• No results found

Risico’s geneesmiddelen bijlactatie opnieuw ingedeeld

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Risico’s geneesmiddelen bijlactatie opnieuw ingedeeld"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Auteurs Anneke Passier, Benedikte Cuppers, Corine Colijn, Sander Borgsteede

Vijf nieuwe categorieën voor de veiligheid van geneesmid- delen bij lactatie. Dat is de belangrijkste wijziging van de zesde editie van Geneesmiddelen, Zwangerschap en Borst- voeding (gzb), een uitgave van de Teratologie Informatie Service (tis) en Stichting Health Base. Een geneesmiddel behoort voortaan tot een van de volgende categorieën:

‘meest veilig’, ‘waarschijnlijk veilig’, ‘risico onbekend’,

‘mogelijk risico’ of ‘risico, stoppen’. Hiermee is de indeling in ‘handhaven’, ‘beperken’, ‘afwegen’ of ‘stoppen’ vervallen.

Zo is bijvoorbeeld ranitidine overgegaan van ‘afwegen’ naar

‘waarschijnlijk veilig’.

Deze indeling geeft informatie over het risico voor de zui- geling en hangt af van:

• de hoeveelheid en kwaliteit van de gepubliceerde informa- tie over gebruik van het geneesmiddel tijdens lactatie;

• de mate waarin het middel overgaat in de melk;

• de biologische beschikbaarheid bij moeder en kind;

• de mogelijke nadelige effecten;

• de vergelijking van de veiligheid met andere middelen in dezelfde geneesmiddelgroep.

‘Meest veilig’ tot ‘risico, stoppen’

Het advies gaat uit van een moeder die borstvoeding geeft aan een voldragen pasgeborene tussen nul en twee maanden, waarbij de moeder het geneesmiddel als monotherapie in de aanbevolen dosering gebruikt.

Wanneer het gebruik van een geneesmiddel bij lactatie als veilig is beoordeeld, behoort het middel tot de categorie

‘meest veilig’ of ‘waarschijnlijk veilig’. Een middel kan als veilig worden beoordeeld gebaseerd op literatuur, positieve praktijkervaring en/of farmacokinetische overwegingen.

Zo gaan heparine en insuline niet over in moedermelk vanwege de molecuulgrootte. Als het al in de melk terecht- komt, wordt het afgebroken in de maag van de zuigeling.

Het onderscheid tussen ‘meest veilig’ en ‘waarschijnlijk vei- lig’ is relevant wanneer er binnen een groep geneesmidde- len een keuze bestaat. Dan heeft ‘meest veilig’ de voorkeur, zoals paroxetine en sertraline binnen de ssri’s.

Als er (bijna) geen informatie is over het gebruik van een geneesmiddel tijdens de lactatie, komt het in de categorie

‘risico onbekend’. Dat is meestal het geval bij nieuwe ge- neesmiddelen. Voorheen kwamen deze middelen in ‘stop- pen’, wat de indruk van onveiligheid wekte. Dat was vaak niet het geval. In de herziene indeling komt het middel pas in de categorie ‘mogelijk risico’, of ‘risico, stoppen’ als er een negatieve gebruikservaring is beschreven. Zo staat bijvoorbeeld chloorpromazine in ‘mogelijk risico’ omdat sedatie is gezien is bij zuigelingen. Ook kan een middel tot deze categorie behoren gebaseerd op een theoretisch scha- delijke werking. Als het risico voor de zuigeling zo groot is dat gebruik niet samen mag met borstvoeding, staat het middel in ‘risico, stoppen’. Dit zijn bijvoorbeeld systemisch gebruikte jodiumbevattende middelen vanwege de mogelijk remmende werking op de schildklierfunctie.

Ondersteuning zorgverlener

Bij middelen met een onbekend risico is het van belang alternatieven te overwegen. Ook bij een mogelijk risico op schade denkt de apotheker mee over alternatieven en infor- meert hij vervolgens de patiënt. Wanneer er bij een middel

Risico’s geneesmiddelen bij lactatie opnieuw ingedeeld

Veiligheid zuigeling hangt onder meer af van de biologische beschikbaarheid

De herziene uitgave Geneesmiddelen, Zwangerschap en Borstvoeding hanteert een nieuwe indeling voor de veiligheid van geneesmiddelen bij lactatie. Van ‘meest veilig’, ‘waarschijnlijk veilig’, ‘risico onbekend’,

‘mogelijk risico’ tot ‘risico, stoppen’.

RANitiDiNe iS OVeRGeGAAN VAN ‘AFWeGeN’ NAAR

‘WAARSChiJNliJK VeiliG’

|

Pharm weekbl 28 november 2014;149– 48

22

(2)

I E L A C T A T I E l A C t A t i e L A C T A T I E L A

uit de categorie ‘risico, stoppen’ geen alternatieven zijn, levert de apotheker dit middel alleen af wanneer de pati- ent geen borstvoeding geeft of de borstvoeding (tijdelijk) staakt.

