• No results found

Voorgesteld bij de symptomatische behandeling van niet productieve hoest.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Voorgesteld bij de symptomatische behandeling van niet productieve hoest."

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL GLOTTYL 0,766 mg/ml Siroop

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Codeïnefosfaat hemihydraat 76,6 mg voor 100 ml.

Hulpstoffen met bekend effect: Een dosis van 30 ml (2 eetlepels) bevat 16,2 g sucrose, 30 mg benzoëzuur en 45 mg methylparahydroxybenzoaat.

Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3. FARMACEUTISCHE VORM Siroop. Oraal gebruik.

4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1. Therapeutische indicaties

Voorgesteld bij de symptomatische behandeling van niet productieve hoest.

4.2. Dosering en wijze van toediening

De behandelingsduur moet zo kort mogelijk gehouden worden.

Dosering

Volwassenen en kinderen ouder dan 12 jaar Gebruikelijke dosering:

2 eetlepels 3 tot 4 maal per dag (51,12 à 68,16 mg codeïne / dag) - Maximumdosis per inname: 2 eetlepels

- Maximumdosis per dag: 8 eetlepels N.B.:

1 eetlepel komt overeen met 15 ml (of 8,52 mg codeïne) 1 koffielepel komt overeen met 5 ml (of 2,84 mg codeïne) Pediatrische patiënten

Kinderen jonger dan 12 jaar:

Codeïne is gecontra-indiceerd voor kinderen jonger dan 12 jaar (zie rubriek 4.3).

Kinderen in de leeftijd van 12 jaar tot 18 jaar:

Codeïne is niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen in de leeftijd van 12 jaar tot 18 jaar die een verminderde ademhalingsfunctie hebben (zie rubriek 4.4).

De fles is voorzien van een kindveilige dop. Om de fles te openen, de dop in tegenwijzerzin opendraaien en gelijktijdig naar beneden drukken. Na gebruik de dop volledig dichtdraaien.

(2)

4.3. Contra-indicaties

- Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor één van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.

- Belangrijke vermindering van de ademhalingsfunctie (vooral bij astma en emfyseem), leverinsufficiëntie.

- Bij kinderen jonger dan 12 jaar vanwege een verhoogd risico op het ontwikkelen van ernstige en levensbedreigende bijwerkingen.

- Bij vrouwen tijdens borstvoeding (zie rubriek 4.6.)

- Bij patiënten van wie bekend is dat ze ultrasnelle metaboliseerders zijn van CYP2D6.

- Dit geneesmiddel bevat codeïne en is niet aangewezen voor kinderen jonger dan 12 jaar.

Productieve hoest is geen indicatie.

4.4. Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik

Een productieve hoest is een basiselement in het bronchopulmonaire verdedigingsmechanisme en mag dus niet onderdrukt worden.

Voorzichtigheid is geboden bij patiënten die last hebben van slijmobstructie (onder meer bij sommige vormen van chronische bronchitis); de hoestreflex moet behouden worden om de slijmvliezen vrij te maken.

De toediening van hoge doses (± 200 mg / dag) of een chronisch gebruik (ook aan therapeutische doses) kan bij een klein aantal gebruikers tot afhankelijkheid leiden.

Gezien de aanwezigheid van sacharose (54 g per 100 ml of 2,7 g per koffielepel of 8,1 g per eetlepel), is het gebruik van GLOTTYL Siroop niet aangewezen bij diabetespatiënten.

Bovendien mogen patiënten met de zeldzame erfelijke aandoening van fructose-intolerantie, glucose-galactose malabsorptie of sucrase-isomaltase-deficiëntie dit geneesmiddel niet innemen.

Een associatie van een antitussivum met een expectorans of een mucolyticum is niet logisch.

De behandeling moet zo kort mogelijk gehouden worden. Indien de hoest aanhoudt, moet een herevaluatie van de klinische toestand gebeuren.

Bij bejaarden en patiënten met lever- of nierinsufficiëntie zal de dosis verlaagd worden omwille van een verhoogde overgevoeligheid voor codeïne enerzijds en vertraagde metabolisatieprocessen anderzijds.

Een reeds bestaande vertraagde intestinale transit kan nog versterkt worden door codeïne.

