Ministerie van OWCS, Sector Onderwijs & Wetenschap
Wiskunde C
landsexamen vwo
Programma van toetsing en afsluiting
2021
wiskunde C vwo Inhoudsopgave
Opzet van het examen ... 3
Het examenprogramma ... 3
Beschrijving van de examenstof ... 3
Het centraal examen ... 3
Het commissie-examen ... 4
De beoordeling van het commissie-examen ... 4
Het eindcijfer ... 4
Bijlage 1 De eindtermen ... 5
Bijlage 2 Hulpmiddelen ... 7
Bijlage 3 Tips ... 9
wiskunde C vwo
Wiskunde C vwo
Opzet van het examen
Het examen bestaat uit een centraal examen en een commissie-examen.
Het centraal examen is gelijk aan het centraal examen van de scholen.
Het commissie-examen bestaat uit een schriftelijk examen.
Het examenprogramma
wiskunde C vwo centraal
examen
commissie- examen Domein A
Vaardigheden
A1: Algemene vaardigheden X X
A2: Profielspecifieke vaardigheden X X
A3: Wiskundige vaardigheden X X
Domein B
Algebra en tellen
B1: Rekenen en algebra X X
B2: Telproblemen* X
Domein C Verbanden X X
Domein D Veranderingen X X
Domein E Statistiek en kansrekening
E1: Probleemstelling en onderzoeksontwerp X
E2: Visualisatie van data X
E3: Kwantificering X
E4: Kansbegrip X
E5: Kansverdelingen X
E6: Statistiek met ICT X
Domein F Logisch redeneren X X
Domein G Vorm en ruimte X X
Domein H
Keuzeonderwerpen
Babylonische Wiskunde (Zebrareeks: ISBN 978-90-5041-090-8)
of
‘Poisson, de Pruisen en de Lotto’ (niet de hoofdstukken 2 en 6) (Zebrareeks: ISBN 978-90-5041-059-5)
X
Beschrijving eindtermen
In bijlage 1 van deze vakinformatie staat een beschrijving van de examenstof.
wiskunde C vwo De examenoproep voor de schriftelijke examens verstuurt het ETE uiterlijk twee weken voor aanvang van het examen. Daarin staan datum, tijd en locatie vermeld.
Hulpmiddelen
Naast het basispakket hulpmiddelen is een grafische rekenmachine noodzakelijk (zie bijlage 2).
Oefenen
Examenbundels of oude examens zijn geschikt om ervaring op te doen. Oude centrale examens zijn te vinden op onder andere examenblad.nl (stel linksboven een bepaald jaar in en vind onder vwo en wiskunde C de examendocumenten van dat jaar).
Tips voor dit examen staan in bijlage 3.
Het commissie-examen (CIE)
Het commissie-examen bestaat uit twee schriftelijke examens van 150 minuten en vindt plaats in de maanden januari en maart van het desbetreffende examenjaar.
Het examen heeft betrekking op de examenstof. Wat moet u leren?
1e toetsmoment 2e toetsmoment
WI C Getal & Ruimte C dl.1+2 Getal & Ruimte C, dl. 1 t/m 4
weging 40% 60%
Naast de leerboeken, hebt u ook nodig werkboeken, antwoordenboek en grafische rekenmachine. De kandidaat dient te beschikken over schrijf- en tekenmateriaal.
Voor het basispakket hulpmiddelen, zie Regeling toegestane hulpmiddelen.
Voor het eerste toetsmoment is geen herkansing mogelijk, wel voor het tweede toetsmoment.
De beoordeling van het commissie-examen
Voor het commissie-examen worden twee deelcijfers gegeven:
deelcijfer a: voor het eerste examen deelcijfer b: voor het tweede examen
Het cijfer voor het commissie-examen wordt als volgt berekend:
cijfer CIE = (4a + 6b) / 10 (afgerond op 1 decimaal) Het eindcijfer
Het eindcijfer wordt als volgt berekend:
eindcijfer = (het cijfer CE + het cijfer CIE) / 2 (afgerond op een geheel getal)
wiskunde C vwo Bijlage1 De eindtermen
Domein A Vaardigheden A1: Algemene vaardigheden
De kandidaat heeft kennis van de rol van wiskunde in de maatschappij, kan hierover gericht informatie verzamelen en de resultaten communiceren met anderen.
A2: Profielspecifieke vaardigheden
De kandidaat herkent de betekenis van wiskunde in de maatschappij en in cultuurhistorische contexten en kan deze in concrete situaties beschrijven.
A3: Wiskundige vaardigheden
De kandidaat beheerst de bij het examenprogramma passende wiskundige vaardigheden, waaronder modelleren en algebraïseren, ordenen en structureren, analytisch denken en probleemoplossen, formules manipuleren, abstraheren, en logisch redeneren – en kan daarbij ICT functioneel gebruiken.
