• No results found

CABINE VAN DE BESTUURDER...

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "CABINE VAN DE BESTUURDER..."

Copied!
59
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1 | P a g i n a

CANADA & CAMPERS ... 3

TIPS VAN ERVAREN CAMPERS ... 3

DE CANADESE VERKEERSREGELS EN -BORDEN ... 5

VERKEERSREGELS ... 5

VERKEERSBORDEN ... 9

CABINE VAN DE BESTUURDER ... 11

VERSNELLINGSBAK ... 11

CRUISE CONTROL ... 12

CONTACTSLOT ... 12

Oplossing: Het voertuig start niet ... 13

PARKEERREM ... 13

VERWARMDE BUITENSPIEGELS ... 13

DASHBOARD DISPLAY WAARSCHUWINGSLAMPJES ... 14

VERZORGING EN ONDERHOUD VAN HET VOERTUIG ... 17

BENZINE ... 17

MOTOROLIE ... 17

OLIEVERVERSING-CONTROLELAMPJE VERSCHIJNT ... 17

BATTERY-BOOST-SCHAKELAAR/EMERGENCY-START-SCHAKELAAR ... 18

BANDENSPANNING -BANDENCONTROLE ... 18

BANDEN VERWISSELEN ... 18

WAAR KUNT U HET BENODIGDE GEREEDSCHAP VOOR HET VERWISSELEN VAN EEN BAND VINDEN? ... 18

VOERTUIGGEGEVENS ... 19

WOONGEDEELTE... 21

BUITENKANT ... 21

ZONNESCHERM (AWNING) ... 23

ELEKTRISCH SYSTEEM ... 23

12 VOLT TWEELEDIG ACCUYSTEEM ... 23

ACCU HOOFDSCHAKELAAR STAND ... 24

AANSLUITING OP HET OPENBARE ELEKTRICITEITSNET (110 VOLT) ... 24

WAAR VIND IK DE ZEKERINGKAST? ... 25

WAAR VIND IK DE RESET-KNOP? ... 26

12 VOLT APPARATEN ... 26

110 VOLT/15AMP APPARATEN ... 27

110 VOLT/30AMP APPARATEN ... 27

Oplossing: stroomvoorziening ... 28

GENERATOR ... 30

Oplossing: generator ... 31

ACCU-EN TANKINDICATIELAMPJES ... 32

PROPAANTANK ... 34

Oplossing: propaangas ... 35

WATERSYSTEEM ... 35

TANK MET DRINKWATER (POTABLE WATER/TANK FILL) ... 35

Oplossing: Tank met drinkwater ... 36

WATERPOMP ... 36

Oplossing: Waterpomp ... 37

AANSLUITING OP HET WATER (CITY WATER CONNECTION/CITY FILL)... 37

BOILER (WATER HEATER) ... 38

Oplossing: Boiler ... 38

RIOOLWATER ... 39

DOUCHE ... 39

Oplossing: Douche ... 39

BUITENDOUCHE ... 39

(2)

2 | P a g i n a

TOILET ... 39

Oplossing: Toilet ... 40

VERWERKING VAN AFVALWATER ... 40

HET LEGEN VAN DE AFVALTANK ... 40

WAAR VIND IK DE RIOOLSLANG? ... 41

WAAR VIND IK DE RIOOLKRANEN? ... 41

Oplossing: Afvaltank ... 41

VERWARMING & AIRCONDITIONING ... 42

Oplossing: verwarming ... 43

KOOKGEDEELTE ... 43

GASFORNUIS ... 43

OVEN... 44

MAGNETRON ... 44

KOELKAST ... 49

AUTOMATISCHE ENERGIETOEVOER BEDIENING. ... 50

HANDMATIGE AC-STAND BEDIENING. ... 51

HANDMATIGE PROPAANGAS STAND BEDIENING. ... 51

Oplossing: koelkast ... 51

SLIDE-OUT ... 53

Oplossing: Slide-out ... 53

STAPELBED (BUNK BED) ... 54

AUTOMATISCHE STABILISERING ... 55

Oplossing: uitschuifbare stabilisatoren/ traptrede... 56

VEILIGHEIDSUITRUSTING ... 58

ROOKMELDER/KOOLMONOXIDE-ALARM ... 58

BRANDBLUSSER ... 58

PROPAANGASMELDER (PROPANE DETECTOR/ALARM) ... 58

TERUGGAVE VAN HET VOERTUIG ... 59

(3)

3 | P a g i n a

Canada & Campers

Tips van ervaren campers

Aansluiting op de watervoorziening van de camping

Let er bij de aansluiting van de waterslang op de watertank van de camper op dat de aansluitingen van de camping en die van de camper alsmede de schroefdraad van de waterslang perfect schoon zijn! In geval dat bijvoorbeeld de schroefdraden vol zitten met zand of iets dergelijks, bestaat het risico dat de schroefdraden scheef kunnen lopen en u de waterslang bij vertrek niet meer los kunt krijgen! Wij kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor reparaties en tijdverlies als gevolg van verzuimde controles.

Het voorkomen van lekkende waterleidingen

De waterleidingen van een camper zijn uitsluitend geschikt voor een bepaalde waterdruk. De waterdruk op sommige campings is hoger dan de toelaatbare waterdruk in campers van 30 - 50 PSI. Vraag alstublieft bij aankomst op een camping naar de plaatselijke waterdruk en speel in principe altijd op veilig door de kraan van de camping slechts een halve slag te openen.

Openingstijden van campings (provinciale parken)

Sommige provinciale parken worden ‘s avonds met een hek gesloten en gaan pas de volgende ochtend weer open. Vergeet niet naar de sluitingstijden te informeren indien u ‘s avonds de camping kort wilt verlaten.

De verwijdering van afval en recycling

U kunt uw afval op alle campings verwijderen en recyclen. Het dumpen van afval in de vrije natuur wordt in Canada met hoge boetes bestraft, waarvoor u als huurder alleen verantwoordelijk voor bent.

Het gebruik van de buitendouche

Bij het gebruik van de buitendouche mogen uitsluitend biologisch afbreekbare douchgels en shampoos (biodegradable shower gel and shampoo) worden gebruikt. Deze producten zijn verkrijgbaar in speciaalzaken voor campers en buitensporten. Met het oog op de flora en fauna verzoeken wij u zich aan de geldende voorschriften te houden.

Campings: een overzicht en reserveringen

Op onze website vindt u informatie over de verschillende campings, speciale excursies, video’s en nog veel meer. U klikt op ‘Rent an RV‘ en vervolgens op ‘Explore‘ en selecteer de mooiste campings en de meest spectaculaire routes! Houd er rekening mee dat veerboten en campings op feestdagen en weekends snel vol kunnen zitten. Het is raadzaam deze vooraf te reserveren.

Drinkwatertank vullen en afvalwatertanks legen

Telkens bij het verlaten van een camping raden wij u aan de drinkwatertank met vers water bij te vullen. Op deze manier zorgt u ervoor dat u voor onderweg verzekerd bent van uw basisbehoefte (bijvoorbeeld voor het spoelen van het toilet). Wij adviseren u de grijswatertank indien mogelijk ook dagelijks te legen. Als uw zwartwatertank bij het verlaten van een camping bijna vol is, dient u ook deze te legen. Het legen van de zwartwatertank is eenvoudiger wanneer deze bijna geheel gevuld is.

(4)

4 | P a g i n a Drinkwater

Wij raden u aan het drinkwater uit de watertank niet te drinken. Is er geen ander water beschikbaar dan raden wij u aan het water uit de watertank ten minste vijf minuten te koken. Daarnaast adviseren wij u bij het vullen van de watertank een theelepel baking soda in het water te mengen. Dit reinigt en desinfecteert de watertank op natuurlijke wijze. Baking soda is in elke supermarkt verkrijgbaar.

Vaste rioolsluiting

Zorg ervoor dat de kleppen van uw afvaltanks altijd gesloten zijn, ook met een permanente rioolaansluiting op de camping! Wanneer u het ventiel van de zwartwatertank permanent geopend heeft, loopt het water weg en de door ontbrekende chemicaliën niet opgeloste vaste deeltjes hopen zich op de bodem van de tank op, verkalken daar en dit leidt uiteindelijk tot verstopping van de tank. Het is hygiënischer en veiliger de tank eerst bij te vullen, vervolgens alle deeltjes met behulp van de chemicaliën op te lossen en tenslotte de tank opnieuw te legen.

Brandgevaar

Indien u een kampvuurtje wilt stoken, raden wij u aan om na te gaan of er beperkingen zijn. Soms gelden er als gevolg van hoge temperaturen en droogte een toegenomen risico voor brand. Daarnaast is het niet op iedere camping geoorloofd kampvuren aan te steken. Een kampvuur op een camping is uitsluitend toegestaan als daarvoor een aparte plek beschikbaar is. Brandhout voor een kampvuur kan op de camping en in de provinciale parken worden verkregen. In sommige gevallen is het verboden eigen brandhout mee te nemen. Vraag na aankomst bij de receptie om informatie hierover of zoek hiernaar op de website van de camping.

