• No results found

Vraag nr.95van 18 september 2001van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.95van 18 september 2001van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 95

van 18 september 2001

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Werkzoekenden – Kinderopvang

Eind 2000 antwoordde de minister op mijn vraag naar mogelijkheden voor acute kinderopvang voor w e r k z o e k e n d e n , dat er inderdaad te weinig aanbod was om occasionele en onverwachte opvang te bie-d e n , bijvoorbeelbie-d bij opleibie-dingen, s t a g e s, w e r k e r v a-ring ( s chriftelijke vraag nr. 100 van 27 juli 2000 ; Bulletin van Vragen en A n t w o o rden nr. 4 van 1 de -cember 2000, blz. 503 – red.).

Er werd vanuit Werkgelegenheid een experiment gestart in Halle-Vilvoorde rond dergelijke flexibele o p v a n g. Een structurele regeling zou op basis van programmatie (parameters o. a . w e r k l o o s h e i d s c i j-f e r s, werkzaamheidsgraad) een belangrijk element zijn voor verdere ontwikkelingen.

Andere maatregelen moeten worden genomen in overleg met minister Vogels.

1. Werkte de minister reeds een programma voor flexibele opvangplaatsen uit ? Welke regio's werden voorlopig in aanmerking genomen ? Gebruikte hij hiervoor de parameters zoals twee jaar geleden aangekondigd werd ?

2. Welke andere maatregelen nam hij nog, al dan niet in samenspraak met minister Vo g e l s, om het probleem van de kinderopvang voor werkzoe-kenden te verkleinen ?

Antwoord

1. In het antwoord op de vraag van eind 2000 werd inderdaad gesteld dat er een structurele rege-ling voor de flexibele opvang zou moeten wor-den uitgewerkt. Tevens werd er gesteld dat dit geen uitbouw van een apart soort dienstverle-ning vergt, maar een aanpassing van de regelge-v i n g, zodat de reguliere opregelge-vanginitiatieregelge-ven een flexibel aanbod kunnen aanbieden. Dit principe vormt nog steeds de basis. Het uitwerken van deze regelgeving komt aan de minister van We l-zijn toe.

Wat buitenschoolse kinderopvang betreft, w e r-den heel wat bijkomende arbeidsplaatsen voor begeleidsters buitenschoolse opvang goedge-k e u r d . In het jaar 2000 werden bijvoorbeeld 192 voltijds equivalente (VTE) begeleidsters goed-gekeurd en voor dit jaar zijn er op dit moment

reeds 183 VTE goedkeuringen. Gemiddeld ge-r e k e n d , betekent dit een vege-rhoging van het aan-bod aan kinderopvangplaatsen met ongeveer 4 . 5 0 0 . Dit aantal opvangplaatsen zal in de nabije toekomst nog stijgen met 1.000. Samen met de minister van Welzijn wordt een Beleidsbrief Buitenschoolse Kinderopvang (BKO) opge-maakt waarbij ook andere sporen inzake BKO ontwikkeld worden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Welke stappen deed de minister naar aanleiding van dit onderzoek om in het onderwijs hieraan aandacht te besteden2. Hoe worden scholen/leerkrachten die hiervoor ondersteuning

Welke stappen deed de minister naar de V l a a m s e media om naar aanleiding van dit onderzoek posi- tieve aandacht te schenken aan dit

U i t de beleidsvoorstellen die binnen deze werkgroep worden gegenereerd, zullen niet alleen voorstellen komen met betrekking tot kwaliteitsvol personeel in IBO's, maar ook

Als minister van Welzijn ben ik op de hoogte van het feit dat het subsidiëren van kinderdag- verblijven enerzijds en buitenschoolse opvang- initiatieven die door

Als minister bevoegd voor Gelijke Kansen draag ik mee de beslissing van de voltallige Vlaamse rege- ring in verband met het aanmoedigen van gelijke verloning van mannen en vrouwen.

In artikel 7 wordt gestipuleerd dat de verenigingen voor gezinseducatie erkend door het besluit van de Vlaamse regering van 24 juli 1997, nog subsidies kunnen ontvangen

De maatregelen die ik bedongen heb via het soci- aal akoord voor de non-profitsector hebben pre- cies tot doel dit potentieel te verhogen en de aan- trekkingskracht van

Ook was er de expertisemeeting "The role of he- alth promotion in tackling inequalities in health", georganiseerd door het Vlaams Instituut voor Ge- zondheidspromotie (VIG)