Voorzichtigheid is geboden in geval van gekende overgevoeligheid aan andere opiumderivaten.

Gelijktijdig gebruik van GLOTTYL Siroop en sedatieve geneesmiddelen zoals benzodiazepines of verwante geneesmiddelen kan leiden tot sedatie, ademhalingsdepressie, coma en overlijden. Gezien die risico’s moet het gelijktijdig voorschrijven met deze sedatieve geneesmiddelen worden voorbehouden voor patiënten bij wie er geen alternatieve behandelingsopties mogelijk zijn. Als er wordt beslist om GLOTTYL Siroop samen met sedatieve geneesmiddelen voor te schrijven, dan moet de laagste werkzame dosis worden gebruikt gedurende een zo kort mogelijke tijd.

(3)

De patiënten moeten strikt worden gecontroleerd op tekenen en symptomen van ademhalingsdepressie en sedatie. Het verdient dan ook aanbeveling om patiënten en hun verzorgers te vragen om op die symptomen te letten (zie rubriek 4.5).

CYP2D6 metabolisme

Codeïne wordt door het leverenzym CYP2D6 gemetaboliseerd tot morfine, zijn actieve metaboliet.

Indien een patiënt een deficiëntie heeft van dit enzym of indien dit enzym helemaal ontbreekt, zal geen toereikend therapeutisch effect worden bereikt. Uit schattingen blijkt dat tot 7% van de Kaukasische populatie deze deficiëntie kan hebben. Indien de patiënt echter een extensieve of ultrasnelle metaboliseerder is, is er een verhoogd risico op het ontwikkelen van bijwerkingen van opioïdentoxiciteit, zelfs bij doses die gebruikelijk worden voorgeschreven. Deze patiënten zetten codeïne snel om in morfine, hetgeen leidt tot morfinegehaltes in het serum die hoger zijn dan verwacht.

Algemene symptomen van opioïdentoxiciteit bestaan uit verwardheid, slaperigheid, oppervlakkige ademhaling, kleine pupillen, misselijkheid, braken, constipatie en geen eetlust. In ernstige gevallen kunnen ze symptomen omvatten van circulatoire en respiratoire depressie, wat levensbedreigend en in zeer zeldzame gevallen fataal kan zijn.

Schattingen van de prevalentie van ultrasnelle metaboliseerders in verschillende populaties worden hieronder samengevat:

Populatie Prevalentie %

Afrikaans /Ethiopisch 29%

Afrikaans-Amerikaans 3,4% tot 6,5%

Aziatisch 1,2% tot 2%

Kaukasisch 3,6% tot 6,5%

Grieks 6,0%

Hongaars 1,9%

Noord-Europees 1% -2%

Kinderen met een verminderde ademhalingsfunctie

Codeïne is niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen bij wie de ademhalingsfunctie misschien verminderd is, waaronder neuromusculaire stoornissen, ernstige hart- of ademhalingsaandoeningen, infecties van de bovenste luchtwegen of longinfecties, meerdere traumata of grote chirurgische procedures. Deze factoren kunnen de symptomen van morfinetoxiciteit verergeren.

Hulpstoffen met bekend effect

GLOTTYL Siroop bevat sucrose. Patiënten met zeldzame erfelijke aandoeningen als fructose- intolerantie, glucose-galactose malabsorptie of sucrase-isomaltase insufficientie dienen dit geneesmiddel niet te gebruiken.

GLOTTYL Siroop bevat 16,2 g sucrose per dosis van 30 ml (2 eetlepels). Voorzichtigheid is geboden bij patienten met diabetes mellitus.

GLOTTYL Siroop bevat 30 mg benzoëzuur in elke dosis van 30 ml (2 eetlepels).

GLOTTYL Siroop bevat methylparahydroxybenzoaat. Kan allergische reacties veroorzaken (wellicht vertraagd).

4.5. Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie

De gelijktijdige toediening van codeïne met alcohol, anesthetica, hypnotica, sedativa, neuroleptica, narcotische analgetica, monoamine-oxidaseremmers (MAO-remmers), kan het effect van codeïne op het centrale zenuwstelsel versterken (ademhalingsdepressie, sedatie). Codeïne kan interageren met

(4)

andere serotonergische geneesmiddelen, zoals monoamine-oxidaseremmers (MAO-remmers) en selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s), wat kan leiden tot een serotoninesyndroom.