Knaagdieren

Houd er rekening mee dat u uw huis midden in de natuur heeft geparkeerd en dat er daardoor knaagdieren in uw directe omgeving leven! Het is belangrijk alle deuren van de camper gesloten te houden, zodat muizen niet binnen in de camper kunnen komen.

Chemicaliën voor het toilet & toiletpapier

Wij raden u aan om direct bij het ophalen van uw camper een voorraad toiletpapier en toilet chemicaliën te kopen. Zorg dat u het juiste toiletpapier koopt: 1 laags toiletpapier (1-Ply Bathroom Tissue of RV Toilet Tissue). Mochten deze artikelen tijdens uw reis opraken, dan zijn deze verkrijgbaar bij de Wal-Mart, London Drugs, Canadian Tire, Home Depot en natuurlijk ook op de campings zelf.

Wild kamperen

Wild kamperen is in Amerika en Canada verboden met uitzondering van de Yukon en de Northwest Territories. Het is tevens strikt verboden om op privéterreinen te parkeren en te overnachten, waarbij moet worden vermeld dat vele privéterreinen (private properties) niet als zodanig worden aangemerkt. Dit verbod is om eigenaren van privéterreinen, de natuur en de wilde dieren te beschermen en wij vragen u dan ook vriendelijk deze regels na te leven. Wanneer u op campings of in provinciale parken de nacht doorbrengt, gelieve confrontaties met de politie en eventuele geldboetes te vermijden.

Tanken

Mocht u door afgelegen gebieden rijden, grijp dan elke gelegenheid aan om uw benzine- of dieseltank bij te vullen om onplezierige verrassingen te vermijden. Vergeet niet dat sommige gebieden in Canada zeer dunbevolkt zijn en dat het volgende tankstation soms honderden kilometers verwijderd is.

(5)

5 | P a g i n a

De Canadese verkeersregels en -borden Verkeersregels

De Canadese verkeersregels en -borden komen grotendeels overeen met de Europese. Om uw reis zo aangenaam en veilig mogelijk te maken, hebben wij voor u in dit hoofdstuk een paar verschillen samengevat.

Alcohol achter het stuur

Het wettelijke maximale alcoholpromillage in Canada is verschillend per provincie. Ongeacht deze verschillen en voor uw eigen veiligheid mogen onze voertuigen niet onder invloed van alcohol worden gebruikt.

Verkeerslichten

Verkeerslichten bevinden zich in Noord-Amerika doorgaans aan de overkant van het kruispunt. Als de linker pijl op groen staat, betekent dit voor de personen die links afslaan dat de tegenligger rood licht heeft.

Zolang er geen voetgangers oversteken, mag bij een rood verkeerslicht na een korte stop rechtsaf worden geslagen. Deze regel geldt overal in de Verenigde Staten en in alle provincies van Canada, met uitzondering van de stad Montreal in Québec. In sommige gevallen wordt dit door het links weergegeven bord verduidelijkt: dit is een algemeen geldende regel, tenzij er een tegengesteld bord (zie hieronder) is geplaatst.

Uitzonderingen op deze regels zijn meestal beperkt tot bepaalde tijden van de dag en worden bij het verkeerslicht duidelijk aangegeven.

Linker voorbeeld: het rechtsaf slaan bij dit verkeerslicht is bij rood licht strikt verboden.

Rechter voorbeeld: in dit geval is rechtsaf slaan (met of zonder stoplicht) verboden van maandag tot en met vrijdag tussen 07.00 en 09.00 uur en van 16.00 tot 18.00 uur.

Tenzij anders aangegeven, is op een weg met eenrichtingsverkeer waar het verkeer naar links rijdt, linksaf slaan bij rood licht toegestaan. In de meeste gevallen wordt daar door middel van een extra verkeersbord (zie links) op gewezen.

Betekenis van het verkeersbord: linksaf slaan bij rood licht is na een korte stop toegestaan.

Veiligheidsgordels zijn verplicht

Net zoals in Europa dienen ook in Canada en de VS alle inzittenden veiligheidsgordels te gebruiken.

Snelheidsbeperkingen

De snelheidslimiet in steden ligt op 50 km/u, in verkeersluwe zones op 30 km/u, op snelwegen op 100 km/u en op provinciale wegen op 80 km/u. In de steden worden regelmatig snelheidscontroles gehouden en overtredingen worden met hoge geldboetes of het intrekken van het rijbewijs bestraft. Om dergelijke ongemakken te voorkomen, adviseren wij u zich aan de gestelde snelheidslimieten te houden. Een geldboete wordt verdubbeld bij snelheidsovertredingen bij ‘werk aan de weg’ en bij scholen.

(6)

6 | P a g i n a Voetgangers en verkeersveiligheid

Canadese automobilisten zijn in het algemeen zeer beleefd en vriendelijk. Voetgangers hebben ‘voorrang’

en kunnen als eerste oversteken, ongeacht of dat op een zebrapad is of bij een richtingsverandering.

Rijbewijs

Een gewoon EU-rijbewijs wordt in Canada doorgaans geaccepteerd. Wij adviseren u echter altijd uw internationale rijbewijs bij u te hebben indien het EU-rijbewijs door de politie bij een ongeval of een controle niet wordt geaccepteerd.

GPS-systemen en hoogtebeperkingen

De buitenmaten (hoogte, breedte en lengte) en het totale gewicht van uw camper staan op een sticker op de voorruit van uw voertuig vermeld. GPS-systemen geven geen informatie over eventuele hoogtebeperkingen op de door u geplande route. Let dus bij tunnels, luifels bij benzinestations, portieken, veerboten enz. goed op of de hoogtelimiet overeenkomt met de afmetingen van uw voertuig! Drive thrus (in Europa vaak drive-ins genoemd), zoals bijvoorbeeld bij McDonald’s, Tim Hortons of soortgelijke fastfood ketens, zijn doorgaans te laag en mogen derhalve niet worden gebruikt!

Als algemene regel geldt: de hoogte van de onderdoorgang moet bij al onze voertuigen ten minste 3,9 m of 13.1 ft bedragen.

HOV-rijstrook (High occupancy vehicle lane)

In Canada zijn er zogenaamde HOV-rijstroken, d.w.z. rijstroken voor auto’s met twee of meer inzittenden. Deze rijstroken mogen uitsluitend worden gebruikt door voertuigen met een minimaal aantal inzittenden. Het symbool voor de HOV-rijstroken is een diamant die op de HOV-verkeersborden wordt aangegeven. De verkeersborden kunnen als volgt worden geïnterpreteerd:

Links: begin van de HOV-rijstrook voor bussen en auto’s met tenminste 3 inzittenden.

Rechts: deze rijstrook dient vanaf 05.00 tot 23.00 uur als HOV-rijstrook gebruikt te worden en mag in deze periode uitsluitend door bussen en voertuigen worden gebruikt met tenminste 3 inzittenden. Gedurende de resterende tijd, van 23.00 tot 05.00 uur, is deze rijstrook tevens beschikbaar voor voertuigen met minder inzittenden.

De volgende campers, mits met minimaal aantal inzittenden, mogen de HOV-rijstrook in Canada gebruiken:

- Van Conversie (Travato, Mercedes, Gemini, Okanagan Tribute) - alle Truck Campers

- C-Small campers (19 RD, 19 RK).

Alle campers waarvan het toegestane totaalgewicht meer dan 5,5 ton is, zijn niet toegestaan de HOV- rijstroken te gebruiken. Het gaat hierbij om de volgende campers uit onze vloot:

- Adventurer 4,

- C-Medium-Klasse (MH 22, MH 23 RB) - C-Large-Klasse (MH 23 DS, MH 24 DS)

- C-X-Large-Klasse (MH 29/31, Jayco 29 XK, Thor Chateau, Thor Four Winds) - Campers van de A-Klasse (Thor Hurricane, Thor Windsport).

(7)

7 | P a g i n a Parkeren

Ook hier kunnen de vereisten variëren per provincie. In het algemeen geldt dat uitsluitend in de rijrichting mag worden geparkeerd. Een algemeen parkeerverbod geldt tot 6 meter voor:

- Een oversteekplaats voor voetgangers.

- Een stopteken.

- Verkeerslichten.

- In- en uitgangen van hotels, theaters, openbare ontmoetingsplaatsen, scholen, brandweerkazernes en kinderspeelplaatsen.

- Een afslag.

- Een brandkraan.

Een dergelijk parkeerverbod wordt vaak door een geel geschilderde stoeprand aangegeven. Een gele stoeprand betekent doorgaans: niet parkeren!

Betaald parkeren (Pay Parking): mocht u met uw voertuig op een parkeerplaats twee of meer plaatsen in beslag nemen, dan dient u om een boete te voorkomen voor het totale aantal bezette plaatsen te betalen.

