Auteur: Steven Ilsink 1 Doctoraalscriptie Bedrijfskunde
Afstudeerrichting: Small Business & Entrepreneurship Eerste Begeleider: dr. C. Carroll
Tweede Begeleider: ir. G. Heins
De inrichting van het verkoopkanaal van een woningcorporatie
Steven Ilsink
Eerste van Swindenstraat 118 III 1093 GL Amsterdam
Studentnummer: 1303848
05 maart 2004
Auteur: Steven Ilsink 2
Voorwoord
Voor u ligt mijn scriptie over de inrichting van het verkoopkanaal van een woningcorporatie. Deze scriptie is het verslag van een onderzoek dat ik heb gedaan in het kader van mijn eindstage van mijn opleiding Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Het onderzoek is uitgevoerd bij Woonstichting De Key te Amsterdam en heeft zich afgespeeld tussen 15-04-2003 en 15-01-2004. In deze periode heb ik veel geleerd over zowel het onderzoeksgebied alsmede het reilen en zeilen van een woningcorporatie. Ik ben dan ook erg blij en trots dat ik na mijn stageperiode mijn verblijf bij Woonstichting De Key verleng met een baan.
In dit voorwoord wil in een aantal mensen bedanken. In de eerste plaats mijn begeleiders, Charlie Carroll en Gerard Heins bij de Rijksuniversiteit Groningen en Jan Willemse en Gert Mulder bij Woonstichting De Key. Allen wisten mij, ieder op hun eigen manier, steeds gemotiveerd te houden. In de tweede plaats wil ik alle medewerkers van de Woonstichting De Key bedanken voor hun enthousiasme waarbij ze mij behulpzaam zijn geweest tijdens mijn stageperiode.
Ik wens u veel leesplezier.
Steven Ilsink
05 maart 2004
Auteur: Steven Ilsink 3
Inhoudsopgave
VOORWOORD ... 2
HOOFDSTUK 1 INLEIDING ... 4
1.1 A CHTERGROND WONINGCORPORATIES IN A MSTERDAM ... 4
1.2 D E K EY ... 5
1.3 L EESWIJZER ... 7
HOOFDSTUK 2 OPBOUW VAN HET ONDERZOEK ... 8
2.1 O NDERZOEKSOPDRACHT ... 8
2.2 O NDERZOEKSOPZET ... 11
HOOFDSTUK 3 THEORIE ... 14
3.1 M ODEL 1: V OLLEDIGE UITBESTEDING VAN HET VERKOOPKANAAL ... 15
3.2 M ODEL 2: V OLLEDIGE VERTICALE INTEGRATIE VAN HET VERKOOPKANAAL ... 20
3.3 M ODEL 3: G EDEELTELIJKE INTEGRATIE , GEDEELTELIJKE UITBESTEDING ... 24
3.4 S AMENWERKINGSVERBANDEN ... 25
HOOFDSTUK 4 OVERHEIDSBELEID ... 30
4.1 B ESLUIT B EHEER S OCIALE H UURSECTOR ... 30
4.2 MG- CIRCULAIRES ... 30
4.3 C ONCLUSIE W ET - EN REGELGEVING ... 32
HOOFDSTUK 5 BENCHMARKING... 34
5.1 H ET O OSTEN ... 36
5.2 D E A LGEMENE W ONINGBOUW V ERENIGING (AWV) ... 36
5.3 D E D AGERAAD ... 36
5.4 H ET W ONINGBEDRIJF A MSTERDAM ... 37
5.5 E IGEN H AARD O LYMPUS W ONEN ... 38
5.6 C ONCLUSIES ... 38
HOOFDSTUK 6 EISEN EN WENSEN DE KEY ... 40
6.1 C ONCLUSIE ... 43
7.1 C ONCLUSIES EN AANBEVELINGEN OP BASIS VAN HET ONDERZOEK ... 45
7.2 R EFLECTIE OVER HET ONDERZOEK ... 47
LITERATUURLIJST... 49
Auteur: Steven Ilsink 4
Hoofdstuk 1 Inleiding
Dit hoofdstuk is bedoeld om een beter inzicht te krijgen in de achtergrond en organisatie van corporaties in het algemeen en De Key in het specifiek. Vanuit deze achtergrond is het te onderzoeken probleem beter te begrijpen en te positioneren.