Domein B Algebra en tellen B1: Rekenen en algebra
De kandidaat kan berekeningen uitvoeren met getallen en variabelen, daarbij gebruik maken van rekenkundige en algebraïsche basisbewerkingen.
B2: Telproblemen
De kandidaat kan telproblemen structureren en schematiseren en dat gebruiken bij berekeningen en redeneringen.
Domein C Verbanden
De kandidaat kan van eerstegraadsfuncties, tweedegraadsfuncties, machtsfuncties, exponentiële functies en logaritmische functies de verschillende representaties doelgericht gebruiken, kan bijbehorende vergelijkingen oplossen, waar nodig met behulp van ICT, en kan periodieke verschijnselen beschrijven.
Domein D Veranderingen
De kandidaat kan het veranderingsgedrag van eerstegraadsfuncties, tweedegraads- functies, machtsfuncties, exponentiële functies en logaritmische functies en de regelmaat in rijen doelgericht beschrijven en gebruiken.
wiskunde C vwo
Domein E Statistiek en kansrekening
E1: Probleemstelling en onderzoeksontwerp
De kandidaat kan bij een probleemstelling die zich leent voor een statistische aanpak een plan maken om antwoord op de probleemstelling te verkrijgen, waarbij geschikte variabelen worden gekozen.
E2: Visualisatie van data
De kandidaat kan verkregen data verwerken in een geschikte tabel of grafiek en deze op waarde interpreteren.
E3: Kwantificering
De kandidaat kan de verkregen data samenvatten in voor de probleemstelling geschikte maten en hieraan interpretaties verbinden.
E4: Kansbegrip
De kandidaat kan het kansbegrip gebruiken om bij een toevalsproces de kans op een bepaalde uitkomst of gebeurtenis te bepalen aan de hand van een diagram,
combinatoriek, kansregels en simulatie.
E5: Kansverdelingen
De kandidaat kan aangeven in welke situatie een toevalsvariabele een bepaalde kansverdeling bezit en van die verdeling de karakteristieken verwachtingswaarde en standaardafwijking hanteren.
E6: Statistiek met ICT
De kandidaat beheerst statistisch ICT-gebruik in relatie met domein E om grote datasets te interpreteren en te analyseren.
Domein F Logisch redeneren
De kandidaat kan logische redeneringen analyseren op correct gebruik.
Domein G Vorm en ruimte
De kandidaat kan van een ruimtelijk object aanzichten en perspectieftekeningen
maken, er berekeningen aan uitvoeren en op basis daarvan conclusies trekken over dit object.
Domein H Keuzeonderwerp
Een uitgebreide beschrijving van de examenstof staat op:
https://www.examenblad.nl/examen/wiskunde-c-vwo- 2/2020/vwo?topparent=vg41h1h4i9qe
wiskunde C vwo Hulpmiddelen
Noodzakelijk: Toegestane grafische rekenmachine
Bij de vakken zonder grafische rekenmachine mag een eenvoudige rekenmachine gebruikt worden waarop basisbewerkingen kunnen worden uitgevoerd. In de volgende paragrafen wordt dit nader toegelicht.
Wat zijn basisbewerkingen?
In onderstaande tabel wordt aangegeven over welke basisbewerkingen een rekenmachine in ieder geval moet beschikken voor de verschillende vakken.
havo/vwo na, sk havo/vwo ec havo/vwo overig
Grondbewerkingen + - x: X X X
𝑥2 en √ X X
1/𝑥 of 𝑥-1 en 𝑥y X X
sin/cos/tan en hun inversen X
𝜋 X
10log (en 10x) en ln (en 𝑒x) X
Rekenmachines die over al deze basisbewerkingen beschikken:
Casio fx-82MS, HP10S+, TI30XB(S) Wat zijn geen basisbewerkingen?
Opties in dezen die niet gezien worden als basisbewerkingen (niet uitputtend):
Het oplossen van (stelsels van) vergelijkingen
Het numeriek integreren en differentiëren van functies
Rekenen met verhoudingen
Berekeningen maken met micro, kilo, …
Gebruiken van wetenschappelijke constanten
Werken in een spreadsheet
Programmeren
Ingebouwde formules
Belangrijk uitgangspunt is dat hulpmiddelen die vaardigheden overbodig maken
waarover de leerling volgens de syllabus moet beschikken niet zijn toegestaan. Machines die daarom in ieder geval niet zijn toegestaan: Casio fx-991EX en TI-30XPro.
