• No results found

BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN TOT WEIGERING VAN EEN OMGEVINGSVERGUNNING, d.d. 03/12/2018

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN TOT WEIGERING VAN EEN OMGEVINGSVERGUNNING, d.d. 03/12/2018"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN TOT WEIGERING VAN EEN OMGEVINGSVERGUNNING, d.d. 03/12/2018

Ondertekening:

Voor eensluidend uittreksel.

De Algemeen Directeur, Christi van Calster

In opdracht (CBS dd. 03.06.13, art. 184 GD)

Het diensthoofd De burgemeester

Jan Matthijs André Peeters

Referentie gemeente OM/2018/00300

Referentie omgevingsvergunning OMV_2018109090

Energieprestatienummer (EPB-nr) 24001-G-OMV_2018109090

Ligging Rode-Kruislaan 24A te 3200 Aarschot

Afdeling 24001, sectie A, perceel 389R2

De aanvraag werd ingediend op 10/09/2018 door de heer Albert Roosen, met als contactadres Bouckaertstraat 9 te 3271 Scherpenheuvel-Zichem en werd ontvankelijk en volledig verklaard op 06/11/2018.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein gelegen te Rode-Kruislaan 24A te 3200 Aarschot en kadastraal gekend als Afdeling 24001, sectie A, perceel 389R2.

Het betreft een aanvraag voor: functiewijziging van serviceflat naar appartement De aanvraag omvat: stedenbouwkundige handelingen

André Peeters (Signature)

Digitaal ondertekend door André Peeters (Signature) DN: c=BE, cn=André Peeters (Signature), sn=Peeters, givenName=André Isidore, serialNumber=54070220347 Datum: 2018.12.05 10:22:19 +01'00'

Jan

Matthijs (Signature)

Digitaal ondertekend door Jan Matthijs (Signature) DN: c=BE, cn=Jan Matthijs (Signature), sn=Matthijs, givenName=Jan, serialNumber=82040304761 Datum: 2018.12.05 15:07:37 +01'00'

(2)

1. Basisgegevens

Ligging volgens de plannen van aanleg, uitvoeringsplannen, verkavelingen.

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg.

De aanvraag is gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan: PRUP Afbakening kleinstedelijk gebied Aarschot.

De aanvraag is niet gelegen in een verkaveling.

Bepaling van het plan dat van toepassing is op de aanvraag

De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het gewestplan.

Overeenstemming met dit plan

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en met de stedenbouwkundige voorschriften.

Afwijkings- en uitzonderingsbepalingen Niet van toepassing.

2. Historiek

Relevante vergunningen:

 Stedenbouwkundige vergunning d.d.17/03/1988 voor 46 appartementen + dienstencentrum voor De Vrucht vzw ref. 5118.

3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

De aanvraag betreft functiewijziging van serviceflat naar appartement.

De aanvraag betreft de functiewijziging van 2 bestaande serviceflats naar 2 appartementen of woningen.

De serviceflats maken deel uit van een gebouw dat in zijn geheel werd vergund als serviceflatgebouw. Het betreffen de units 24A6 (61,78m²) en 24A3 (63,52m). De aanvrager wenst deze te herbestemmen als particuliere woning ten einde deze te kunnen verhuren zonder de noodzakelijke zorgservice.

4. Openbaar onderzoek

De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11-14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. De aanvraag moet niet openbaar gemaakt worden. De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

5. Adviezen

Op 06/11/2018 werd advies gevraagd aan toegankelijk vlaanderen - toegankelijk vlaanderen (inter). Er werd geen advies ontvangen.

Op 06/11/2018 werd advies gevraagd aan hulpverleningszone oost (vlaams-brabant) - post aarschot. De brandweer adviseerde op 28/11/2018 dat men geen advies kon verlenen aangezien de aanvraag geen gegevens omtrent brandveiligheid bevatte.

6. Project-MER (ingeval van toepassing) Niet van toepassing.

7. Advies gemeentelijke omgevingsambtenaar

Het college van burgemeester en schepenen gaat inhoudelijk akkoord met het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar van 03/12/2018

8. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen Op basis van de hierboven vermelde overwegingen, komt het college van burgemeester en schepenen tot de volgende beoordeling van het dossier.

a) Planologische toets

(3)

De aanvraag is gelegen in het PRUP Afbakening kleinstedelijk gebied Aarschot maar de bepalingen van dit PRUP zijn niet relevant voor de beoordeling van de voorliggende aanvraag.

De aanvraag is tevens gelegen in woongebied volgens het gewestplan Aarschot-Diest d.d.07/11/1978. De aanvraag dient getoetst te worden aan de bepalingen van het K.B. van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en gewestplannen.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het K.B.

b) Wegenis

Niet van toepassing.

c) Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan:

 Het voorliggend project is niet gelegen in effectief/mogelijk overstromingsgevoelig gebied.