Politie, brandweer en ambulance

In geval dat u een ambulance, een politie- of brandweerwagen met zwaailichten en/of sirene tegenkomt of wanneer deze u van achteren nadert, ga dan (terwijl u het verkeer goed in het oog houdt) naar de rechterkant van de rijbaan en wacht daar totdat het voertuig u is gepasseerd.

Mocht u door een politiewagen worden aangehouden, rijd dan voorzichtig naar de rechterkant van de weg, blijf in de auto zitten, open uw raampje en wacht tot de politieagent naar u toekomt. Houd uw handen tijdens het wachten zichtbaar aan het stuur en zoek niet in het dashboardkastje naar uw papieren, want dit is in Canada en in het bijzonder in de VS ongewoon en kan door de politie gemakkelijk als een gevaarlijke situatie worden geïnterpreteerd.

Stopborden

U dient zich te allen tijde aan een stopbord te houden. Hier geldt: wie als eerste is gestopt, mag ook als eerste weer doorrijden. Dezelfde regels gelden indien verkeerslichten op een kruispunt niet werken. Canadezen zijn in dit soort situaties zeer gedisciplineerd en verwachten hetzelfde van de andere weggebruikers. Doorgaans rijdt er altijd een auto uit één bepaalde richting over het kruispunt. De volgende bestuurder blijft staan en wacht tot hij aan de beurt is.

Tolbruggen (toll bridges)

Net zoals in Europa zijn er ook in Canada tolbruggen waar moet worden betaald, de zogenaamde ‘toll bridges’. In sommige provincies wordt de betaling automatisch afgewikkeld aan de hand van het kenteken en ontvangen we hiervoor een rekening.

In dergelijke gevallen vragen wij u ons personeel bij het terugbrengen van de camper daarover te informeren. Wij zal het exacte tolbedrag aan u doorberekenen, zonder bijkomende administratiekosten.

Mocht u verzuimen ons bij het terugbrengen van de camper hierover te informeren, dan belasten wij op een later tijdstip uw creditcard met het exacte bedrag van de rekening met daarbij maximaal CAD $25.00 aan administratiekosten. In sommige provincies dient voor het gebruik van tolbruggen direct ter plaatse betaald te worden. De aanwezige rijstroken zijn vaak volgens de verschillende manieren

(8)

8 | P a g i n a

van betalen (cash of creditcard) onderverdeeld, waarbij camperbestuurders moeten invoegen op de rijstrook bestemt voor vrachtwagens om eventuele problemen met hoogtebeperkingen te voorkomen.

De rekening van sommige tolbruggen wordt pas na enkele weken naar ons gestuurd. Houd er rekening mee dat wij in dit geval administratiekosten in rekening brengen.

Ongevallen

De meeste ongelukjes gebeuren bij het manoeuvreren van de camper. Deze schade kan gemakkelijk worden vermeden wanneer bijvoorbeeld de bijrijder uitstapt en de bestuurder bijstaat bij het in- en uit-parkeren, achteruitrijden en andere manoeuvres.

Indien er een andere partij betrokken is bij de schade en u door de tegenpartij gevraagd wordt om onmiddellijke betaling, betaal dan nooit ter plaatse maar neem contact op met onze OnRoad-Service of indien noodzakelijk de politie.

In geval dat u bij een ongeval betrokken raakt, neem dan telefonisch contact met ons op en vul het ongevalsrapport in dat u in de sectie ‘Noodsituatie’ kunt vinden. Maak indien mogelijk foto’s van de plek van het ongeval en van de schade van zowel uw camper als van het voertuig van de tegenpartij. De politie komt alleen opdagen bij lichamelijk letsel en grotere materiële schade

Verkeersgedrag bij schoolbussen

Canadese schoolbussen zijn geel en geven een stopsignaal af met rode waarschuwingslichten en/of een uitgeklapt stopteken. Stilstaande schoolbussen waarvan de waarschuwingslichten aanstaan en/of het stopteken is uitgeklapt, mogen in Canada noch worden ingehaald, noch in tegenovergestelde richting worden gepasseerd. Al het verkeer moet tot stilstand komen om ervoor te zorgen dat de uitstappende kinderen de straat veilig kunnen oversteken. Zodra de rode waarschuwingslichten uitgaan en/of het stopteken is ingeklapt, kan het verkeer in beide richtingen weer gaan rijden. Deze regel staat gelijk aan het stoppen voor een rood verkeerslicht en indien men zich niet aan deze regel houdt, wordt dit als een zwaarwegende verkeersovertreding beschouwd.

De verplichting om te stoppen vervalt voor verkeer uit de tegenovergestelde richting bij straten waarvan de rijstroken door een middenberm gescheiden zijn. Dit is een fysieke barrière, zoals bijvoorbeeld een verhoogde berm van aarde of beton, die ertoe dient het verkeer uit de tegengestelde rijstroken van elkaar te scheiden.

(9)

9 | P a g i n a

Verkeersborden

Eenrichtingsverkeer Voetgangers mogen hier niet

oversteken.

Oversteken is uitsluitend toegestaan op zebrapaden/oversteekplaatsen.

Ga niet tegen de rijrichting in.

In deze zone worden fout geparkeerde voertuigen

weggesleept.

De straat is afgesloten. De pijl wijst in de richting van de

omleiding.

Vanaf dit bord mag niet van rijstrook worden gewisseld

totdat dit verbod wordt opgeheven.

Deze straat is uitsluitend toegankelijk voor de daartoe

bevoegde voertuigen (bussen, politie, ambulance,

brandweer enz.).

Parkeerverbod aan beide zijden van het bord. Indien

de pijl in één bepaalde richting wijst, geldt het parkeerverbod uitsluitend voor de aangewezen richting.

Stopverbod aan beide zijden van het bord.

Deze straat of rijstrook is uitsluitend toegankelijk voor

fietsers.

Deze straat of rijstrook is uitsluitend toegankelijk voor

bussen.

Privéterrein. Parkeren verboden. Lichten aanzetten & zonnebril afnemen (vaak voor tunnels).

(10)

10 | P a g i n a Parkeerverbod van 8.30 uur tot

17.30 uur. Parkeren is op deze plek voor de resterende tijd

toegestaan.

Parkeerverbod met uitzondering van zon- en feestdagen.

Parkeren verboden. Los- en laadzone.

Parkeren is aan beide zijden van het bord dagelijks van

8.30 uur tot 17.30 uur toegestaan. Parkeren is tot 2

uur beperkt. In Canada hebben we geen parkeerschijven o.i.d., d.w.z.

dat u hier 2 uur kunt parkeren zonder uw aankomsttijd aan te moeten

geven.

Voertuigen in beide richtingen delen de middelste rijstrook om linksaf

te slaan.

Op snelwegen ziet u dit bord in combinatie met borden die

een afrit aangeven en betekent dat de betreffende

rijstrook op de snelweg niet verder gaat, maar een afrit is.

In Canada zijn er zogenaamde rijstrook signalen. Deze hangen boven de rijstrook in kwestie en geven aan of er op

deze rijstrook mag worden gereden. Indien het rode signaal brandt, betekent dit

dat er niet op de rijstrook mag worden gereden.

Een geel verkeerssignaal betekent dat de desbetreffende rijstrook vrij

moet worden gehouden en naar rijstroken met groen licht

moet worden uitgeweken.

Gele signalen boven alle rijstroken dwingen u tot vermindering van snelheid en

voorzichtig rijgedrag.

Een groen verlichte pijl betekent dat die rijstrook

gebruikt mag worden.

(11)

11 | P a g i n a

Cabine van de bestuurder

Alle voertuigen zijn uitgerust met een automatische versnellingsbak, stuurbekrachtiging en bedrijfsremmen.

De V-10 motor heeft een cilinderinhoud van 6,8 liter en bereikt een maximum van 365 PK

Versnellingsbak

De versnellingshendel bevindt zich rechts van het stuur. Voor het schakelen trekt u de versnellingshendel in de richting van het stuur (naar u toe), houd deze stand vast en door de pook omhoog en naar beneden te bewegen kunt u het in de gewenste stand brengen. Met de voet dient het rempedaal ingetrapt te worden om van P (Parkeren) naar R (achteruit) of D (rijden) te kunnen schakelen.

De versnellingshendel heeft de volgende standen:

P = PARK (PARKEREN) De motor dient altijd in de ‘P’-stand te worden gestart en uitgeschakeld. De sleutel kan uitsluitend uit het slot worden getrokken wanneer de

versnellingshendel zich in de ‘P’-stand bevindt.

R = REVERSE (ACHTERUIT) De achteruitrijcamera wordt automatisch geactiveerd.

N = NEUTRAL (STATIONAIR) Gelieve het voertuig nooit met een lopende motor op ‘N’ te laten staan! De stationaire stand wordt uitsluitend gebruikt voor wegslepen!

D = DRIVE (RIJDEN) Voor alle normale rijsituaties, ook bij het wegrijden vanuit stilstand.

