• No results found

John's Diorama · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "John's Diorama · dbnl"

Copied!
17
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

John's Diorama

den geheelen dag voor alle liefhebbers te bezigtigen tegen 25 cents. Deel 2

bron

John's Diorama. D. Noothoven van Goor, Leiden 1868

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_joh001john01_01/colofon.php

© 2010 dbnl

(2)

John's Diorama.

Komaan, Jongelui! De geheele wereld in één Diorama. Zoo iets hebben jelui nog nooit gezien. Het is zoo prachtig, dat ik zelf soms het uitleggen blijf steken! Treedt binnen maar! Gaat nooit voorbij het Diorama van uw

JOHN.

John's Diorama

(3)

2

John's Diorama

(4)

De sneeuwval.

In Nederland wordt men geteisterd door het water, in Italië door het vuur en in de Alpen door de sneeuw. 't Is alles even verschrikkelijk.

Eerst is 't een sneeuwklompje, zoo klein als de bal dien ge door 't school gooit, dat tegen den wand der rotsen zit; dan wordt het hoe langer hoe grooter, scheurt zich door zijn gewigt krakend los en rolt in wilde vaart langs berg en rots naar omlaag.

Op zijn weg neemt het alles mee. In den beginne was 't een klomp zoo groot als een ton, nu wordt het een massa als van een groot gebouw. Eerst rolde het traag en langzaam, nu vliegt en raast het voort, oneindig sneller dan de rapste spoortrein.

Beneden in 't dat zien ze dat schrikbarend gevaarte aankomen. Snel grijpt de vrouw 't jongste kindje en vliegt met man en kroost de hut uit. De schapen rennen wat zij kunnen om die naderende sneeuwmassa te ontkomen.

Ziet, hoe die boomen geknakt worden; hoe de arme hut bedreigd wordt en weldra aan splinters zal liggen.

Is 't niet ontzettend?

Zoo heeft ieder land zijn schaduwzijde. Zoo kan niemand zich verbeelden, als hij des zomers dat heerlijke Gelderland ziet, dat het water er des winters zoo spoken kan. Zoo zou men niet gelooven, als men in die heerlijke Alpen vertoeft, dat zoo'n sneeuwval er zulke verwoestingen kan aanrigten, en wouden en dorpen in zijn vaart vernielen. Ieder land heeft het zijne. Toch zal de alpenbewoner evenmin met u willen ruilen als gij met hem. Waarom? Omdat de gehechtheid aan't land waar wij geboren zijn, ons ingeschapen is.

John's Diorama

(5)

4

John's Diorama

(6)

Een slagter uit Kairo.

Onze slagters zien heel anders uit als deze. In een paardenspel hebt ge een rijder wel eens zoo gekleed gezien, maar een slagter uit Rotterdam of den Haag heeft behoorlijk een wit of blaauw katoenen jas en broed aan, een mes op zij, en soms een stompje pijp in den mond. Deze heeft een pijp zoo langs als wandelstok van uw papa.

Maar hij komt ook uit Kaïro. Kent ge dat? Het ligt in Egypte. Het leven is er natuurlijk heel anders dan hier. De naauwe straten, bij voorbeeld, zijn allen met een scherm van uitgespannen linnen overdekt, anders zou men 't er niet kunnen uithouden door die brandende zon. De winkels zijn groote vierkante gaten, die langs de muren der huizen naast elkaar loopen. Daar zit, om er een te noemen, een kramer op een kussen in zijn winkel neergehurkt. Hij prijst zijn waar niet aan. Vraagt gij naar iets, dan eischt hij tienmaal meer dan 't goed waard is.

Om dat alles goed te kunnen zien is 't noodig en ook tevens satsoenlijk, een Egyptisch rijtuig te huren, dat wil zeggen een ezel met een daarbij behoorenden drijver. Deze is met alles in de stad bekend en kan u honderd uit vertellen.

Zoo ge naar Kaïro gaat, vergeet dan niet zoo 'n gids te nemen; maar pas dan op uw zak, want die Egytische kooplui zijn slim en honderd tegen een dat uw beurs erg dun zal worden.

John's Diorama

(7)

6

John's Diorama

(8)

De Pandanus op het Prinseneiland.

Wij blijven voor 't gemak in Afrika, doch we gaan een eindweegs verder, en zitten nu heerlijk op het Prinsen-eiland, dertig uren van de kust van Guinea verwijderd.

Van de bergtoppen van dit heerlijk eiland ruischt een stroom neer, die van de eene rots op de andere springt en een eng dal besproeit, waarin de zonnestralen den heelen dag lang hunne pijlen neerschieten. Nu kunt ge begrijpen, dat in die kom de planten weelderig groeijen. Waar nu dat water van dien bergstroom zich in een bekken verzamelt, kort voor het in zee stroomt, daar groeit en tiert de Pandanus-boom.

Op een vierde zijner hoogte is de stam het dikst; verder naar beneden neemt deze dikte meer en meer af, en waar de stam de oppervlakte van 't water raakt, waaruit de plant opschiet, heeft hij nog slechts de dikte van een zwakken wortel.