1.1 Achtergrond woningcorporaties in Amsterdam
In Amsterdam zijn de verschillende woningcorporaties onderling georganiseerd binnen de Amsterdamse Federatie van Woningcorporatie (AFWC). De bij de Federatie aangesloten corporaties bouwen, ontwikkelen, beheren, kopen en verkopen woningen in alle prijsklassen. De Amsterdamse corporaties beheren gezamenlijk zo'n 205.000 woningen, ongeveer 55 procent van de Amsterdamse woningvoorraad. In Amsterdam Noord, de Westelijke tuinsteden en Amsterdam Zuidoost is het aandeel van de corporaties zelfs meer dan 70 procent.
Figuur 1: Corporatiebezit in Amsterdam naar stadsdeel
Dit omvangrijke bezit van de Amsterdamse corporaties is vooral na de tweede wereldoorlog snel gegroeid. In het kader van de stadsvernieuwing groeide het bezit van de corporaties in de jaren zeventig en tachtig gestaag verder. In deze periode startten de corporaties ook met het aankopen van woningen van particulieren om deze te verbeteren. Eind jaren tachtig kwam daar een nieuwe activiteit bij: de bouw van koopwoningen. De corporaties lopen in Amsterdam voorop in de ontwikkeling en bouw van nieuwe koop –en huurwoningen.
Al met al hebben de Amsterdamse corporaties de laatste tien jaar op succesvolle wijze
de slag gemaakt van uitvoerende naar initiërende en ontwikkelende organisaties. Het
Auteur: Steven Ilsink 5 proces van verzelfstandiging van de corporaties is nagenoeg voltooid en in dit proces weten de meeste corporaties een goed evenwicht te bewaren tussen het realiseren van sociale doelstellingen en een marktgerichte benadering. Maar het einde van de veranderingen in de volkshuisvestingssector is nog lang niet in zicht. De professionalisering en schaalvergroting van de corporaties zal zich verder doorzetten.
Tekenend is in dit verband dat Amsterdam in 1925 nog 58 corporaties bestonden, terwijl er nu nog 13 over zijn. De Amsterdamse corporaties behoren tot de grootste in het land.
Na 100 jaar opbouwen en uitbouwen van het bezit staan de corporaties nu voor de taak om hun bezit verder te verbeteren zonder dat daar omvangrijke subsidies van de overheid tegenover staan. Om te kunnen voldoen aan de vraag van bewoners en woningzoekenden naar kwalitatief betere en grotere woningen zullen de middelen die hiervoor nodig zijn onder andere moeten komen uit de verkoop van woningen. Met de grote overmaat aan goedkope huurwoningen in Amsterdam hoeft de huursector voorlopig niet meer gestimuleerd te worden. Het doel is om in Amsterdam tot een evenwichtiger woningaanbod te komen en het grote tekort in het midden en dure (koop)segment te verkleinen. Als grootste woningbeheerders van de stad zijn de corporaties daarnaast zeer actief in het leefbaar houden van straten, buurten en wijken.
De corporaties participeren overal in buurt-beheer-overleggen en nemen initiatieven die
de leefbaarheid moeten bevorderen.
1.2 De Key
Eén van de corporaties in Amsterdam en aangesloten bij de Federatie is De Key. De
Key is een woningcorporatie in Amsterdam met ruim 35.000 verhuureenheden. Hiervan
zijn ongeveer 29.000 wooneenheden, waarmee zij één van de grotere corporaties in
Amsterdam is. De Key is een organisatie die zichzelf kenmerkt door haar platte
organisatie en haar ondernemende werknemers die een grote eigen verantwoordelijke
hebben. Dit is te verduidelijken door onderstaand organisatie schema.
Auteur: Steven Ilsink 6 Figuur 2: organisatieschema De Key
Het karakter van De Key laat zich goed vertalen door de missie die wordt nagestreefd.
De missie van De Key luidt als volgt: “De Key is een toonaangevende vastgoedorganisatie die zich inzet voor een goed woonklimaat. Binnen een professionele en inspirerende omgeving wordt gewerkt aan innovatieve ideeën”
(intranet De Key, 2003).