3 = 3e VERSNELLING Sommige voertuigen hebben een 3de versnelling. Dit is voor normale

(indien in uw voertuig aanwezig) rijsituaties, lichte afdalingen of bergachtig terrein.

2 = 2e VERSNELLING Gebruik de 2e versnelling bij grotere hellingen of afdalingen om op de

(indien in uw voertuig aanwezig) motor af te remmen, ter bescherming van de remmen. Indien u deze versnelling gebruikt, rijd dan niet harder dan 25km/u.

1 = 1e VERSNELLING De 1ste versnelling is doorgaans uitsluitend voor het snel optrekken

(indien in uw voertuig aanwezig) bedoeld en daarnaast bij steile hellingen of afdalingen te gebruiken.

TOW/HAUL (OVERDRIVE OFF)

Wij adviseren u om in bergachtige gebied, alsmede op trajecten waar steeds wisselende snelheden noodzakelijk zijn, de ‘Tow/Haul’- of ‘Overdrive’ - functie te gebruiken. Dit voorkomt het gieren van de motor en geeft het voertuig extra kracht wanneer bergopwaarts gereden wordt en extra remkracht wanneer u

bergafwaarts gaat. Door bovengenoemde functies in te schakelen, voorkomt u tevens oververhitting van de remmen. De drukknop voor de ‘Tow/Haul’-functie bevindt zich aan het uiteinde van de versnellingshendel. Bij sommige voertuigen is deze met ‘Tow/Haul gekenmerkt en bij andere voertuigen staat op dezelfde plek een aanhanger afgebeeld.

Zorg er in de 1e en 2e versnelling voor dat de toerentalmeter nooit in het rode gebied komt!

(12)

12 | P a g i n a OPGELET!

Schakel op steile stukken naar de 3e of 2e versnelling (de snelheid in de 2e versnelling mag nooit hoger zijn dan 25km/u ) om overbelasting van de remmen te voorkomen. De remmen raken gemakkelijk oververhit en de huurder is verantwoordelijk voor alle schade die is ontstaan door het onjuiste gebruik van de versnelling.

Daarnaast heeft u geen recht op financiële compensatie voor de tijd die u door de hieruit voortvloeiende reparatie verliest.

Cruise control

Uw voertuig is met cruise control uitgerust. De minimale snelheid voor gebruik van de cruise control bedraagt 50 km/u. Wij raden het gebruik van cruise control in bergachtig gebied af aangezien dit niet alleen leidt tot een hoger brandstofgebruik, maar ook het transmissiesysteem kan beschadigen door onregelmatig schakelen en ‘gieren’ van de motor.

Programmeren

Om de cruise control te gebruiken, schakelt u deze met behulp van de ‘ON’ toets in. Verhoog nu de snelheid met behulp van de toets ‘SET ACCEL’ totdat de gewenste snelheid is bereikt. Zodra u de toets loslaat, wordt de behaalde snelheid aangehouden. U kunt tevens met behulp van het gaspedaal tot de gewenste snelheid komen voordat u de cruise control inschakelt. Zodra de gewenste snelheid is bereikt, drukt u op de toets

‘SET ACCEL’. De bereikte snelheid wordt nu aangehouden zonder dat u het gaspedaal hoeft te gebruiken.

Moet u afremmen en wilt u vervolgens weer naar de vooraf ingestelde snelheid terugkeren, druk dan op

‘RES’ en het voertuig gaat weer naar de oorspronkelijk ingestelde snelheid terug.

Snelheid verhogen = Druk op de toets ‘SET ACCEL’ om de snelheid te verhogen.

Snelheid verlagen = Druk op de toets ‘COAST’ om de snelheid te verlagen.

Het hervatten van de snelheid = Indien de cruise control ingeschakeld is maar niet actief, kunt u door op de ‘RES-‘ toets te drukken weer terugkeren naar de oorspronkelijk ingestelde snelheid.

Uitschakelen = Door het indrukken van de toets ‘OFF’ kunt u de cruise control uitschakelen.

Contactslot

Het contactslot beschikt over 5 verschillende standen die niet in alle voertuigen duidelijk zijn weergegeven. In stand A (Accessory) kunt u de elektronica van de auto (radio enz.) gebruiken zonder dat de motor loopt of het contact aan staat. In stand B (Lock) schakelt u de motor uit en de stuurvergrendeling in. Houd er rekening mee dat u de autosleutel

uitsluitend in deze stand uit het slot kunt trekken. Stand C (Off) schakelt de motor en de gehele elektronica uit zonder het stuur te vergrendelen. De sleutel kan in deze stand niet uit het slot worden getrokken! In stand D (On) werken alle elektronische circuits en de waarschuwingslampjes branden. De sleutel bevindt zich in deze stand als u rijdt. In stand E (Start) start u het voertuig.

(13)

13 | P a g i n a

Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing Aanvullende informatie De motor start

niet.

De versnelling staat niet in stand

‘P’ (Parkeren). Zet de versnelling in stand ‘P’ terwijl u met uw voet het rempedaal ingedrukt houdt.

De accu is leeg. Start het voertuig met behulp van de battery-boost- schakelaar.

Uw voertuig beschikt over een battery-boost- schakelaar die zich links van het stuur bevindt.

Met behulp van deze schakelaar kunt u de camper tevens met een lege accu starten. Houd daarvoor bij het starten van het voertuig de battery-boost-schakelaar ingedrukt, zodat de stroom die noodzakelijk is voor het starten uit de service-accu kan worden getrokken.

Parkeerrem

U kunt uw parkeerrem, die zich links onderin het voetenbereik bevindt, vastzetten door met uw voet het pedaal in te drukken. Om de parkeerrem eraf te halen, trekt u aan de zich daarboven bevindende hendel met het opschrift ‘Brake’ of ‘Brake release’.

Verwarmde buitenspiegels

Uw camper beschikt over verwarmde buitenspiegels die kunnen worden ingeschakeld met het knopje links van de bestuurdersdeur onder de bekerhouder. De schakelaar moet uitstaan (Off) als u de verwarming niet gebruikt. Indien de verwarming per ongeluk toch aanstaat, kan uw accu leeg raken omdat de verwarming ook aan blijft staan als de motor is afgezet. Indien de verwarming aanstaat, brandt het lampje op de schakelaar.

Oplossing: Het voertuig start niet

Schakelaar voor het instellen van de buitenspiegels

Schakelaar voor het aan- en uitzetten van de buitenspiegelverwarming

Voetpedaal voor het vastzetten van de parkeerrem

Hendel om parkeerrem eraf te halen (trekken om te lossen) parkeerrem = emergency brake Hendel om de

motorkap te openen (trekken om te openen) motorkap = hood

(14)

14 | P a g i n a

Dashboard display – Waarschuwingslampjes

Veiligheidsgordel De bestuurder of passagiers rijden zonder veiligheidsgordel.

Doe de veiligheidsgordel om. Veiligheidsgordel = seat belt Dimlichten Dimlichten staan aan. Dimlicht = low beam

Mistlampen Mistlampen voor staan aan. Mistlampen = front fog lamps Mistlampen achter Mistlampen achter staan aan.

Mistlampen achter = rear fog lamp

Groot licht Het groot licht staat aan of het groot licht signaal wordt aangeraakt. Groot licht = high beam

De lampen zijn gedeel- telijk/geheel uitgevallen.

Gelieve het kapotte lampje te verwisselen.

Gloeilampje - light bulb

Waarschuwing voor ijzel

Met een buitentemperatuur tussen de 0 °C en 4 °C brandt dit waarschuwingslampje voor ijzel op uw dashboard oranje.

Wanneer de temperatuur onder de 0°C komt, wisselt het waarschuwingslampje naar rood.

Waarschuwing voor ijzel = ice warning Airbag

Het knipperen of permanent branden van het lampje wijst op een storing in het airbag-systeem. Ga op zoek naar een garage en laat het systeem nakijken.

Motorlampje:

Optie 1

Het lampje brandt, de motor loopt echter normaal en er zijn geen

aanwijzingen voor problemen.

Mededeling motor

Indien dit lampje gaat branden, kan het om iets onschuldigs gaan en is het niet nodig om naar een garage te gaan.

- De tank is leeg wat tot ontstekingsfouten of een slecht lopende motor kan leiden. In dit geval brandt tevens het brandstoflampje. Gelieve te gaan tanken.

- De kwaliteit van de getankte brandstof is slecht of er zit water in de brandstof. Dit kan resulteren in ontstekingsfouten of een slecht lopende motor.

- Bij oudere voertuigen kan dit op een geheel niet of niet goed gesloten tankdop duiden. Gelieve dit te controleren.

- U bent door een plas water gereden en het elektronische systeem is mogelijk nat geworden. Laat het systeem in dit geval drogen.

= service engine soon, Ontstekingsfout = misfire

Motorlampje:

Optie 2

Het lampje brandt, de motor stottert, is moeilijk te starten of loopt helemaal niet meer.