Gelijktijdig gebruik van opioïden met sedatieve geneesmiddelen zoals benzodiazepines of verwante geneesmiddelen verhoogt het risico op sedatie, ademhalingsdepressie, coma en overlijden wegens het additief onderdrukkend effect op het CZS. De dosering en de duur van het gelijktijdig gebruik moeten worden beperkt (zie rubriek 4.4).

4.6. Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding Zwangerschap

Niet tijdens de zwangerschap gebruiken.

Het gebruik tijdens de bevalling kan ademhalingsdepressie bij de pasgeborene veroorzaken.

Borstvoeding

Codeïne is gecontra-indiceerd tijdens borstvoeding (zie rubriek 4.3).

Bij normale therapeutische doses kunnen codeïne en zijn actieve metaboliet in zeer kleine doses aanwezig zijn in de moedermelk. Het is onwaarschijnlijk dat dit een nadelig effect heeft op de met moedermelk gevoede zuigeling. Indien de patiënt een ultrasnelle metaboliseerder is van CYP2D6, kunnen echter hogere gehaltes van de actieve metaboliet, morfine, aanwezig zijn in de moedermelk en kunnen ze in zeer zeldzame gevallen leiden tot symptomen van opioïdentoxiciteit bij de zuigeling, wat fataal kan zijn.

4.7. Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen

Codeïne heeft sederende eigenschappen. Alhoewel de dosis codeïne per inname laag is, is voorzichtigheid geboden bij het besturen van een voertuig of het gebruik van machines, vooral bij aanwezigheid van alcohol en bij inname van andere geneesmiddelen.

4.8. Bijwerkingen

De frequentiegroepen zijn gedefinieerd aan de hand van de volgende conventie: Zeer vaak (≥ 1/10), Vaak (≥ 1/100, < 1/10), Soms (≥ 1/1.000, < 1/100), Zelden (≥ 1/10.000, < 1/1.000), Zeer zelden (< 1/10.000), Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald).

Maagdarmstelselaandoeningen: Soms: Nausea, braken, constipatie.

Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen: Zelden: Ademhalingsdepressie.

Zenuwstelselaandoeningen: Soms: Sedatie. De aanwezigheid van codeïne in GLOTTYL siroop kan aanleiding geven tot gewenning. Een langdurige toediening is dus niet aan te raden.

Huid- en onderhuidaandoeningen: Soms : Huidreacties.

Melding van vermoedelijke bijwerkingen

Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via:

België:

Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten

(5)

Afdeling Vigilantie Postbus 97 B-1000 Brussel Madou

Website: www.fagg.be

e-mail: adversedrugreactions@fagg-afmps.be Luxemburg:

Centre Régional de Pharmacovigilance de Nancy

Bâtiment de Biologie Moléculaire et de Biopathologie (BBB) CHRU de Nancy - Hôpitaux de Brabois

Rue du Morvan

54 511 VANDOEUVRE LES NANCY CEDEX Tel: (+33) 3 83 65 60 85 / 87

Fax: (+33) 3 83 65 61 33 e-mail: crpv@chru-nancy.fr of

Direction de la Santé

Division de la Pharmacie et des Médicaments Allée Marconi - Villa Louvigny

L-2120 Luxembourg Tel: (+352) 2478 5592 Fax: (+352) 2479 5615

e-mail: pharmacovigilance@ms.etat.lu

Link naar het formulier: http://www.sante.public.lu/fr/politique-sante/ministere-sante/direction- sante/div-pharmacie-medicaments/index.html

4.9. Overdosering

Een overdosering door massieve inname kan een intoxicatie veroorzaken die zich zal uiten door ademhalingsdepressie, hypotensie, coma en collaps.

Bij overdosering kan urineretentie optreden.

Pediatrische patiënten: Bij het kind manifesteert een overdosering zich vooral onder de vorm van convulsies en agitatie.

Behandeling:

Indien de patiënt bewust is, doen braken.

In intensieve zorgen opnemen, waar een morfine-antagonist zoals naloxone moet toegediend worden:

- Volwassenen: 0,4 mg I.V.

- Kinderen: 0,010 mg/kg I.V.