Met de nieuwe categorie-indeling beschikt de apotheker over een informatiebron om een verantwoorde beslissing te nemen over geneesmiddelengebruik door de moeder en borstvoeding aan de pasgeborene.

Anneke Passier en Benedikte Cuppers zijn werkzaam bij Teratologie Informatie Service/Lareb. Corine Colijn en Sander Borgsteede werken bij de afdeling Medicatiebewaking van Stichting Health Base.

Zoek naar veilig alternatief bij (mogelijk) risico zuigeling

categorie betekenis afhandeling

meest veilig,

handhaven borstvoeding en geneesmiddelgebruik kunnen worden gecombineerd – binnen de geneesmiddelgroep is dit middel de veiligste keuze

middel is voorkeursmiddel bij de aandoening – informeer patiënt dat het middel tijdens de borstvoedingsperiode veilig gebruikt kan worden waarschijnlijk veilig op basis van de beschikbare informatie lijkt er geen

bezwaar tegen gebruik van dit middel in combinatie met borstvoeding

middel is veilig te gebruiken tijdens de borstvoeding maar is mogelijk niet het voorkeursmiddel – informeer patiënt bij handhaven borstvoeding risico onbekend er is geen of zeer beperkte informatie over gebruik

van dit middel tijdens de borstvoeding – het is niet mogelijk een uitspraak te doen over de veiligheid

risico bij gebruik tijdens borstvoeding is onbekend:

overleg met voorschrijver over mogelijk alternatief met minder/geen risico’s – informeer bij patiënt hoeveel borstvoeding er gegeven wordt en overleg over (tijdelijk) staken van de borstvoeding mogelijk risico het geneesmiddel kan mogelijk risico opleveren

voor het kind – noodzaak en mate van gebruik door de moeder dienen afgewogen te worden tegen het mogelijke risico voor het kind

er is mogelijk een risico voor het kind bij gebruik tijdens borstvoeding – verdere afhandeling als bij risico onbekend

risico, stoppen het is niet veilig om borstvoeding en geneesmiddelgebruik te combineren – indien mogelijk kiezen voor een veiliger geneesmiddel, anders borstvoeding (tijdelijk) stoppen

er is een reëel risico voor het kind bij gebruik tijdens borstvoeding: overleg met voorschrijver over mogelijk alternatief met minder/geen risico’s – als het geneesmiddel gehandhaafd blijft, informeer patiënt over (tijdelijk) staken van de borstvoeding

VIJF CATEGORIEëN VOOR DE VEILIGHEID VAN GENEESMIDDELEN BIJ LACTATIE.

Online via de lareb­website

Geneesmiddelen, Zwangerschap en Borstvoeding is ver- krijgbaar als boek, maar is ook voor iedereen online beschikbaar via de website van Lareb: www.lareb.nl/

Teratologie/Naslagwerk-gzb.

Daarnaast is de informatie opgenomen in het boek Commentaren Medicatiebewaking. Hierin worden jaar - lijks updates verwerkt. Voor meer informatie en individuele counseling is de Teratologie Informatie Service op werkdagen bereikbaar voor zorgverleners (073-6469702).

het advies gaat uit van een moeder die borstvoeding geeft aan een vol- dragen pasgeborene tussen nul en twee maanden, waarbij de moeder het geneesmiddel als monotherapie gebruikt.

Foto Thinkstock

|

Pharm weekbl 28 november 2014;149– 48

23

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Kwaliteitszorg en risico’s voor leerlingen Bij een klein deel van de besturen in het voortgezet onderwijs (15 procent van de eenpitters en 2 procent van de meerpitters) is

Het bevoegd gezag Wet milieubeheer (gemeente of provincie) betreedt het terrein van de ruimtelijke ordening, het bevoegd gezag RO (gemeente) is medeverantwoordelijk voor

• bij elke aanpassing van de dosis en daarna minimaal eens per 6 maanden en bij elk bezoek moet de patiënt gecontroleerd worden op ontwikkeling van de novo of verslechtering van

Maar ik ben ervan overtuigd dat er onder de gevallen van voedselvergiftiging door het eten van bedorven eieren of vlees ook gevallen zitten waar- bij verse

 veroorzaakt wanneer het gebouw in aanbouw, wederopbouw of verbouwing is, voor zover wij aantonen deze omstandigheid enigszins heeft bijgedragen tot het zich

LINK blijft aandacht hebben voor aanhaking in de grensregio’s, maar beseft ook terdege dat er andere sectoren zijn in Limburg zoals de thuiszorg, gehandicaptenzorg en huisartsen

Nederlandse bestuurders vinden social mediaberichten die ze tijdens het rijden ontvangen onbelangrijk (84%) en het risico van een boete niet waard (94%).. Bijna de helft vindt ze

● Conclusie: de werkgever is zelfs aansprakelijk indien de schade door toedoen van de werknemer zelf is ontstaan.