Dit verwijst naar een probleem met de benzinepomp of het emissie-systeem. Bel onze OnRoad-Service bij ongevallen en rijd, indien mogelijk, naar de dichtstbijzijnde garage. Indien dit niet mogelijk is, zal onze OnRoad-Service een hulpdienst inschakelen die u naar de dichtstbijzijnde garage zal slepen. In dergelijke situaties is het voertuig vaak de eerste 24 uur niet klaar voor gebruik en een vervanging van het voertuig kan noodzakelijk zijn. Regel dit per telefoon met onze OnRoad-Service.

Benzinepomp = fuel pump

Emissie-systeem = emission system

(15)

15 | P a g i n a Motorlampje:

Optie 3

Het lampje brandt, de motor wil niet starten en de starter werkt niet of u hoort alleen een klik.

Dit suggereert een lege accu. Controleer of een GPS-apparaat, een camera, een mobiele telefoon o.i.d. met een uitgeschakelde motor worden opgeladen, of dat de verwarmde buitenspiegels ingeschakeld zijn (zie hoofdstuk ‘Verwarmde buitenspiegels’).

Als dit het geval is dan is de accu leeg. Een probleem met de starter is mogelijk, maar echter niet waarschijnlijk. Als een lege accu het probleem is, kunt u uw camper met behulp van de battery-boost-schakelaar of Auxiliary-Start-schakelaar starten.

Meer informatie over deze schakelaar vindt u in het hoofdstuk

‘battery-boost-schakelaar/Auxiliary-Start-schakelaar’.

lege accu = discharged battery, Starter - starter

Rempedaal werkt niet. Trap het rempedaal geheel in. Dit is noodzakelijk om de ver- snellingspook bijv. van ‘P’ naar ‘D’ te schakelen.

Motoroliedruk te laag of een storing in het motoroliesysteem.

Het lampje brandt constant: de motoroliedruk is te laag.

Wacht tot deze is afgekoeld en controleer vervolgens de olie- stand. Indien nodig graag bijvullen. Wat de juiste olie voor uw voertuig is, vindt u in het hoofdstuk ‘Brandstof en Motorolie’.

Gelieve nooit direct na het rijden de olie bij te vullen, omdat de oliestand bij een warme motor niet correct wordt weergegeven en te veel olie schadelijk is voor de motor!

Het lampje knippert: er is een storing in het motoroliesys- teem. Ga op zoek naar een garage en laat het controleren.

Motoroliedruk = engine oil pressure Motoroliestand = engine oil level

De motorkap is geopend of niet juist gesloten.

Rijd langzaam en voorzichtig naar de eerstvolgende mogelijk- heid om te stoppen om de motorkap te sluiten.

Minstens een deur van het voertuig is geopend of niet juist gesloten.

Rijd langzaam en voorzichtig naar de eerstvolgende mogelijkheid om te stoppen om de deur in kwestie te sluiten.

Het stabiliteitscontrole- systeem is geactiveerd of werkt niet.

Het lampje knippert: het stabiliteitscontrolesysteem is geactiveerd.

Het lampje brandt constant: het stabiliteitscontrolesysteem werkt niet. Stabiliteitscontrolesysteem = stability control system Het stabiliteitscontrole-

systeem is uitgeschakeld.

Wij adviseren u altijd met een ingeschakeld stabiliteitscontrolesysteem te rijden.

Koelvloeistofniveau van de motor.

De temperatuur van de koelvloeistof is te hoog. Stop de auto, zet de motor af en wacht totdat de temperatuurindicator zich opnieuw in de normale stand bevindt. Als de tempera- tuurindicator zich met het brandende lampje op het normale niveau bevindt, controleer dan bij een afgekoelde motor het niveau van de koelvloeistof en vul eventueel bij. Controleer het niveau van de koelvloeistof nooit met een warme motor om lichamelijk letsel te voorkomen! Indien het niveau van de koelvloeistof correct is maar het lampje brandt toch, dan is er een storing. Rijd in dit geval niet verder, maar bel onze

(16)

16 | P a g i n a

OnRoad-Service bij ongevallen en rijd, indien mogelijk, naar de dichtstbijzijnde garage. Indien dit niet mogelijk is, zal onze OnRoad-Service een hulpdienst inschakelen die u naar de dichtstbijzijnde garage zal slepen. of rijd naar de dichtstbijzijnde garage.

Koelvloeistoftemperatuur = engine coolant temperature Koelvloeistof = engine coolant

De bandenspanning is te laag /de indicator werkt niet.

Neem snelheid terug en stop bij de eerstvolgende mogelijkheid. Vermijd ruw sturen en remmen! Controleer alle banden evenals de bandenspanning ervan. Laat de kapotte band(en) vervangen. Bandenspanning = tire pressure

Parkeerrem aangetrok- ken, niveau van de rem- vloeistof is te laag of het remsysteem werkt niet.

Indien u met een aangetrokken parkeerrem rijdt, haal deze er dan vanaf. Is dit niet het geval, rijd dan langzaam en zoek de dichtstbijzijnde garage op om de remmen te laten controleren.

Parkeerrem = emergency brake, Remvloeistof = brake fluid, Remvloeistofniveau = brake fluid level, Remsysteem = brake system

Parkeerrem aangetrokken.

Voordat u begint te rijden, gelieve het voertuig van de parkeerrem af te halen. Parkeerrem = emergency brake Niveau van de ruitenwis-

servloeistof is te laag.

Gelieve de ruitenwisservloeistof bij de eerstvolgende gelegen- heid bij te vullen. Ruitenwisservloeistof = windshield washer fluid Cruise control De cruise control is geactiveerd. Cruise control = cruise control

Accu

Het plotseling branden van dit lampje tijdens het rijden geeft aan dat het 12 volt systeem van de motor niet correct geladen wordt. Schakel de elektrische apparatuur uit die u niet nodig heeft en laat de on-board elektronica bij een garage controleren. Accu = battery

Brandstofniveau laag Gelieve bij het volgende tankstation uw benzinetank bij te vullen. Benzine = Gasoline (87 Octane)

Storing in de transmissie (Indicator voor onder- houdsbeurt)

Dit lampje gaat branden wanneer er een storing is in de aandrijving. Rijd naar de dichtstbijzijnde garage en neem contact op met onze OnRoad-Service.

Storing in de aandrijving = Powertrain Malfunction, Afgestelde motor = Reduced Po- wer, Elektronisch bedieningssysteem voor het gaspedaal = Electronic Throttle Control

Tankdop vastdraaien Gelieve het voertuig bij de eerstvolgende gelegenheid te stoppen en de tankdop vast te draaien.

Olietemperatuur

Indien dit controlelampje bij een lopende motor of tijdens het rijden begint te branden, duidt dit op een storing. Gelieve het voertuig bij de eerstvolgende gelegenheid te stoppen en zet de motor af. Laat de motor afkoelen en controleer vervolgens het niveau van de motorolie. Rijd niet verder wanneer het controlelampje ondanks een correct niveau van de motorolie toch brandt. Laat het voertuig in dit geval bij een garage controleren. Motoroliestand = engine oil level

(17)

17 | P a g i n a Er is een storing in de ABS

of deze werkt niet.

Indien dit controlelampje bij een lopende motor of tijdens het rijden begint te branden, duidt dit op een storing. Laat het remsysteem in dit geval bij een garage controleren.

Antiblokkeersysteem (ABS) = Anti-Lock-Braking-System De Tow/Haul is ingescha-

keld resp. de Overdrive is uitgeschakeld.

Controlelampje brandt wanneer de Tow/Haul is ingeschalkeld resp. de Overdrive-functie uitgeschakeld is. Verdere informatie met betrekking tot he Tow/Haul-/Overdrive-functie vindt u in het hoofdstuk ‘Automatische transmissie’.

De Overdrive is uitge- schakeld.

Dit controlelampje brandt wanneer de Overdrive-functie uitgeschakeld is.

Verdere informatie met betrekking tot he Tow/Haul- /Overdrive-functie vindt u in het hoofdstuk ‘Automatische transmissie’.

Verzorging en onderhoud van het voertuig Benzine

Dit voertuig is met een benzinemotor uitgerust. Uw voertuig vereist normale loodvrije benzine (komt overeen met Octaan 87).

Wij willen u vragen om zoveel mogelijk bij benzinestations van bekende merken te tanken, zoals bijvoorbeeld Esso, Shell, Chevron, Husky, Petro Canada. De brandstof bij onafhankelijke benzinestations is vaak van mindere kwaliteit. Dit kan leiden tot verstopte brandstofpompen enz. en dus tijdrovende reparaties.

Motorolie

Net als alle andere vloeistoffen moet het niveau van de motorolie ook op gezette tijden worden gecontroleerd. Het motoroliepijl graag even om de 1.500 km bij een koude motor checken. Indien u motorolie moet bijvullen, kunt u 5W30 olie voor benzinemotoren gebruiken. De gemaakte kosten worden u bij teruggave van het voertuig op vertoon van een kassabon terugbetaald.

