• No results found

Lees hier het verslag.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Lees hier het verslag."

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Verslag regionale leergemeenschap Water en Ruimte - Noord Nederland 10 april 2014

De klimaatbestendige stad en samenwerking

Hoe kunnen overheden ervoor zorgen dat participatie van burgers en bedrijven ontstaat bij projecten waarmee een wateropgave is gediend? En hoe kan dit bijdragen aan draagvlak en kwaliteit? Dit waren op 10 april twee kernvragen die tijdens de Leergemeenschap Water en Ruimte Noord centraal stonden. Trudes Heems (Waterworks / TU Delft) belichtte de rol van water in de maatschappij, Paul van Bree (Paul van Bree advies) vertelde over het concept ‘samen pionieren’ en Wilfried Heijnen (Waterschap Hunze en Aa’s) presenteerde verschillende cases waarin het waterschap met bewoners samen is opgetrokken..

Rol van water in de maatschappij

Wat is de rol van water in de leefomgeving en bij de Nederlanders? Water wordt gezien als vijand, vriend en bondgenoot. Deze drie aspecten werden tegelijkertijd gecommuniceerd in de genoemde campagnes, wat een verwarrende boodschap is. Trudes Heems legt uit hoe deze drie betekenissen tot stand zijn gekomen. Dit heeft te maken met de verschillende dominante discoursen van de afgelopen decennia welke in onderstaand schema zijn weergegeven. Een discours is een bepaald patroon of idee dat over het algemeen als waarheid wordt gezien, ideeën van een moment op een bepaalde manier geduid. Waar het gaat om waterveiligheid begint het vaak bij de Watersnoodramp van 1953 (of andere eerdere watersnoden). Zeker na de ramp en met het tot stand komen van de Deltawerken, vierde het discours van strijd hoogtij. Beheersen van het water door ingenieurskunst, vechten tegen het water. Maar met het bewustzijn dat een ramp ook overmacht kan zijn, kracht van de natuur, of van god. Begin jaren ‘70 ontstond er mede door toedoen van de ‘Club van Rome’ het idee dat de natuur niet meer bedwongen maar beschermt moest worden. Intussen hadden de Nederlanders het water overwonnen, Nederland lag veilig achter de dijken. Het water was geen vijand meer, maar

veranderde in een vriend. De overheid had alles geregeld, de burger hoefde niets meer te doen (en te vrezen), en suste langzaam in slaap. De verantwoordelijkheid voor veiligheid kwam ook duidelijk bij de overheid te liggen. Medio de jaren ’90 (met de hoge waterstanden in de rivieren) en waar een en ander mis is gegaan kwam de bestuurlijke kwetsbaarheid aan het licht. Heems: “bestuurders beloofden altijd dat alles onder controle was” , maar dat bleek, zeker op langere termijn, onhoudbaar. Het discours van dreiging werd geboren en gekoppeld aan de (gevolgen van) klimaatverandering. Gedeelde verantwoordelijkheid volgt uit het niet meer kunnen (of willen) garanderen van veiligheid. Hiermee komt er ook verantwoordelijkheid voor de burgers in beeld en dat moest met de campagnes gestimuleerd worden. Dit idee strookt echter niet met het heersende discours. Een communicatiecampagne moest Nederlanders bewust maken van de mogelijke gevolgen/risico’s.

Willem Heesen (Platform31) opent de bijeenkomst en benadrukt dat wat er gezegd wordt door een ieder tijdens de bijeenkomst, vertrouwelijk kan zijn.

Heeft u een idee voor de komende Leergemeenschap West op 9 september 2014 en wilt u bijdragen?

Neem contact op met Willem Heesen via willem.heesen@platform31.nl / 06 – 57 94 36 45

(2)

‘Anders omgaan met water’ en ‘denk vooruit’

‘Nederland leeft met Water’ was één van de campagnes over waterveiligheid. De vraag die Heems stelt is wat er van deze campagne is blijven hangen. “Peter Timofeeff in een badkuip”, “gele laarzen” is een van de weinige herinneringen, evenals een drijvend vlot in de vorm van Nederland. De boodschap is niet echt blijven hangen en was ook niet eenduidig. Aan de ene kant communiceerde de overheid dat droge voeten worden