Dit onderzoek speelt zich af binnen de afdeling Transformatie. Deze afdeling bestaat uit een drietal onderdelen, namelijk:
o Planmatig Onderhoud: Deze afdeling houdt zich bezig met de bouwtechnische kwaliteit van de verschillende complexen van De Key. Tot het planmatig onderhoud van een complex wordt al het conditie afhankelijk onderhoud gerekend aan casco, buitenwerking en installaties.
o Projectbureau: Deze afdeling is belast met de uitvoering en oplevering van alle bouwtechnische zaken zoals deze zijn vastgesteld in een transformatieproject 1 . o Procesmanagement: Indien er een opdracht komt vanuit de directie om een
transformatieproject op te starten dan is de afdeling procesmanagement hier verantwoordelijk voor. Gedurende het project is de afdeling tevens belast met de procesmatige kant en voortgang van het project.
1
Transformatieproject: Bij een transformatieproject wordt een complex met woningen gerenoveerd wat leidt tot een product en/ of doelgroepverandering.
Transformatie Beheer Onderhouds-
bedrijf
Productontwik- keling en bijzondere verhuringen Financiën & Intern
Beheer
Secretariaat
Beleid &
Communicatie Kwaliteit Personeel &
Organisatie
Algemeen
directeur
Auteur: Steven Ilsink 7 Binnen dit laatste onderdeel is de verkoop van woningen ondergebracht. De verkoop van woningen is noodzakelijk om de gemaakte kosten in een transformatieprojecten kunnen dekken.
1.3 Leeswijzer
Het rapport is verdeeld in een zevental hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk is vooral bedoeld om de lezer kennis te laten maken met het onderzoeksgebied. Zo wordt er ingegaan op de achtergrond van woningcorporaties in Amsterdam en De Key in het bijzonder. In hoofdstuk 2 wordt de achtergrond en de aanleiding van het te onderzoeken probleem beschreven. Tevens wordt hier ingegaan om de verschillende randvoorwaarden en de onderzoeksopzet. De verschillende mogelijkheden om een verkoopkanaal in te richten worden beschreven in hoofdstuk 3. Hoofdstuk 4 geeft een beeld van het overheidsbeleid dat van toepassing is op verkoopkanalen van woningcorporatie. Resultaat van dit hoofdstuk is dat mogelijke verkoopkanalen, zoals beschreven in het hoofdstuk ervoor, zullen afvallen aangezien zij strijdig zijn met het beschreven overheidsbeleid.
Hoofdstuk 5 behandelt verschillende vormen van verkoopkanalen zoals deze worden gebruikt bij collega corporaties. Op basis van dit hoofdstuk wordt getracht aan te geven welke vormen van verkoop door corporaties succesvol zijn en welke niet. Dit hoofdstuk is niet direct van invloed op de ontworpen verkoopvarianten uit hoofdstuk 3, echter de resultaten van collega corporaties kunnen wel van invloed zijn op de uiteindelijke keuze voor inrichting van het verkoopkanaal.
Vervolgens zijn de verschillende eisen en wensen van De Key met betrekking op de inrichting van haar verkoopkanaal in kaart gebracht. Deze worden besproken in hoofdstuk 6. Dit hoofdstuk eindigt met een conclusie waarin de overgebleven varianten voor het verkoopkanaal afgezet worden tegen de eisen en wensen van De Key.
Het laatste hoofdstuk, hoofdstuk 7, is bestemd voor de conclusies die aan dit onderzoek
verbonden kunnen worden. De conclusie wordt gecombineerd met een aanbeveling op
welke wijze De Key het beste haar verkoopkanaal kan inrichten. In dit hoofdstuk
reflecteert de onderzoeker tevens zijn bewandelde onderzoeksproces.
Auteur: Steven Ilsink 8
Hoofdstuk 2 Opbouw van het onderzoek
In dit hoofdstuk staan de probleemstelling en de gebruikte methodiek aan de orde. De vraagstelling is opgesteld aan de hand van de theorie van De Leeuw (1996, p.81) en zal bestaan uit de onderdelen doelstelling, vraagstelling en randvoorwaarden. In dit hoofdstuk worden tevens de randvoorwaarden van het onderzoek behandeld. Tot slot zal de onderzoeksopzet behandeld worden.