Desnoods om de 2 tot 3 minuten herhalen.

Bij convulsies kan diazepam toegediend worden.

5. FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN 5.1. Farmacodynamische eigenschappen

(6)

Farmacotherapeutische categorie: hoestwerend middel, dat codeïnefosfaat bevat, ATC-code:

R05DA04

Codeïne is een centraal werkende alkaloïde, dat als hoestremmer wordt gebruikt. Het heeft eveneens een analgetische werking, licht sederende eigenschappen en kan constipatie en ademhalingsdepressie veroorzaken. Het analgetisch effect treedt op bij gebruik van hogere doses dan deze aanbevolen in de behandeling van hoest.

Codeïne wordt goed geabsorbeerd door het darmkanaal. Het oefent zijn werking uit na 15 tot 30 minuten, met een maximum na 1-2 uur en heeft een werkingsduur van 3 tot 4 uur. Codeïne bindt zich met de plasmatische proteïnen (bindingspercentage tussen 20 en 30 %). De plasmahalfwaardetijd bedraagt 3-4 uur. Codeïne wordt gemetaboliseerd in de lever, en onder zijn geconjugeerde vorm, het glucuronaat, via de nieren uitgescheiden. 10 % van de geabsorbeerde dosis wordt gedemethyleerd tot morfine.

Codeïne doorbreekt de placenta-barrière en gaat in kleine hoeveelheden over in de moedermelk.

5.2. Farmacokinetische eigenschappen Gegevens niet vermeld.

5.3. Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek Gegevens niet vermeld.

6. FARMACEUTISCHE GEGEVENS 6.1. Lijst van hulpstoffen

Sucrose - Methylparahydroxybenzoaat - Glycerine - Benzoëzuur - Aroma - Gezuiverd water.

6.2. Gevallen van onverenigbaarheid Niet van toepassing

6.3. Houdbaarheid 3 jaar

6.4. Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren Bewaren bij kamertemperatuur (15°C-25°C) 6.5. Aard en inhoud van de verpakking Fles van 200 ml en 300 ml.

De fles is voorzien van een kindveilige dop. Om de fles te openen, de dop in tegenwijzerzin opendraaien en gelijktijdig naar beneden drukken. Na gebruik de dop volledig dichtdraaien.

Het is mogelijk dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.

(7)

6.6. Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen Geen bijzondere vereisten.

Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient in overeenstemming met lokale voorschriften te worden vernietigd.

7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Mylan EPD bvba/sprl

Terhulpsesteenweg, 6A B-1560 Hoeilaart

8. NUMMERs VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN BE172557 (België) – 2009/090491 (Luxemburg)

9. DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN DE VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 4 januari 1996 Datum van laatste verlenging: 26 juni 2008

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST 12/2020

Datum van goedkeuring van de tekst: 12/2020

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De behandelovereenkomst wordt door de therapeut, en beide ouders, als zij beiden het ouderlijk gezag hebben, ondertekend en brengt voor alle partijen rechten en verplichtingen met

Deze vraag heeft betrekking op welke verschillen er zijn in de productieve lexicale ontwikkeling tussen kinderen met een familiair risico op dyslexie die ernstige

Kauschke en Hofmeister (2002) vinden in hun studie dat normaal ontwikkelende kinderen tegen de tijd dat ze drie jaar oud zijn woorden uit alle categorieën gebruiken, zonder dat

Uit het WODC-onderzoek blijkt dat in de wet dan wel enige flexibiliteit wordt geboden ten aanzien van de leeftijdsgrens van twaalf jaar om gehoord te worden, maar dat

De gemeente Arnhem, rechtsgeldig vertegenwoordigd door of namens de burgemeester,b. (naam)

Dit raak hier nie slegs die pasiënt nie, maar het ook ʼn impak op die pasiënt se direkte familie (Pellerin, 2009:3).. By die toepassing van die wetgewing word die handhawing van

The correlation coefficients of OTL through reflection and beliefs about preparedness for teaching physical science and programme effectiveness illustrate that most of the

• Geen verhoogd risico op miskraam, perinataal of maternaal overlijden, (pre-)eclampsie, hevig bloedverlies, foetale nood, uterusruptuur,. voorliggende placenta, keizersnede,