Verder geldt het volgende:
Een rekenmachine mag tijdens het examen niet op het lichtnet worden aangesloten of met andere apparatuur worden verbonden;
het is een kandidaat niet toegestaan tijdens het examen gebruik te maken van de rekenmachine van een andere kandidaat;
wiskunde C vwo Grafische rekenmachine
Alleen wanneer (op basis van de syllabus van een vak) de grafische rekenmachine noodzakelijk blijkt, wordt de grafische rekenmachine toegestaan. De enige vakken waar de grafische rekenmachine dientengevolge nog is toegestaan, zijn wiskunde A, B en C.
Types toegestane grafische rekenmachines
Het is mogelijk dat op een later moment nieuwe types worden toegestaan.
Rekenmachines die in latere regelingen worden opgenomen, mogen in eerdere jaren ook gebruikt worden.
De machines die in 2021 in elk geval zijn toegestaan:
Casio:
fx-9860GII(SD) (mits voorzien van examenstand): OS2.07 en hoger;
fx-CG20 (mits voorzien van examenstand): OS2.01 en hoger;
fx-CG50.
Hewlett Packard:
HP Prime (mits voorzien van de meest recente Nederlandse examenstand).
Texas Instruments:
TI-84 Plus T, de basisversie met LED lampje;
TI-84 Plus CE-T vanaf versie OS 5.1.5;
TI-Nspire CX (alleen de versie zonder CAS) vanaf versie OS 4.4.0.532.
Oudere types, ook die eerder wel waren toegestaan, zijn NIET meer toegestaan.
Het verdient aanbeveling de machine altijd te voorzien van het meest recente OS of firmware.
Voorwaarden gebruik Grafische rekenmachine
Een grafische rekenmachine is op het centraal examen alleen toegestaan als het geheugen van de grafische rekenmachine is geblokkeerd door een examenstand. Dat houdt onder meer in dat applicaties, programma's en (tekst)bestanden niet benaderbaar of bruikbaar zijn en dat een eventuele CAS-functionaliteit niet beschikbaar is. Het moet direct zichtbaar zijn of een machine in examenstand staat. Dit moet op ieder moment tijdens het examen te controleren zijn zonder de kandidaat te storen. Hiervoor kunt u terecht op de websites van de verschillende fabrikanten:
www.casio-educatie.nl, hp-prime.nl, education.ti.com/nederland.
Verder geldt het volgende:
Een grafische rekenmachine mag tijdens het examen niet op het lichtnet worden aangesloten of met andere apparatuur worden verbonden.
Het is een kandidaat niet toegestaan tijdens het examen gebruik te maken van de grafische rekenmachine van een andere kandidaat.
Het is niet toegestaan dat de kandidaat tegelijkertijd de beschikking heeft over twee (grafische) rekenmachines.
In machines met een SD-slot mag tijdens het CE geen SD-kaart zitten.
Zie verder document Toegestane Hulpmiddelen voor de overige voorwaarden bij gebruik van de grafische rekenmachine.
wiskunde C vwo Basispakket
Het standaard basispakket bij alle centrale examens en commissie-examens bevat:
schrijfmateriaal
tekenpotlood
blauw en rood kleurpotlood
liniaal met millimeterverdeling
passer
geodriehoek
vlakgum
Ook is het toegestaan om hulpmiddelen mee te brengen die geen relatie hebben met de exameneisen maar wel functioneel kunnen zijn, zoals: markeerstift, puntenslijper, leesliniaal (loep).
Woordenboek
Nederlands-Nederlands (eendelig) óf
Nederlands-thuistaal van de kandidaat (eendelig) Een digitaal woordenboek is niet toegestaan.
De hulpmiddelen van het basispakket zijn toegestaan bij alle examens. Zij zijn niet alle nodig.
Uitgebreide informatie over hulpmiddelen voor de centrale examens staat in de Regeling toegestane hulpmiddelen op de website van het ETE, www.ete.cw.
wiskunde C vwo
Bijlage 3 Tips Centraal examen
Geef voldoende toelichting bij de gegeven antwoorden,
Vergeet niet de tussenstappen te vermelden.
Voor deze vakken is het belangrijk niet alleen een boek te bestuderen, maar vooral veel te oefenen, bijvoorbeeld met oude examens (zie ook: examenblad.nl, vwo, 2021, wiskunde C vwo, syllabus voorbeeldopgaven).
Schriftelijk commissie-examen
Het is belangrijk, ook voor het schriftelijk commissie-examen, dat er voldoende geoefend is in het maken van eindexamenopgaven.
Zorg voor voldoende oefening in het gebruik van de grafische rekenmachine; het kost vaak erg veel kostbare tijd in het examen.
Bij wiskunde mag u géén gebruik maken van het Binas-boek of een formulekaart.
Geleerde formules moeten ook worden toegepast.
Het is belangrijk verbanden te kunnen leggen tussen onderdelen van de bestudeerde examenstof.
Hoofdrekenen (en inschatten van de orde van grootte van uitkomsten) is naast het gebruik van de rekenmachine van belang.