De stam of stengel is geringd en uit iederen ring ontspruiten weer eenige

vezeldraden, die in scherpe hoeken neerhangen en soms met allerlei bogten weer in het water duiken. Boven deze stutten schiet de boom vijf tot zes takken uit, die zich aan hun einde in eene menigte stengels verdeelen, om dan een kuif of waaijer van lange, scherpgetande, spits toeloopende bladen te vormen.

Lokt dat niet uit tot een reisje, zoo'n heerlijk gezegt? Zoo'n boom als omgeven met slangen die hem dragen, met pijbundels die hem kroonen, en zoo slank, los en lenig alsof hij in de lucht hangt.

Let daarbij op dat heerlijk heldere water en de wilde reigers, die in 't lommer van den boom op vischjes azen. Is dat niet prachtig? Ik wou dat ik er zat, met een kistje eigaren naast me, een mooi boek bij me, en een hutje om in te wonen. Doch ik zou gaauw terugkomen, want Oost, West: t'huis best.

John's Diorama

(9)

8

John's Diorama

(10)

De kurkeiken.

Even de Middellandsche Zee overgestoken, om in Spanje eens in een bosch van Kurkeiken te snuffelen. - Die Kurkeik kan zich met onzen statigen eik in lengte niet meten. Doch wat voordeel levert die Spaansche eik niet op.

Onder de zigtbare buitenste schors der boomen, die soms ruig of glad is, liggen andere lagen. Bij den kurkeik nu vermenigvuldigen zich die lagen, de vastheid en rekbaarheid er van neemt meer en meer toe, en de bast levert de stof, welke wij

‘Kurk’ noemen.

Deze kurklaag wordt den boom op gezette tijden afgenomen. In Julij of Augustus, als 't zonnetje hem zijn volle kracht doet ontwikkelen, wordt hem die kurken overjas te warm: hij wil dien met geweld uittrekken en er komen reten voor den dag, die zich in de lengte over den ganschen stam uitstrekken.

Nu komt men den boom te hulp; duizenden handen geraken in beweging, die heel voorzigtig de schors afschellen, en daarbij die barsten volgen. Boomen die men zorgvuldig en regelmatig van hun kurken jas bevrijdt, worden soms honderdtwintig jaar oud. Laat men hun die dikke plunje behouden, dan sterven zij van benaauwdheid.

Die stukken kurk worden dan overal heen verzonden. In de fabrieken maken zij er stoppen voor slesschen, zolen en ik weet al niet wat van. Zelfs aan 't dobbertje van uw hengel zit een stukje kurk om het op 't water te doen drijven, en op zee heeft menigeen bij schipbreuk aan een kurken ring zijn leven te danken gehad.

John's Diorama

(11)

10

John's Diorama

(12)

Visschers met de vork.

Juist spraken we van visschen met den hengel, en nu aanschouwt ge hier een manier van visschen zooals zeker nog niemand het heeft gedroomd.

Ligt hebt ge in de vaart met een kruisnet zien visschen, of een bijzonder vischrijke sloot met schakels zien afzetten, in welker netten de argelooze baarzen, snoeken en zeelten, door de polstokken verstrikt werden. Misschien hebt ge een of anderen echten peuëraar wel eens snoeken zien strikken; doch vischvangen met een vork ken ik alleen wanneer hij gekookt of gebakken op een schotel wordt voorgediend, en ik met mijn vork een of ander vet tongetje of scholletje voor een val op 't hagelwit tafellaken behoed.

Hier zijn drie jeugdige visschers echter bezig allerlei vischjes, die in de naauwe watersleuf van het heldere beekje neêrschieten, met een stalen vork te steken. Heel barbaarsch, naar mijne meening.

De jongen heeft er een helsch pleizier in om naar 't spartelen van 't geprikte diertje te kijken, en de oudere broeder die 't hoogste staat, wedijvert met het meisje, wie het in oplettendheid zal winnen, en de meeste vischjes zal steken.

Ik weet wel dat het niet barbaarscher is dan hengelen, maar liever ving ik er tien aan 't haakje dan er een met den vork te doorpriemen.

Willen we dus dit vermaak maar eenvoudig aan de jeugdige bewoners van den Elzas in Frankrijk overlaten? 't Is al akelig genoeg om een wurm aan te slaan als wê hengelen, en de Engelschen, die waarlijk teêrhartig zijn, gebruiken daarvoor altijd nagemaakte vliegen en insekten, waarop de visch aast.

John's Diorama

(13)

12

John's Diorama

(14)

De moskee te Soerabaja.

Begreep ik niet dat gij, even goed als ik, weet dat een Moskee een Kerk der Mahomedanen is, dan zou ik u dat vertellen. Nu rep ik daar niet van.

Wat men bij onze kerken echter nooit ziet, is een vaste regel bij de Moskeeën op Java. In ons land zien we turf- en zakkedragers en al de arme leêgloopers steeds in elke stad op een of ander plein of gracht bijeen; dat zijn onze baliekluivers; op Java verzamelen zich de nietsdoeners, schooijers, zieken en kreupelen altijd aan den ingang der Moskee.