2.1 Onderzoeksopdracht
Aangezien dit onderzoek specifieke kennis oplevert in een specifieke situatie voor een aanwijsbare klant, namelijk De Key, is dit onderzoek te typeren als beleidsondersteunend onderzoek.
Probleemstelling
Achtergrond probleemstelling
In Nederland staan ongeveer 6.650.000 woningen, hiervan was in 2001 47%
huurwoning en 53% koopwoning (Cijfers Wonen en Wensen, 2003). Voor Amsterdam gelden andere verhoudingen. Dezelfde publicatie spreekt van 81% huurwoningen en 19% koopwoningen in Amsterdam op 01-01-2001. Zowel de landelijke, als de Amsterdamse verhouding tussen huurwoningen en koopwoningen dienen in 2010 positief verschoven te zijn ten gunste van het aantal koopwoningen. Landelijk is het streven om 65% koopwoningen te hebben, in Amsterdam streeft men naar een percentage van 35% koopwoningen. Dit streven wordt onder andere verwoord in de Wet Stimulering Eigen Woningbezit. Aanleiding van deze verandering in de verhoudingen is de verandering in de vraag naar het soort woning. Waar 20 jaar geleden betaalbare huurwoningen erg gewild waren en maatschappelijk gezien dan ook erg belangrijk waren zijn dit nu betaalbare koopwoningen geworden. De koopwoning heeft dus terrein gewonnen op de huurwoning.
Begin negentiger jaren is tevens de bruteringsoperatie doorgevoerd. Hierbij zijn de sterke financiële banden tussen het Rijk en de woningcorporaties doorgesneden. De bruteringsoperatie bleek een indirect instrument ter stimulering van het eigen woningbezit. Het maakte namelijk de verkoop van woningen door corporaties noodzakelijk.
Deze en andere zaken hebben onder andere geleid tot het opstellen van het eerste en het
tweede convenant, respectievelijk in 1998 en 2001, betreffende de verkoop van sociale
huurwoningen in Amsterdam. In dit convenant is afgesproken dat er tot 2007 maximaal
28.575 voormalige huurwoningen door de corporaties mogen worden verkocht. Dit
aantal is opgedeeld naar een maximum aantal woningen per stadsdeel. De verdeling
Auteur: Steven Ilsink 9 naar stadsdeel houdt verband met de omvang van de sociale kernvoorraad 2 in het stadsdeel. Indien deze voorraad groter dan 50% is, mag er maximaal 10% van de sociale woningvoorraad voor verkoop in aanmerking worden gebracht; in de overige stadsdelen ligt het percentage dat in aanmerking komt op maximaal 5%. Het convenant is gesloten tussen de gemeente Amsterdam en de federatie van Amsterdamse woningcorporaties.
De Key probeert met de verkoop van woningen een bijdrage te leveren aan een betere verhouding tussen huur en koop op de Amsterdamse woningmarkt . Deze verandering leidt niet alleen tot een verandering in de stad als geheel, maar vindt ook zijn weerslag in de buurt. De opbrengsten van de verkochte woningen worden namelijk niet alleen geïnvesteerd in nieuwbouw, maar ook in het renoveren van bestaande woningen (transformatieprojecten). Daarnaast heeft de verkoop van woningen een sociaal effect binnen een buurt, namelijk: meer stabiliteit en daardoor meer samenhang in de buurt en meer verscheidenheid onder de bewoners. Daarnaast probeert De Key haar portefeuille te veranderen. Op dit moment bestaat 95% van haar bezit uit goedkope huurwoningen.
In 2010 wil zij haar portefeuille woningen als volgt ingedeeld hebben:
• 20% dure sector huurwoningen (huur boven de 1000,- per maand)
• 40% middeldure huurwoningen (huur tussen 500,- en 1000,- per maand)
• 40% goedkope huurwoningen (huur onder de 500,- per maand)
Dat de verkoop van woningen van belang is voor de Key blijkt wel uit het feit dan men in 2002 nog 12 miljoen euro begroot als verkoopresultaat. Terwijl de jaren hier op volgend (2003 tot en met 2007) rekent op een verkoopresultaat tussen de 21 miljoen en de 24 miljoen euro (Jaarverslag 2002, Woonstichting De Key). De Key heeft voor zichzelf gesteld dat zij per jaar gemiddeld 450 woningen wil verkopen.