OPGELET:

De huurder is verantwoordelijk voor alle schade veroorzaakt door het gebruik van verkeerde brandstof of motorolie. Neem contact op met onze OnRoad- Service.

Olieverversing-controlelampje verschijnt

Zoals door de fabrikant wordt aanbevolen, verversen wij bij onze voertuigen om de 8.000 km de olie. Het waarschuwingslampje voor olie verversen kan uitsluitend door een garage waarmee wij een overeenkomst hebben gesloten worden gereset. Dit betekent dat dit lampje soms kan branden zonder dat de olie daad- werkelijk ververst hoeft te worden. De kilometerstand van de laatste olieverversing vindt u op een sticker op uw voorruit. Indien wel een olieverversing nodig is, belt onze OnRoad-Service die u vervolgens informatie zal

(18)

18 | P a g i n a

geven over garages op uw route. De gemaakte kosten worden u bij teruggave van het voertuig op vertoon van een kassabon terugbetaald. Voor olie verversen, hetgeen normaal gesproken niet langer duurt dan 30 minuten, is het niet nodig een afspraak te maken. U vindt veel bedrijven zoals bijv. ‘Jiffy Lube’, ‘Mr. Lube’,

‘Mr. Quick’, ‘Canadian Tire’ en anderen op uw route of in de dichtstbijzijnde grote stad.

Battery-boost-schakelaar/Emergency-start-schakelaar

Uw camper heeft een ‘emergency-start-schakelaar’ die zich links van het stuur bevindt en met ‘EMER START’ is aangeduid (zie afbeelding). Met behulp van deze schakelaar kan het voertuig tevens met een lege accu worden gestart, omdat de noodzakelijke stroom hiervoor uit de service-accu wordt betrokken. Houd hiervoor tijdens het starten de emergency-start-schakelaar ingedrukt en laat deze pas los als de motor loopt.

Bandenspanning - Bandencontrole

Wij raden aan uw bandenspanning regelmatig te controleren. Meet de spanning als de banden koud zijn.

Bandenspanning (koud): 82 PSI (voor) – 82 PSI (achter)*

*De aanbevolen bandenspanning staat op de banden en/of op een sticker op het raam van het bestuurder- sportier vermeld. De wielmoeren moeten elke keer bij het verlaten van de camping worden gecontroleerd.

Banden verwisselen

Het verwisselen van een band mag uitsluitend worden uitgevoerd door deskundigen van de FORD-Road-Side Assistance servicedienst (dienstverlening bij autopech) of de KalTire-24-Uur-Service. Indien een band verwisseld is, horen wij dit graag van u. Bel onze OnRoad-Service. De telefoonnummers vindt u in de bijlage

‘Noodgevallen’. In zeer afgelegen gebieden of indien u geen andere opties heeft, staan wij het toe dat u zelf de band verwisselt. Dit is voor eigen risico. Nadat een band is verwisseld, dienen de wielmoeren uiterlijk na 100 km te worden gecontroleerd en indien nodig te worden vastgedraaid. Indien u dit nalaat, kunt u de band tijdens het rijden verliezen hetgeen tot ernstige ongevallen kan leiden!

WAARSCHUWING: Wij zijn niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door het niet professioneel laten verwisselen van banden of nagelaten controles van de wielmoeren.

Waar kunt u het benodigde gereedschap voor het verwisselen van een band vinden?

Uw camper beschikt niet over een reserveband.

(19)

19 | P a g i n a

Voertuiggegevens

Camperklasse Klasse A

Carrosserie Ford F53

Motor Tien cilinder (V10)

Airco op het dak Ja

Magnetron Ja

Convectieoven Nee

Oven Ja

Driepunts-veiligheidsgordels in de eethoek Nee

Badkamer afzuiging Ja

Televisie Ja

DVD speler Nee

Dubbele banden achter Ja

Generator op basis van brandstof (benzine)

Ja

Slide-out zijkant Ja

Slide-out achter Nee

Slaapgelegenheden 7

Veiligheidsgordels 7

Soort brandstof Benzine

Type motorolie 5W30 olie

Bumpers Van staal

Wielmoeren Niet aanwezig

Aantal voertuig assen 2

Reservebanden Dit voertuig beschikt niet over een reserveband.

Bandenmaat De bandenmaat vindt u direct op de banden, alsmede op een sticker links naast de stoel van de bestuurder.

Voor- en achterbanden: 245/70R19.5G

Bandenspanning De correcte bandenspanning vindt u direct op de banden, alsmede op een sticker links naast de stoel van de bestuurder.

Voorbanden: 565 kPa/82 psi Achterbanden: 565 kPa/82 psi

Brandblusinstallatie De brandblusinstallatie bevindt zich naast de toegangsdeur.

Rioolslang De rioolslang bevindt zich in hetzelfde compartiment als het rioolsysteem naast de achterband aan de kant van de bestuurder.

(20)

20 | P a g i n a Afmetingen (meters en foot) & gewicht (kilogram en pounds)

Metriek stelsel Imperiaal stelsel

Hoogte (met inbegrip van de gehele bovenbouw) 3.70 m 12’ 2” ft

Breedte 2.52 m 8’ 3” ft

Lengte 30’ 8” ft 30’ 8” ft

Totale massa (d.w.z. het gewicht incl. volle benzine-, propaan-, afvalwater- en watertanks evenals het maximaal toegestane aantal personen en de bagage (GVW, Gross Vehicle Weight)

8,164 kg 18.000 lbs

Inhoud van brandstofreservoir (liters en gallons)

Metriek stelsel Imperiaal stelsel

Tank met drinkwater 189 litres 50 gallons

Grijswatertank 151 litres 40 gallons

Zwartwatertank 151 litres 40 gallons

Brandstoftank (BENZINE) 302 litres 80 gallons

Propaantank 79 litres 21 gallons

Gegevens binnenuitrusting

Bedden In de uitrusting

opgenomen

Metriek stelsel Imperiaal stelsel

Bed boven de cabine Ja 1.37 m x 1.88 m 54 in x 74 in

Tweepersoonsbed achter Ja 1.52 m x 1.90 m 60 in x 75 in

Gecombineerde eet-/slaapruimte Ja 0.96 m x 1.78 m 38 in x 70 in

Uittrekbare slaapbank Ja 1.02 m x 1.72 m 40 in x 68 in

Hoogte van de binnenruimte 2.13 m 84 in

(21)

21 | P a g i n a

Woongedeelte

Buitenkant

1) Stabiliseringssysteem motor 2) Propaantank

3) Generator 4) Opbergvak 5) Buitendouche

6) Aansluiting op het water (City Water Connection/City Fill)

7) Rioolsysteem: toegang tot de aftapkranen van de afvaltanks, rioolslang 8) Benzinetank (gasoline)

9) Stroomaansluiting (voor op de electriciteit van de camping) 10) Opbergvak

11) slide-out / slide-out-beveiliging

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

11

(22)

22 | P a g i n a 12) Zonnescherm

13) Buitenkeuken

14) Afdekplaat van de boiler. WARM!

15) Opbergvak 16) Buiten box

17) Afdekplaat van de koelkast

18) Ventilator van de verwarming WARM!

19) 110 V aansluit 20) Opbergvak 21) TV

22) Drinkwater tank fill

23) Drinkwater tank (toegang tot afsluitventiel en afvoer klep) 24) Buiten box

25) Huisaccu

13 14 15 16

17 18

19 20

21 23

22 24

25 12

(23)

23 | P a g i n a

Zonnescherm (awning)

Onze voertuigen hebben een zonnescherm; de schakelaar hiervoor vindt u naast de deur. Met de schakelaar met het opschrift “Awning” wordt het zonnescherm in en uitgeschoven.

Controleer of uw accu van het huisgedeelte is ingeschakeld als het zonnescherm niet in- of uitschuift. Waar zich de accu van uw huisgedeelte bevindt, kunt u in het hoofdstuk “Stand van de hoofdschakelaar voor de accu van het huisgedeelte” nalezen. De schakelaar met het geïntegreerde lampje schakelt de verlichting onder het zonnescherm in en uit (indien in het voertuig aanwezig).

BELANGRIJK:

1. Het zonnescherm mag bij slecht weer en sterke wind absoluut niet gebruikt worden!

2. Het zonnescherm moet worden ingeschoven als u de camper voor een langere periode verlaat.

3. Controleer voordat u het zonnescherm uitschuift of er voldoende plaats is.

4. Ga niet rijden met de camper als het zonnescherm is uitgeschoven. Het zonnescherm moet worden ingeschoven voordat u uw staanplaats verlaat!

5. Zorg ervoor, om een lege accu te voorkomen, dat de zonneschermverlichting is uitgeschakeld als deze niet gebruikt wordt of als u het zonnescherm inschuift.