 Overeenstemming met de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake

hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater:

o de aangevraagde werken betreffen een loutere functiewijziging en voorzien geen

aanpassingen aan de dakvlakken of verharde oppervlakten op het terrein. Bijgevolg is de verordening niet van toepassing.

Conclusie:

De aanvraag voldoet aan de bepalingen en doelstellingen van het decreet integraal waterbeleid en de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen,

buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. Bijgevolg kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat de aangevraagde werken geen schadelijk effect veroorzaken ten aanzien van de waterhuishouding.

d) Mer-screening Niet van toepassing.

e) Natuurtoets Niet van toepassing.

f) Erfgoed-/archeologietoets Niet van toepassing.

g) Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid) Niet van toepassing.

h) Decreet grond- en pandenbeleid Niet van toepassing.

i) Scheidingsmuren Niet van toepassing.

j) Milieuaspecten Niet van toepassing.

k) Goede ruimtelijke ordening

(4)

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening aan de hand van de criteria zoals bepaald in artikel 4.3.1. §2 van de VCRO met in achtname van de doelstellingen van artikel 1.1.4. van de VCRO:

- Functionele inpasbaarheid:

De aanvraag is gelegen in een woongebied langs de Rode-Kruislaan in het stadscentrum. De omgeving kenmerkt zich door woningen en appartementen in open, half-open en gesloten bebouwing. Het herbestemmen van een serviceflat naar een appartement voor bewoning is functioneel inpasbaar in de omgeving.

- Mobiliteitsimpact:

Zie beoordeling hoger. De aanvraag heeft een negatieve impact op de mobiliteit waardoor het behoud van de goede ruimtelijke ordening niet gegarandeerd kan worden.

- Schaal, ruimtegebruik en visueel vormelijke elementen:

De aanvraag heeft geen impact op de uiterlijke verschijning van het gebouw aangezien er geen werken worden voorzien.

- Bouwdichtheid: niet relevant.

- Cultuurhistorische aspecten: niet relevant.

- Bodemreliëf: niet relevant.

- Hinderaspecten: niet relevant.

- Gezondheid: niet relevant.

- Gebruiksgenot: niet relevant.

- Veiligheid in het algemeen:

Volgens het advies van de brandweer kon er geen advies verleend worden omdat de aanvraag te weinig gegevens bevat om ten gronde te beoordelen op brandveiligheid.

Conclusie goede ruimtelijke ordening:

De aanvraag is iet in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.

Decretale beoordelingselementen conform de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening art. 4.3.5., 4.3.6., 4.3.7., 4.3.8.:

- De bouwplaats is gelegen aan een bestaande voldoende uitgeruste gemeenteweg.

- De aanvraag is geen uitbreiding (max 1000m³) van een bedrijfswoning bij een bedrijf.

- De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de toegankelijkheidsverordening (d.d. 01/03/2010 en gewijzigd op 31/03/2011.

- De bouwplaats is niet getroffen door een rooilijn, achteruitbouwstrook of reservatiestrook.

Besluit

1. De aanvraag ingediend door de heer Albert Roosen, met als ligging Rode-Kruislaan 24A te 3200 Aarschot kadastraal gekend als Afdeling 24001, sectie A, perceel 389R2 te weigeren.

(5)

Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 52. De Vlaamse Regering is bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van de deputatie in eerste administratieve aanleg.

De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.

Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:


1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;

2° het betrokken publiek;

3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;


4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;


5° de leidend ambtenaar van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde;


6° de leidend ambtenaar van het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde.

Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:


1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;


2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijge nd geweigerd wordt;


3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.

In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:

1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;

2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;

3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.

Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.

Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:

1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;

2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.

Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de door haar gemachtigde ambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.

Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de door haar gemachtigde ambtenaar de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.

Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.

Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:

1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;

2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;

(6)

3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:

a) een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;

b) b) het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;

4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.

Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:

1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;

2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;

3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.

Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.

Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.

Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.

De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.

Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.

Mededeling

Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning Artikel 52. De Vlaamse Regering is bevoegd in laatste administratieve aanleg

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt. De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat

• De terrassen voldoen niet aan de wetgeving met betrekking tot lichten en zichten en kunnen bijgevolg niet op deze manier vergund worden. Door de toepassing van deze wetgeving

Omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014. • Het niet bebouwde deel van het terrein moet als tuin worden aangelegd. De groenaanleg moet voorzien worden zoals aangeduid op

Artikel 101. De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de omgevingsvergunning aanhangig is bij

De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt. De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op

Voor laagwaardige toepassingen als toiletspoeling en spoelen van de mengketels wordt regenwater gebruikt. Afvalwater dat gevaarlijke stoffen bevat wordt opgevangen in een