
Rangnummer Plaats die een gemeente inneemt op de landelijke lijst van gemeenten met betrekking tot een bepaald onderwerp
Regiovisiegebied Samenwerkingsverband regio Groningen-Assen 2030, het gebied bestaand uit de gemeenten Groningen, Assen, de regio 2 en de regio 3
Stadjerspas Een door de gemeente Groningen uitgegeven algemene
kortingspas die voor iedere inwoner van de stad beschikbaar is. Het vormt een belangrijk instrument om de maatschappelijke
participatie van inwoners met een laag inkomen te bevorderen. De pas heeft een uitgebreid kortingspakket in de profit- en non-profit sector en kan worden aangeschaft door minima.
Studentenhuishouden Een huishouden met alleen uitwonende studenten
geworden gedurende een periode waarin hun voor werkzaamheden beschikbare tijd geheel in beslag werd genomen door het volgen van onderwijs of een beroepsopleiding
WIA De WIA (Wet Inkomen naar Arbeidsvermogen) is op 1 januari 2006 van kracht geworden ter vervanging van de WAO De wet omvat twee onderdelen: de regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten, de WGA en de regeling Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten, de IVA
Woonlasten Betreft OZB, riool- en afvalstoffenheffing in euro's per jaar voor meerpersoonshuishoudens
Korte omschrijving van de wijken;
1400 Centrum: binnenstad binnen de diepen, Hortusbuurt/Ebbingekwartier, Binnenstad- Oost, omgeving UMCG, Stationsgebied en het Noorderplantsoen
1401 Oud-Zuid: Oosterpoort, de Meeuwen, Rivierenbuurt, Herewegbuurt, Grunobuurt, Laanhuizen, de
Zeeheldenbuurt en het Stadspark
1402 Oud-West: Schildersbuurt, Oranje/Plantsoenbuurt en Kostverloren
1403 Oud Noord: Indische buurt, Professorenbuurt en de Hoogte 1404 Oosterparkwijk, zonder omgeving UMCG
1405 Zuidoost: Bedrijventerrein Zuidoost, de Woonschepenhaven en de nieuwbouwwijken Kop van Oost, de Linie en Europapark
1406 Helpman e.o.:, de Wijert, Coendersborg/klein Martijn en de Villawijk 1407 Zuidwest: Hoornse wijken inclusief Piccardhof
1408 Hoogkerk e.o.: inclusief Bangeweer, Gravenburg, woonwagenkamp de Kring en de Buitenhof/Kranenburg 1409 Nieuw-West: Vinkhuizen, de Held en Reitdiep
1410 Noordwest: Selwerd, Paddepoel, Tuinwijk, Zernike en het Selwerderhof
1411 Noordoost: Beijum, de Hunze, van Starkenborgh en Noorderhoogebrug/Koningslaagte
1412 Noorddijk e.o.: Lewenborg, Drielanden, Ruischerbrug en –waard, Oosterhoogebrug, Ulgersmaborg en Kardinge
1413 Engelbert, Middelbert en Klein Harkstede.
1414 Meerstad met de plaatsen: Meerstad, Harkstede (Gn) en Lageland (Gn) 1415 Ten Boer e.o. met de plaatsen Ten Boer, Thesinge, Garmerwolde en Sint Annen
1416 Ten Post e.o. met de woonplaatsen ten Post, Woltersum, Lellens, Winneweer en het buurtschap Wittewierum 1417 Haren-West e.o.: Haren-dorp, Haren Noord en omgeving Paterswoldsemeer