gegarandeerd, aan de andere kant dat mensen moeten leren leven met water. De campagne ‘denk vooruit’, die vanuit het ministerie van Binnenlandse Zaken kwam (‘Leven met Water’ kwam vanuit ministerie van Verkeer en Waterstaat, IPO, UvW, VNG/gemeenten), ging over hoe om te gaan met crisissituaties. Iedereen zou een tonnetje in huis moeten hebben met een radio, een zaklamp, flesjes water, voor in geval van nood. De gezamenlijke boodschap is dan: we zijn de veiligste delta in de wereld, maar het kan morgen fout gaan en dan heb je het tonnetje nodig. Dit strookt niet met de beleving van Nederlanders. Er heerst een blind vertrouwen in de overheid waar het gaat om waterveiligheid. Een blind vertrouwen dat is ontstaan uit onwetendheid, de overgrote meerderheid in Nederland is zich niet bewust van de risico’s. Deze onwetendheid is mede door het optreden en communiceren van de Rijksoverheid tot stand gekomen. Dit in relatie tot de nieuwe

veiligheidsnormen waarin meer wordt gedifferentieerd tussen en binnen gebieden en qua

verantwoordelijkheid ook meer wordt neergelegd bij de burgers, is dodelijk. Het blinde vertrouwen wordt geschaad en daarbij worden er verantwoordelijkheden waarvan de burgers denken dat die bij de overheid horen, bij burgers zelf neergelegd. Burgers zeggen dan: dit is verantwoordelijkheid afschuiven! Hiermee ontstaat er wantrouwen van burgers in de overheid. Het is tijd voor een nieuwe, heldere en goed communiceerbare boodschap. Veel communiceren en burgers betrekken bij opgaven van waterschap en gemeenten moet leiden naar participatie en begrip en inzicht in de mogelijke risico’s. De nieuwe normering moet op die manier in de loop der tijd inburgeren om de reacties van nu, “dat de overheid de

verantwoordelijkheid wel makkelijk afschuift op de burgers”, te kunnen nuanceren.

Samen Pionieren

Paul van Bree heeft met de procesaanpak ‘Samen Pionieren’ in 2012 de EO Wijers prijsvraag voor de Veenkoloniën gewonnen. Een ontwerpprijsvraag winnen met een procesaanpak is een novum. De

problematiek die daar centraal stond zijn de (gevolgen van) demografische transitie en krimp. Het doel was om samen met de bewoners de negatieve spiraal te doorbreken. Geen uitgebreide schetsen, maar sociologen, marketingdeskundigen en landschapsarchitecten werkten samen om te komen tot een procesaanpak waar de bewoners de spil vormen. Via een netwerkaanpak zijn veel bewoners betrokken geraakt. Aansluiten op de bestaande netwerken en initiatieven. Deze aanpak wordt nu ook in de praktijk gebracht in Zuidoost Drenthe waar een consortium van private partijen samenwerkt onder de naam BindNU. Doel van BindNU is het verbeteren van de leefbaarheid in de regio door projecten te initiëren en ondersteunen die hieraan bijdragen.

Projecten die vaak sociaal-economische van aard zijn. Dit gebeurt nu zonder directe betrokkenheid van overheden.

Door gebruik te maken van de Samen pionieren methodiek beschikt BindNU over een tijdlijnenoverzicht, waarin trends en ontwikkelingen voor thema’s relevant voor leefbaarheid helder in weergegeven zijn. Op basis hiervan is er door de leden van het BindNU consortium een fasering en prioritering gemaakt in thema’s én projecten die zij ondersteunen.

Contact met bewoners en vooral ondernemers in de regio kwam grotendeels tot stand door serendipiteit. Van te voren was het (bewust) niet bekend welke partijen en welke projecten ondersteund zouden worden.

Voorwaarde was dat deze gericht waren op de regio Zuidoost Drenthe en bijdragen een verbetering van leefbaarheid. Door op zoek te gaan naar zogenaamde pioniers, ondernemende mensen in de regio die op draagvlak bij bewoners kunnen rekenen, is BindNU in contact gekomen met de vernieuwende denkers en doeners in de regio. Aan hen is gevraagd om de projecten (mede) te begeleiden.

(3)

Binnen het consortium van BindNU vinden inmiddels verschuivingen plaats. Onder leiding van de regionale Rabobank vormden een zorginstelling, woningcorporatie, hogeschool en KvK BindNU. Gezamenlijk deelden zij de wens om een revolverend geldfonds te organiseren dat projecten initieel ondersteund. In de praktijk blijkt het lastig om dit met alle partijen te doen en is de Rabobank de belangrijkste speler hierin. Zo mogen

woningcorporaties door veranderende wetgeving geen financiële bijdragen meer leveren en is er vanuit de Rijksoverheid fors op de KvK bezuinigd. Wel is er onlangs een nieuwe partij, gericht op energie, aangehaakt.

Voor deze vorm van gebiedsontwikkeling blijkt het dus belangrijk dat er één partij een trekkende rol heeft in het geheel. Intern belangrijk voor continuïteit, extern belangrijk voor zichtbaarheid en vertrouwen.