Aanleiding onderzoek
Het verkopen van woningen door een woningcorporatie wordt al langere tijd (kleinschalig) gedaan. Op dit moment worden er binnen de Key op een tweetal manieren voormalige huurwoningen verkocht. Aan de ene kant zijn er die woningen die verkocht worden in samenhang met een transformatieproject. Aan de andere kant zijn er complexen die de verkoop in gaan zonder dat hier gerenoveerd wordt. De verkoop van woningen is bij de Key niet ondergebracht in een aparte afdeling, maar wordt per project en/ of complex apart geregisseerd. Hiermee wordt bedoeld dat per project wordt bekeken welke woningen bestemd zijn voor de verkoop, waarna zij verkocht worden door een makelaar. Tot voor kort was dit makelaarskantoor Pandomo. Dit kantoor is voortgekomen uit een joint venture tussen Van der Steege Makelaars en De Key en in 1999 opgericht. Doel van deze joint venture was het verkopen van alle woningen van De Key. Ongeveer gelijktijdig met de start van dit onderzoek werd echter de toenmalige manier van het verkopen van huurwoningen beëindigd. Wat betreft de woningen van De
2
Sociale kernvoorraad: Alle woningen in het bezit van een corporatie met een huurprijs tot 356,- euro.
Auteur: Steven Ilsink 10 Key had Pandomo een exclusiviteitrecht. Alle woningen van De Key werden dus verkocht door dit makelaarskantoor. Met het wegvallen van dit verkoopkanaal zag de Key zich genoodzaakt haar woningen op een andere wijze te verkopen.
Het samenwerkingsverband tussen beide partijen is om een aantal redenen beëindigd.
De voornaamste reden is echter wel het verschijnen van de Mededeling Gemeenten (MG) 26. Hierin staan o.a. de activiteiten vermeld die een corporatie, betreffende de verkoop van voormalige huurwoningen wel en niet mag uitvoeren. Deze MG stelt dat een corporatie geen financiële, bestuurlijke of juridische band aangaan met een makelaardij, welke alle facetten van een makelaardij kan uitvoeren (MG 2001-26 p. 12) (voor een uitgebreide weergave van deze en andere overheidsregels, zie hoofdstuk 5 Overheidsbeleid). Voor De Key betekende dit dat haar joint venture met Van der Steege in strijd was met de regels zoals besproken in de MG 26.
De bruteringsoperatie en het wegvallen van Pandomo als eigen makelaardij vormen dan ook de directe aanleiding voor dit onderzoek.
In de tijd dat het onderzoek liep is het aantal verkopend makelaars uitgebreid naar drie.
De belangrijkste van deze drie makelaars in Ramon Mossel Makelaardij o.g.. Deze makelaardij heeft, uit het opheffen van Pandomo, zich het recht verworven om 750 woningen van De Key in drie jaar te verkopen. Deze gedwongen winkelnering heeft er toe geleid dat Ramon Mossel Makelaardij o.g. 80-85% van alle verkopen van de Key in 2003 heeft gerealiseerd 3 . De tweede makelaar is Geraldine Hallie Vastgoed B.V., dit kantoor heeft in het verleden al ervaring met De Key opgedaan waar het gaat om de verkoop van nieuwbouw projecten. Kenmerkend voor deze makelaar is dat zij zich tracht te onderscheiden door steeds nieuwe verkoopmethoden te ontwikkelen. De laatste makelaar is Van Overbeek Makelaars & Taxateurs. Dit kantoor heeft twee vestigingen in Amsterdam. Eén in Amsterdam Noord en één in Amsterdam Centrum. Kenmerkend voor alle drie de makelaardijen is allen klein (6 tot 20 medewerkers) zijn.
Doelstelling
Zoals hierboven is vermeld heeft De Key zich tot doel gesteld om per jaar 450 woningen te verkopen. Met het wegvallen van haar verkoopkanaal Pandomo rees de vraag op welke wijze De Key haar verkoopdoelstelling toch kan halen. Op basis hiervan in de volgende doelstelling geformuleerd:
Onderzoek naar de verschillende mogelijkheden voor de inrichting van het verkoopkanaal van Woonstichting De Key.
3