OPGELET! De klant is verantwoordelijk voor schade die is ontstaan door onjuiste bediening van het zonnescherm.

Elektrisch systeem

12 volt tweeledig accuysteem

Het woongedeelte van uw voertuig is uitgerust met een zogenaamd 12 volt tweeledig accuysteem, de zogenaamde accu van het huisgedeelte. De accu’s van het voertuig en die van het huisgedeelte worden tijdens het rijden opgeladen, maar gescheiden van elkaar ontladen. U vindt de accu’s van het huisgedeelte in een van de compartimenten aan de buitenkant van uw camper.

Voertuigaccu Deze voorziet de motor en de cabine van de bestuurder van stroom.

Accu's van het huisgedeelte: Deze voorzien het woongedeelte van de camper van stroom.

OPGELET!

Gebruik de accu's van het huisgedeelte niet te veel omdat deze niet meer voldoende opladen als er te veel spanning verloren gaat! Als de accu's van het huisgedeelte een zeer laag oplaadniveau bereikt hebben, kunnen deze door alleen door rijden niet meer opgeladen worden. In dit geval moet u de accu's van het huisgedeelte ten minste 8 uur via de buitenstroomkabel (110 volt) op de camping opladen. Wij zijn niet verantwoordelijk voor extra kosten of tijdverlies door excessief gebruik van de accu's.

(24)

24 | P a g i n a

Accu hoofdschakelaar stand

In uw camper bevindt zich de schakelaar voor het in- en uitschakelen van de accu van het huisgedeelte naast de zijdeur op vloerhoogte en deze is aangegeven met de aanduiding “Battery Disconnect”. Hier kunt u de 12 volt accu die het woongedeelte van de camper van stroom voorziet, in- en uitschakelen. Als er geen enkel 12 volt apparaat van de camper stroom levert, is het mogelijk dat de schakelaar per ongeluk is uitgeschakeld (stand “store”).

Controleer dit in zo’n geval en schakel deze eventueel weer in (stand “use”).

12 volt apparaten: binnen- en buitenverlichting, boiler, waterpomp, verwarmingsventilator, zonnescherm (Awning), badkamerafzuiging, koelkast, slide-out en tv.

Aansluiting op het openbare elektriciteitsnet (110 volt)

Al onze voertuigen zijn voorzien van een stroomkabel voor de aansluiting op het lokale 110 volt elektriciteitsnet. Wij adviseren u de 110 volt aansluiting zo vaak mogelijk te gebruiken om de accu van het huisgedeelte te sparen en op te laden. Alle elektrische apparaten van de camper moeten uitgeschakeld zijn voordat u uw camper op het openbare elektriciteitsnet aansluit. Zet de schakelaar die de stroomtoevoer van het campingstopcontact regelt eveneens in de OFF-stand (uit) voordat u uw stroomkabel erin steekt.

Schakel de stroomtoevoer van het stopcontact van de camping pas in (schakelaar ON-stand) nadat u de stroomkabel erin hebt gestoken. Lokaal 110 volt elektriciteitsnet = electrical hook-up

Stroomkabel

In een opbergvak aan de buitenzijde van de camper bevindt zich een stroomkabel van ca. 8 meter lang, waarmee u het voertuig aan het 110 volt elektriciteitsnet van de camping kan aansluiten. Bij de stekker gaat het om een 30 AMP stekker, wat overeenkomt met de gebruikelijke stroomsterkte op campings. Voor het geval dat u een staanplaats met 15 AMP krijgt, is er bij de stroomkabel een afneembare 15 AMP adapter ingesloten. Alle elektrische apparaten van de camper moeten uitgeschakeld zijn voordat u uw camper op het elektriciteitsnet aansluit. Zet de schakelaar die de stroomtoevoer van het campingstopcontact regelt eveneens in de OFF-stand (uit) voordat u de stekker erin steekt. Zet de schakelaar pas aan (schakelaar ON- stand) nadat u de stekker erin hebt gestoken. De accu's van het huisgedeelte worden tijdens de aansluiting op het lokale elektriciteitsnet automatisch langzaam opgeladen. Als de koelkast op de automatische stand is ingesteld, dan wordt dit bij de stroomaansluiting op de camping automatisch omgeschakeld naar de 110 volt voorziening. stroomkabel = electrical cord

(25)

25 | P a g i n a Intacte zekering

Stecksicherung

Defecte zekering

Transformator

Een transformator, ook wel converter of spanningsregelaar genoemd, vormt de 110 volt stroom voor het gebruik van 12 volt apparaten automatisch om naar 12 volt stroom. Omdat de transformator, die zich in de zekeringkast bevindt, volautomatisch werkt is er geen handmatige bediening nodig.

transformator = converter zekeringkast = fuse box

Zekeringen

De zekeringen voor de interne 12 volt resp. 110 volt stroomkring bevinden zich in de zekeringkast. Deze vindt u in iedere camper op vloerhoogte. De klep die erop zit kan gemakkelijk worden afgenomen en er weer op geplaatst worden. Bij de gekleurde zekeringen gaat het om de zekeringen van de 12 volt stroomkring, bij de schakelaars om de 110 volt stroomkring. Reservezekeringen kunt u in iedere bouwmarkt resp. in iedere grote winkel vinden, zoals Canadian Tire, Home Depot, Rona etc. zekering = plug-in fuse

schakelaar = tilt protection, braker

Waar vind ik de zekeringkast?

U vindt de zekeringkast op vloerhoogte onder het vaste bed.

12 volt zekeringen

De 12 volt zekeringen dienen als bescherming voor alle apparaten die tot u beschikking staan als u geen stroomaansluiting hebt op de camping. Tot deze apparaten behoren: binnen- en buitenverlichting, boiler, waterpomp, verwarmingsventilatie, ventilator, badkamerafzuiging, koelkast, zonnescherm, elektrisch verstelbaar bed bovenin resp. bed boven de cabine, slide-out en tv. Niet al deze apparaten zijn in iedere camper aanwezig. Als het apparaat niet werkt, kan de oorzaak daarvoor een doorgebrande zekering zijn.

Om de zekeringen te controleren, dient u deze 110 volt zekeringen

12 volt zekeringen Zekeringkast

(26)

26 | P a g i n a

uit de zekeringkast te halen. Een defecte zekering kunt u herkennen aan de doorgesneden verbindingsdraad in het midden van de zekering. Als een van de zekeringen beschadigd is, kunt u in iedere bouwmarkt resp.

grote winkel zoals CanadianTire, Home Depot, Rona etc. reservezekeringen krijgen.

110 volt zekeringen

De 110 volt zekeringen voorzien de magnetron, de convectie oven en de dakairconditioning van stroom. Als een van de apparaten niet werkt, kan de oorzaak daarvoor een doorgebrande zekering zijn. Controleer dit en druk eventueel de desbetreffende schakelhendel eerst helemaal in de OFF-stand (uit) en daarna weer in de ON-stand (aan).

15 AMP adapter

Bij de stroomkabel zit een afneembare 15 AMP adapter die u op de 30 AMP stekker van de stroomkabel kunt plaatsen als u op een kampeerplaats met 15 AMP stroomsterkte staat. adapter = adapter

Stopcontacten & reset-knop

Door aansluiting op een 110 volt elektriciteitsnet wordt het woongedeelte van stroom voorzien en de ingebouwde stopcontacten kunnen gebruikt worden. De stopcontacten leveren geen stroom als u onderweg bent en u alleen de accu van het huisgedeelte als stroombron ter beschikking hebt. In de meeste campers bevindt zich op ten minste twee stopcontacten (binnen en /of buiten) een reset-knop. Controleer of de zekering in werking is gezet als uw stopcontacten ondanks 110 volt stroomaansluiting geen stroom leveren. Druk daarvoor op de reset-knop en controleer of uw stopcontacten nu weer stroom leveren. Veel campers beschikken over twee of meer reset- knoppen voor verschillende stroomkringen. Controleer alle reset-knoppen, inclusief die op het buitenstopcontact, als uw stopcontacten geen stroom

leveren. stopcontact = power outlet reset-knop = reset button

Waar vind ik de reset-knop?

Uw camper beschikt over een reset-knop die u op het stopcontact in de badkamer kunt vinden.

12 volt apparaten

Als u met het voertuig onderweg bent en niet bent aangesloten op het 110 volt elektriciteitsnet op de camping, hebt u de beschikking over het 12 volt net in het woongedeelte van de camper, dat wordt gevoed door de accu van het huisgedeelte. De volgende apparaten kunnen door middel van 12 volt worden aangedreven en staan op ieder moment goed functionerend tot uw beschikking:

(27)

27 | P a g i n a - binnen- en buitenverlichting

- boiler

- waterpomp (spoelen van het toilet, kraan, buitendouche) - verwarmingsventilator

- ventilator

- badkamerafzuiging - zonnescherm - slide-out - tv

- elektrisch verstelbaar bed bovenin resp. bed bovenin de cabine

Indien u de verwarming ‘s nachts op de hoogste stand laat staan en de ventilator dus flink moet draaien, zal de accu snel leeg raken. Ook de tv en koelkast gebruiken veel stroom. Lampen verbruiken daarentegen weinig stroom en kunnen bij een opgeladen accu probleemloos een paar dagen gebruikt worden. Als u niet op 110 volt bent aangesloten, adviseren wij u om voor het in- en uitschakelen van de slide-outs de generator te gebruiken omdat de slide-out veel stroom verbruikt wat ten koste gaat van de accu van het huisgedeelte.

