1
Kenmerken van vrouwen met een urogenitale prolaps
M. Wiegersma, C.M.C.R. Panman, B.J. Kollen, M.Y. Berger, Y. Lisman-Van Leeuwen, J.H. Dekker
UMCG Afdeling Huisartsgeneeskunde
Dit project wordt mogelijk gemaakt door: Programma Alledaagse Ziekten
2
Urogenitale prolaps
3
Urogenitale prolaps in de Nederlandse huisartspraktijk
• 11% van de 45-85 jarige vrouwen heeft verzakkings- klachten (zien of voelen van een vaginale uitstulping)
1• Bij 75% van de 45-85 jarige vrouwen is enige mate van urogenitale prolaps meetbaar
1• In de Nederlandse Huisartsen Registratie Netwerken is de prevalentie van urogenitale prolaps bij vrouwen ≥ 45 jaar slechts 0,8% tot 2,7%
21) Slieker-ten Hove MC. et al. Am J Obstet Gynecol 2009
2) MW van der Linden, GP Westert, DH de Bakker, FG Schellevis. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk. Klachten en aandoeningen in de bevolking en in de huisartspraktijk. Utrecht/Bilthoven: NIVEL/RIVM, 2004.
4
Redenen om geen hulp te zoeken 3
•(te) weinig klachten
•Onbekendheid met de aandoening
•Schaamte
•Onbekendheid met behandelmogelijkheden
3) Pakbaz M. et al. Acta Obstet Gynecol Scand 2011; 90: 1115-1120.
•Welke kenmerken verhogen de kans op het vinden van een
prolaps bij vrouwen die met bekkenbodemsymptomen op
het spreekuur komen?
5
Onderzoeksvraag
•Hoe kan de huisarts deze vrouwen herkennen?
•Welke kenmerken verhogen de kans op het vinden van een
prolaps bij vrouwen die met bekkenbodemsymptomen op
het spreekuur komen?
6
Methode
7
Methode
• Metingen
• Gestandaardiseerd interview, PFDI-20 vragenlijst, POP-Q meting
• Statistische analyse: logistische regressie
• Uitkomstvariabele: Aanwezigheid van urogenitale prolaps
• Determinanten: patiëntkarakteristieken en symptomen
8
Resultaten
Karakteristieken studiepopulatie
Geen prolaps
(n= 234)
Prolaps (n= 660)
Totale populatie (n=894)
Gemiddelde leeftijd ± SD (jaar) 66.4 ± 7.3 65.1 ± 7.0 65.4 ± 7.0
Gemiddeld BMI ± SD (kg/m2) 26.8 ± 5.4 26.7 ± 4.5 26.7 ± 4.7
Gemiddelde pariteit ± SD 2.0 ± 1.3 2.4 ±1.2 2.3 ± 1.2
Postmenopausaal (%) 232 (99.1) 651 (98.6) 883 (98.8)
Eerdere prolapsbehandeling (%) 25 (10.7) 133 (20.2) 158 (17.7)
Operaties in voorgeschiedenis (%) - Uterusextirpatie
- Bekkenbodem chirurgie
46 (19.7) 17 (7.3)
133 (20.2) 59 (8.9)
179 (20.0) 76 (8.5)
9
Resultaten
Hele groep* Vrouwen zonder
vaginale uitstulping†
Variable ODDS Ratio (BI) ODDS Ratio (BI)
Leeftijd 0.96 (0.95 - 0.98) 0.96 (0.95 - 0.98)
Veel zwaar tillen (nu of in verleden) - 0.68 (0.53 - 0.86)
Obstipatie (nu of in verleden) 0.63 (0.50 - 0.80) 0.63 (0.49 - 0.81)
Pariteit 1 2 ≥ 3
(vs. nulliparous) 2.79 (1.62 - 4.81) 3.56 (2.43 - 5.21) 4.93 (3.28 - 7.39)
(vs. nulliparous) 2.97 (1.65 - 5.32) 3.66 (2.44 - 5.49) 4.73 (3.08 - 7.26)
Eerdere prolapsbehandeling 1.69 (1.20 - 2.39) 1.80 (1.23 - 2.63)
Vaginale uitstulping 2.67 (1.81 - 3.96) -
Manuele ondersteuning bij defecatie 1.39 (1.01 - 1.91) 1.68 (1.18 - 2.38) Incontinentie voor vaste feces 1.57 (1.08 - 2.28) 2.03 (1.33 - 3.10)
* Complete case analyse , n=866 vrouwen (28 geëxcludeerd i.v.m. missing data)
† Complete case analyse , n= 723 vrouwen (11 geëxcludeerd i.v.m. missing data)
10
Resultaten
Hele groep* Vrouwen met kinderen†
Variable ODDS Ratio (BI) ODDS Ratio (BI)
Leeftijd 0.96 (0.95 - 0.98) 0.96 (0.94 - 0.97)
Veel zwaar tillen (nu of in verleden) - 0.74 (0.57 - 0.95)
Obstipatie (nu of in verleden) 0.63 (0.50 - 0.80) 0.64 (0.49 - 0.82) Pariteit
1 2 ≥ 3
(vs. nulliparous) 2.79 (1.62 - 4.81) 3.56 (2.43 - 5.21) 4.93 (3.28 - 7.39)
(vs. uniparous) -
1.14 (0.70 - 1.87) 1.74 (1.03 - 2.93) Eerdere prolapsbehandeling 1.69 (1.20 - 2.39) 1.61 (1.13 - 2.29)
Vaginale uitstulping 2.67 (1.81 - 3.96) 3.18 (2.05 - 4.93)
Manuele ondersteuning bij defecatie 1.39 (1.01 - 1.91) -
Incontinentie voor vaste feces 1.57 (1.08 - 2.28) 1.69 (1.11 - 2.57)
Familie anamnese positief voor prolaps - 1.41 (1.08 - 1.84)
Leeftijd bij eerste bevalling - 1.05 (1.01 - 1.08)
Geboortegewicht zwaarste kind (pond) - 1.20 (1.07 - 1.34)
Bevalling per keizersnede - 0.47 (0.27 - 0.81)
* Complete case analyse , n=866 vrouwen (28 geëxcludeerd i.v.m. missing data)
† Complete case analyse , n= 723 vrouwen (11 geëxcludeerd i.v.m. missing data)
11
Samenvatting
• Risicofactoren voor urogenitale prolaps:
• Hogere pariteit
• Eerdere prolaps behandeling
• Hoger geboortegewicht kind
• Hogere leeftijd bij de eerste bevalling
• Familie anamnese?
• Voorspellende symptomen:
• Vaginale uitstulping
• Manuele ondersteuning bij defecatie
• Incontinentie voor vaste ontlasting
12
Beschouwing
• Aanwezigheid van deze risicofactoren/symptomen:
urogynaecologisch onderzoek overwegen
• Vrouwen met urogenitale prolaps behandeling aanbieden
• Echter: weinig vergelijkend onderzoek naar de behandeling
van een prolaps in de 1
elijn
13