1 Nummer: 101155-54
Betreft: Bijlage C bij het besluit tot vaststelling van de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering ingevolge artikel 41, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 voor de periode 2004 tot en met 2006 voor de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet
1 Inleiding...1 2 Resultaten van de internationale benchmark...1 3 Bepaling van theta... 2
1 Inleiding
1. Onderdeel van het bepalen van de x-factor voor de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet (hierna: TenneT) is de bepaling van de operationele efficiëntiescore van TenneT. De methode om tot een bepaling van de efficiëntiefactor op de operationele kosten te komen (hierna: theta operationeel) is vastgelegd in het “ besluit tot vaststelling van de methode van de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering voor de beheerder van het landelijk hoogspanningsnet ingevolge artikel 41, vierde lid, van de Elektriciteitswet 1998” (hierna: methodebesluit) van 23 september 2003 met kenmerk 101155-44. In deze bijlage is nadere invulling gegeven aan de methode.
2. Zoals in het methodebesluit is aangegeven1 zal de uitkomst van de internationale benchmark van
Transmission System Operators (hierna: TSO’s) niet mechanisch worden overgenomen voor de bepaling van de x-factor voor TenneT, maar worden aangepast.
2 Resultaten van de internationale benchmark
3. Het ECOM+ (Efficiency Construction Operation Maintenance plus) model is toegepast op de TSO’s uit Oostenrijk (Verbund APG), Denemarken (Elkraft en Eltra), Nederland (TenneT) en Noorwegen
(Statnett). De studie maakt ook gebruik van publieke informatie van de Zweedse TSO (Svenska Kraftnät). Het rapport van deze benchmark is medio oktober te vinden op de Internetsite van DTe (www.dte.nl).
2
4. Uit de uitgevoerde ECOM+ benchmark volgt een efficiëntiescore in 2000 van 74 procent op de totale kosten, dus operationele kosten en kapitaalskosten, voor het kopen, opereren en onderhouden van het hoogspanningsnetwerk. De systeemtaken zijn dus geen onderdeel van de benchmark.
5. Om tot een goede vergelijking van de bedrijven te maken zijn de individuele bedrijven gecompenseerd voor landspecifieke factoren. Alleen landspecifieke factoren die een exogene, duurzame en meetbare invloed hebben op de kosten die gebenchmarkt worden kunnen leiden tot een aanpassing van het model.
6. Voor een volledige discussie van de landspecifieke factoren die zijn gebruikt in de benchmark wordt verwezen naar het ECOM+ rapport. De landspecifieke factoren voor TenneT die bij het bepalen van de score in overweging zijn genomen, worden hieronder kort weergegeven. Er is geschat dat TenneT: a. 25 procent hogere kapitaalskosten heeft vanwege de hoge bevolkingsdichtheid in Nederland; en b. 15 procent hogere operationele kosten heeft in verband met de verplichting in Nederland om de
hoogspanningsmasten regelmatig in bepaalde schutkleuren te schilderen;
7. TenneT heeft een zeer hoge leveringszekerheid, veel hoger dan de leveringszekerheid van de rest van de bedrijven in de benchmark. TenneT heeft aangedrongen op een correctie vanwege de hoge kwaliteit. Dit is niet overgenomen. In het ECOM model wordt gekeken hoe de netwerkactiva die de TSO beheerd, wordt aangekocht, onderhouden en beheerd. Hierbij wordt de hoeveelheid netwerkactiva niet beoordeeld. Het hoge kwaliteitsniveau in Nederland is met name het gevolg van het principe dat er tijdens onderhoud nog een circuit van TenneT moet kunnen uitvallen. Hierdoor is de hoge
leveringszekerheid van TenneT dus bepaald door het driedubbel uitgevoerde systeem. Dit vertaalt zicht in een groter netwerk, maar houdt niet automatisch in dat de kosten per eenheid netwerk ook stijgen. Het tegenovergestelde ligt meer voor de hand, bij het inkopen van netwerkactiva kan schaal juist een voordeel hebben. Gedurende de tweede reguleringsperiode wordt dit punt nader bestudeerd.
3 Bepaling van theta
8. Het ECOM+ model heeft zich ontwikkeld tot bruikbare systematiek om TSO’s met elkaar te vergelijken. Aangezien de huidige benchmark nog op een aantal punten verbeterd kan worden, wordt de uitkomst niet mechanisch overgenomen bij het bepalen van theta operationeel. De mogelijke verbeteringen van het ECOM+ model zijn met name:
a. het verbeteren van de wegingsfactoren waarmee de omvang van de TSO’s wordt bepaald; b. het verbeteren van de toerekening van de operationele kosten;
c. het verbeteren van landspecifieke factoren; en d. meer TSO’s opnemen in de benchmark.
3
komende periode als haalbaar gezien. Voor de tweede periode legt de directeur DTe een jaarlijkse verbetering van de operationele kosten voor het Netbeheer van 3 procent op. Dit resulteert in een theta operationeel van 0,913.
10. Als met de efficiëntiekorting op de operationele kosten van 3 procent per jaar van 2006 teruggerekend wordt naar 2000, resulteert dat in een veronderstelde efficiëntie niveau in 2000 van 83 procent. Deze 83 procent ligt boven de efficiëntie van 74 procent op de totale kosten die uit de benchmark blijkt en is dus volgens de benchmark haalbaar. Bovendien is hierbij nog geen rekening gehouden met een algemene efficiëntieverbetering in de sector (frontier shift) tot in de jaren 2001 tot 2007. Dit onderstreept nogmaals het conservatieve karakter van de theta operationeel.
11. De aldus vastgestelde hoogte van theta operationeel, is dus niet gelijk aan de uitkomst van de benchmark. In de tweede periode zal de internationale benchmark verder verbeterd worden.