Gebiedsprocessen bij het waterschap

Wilfried Heijnen is bij Waterschap Hunze en Aa’s in de praktijk bezig met gebiedsprocessen, samen met bewoners en bedrijven. Het waterschap heeft opgaven voor veiligheid, overlast, watertekort, waterkwaliteit en ecologie. De gemeente staat voor bereikbaarheid, veiligheid, leefbaarheid, concurrentiekracht, wonen, werken, etc.. Het belangrijkste is om elkaars taal te begrijpen en de doelen en wensen te snappen, dat is één. Een tweede belangrijk punt is de verandering in de maatschappij. Het waterschap voerde voorheen ‘gewoon’ hun beleid uit, nu is de maatschappij een stuk mondiger, standpunten worden snel bepaald en geuit. Meer meningen die soms tot uiting komen in meer bezwaren. Betrekken van burgers bij de opgave en dus ook bij de vorming van een oplossing geeft vorm aan de betrokkenheid bij de eigen woonomgeving. Belangrijke

succesfactoren die Heijnen benoemt vanuit zijn rol als waterschap, zijn onder andere dat het waterschap heldere kaders en randvoorwaarden moet schetsen waarbinnen zich het speelveld bevindt. Opgaven en doelen moeten concreet en helder zijn. Dit geeft direct de ruimte weer die bewoners hebben om hun ideeën en kennis in te brengen voor de oplossing. Daarbinnen is afspraak, afspraak. Wanneer je terug moet komen op eerdere beloften, is het vertrouwen weg en volgt een ‘ouderwets’ steekspel tussen overheid en burger. Hiermee ontstaat echte betrokkenheid, die middels goede communicatie en informatie in stand blijft.

Gouden tips

Uit de deelsessies en gesprekken zijn een aantal gouden tips gedestilleerd.

- Participatie moet geen doel op zich worden, alleen waar de opgave zich hiervoor leent.

- Wanneer participatie goed loopt, schrik dan niet van goede ideeën, maar denk als overheid pro-actief mee en geef aan waarom het idee wel of juist niet uitgevoerd kan worden.

- Burgers moeten gedurende het proces de inhoud kunnen blijven volgen. Denk aan de taal waarin je spreekt, het gebruik van afbeeldingen.

- Wanneer je als overheid in gesprek bent met betrokken burgers, vraag dan door naar achterliggende belangen. Wat doet er echt toe voor de burger? Hoe kan dat een plek krijgen?

- Zoek in de achterhaalde belangen de gemeenschappelijke deler. Dit bindt mensen aan de opgave en de oplossing.

- Een project begint nooit blanco. Er is altijd een (zekere mate van) urgentie. Wees hier eerlijk over.

De volgende leergemeenschap zal plaatsvinden op 9 september op een nog nader te bepalen plek met een nog nader te bepalen onderwerp. Heeft u suggesties voor thema’s, of kunt u een keer gastheer zijn? Laat dit dan weten aan Willem Heesen, via willem.heesen@platorm31.nl of via 06 - 57 94 36 45.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

verspreid over drie aparte ideeën, of alle stemmen voor één idee dat iemand echt van belang vond.. Nadat elke deelnemer zijn stemmen had uitgebracht, werd duidelijk welke zeven

kunt gaan inzetten in jouw business. Als het bij jou past, als het een waardevolle aanvulling is en congruent is aan jouw propositie en positionering. Anders wordt het een

Wensen van ouderen | “Participatie en eigen kracht beleid”: mensen stimuleren te handelen vanuit hun eigen kracht (empowerment), onder meer door hun sociaal netwerk te benutten

Aanwezigen: Patty Groenland (initiatiefnemer/ondernemer melkfabriek De Groeve), Jelle Langeland (provincie Drenthe), Eef Flooren (gemeente Oldambt), Dick Heesterbeek (gemeente

Door meer ruimte voor de rivie r is e r ook meer ruim telijke ontwikkeling mogelijk, voor veel verschillende pa rtijen.. Het primaire doel van de gebieds ontwikkeling en he t

René Blom (gemeente Haarlemmermeer) e n Annemiek Kooij (Hoogheemraadschap van Rijnland) lichte n de samenwerking van gemeente en waterschap toe binnen de DP NH (De

Het vertrekpunt van Stoffer is het uitvoeringsmodel van de omgevingsvisie van de provincie Overijssel. Daarmee zijn ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid concreet toepasbaar

Daarmee ontstaat doorstroming en komen meer woningen vrij voor andere groepen, bijvoorbeeld voor gezinnen met kinderen.. Bij het bepalen van de gewenste woningvoorraad gaat het