• No results found

Protocollen en de praktijk, het blijft passen en meten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Protocollen en de praktijk, het blijft passen en meten"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Protocollen en de praktijk, het blijft passen en meten

Citation for published version (APA):

Scharnhorst, V. (2009). Protocollen en de praktijk, het blijft passen en meten. Bloedtransfusie, 2(4), 125-126.

Document status and date: Published: 01/01/2009 Document Version:

Publisher’s PDF, also known as Version of Record (includes final page, issue and volume numbers) Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at:

openaccess@tue.nl

providing details and we will investigate your claim.

(2)

T I J D S C H R I F T V O O R B L O E D T R A N S F U S I E V O L . 2 N R. 4 - 2 0 0 9

125

H e m O V I g I L A N t I e

Protocollen en de praktijk, het blijft passen en meten

Editorial bij de bijdrage van A.J.A. Verhoeven, Y.M.A. van Maaren, B. Voermans en C. Botermans, getiteld ‘Prospectieve analyse van de bloedtransfusieketen met behulp van de SAFER-methode’

V. Scharnhorst

(Tijdschr Bloedtransfusie 2009;2:125-6)

In dit nummer van het Tijdschrift voor Bloedtransfu-sie rapporteren Verhoeven et al. over de analyse van de bloedtransfusieketen in het Elisabeth Ziekenhuis in Tilburg. Zij hebben het bestaande protocol ‘Bloedafname en Bestellen ACUUT’ doorgelicht en verbetervoorstellen gemaakt.

De geïnteresseerde lezer zal menig dilemma uit ei-gen praktijk herkennen in de bevindinei-gen van Ver-hoeven. Zo bleek het bestaande protocol weliswaar goed werkbaar, maar desondanks werd er in de praktijk van afgeweken. De auteurs stellen dat wan-neer het protocol strikt zou worden nageleefd, fou-ten tot een minimum beperkt blijven. Oorzaken voor de afwijkingen zijn te vinden in onbekendheid met het protocol, gebrek aan kennis over de achter-gronden van regels en impliciet ook van de mate waarin het bloedtransfusielaboratorium afwijkingen van het protocol accepteerde.

Terecht stellen de auteurs dat de oplossing moet worden gezocht in het opstellen van een werkbaar protocol, samen met de aanvragende afdelingen. Vervolgens wordt dit protocol onder de aandacht gebracht van alle medewerkers en op deze manier draagvlak gecreëerd. Wie al langer meegaat in de bloedtransfusiewereld zal beamen dat het succes van hemovigilantie voor een groot deel te danken is aan de focus die de hemovigilantiemedewerker kan leggen op het vergroten van kennis in de kli-niek en het bijsturen als protocollen niet worden nageleefd.

Toch zal de omzetting van enkele voorstellen van Verhoeven et al. in de praktijk moeilijk blijken. De auteurs stellen dat de uitslag van een antistofiden-tificatie door een tweede analist geconfirmeerd en door een laboratoriumspecialist geautoriseerd moet worden voordat bloedproducten uitgegeven wor-den. Beide functionarissen zijn in de dienstsituatie op veel laboratoria niet aanwezig. Voor een acuut

bloedende patiënt kan deze regel dus niet worden toegepast. Wanneer deze patiëntcategorie confir-matie en autorisatie wordt onthouden, mogen deze principieel geen noodzaak zijn. De geldende CBO-richtlijn Bloedtransfusie eist de voorgestelde werk-wijze ook niet. Irregulaire erytrocytenantistoffen mogen worden afgeven op resultaten die verkregen zijn uit 1 bloedafname, dus met een restonzeker-heid in het preanalytische traject. Het lijkt dan zeer aanvaardbaar om in acute situaties ook het restrisico van een verkeerde antistofidentificatie op het laboratorium te accepteren. Indien gewenst en economisch haalbaar, kunnen fouten gereduceerd worden door middel van geautomatiseerde anti-stofidentificatie op analyseautomaten.

Een potentieel levensbedreigende situatie ontstaat door ABO-incompatibele transfusie. Deze kan zich voordoen wanneer de 2 vereiste ‘onafhankelijke’ bloedafnames gelijktijdig door 1 medewerker worden uitgevoerd en de aanvraagbonnen van verschillende tijdstippen en 2 parafen worden voorzien. Het labo-ratorium kan dit niet achterhalen en is dus aangewe-zen op de ‘compliance’ van de spoedeisende afdelin-gen met het protocol. Het voorstel van Verhoeven om parafen en afnametijdstippen op de aanvraagbonnen nauwlettend te controleren, zal niet helpen, tenzij de kliniek de noodzaak van ‘onafhankelijke’ afnames inziet. Is het realistisch om bij een vitaal bedreigde patiënt een identificatieprocedure 2 keer te doorlopen of is identificatie door 2 medewerkers en afname van bloed vlak achter elkaar voldoende? De definitie van ‘onafhankelijke’ bloedafnames moet voor kliniek en laboratorium werkbaar zijn, juist ook bij patiënten met massaal bloedverlies. Het is te hopen dat de her-ziene CBO-richtlijn Bloedtransfusie met een definitie komt die voor kliniek en laboratorium acceptabel is. Tot die tijd voorziet het voorliggende artikel in een kort overzicht over bekende knelpunten in de acute

(3)

H e m O V I g I L A N t I e

transfusieketen en bijbehorende verbetervoorstellen. Voor diegene die in zijn eigen ziekenhuis extra aan-dacht aan dit onderwerp wil geven, biedt het stuk een praktische leidraad.

V O L . 2 N R. 4 - 2 0 0 9 T I J D S C H R I F T V O O R B L O E D T R A N S F U S I E

126

C o r r e s p o n d e n t i e a d r e s

dhr. dr. V. Scharnhorst, klinisch chemicus

Catharina Ziekenhuis

Algemeen Klinisch Laboratorium Postbus 1350

5602 ZA Eindhoven Tel.: 040 239 86 40

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Door het uitvoeren van deze kalibratietest is er bij een aantal locaties een te grote afwijking van de druk- opnemer geconstateerd; (bv. op een bereik van 0-300 cm een aantal cm)

Om de conclusies van deze theorieën empirisch te toetsen zal echter bij het meten van de kapitaal­ structuur de relatieve ontvang van eigen en vreemd vermogen een

De voornaamste reden hiervoor is dat de opdracht van het lectoraat Paramedische Zorg binnen de Amsterdamse Hogeschool voor Paramedische Opleidingen (AMPO) zich op deze

Daar lokale anesthetica niet naar de plaats van werking worden getransporteerd door het bloedstroom ligt het in dit geval niet voor de hand om het effect te relateren aan

infestans dan de jonge planten, wederom in al- le vier de getoetste rassen en wederom was de toename in resistentie geleidelijk.. Uit deze resultaten hebben we geconcludeerd dat in

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

In hoofdstuk 8 is vervolgens de blik verlegd naar toekomstverwachtingen en -inschattingen. Gevraagd naar de toekomst blijken burgemeesters betrekkelijk behoudend te zijn. Ze

In disease genes clustering, the data fusion results are obtained by combining 11 biological data sources (brown bars) and 15 text mining data sources