Door dezen ingang komt men in de zoogenaamde ‘heilige laan’. Daarin staat links een groot gebouw met een grooten koepel. Daar rusten de overblijfsels der vorsten en radeens, die in de geschiedenis beroemd zijn geworden. De deur in den achtergrond leidt over een breeden trap in de Moskee zelve. De gevels en de zijden daarvan zijn met wapentrofeeën behangen, voor 't overige ziet het er uit als in een paardenspel van Wollschläger. In groote moskeeën, zooals te Kaïro, Alexandrië en Algiers, vindt men tapijten, lusters, lampen en fraaije zitplaatsen; hier niets van dit alles. De vloer is met matten van rijststroo bedekt. Het dak is zoo ingerigt, dat het de lucht in deze groote ruimte vrijen doorgang en speling laat. Dat is in dit heete klimaat een groot voordeel, ja eene noodzakelijkheid, daar er elken vrijdag, den dag des gebeds, duizenden geloovigen bijeenkomen.

Zoo een van de toeschouwers later misschien als officier bij de marine, Indisch ambtenaar, of als koopman eens te Soerabaja mogt komen, kan hij zich overtuigen dat deze afbeelding zoo naauwkeurig mogelijk is.

John's Diorama

(15)

14

John's Diorama

(16)

De fontein op het plein Breteuil te Parijs.

Nu zijn wij te Parijs, de wereldstad, waarvan wij droomen als we er heengaan en nog meer droomen wanneer we terug zijn gekeerd.

Zijn uw ouders rijk, verontrust u dan maar niet, ligt nemen zij u in de groote zomervacantie eens meê, en kunt ge er volop al dat fraais en vreemds zien. Zegt men u, dat de rijksdaalders voor iets anders moeten uitgegeven worden dan om een pleiziertogtje naar Parijs te maken: doet dan een beroep op uw spaarpot en wacht tot dat er genoeg in is.

Intusschen laten we u de zuil op het plein Breteuil zien. Deze zuil omvat en steunt eene buis, waarin het water uit de artesische put van Grenelle (eene van de nuttigste uitvindingen onzer eeuw) 103 voeten hoog boven de opening van den put opstijgt.

Deze zuil van gegoten ijzer staat op een steenen voetstuk, dat een rond bekken vormt, en heeft 118 voet hoogte. Een wenteltrap van 150 treden loopt langs zes pilaren naar een plat, waarboven een soort van koepeltje is gemaakt.

Wie daar boven staat, heeft een heerlijk gezigt op Parijs.

Verbeeldt u eens dat ge er dezen zomer met de wereld-tentoonstelling waart, en al die bezoekers, van den Deen tot den Japanees, van den Spanjaard tot den

Nieuw-Zeelander, beneden u zaagt ronddwalen. Verbeeldt u dat ge over het dak van dat reusachtig gebouw der tentoonstelling kondet heenzien, en dat een onzigtbare geest zoo vriendelijk was dit er van af te ligten, zoodat ge als een koning dat alles mogt bekijken. Verbeelt u... doch neen... van zoo'n panorama zoudt ge droomen, zóó droomen dat ge mijn volgende tafereelen niet zoudt willen zien.

Bedenkt, mijn Diorama is als de hoed van Bamberg: 't is onuitputtelijk in tafereelen.

John's Diorama

(17)

16

Einde.

John ziet aan jelui gezigten dat gij tevreden zijt. Dat wist ik wel te voren. Over een dag of wat kom ik met een ander terug, dat nog veel mooijer zal zijn. Tot weêrziens.

JOHN.

John's Diorama

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Met de veront- waardiging over de zware indus- triële arbeid van kinderen is de hele campagne voor de afschaf- fing van kinderarbeid destijds op gang gekomen.. Deze sector is nog

UW FOLDER VERSPREIDEN MET HET UW FOLDER VERSPREIDEN MET HET UW FOLDER VERSPREIDEN MET HET UW FOLDER VERSPREIDEN MET HET UW FOLDER VERSPREIDEN MET HET UW FOLDER VERSPREIDEN MET HET

Pessinus was in de hellenistische periode een priesterstaat, centrum van de Galatische stam van de Tolistobogii, maar werd kort na de opname van centraal Anatolië in het Romeinse

De dynastieke politiek van de twee eerste Boergondische Hertogen bereidde de vereniging van een groot deel van het Dietse land, van Brabant en Limburg, Holland en Zeeland,

Portefeuillehouder: Hans Wagner/Jan Backbier 22.15 – 22.45 uur RIB (184042) stand van zaken Stichting. Eerstelijnsvoorziening Portland (SEVP)

Een besluit tot de wijziging van de statuten kan slechts door de algemene ledenvergadering worden genomen met een meerderheid van tenminste twee/derde van het aantal geldig

De Bamboo Forest is uit het Moso assortiment, maar een soortgelijk vloerdeel met de buitenkant van de bamboe stam is wel via Bambootouch leverbaar (zie pagina 4).. De Bamboo

Het tweede Advies kerndoelen voor de basisvorming in basisonderwijs en voortgezet onderwijs wordt gepubliceerd op 20 juni 1990 en bevat de eerste conceptkerndoelen door de CHE..