Bedenk dat de slide-out niet werkt als de autosleutel in het contact zit.

110 volt/15 AMP apparaten

Op de camping kunt u kiezen uit plaatsen met een stroomvoorziening van 110 volt en 15 resp. 30 AMP.

Naast de apparaten die al met 12 volt werken, kunt u bij een 110 volt/15 AMP aansluiting gebruikmaken van de magnetron/de convectie oven en de tv. Zodra u de camper op het 110 volt elektriciteitsnet op de camping aansluit, worden de accu's van het huisgedeelte eveneens opgeladen.

Magnetron

Voor het gebruik van de magnetron is een 110 volt/15 AMP aansluiting of een generator noodzakelijk. Als er naast de magnetron nog meer 110 volt apparaten worden ingeschakeld, bestaat het risico dat het elektrici- teitsnet overbelast wordt. Als u meerdere 110 volt apparaten gebruikt, is een aansluiting op 30 AMP aan te

bevelen. magnetron = microwave

110 volt/30 AMP apparaten

Naast alle andere apparaten heeft u bij een 110 volt /30 AMP aansluiting eveneens de dakairconditioning van uw camper tot uw beschikking. Als u meerdere 110 volt apparaten tegelijk gebruikt, is een 30 AMP aansluiting aanbevelenswaardig.

Dakairconditioning

Voor het gebruik van de dakairconditioning is een 110 volt/30 AMP aansluiting noodzakelijk.

dakairconditioning = roof air conditioner

(28)

28 | P a g i n a

Probleem Mogelijke oorzaak/oplossing Extra informatie/tips De stopcontacten

leveren geen stroom.

De stopcontacten van het woongedeelte leveren alleen stroom als het voertuig is aangesloten op een 110 volt elektriciteitsnet. Als de stopcontacten ondanks de aanslui- ting op 110 volt geen stroom leveren, zoek dan de “RESET”-knop, die zich op een van de stopcontacten bevindt en druk deze weer in (zie rechterkolom).

De “RESET”-knop be- vindt zich meestal op een stopcontact in de badkamer of in de keu- ken en/of op een bui- tenstekker (zie hoofd- stuk „Waar vind ik de reset/knop?“). Een paar modellen be- schikken over twee of meer ”RESET”- knoppen voor verschillende stroomkrin- gen.

Er is geen stroom in het woonge- deelte, tenzij het voertuig is op het elektriciteitsnet van de camping aangesloten.

De hoofdschakelaar voor de accu van het huisgedeelte is hoogstwaar- schijnlijk uitgeschakeld en verhindert zo dat er stroom van de accu's naar het voertuig vloeit. Informatie over waar de schakelaar zich bevindt, vindt u in de rechterkolom.

Als de hoofdschakelaar voor de accu van het huisgedeelte op “ON” is staat en er desondanks geen stroom komt, zijn of de accu's leeg of de aansluiting van de accu's aan de schakelaar of in de stroomkring zit niet vast.

Als de oorzaak niet gevonden kan worden, moet er een technicus bijgehaald worden.

Controleer of uw accu van het huisgedeelte in ingeschakeld. Afbeel- dingen van de hoofdschakelaar voor de accu van het huisgedeelte vindt u in het hoofdstuk “Stand van de hoofdschake- laar voor de accu van het huisgedeelte”.

Als de schakelaar van de accu van het huisgedeelte niet het probleem is, con- troleer dan het niveau van de accu van het huisgedeelte op de accu- en brand- stofmeter. Om een correcte weergave van het niveau te krijgen, mag de camper niet op het 110 volt elektri- citeitsnet van de camping zijn aange- sloten. Als de accu van het huisgedeelte leeg is, kunt u deze door een langere rit of door middel van aansluiting op het 110 volt elektriciteitsnet op een camping weer opladen. Volledig lege accu's kunnen het oplaadsysteem per- manent beschadigen. In zo’n geval moeten oplaadsysteem en accu's door een technicus gecontroleerd en moge- lijk verwisseld worden.

Oplossing: stroomvoorziening

(29)

29 | P a g i n a Er is geen stroom

in het woongedee- lte hoewel het voertuig op het elektriciteitsnet (110 volt) is aange- sloten.

Het kan zijn dat de stopcontacten niet werken. Controleer of het stop- contact van de camping is ingescha- keld (ON/OFF-schakelaar naast het stopcontact bij de campingaan- sluiting moet op ON staan), of deze stroom levert en of alle zekeringen in de camper zijn ingeschakeld.

Als de combioven en/of dakaircon- ditioning functioneert, maar al het andere niet, wijst dit op een pro- bleem van de transformator, die in dit geval door een technicus gecon- troleerd moet worden.

De zekeringen zijn geschikt voor de 110 volt stroomkring en moeten gecontro- leerd worden. Als een zekering in werking is gezet, drukt u deze eerst helemaal in de OFF-stand en dan pas weer in de ON-stand.

De gekleurde zekeringen hoeven niet gecontroleerd te worden omdat deze uitsluitend bij de 12 volt stroomkring worden geplaatst.

De accu's van het huisgedeelte zijn bijna leeg hoewel een lange afstand is afgelegd.

De accu's zijn te veel gebruikt en zijn bijna volledig ontladen. Ga naar een camping met stroomaansluiting (110 volt elektriciteitsnet) en laad de accu's ten minste 8 uur op via het elektriciteitsnet. Volledig lege accu's kunnen het oplaadsysteem perma- nent beschadigen. In dit geval moe- ten oplaadsysteem en accu's door een technicus gecontroleerd en mo- gelijk verwisseld worden.

De accu wordt tijdens de rit en bij de aansluiting op een 110 volt elektri- citeitsnet opgeladen.

Tip: Zet ’s nachts de verwarming niet op de hoogste temperatuur, tenzij uw voertuig op een 110 volt elektrici- teitsnet is aangesloten. De ventilator van de verwarming maakt veel gebruik van de accu en kan ervoor zorgen dat deze snel leeg raakt.

De combioven en/

of de airconditio- ning werken niet hoewel het voer- tuig op het elektri- citeitsnet (110 V/

30 AMP) is aan- gesloten.

In de meeste gevallen komt dit doordat kortsluiting een zekering in werking heeft gezet. Controleer de zekeringkast en zorg ervoor dat alle zekeringen op de ON-stand staan.

In het hoofdstuk “Waar vind ik de zekeringkast?” kunt u nalezen waar de zekeringkast zich in uw camper bevindt.

Als u de zekeringkast niet kunt vinden, belt onze OnRoad-Service.

De huisaccu is niet opgeladen hoewel de camper ’s nachts op 110 volt was aangesloten, resp. we lang gereden hebben.

Controleer of de accu van het huisge- deelte is ingeschakeld. De accu laadt ondanks aansluiting op 110 volt resp.

rijden niet op als de accu van het huisgedeelte is uitgeschakeld, d.w.z.

als deze schakelaar in de OFF-stand staat. Als dit niet het probleem is, is misschien het oplaadsysteem of de accu defect en moeten deze door een technicus gecontroleerd worden.

In het hoofdstuk „Stand van de hoofd- schakelaar voor de accu van het huis- gedeelte“ kunt u nalezen waar de hoofdschakelaar zich bevindt en hoe deze eruitziet.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ze staat samen met u stil bij uw vragen en ervaringen en zoekt samen met u naar mogelijke antwoorden op uw vragen en naar lichtpunten in de situatie.. Waar: Lokaal

Al vijftien jaar lang blijkt onze samenleving te worstelen met een tien procent van de bevolking die hardnekkig balanceert op of on- der de armoedegrens.. In verste- delijkt

• Bij ons 12 volt systeem hoeven de kabels niet onder de grond te liggen, in tegenstelling tot een 230 volt systeem waarbij een kabel minimaal een halve meter onder de

Je krijgt alleen bezoek als er speciale regels voor bezoek zijn.. Iedereen moet zich aan deze

© 2006 Hillsong Publishing / For Benelux: Small Stone Media

[r]

• recht op informatie: u mag vragen welke gegevens van u er verwerkt worden en wie er toegang toe heeft, waarom de school die persoonsgegevens nodig heeft of gebruikt en hoe lang

Burgemeester en wethouders van Velsen maken met inachtneming van artikel 212 Gemeentewet be- kend dat de raad van Velsen in zijn vergadering van 15 december 2015