• No results found

‘T ‘Reflectie op ingewikkelde vragen’

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "‘T ‘Reflectie op ingewikkelde vragen’"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

46

Tijdschrift Geestelijke Verzorging | jaargang 23 | nr 100

‘T

OEN IK BIJ JEUGDHULP FRIESLAND in dienst kwam, was er op het gebied van geestelijk verzorging letterlijk

Tjeerd van der Meer (49), getrouwd, vier kinderen, is werkzaam als geestelijk verzorger bij Jeugdhulp Friesland. Oorspronkelijk is hij opgeleid als leraar Engels en geschiedenis, later werd hij teamleider klantenservice in de bankwereld. Tegelijk was hij bezig met geloof, theologie en ‘dat soort dingen’ en studeerde hij uiteindelijk af in de pastorale psychologie.

Eric Bras

ondersteunen van de jongeren bij ernstige levensgebeurtenissen, gesprekken voeren over wat ze overkomt. Mijn tweede taak is het trainen van medewerkers in wat zij zelf kunnen om de jongeren breder te onder- steunen.

Ik werk voornamelijk op 24-uurslocaties:

huizen waar jongeren voor korte of lange- re tijd wonen. Door veel aanwezig te zijn, zichtbaar, ontstaan er contacten met de jongeren. Automatisch komt dan van hun kant de vraag: wat doe jij hier eigenlijk?

Ik ben dan ook veel aan het uitleggen wat mijn functie is en wat ze aan me zouden kunnen hebben. Voor de jongeren blijkt het aantrekkelijk te zijn dat ik nooit iets no- teer; ik schrijf niets op. Dat maakt me tot een veilige plek om je verhaal te doen.

Je zou kunnen denken dat ik minder goed in de organisatie ben ingebed, doordat an- dere hulpverleners niet in verslaglegging kunnen zien wat ik doe of bespreek. Toch denk ik dat ik door goede contacten met de leiding en pedagogisch medewerkers op de afdelingen de belangen van de jon- geren naar voren kan brengen. Daarnaast train ik personeel in zingevingsvragen en in ethische vraagstukken. De ethiektrai- ning gaat inhoudelijk over de beroepscode

‘Reflectie op

ingewikkelde vragen’

In gesprek met Tjeerd van der Meer

niets. De verwachting vanuit de organisatie was dat ik de thema’s die bij ons werk ho- ren op de kaart zou zetten; er was iemand nodig die voor een frisse wind zou zorgen.

Dat pionieren is wel iets voor mij. Ik ben begonnen met meelopen, kennismaken, me verdiepen in de organisatie en de men- sen. Daarna schreef ik een visiestuk dat ei- genlijk tot op de dag van vandaag leidend is. De tekst leunt op twee gedachten: onder- steuning en training. Mijn eerste taak is het INTERVIEW

(2)

47

Tijdschrift Geestelijke Verzorging | jaargang 23 | nr 100 en het tuchtrecht. Misschien niet direct iets

wat je verwacht van een geestelijk verzor- ger, maar tijdens de training gaat het voor- namelijk over waarden: wat zie je tijdens je werk, wat is voor jou waardevol in het werk en hoe houd je het vol?’

Reflectievragen

‘Een goed voorbeeld van een waarde die vraagt om reflectie is: respect. Wat betekent respect tussen ouders en kinderen en tus- sen behandelaren en kinderen? Voor dit soort gesprekken ontwikkelden we een Box voor morele jamsessies met een tiental vragen

die je kunt stellen bij een ingewikkelde ca- sus, om zo dieper in te kunnen gaan op wat

er speelt. Om drie vragen te noemen: a) wat heb je gezien en gehoord, b) wat heb je ge- dacht en gevoeld, en c) welke waarde werd voor jou geraakt? Medewerkers worden door deze vragen persoonlijk aangesproken

Dat pionieren is wel iets voor mij

Tjeerd van der Meer

(3)

48

Tijdschrift Geestelijke Verzorging | jaargang 23 | nr 100

op wat ze meemaken. Zo worden ze in staat gesteld die ervaringen in verband te bren- gen met eigen waarden en normen.

De vragen die aan de orde komen in de ge- sprekken met jongeren zijn divers: “Hoe is je dag? Hoe ziet je familie eruit? Hoe is het contact? Hoe is je geschiedenis? Wat heb je al achter je liggen in de zorg?” Jongeren die een instelling terechtkomen, hebben vaak al veel meegemaakt. Ze zijn door omstan- digheden gedwongen vaak verhuisd, gin- gen van plek naar plek. Als dat je overkomt:

wat is dan thuis? Hoe ziet een vertrouwde plek, een thuis er uit? Bestaat er eigenlijk wel zoiets als “thuis”? Ze hebben vragen over drugsgebruik, de onvermijdelijke cri- minaliteit, misbruik en mishandeling. Veel jongeren vragen zich bovendien af of ze wel iets kunnen; ze hebben zo vaak gehoord dat ze nergens voor deugen, dat ze erin zijn gaan geloven. Wat is dan toekomst en is er een perspectief?

In de gesprekken gaat het mij erom dat er een punt is waarop ik of de jongere geraakt wordt en die gevoelens serieus genomen worden. Als dat gebeurt dan kan dat moed en vertrouwen geven om in beweging te ko- men. Het is tenslotte een persoonlijk vak,

Over de toekomst van

geestelijke verzorging ben ik optimistisch

waarbij je iets van jezelf inzet. Als het gaat om de verhouding tussen ambt, professio- naliteit en persoon, dan denk ik dat de per- soon van de geestelijk verzorger het meest bepaalt hoe hij of zij werkt.’

De toekomst

‘Ik denk dat we als geestelijk verzorgers moeten streven naar professionalisering van ons vak. Onderzoek is daartoe een be- langrijk middel. Zelf ben ik bezig met het opzetten van een onderzoek naar identi- teitsvorming. De vraag die ik wil stellen is of er in de professionele relatie tussen me- dewerker en jongere genoeg aandacht is voor het proces van identiteitsvorming. En zo niet, hoe dat dan bevorderd kan worden.

Over de toekomst van geestelijke verzor- ging ben ik optimistisch; er is de laatste jaren duidelijk meer oog voor levensvra- gen. De geestelijke verzorging in de eerste lijn en de financiering daarvan is het beste voorbeeld. Maar ook in instellingen denk ik dat we een goede toekomst hebben. We zijn duidelijk zichtbaar als toegevoegde waarde, als een plek voor reflectie op ingewikkelde vragen. Dat wordt gezien en gewaardeerd.

Ik ben daar ook strijdbaar in; íemand moet tenslotte het vaandel van de menselijkheid hoog houden in de instellingen. Dat is een rol die de geestelijk verzorger – en mij dus ook – goed past.’

Drs. E.J. Bras is geestelijk verzorger bij Am- sterdam UMC en redactielid van dit tijdschrift.

E-mail: e.bras@amsterdamumc.nl.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Je wordt dus niet zozeer gevormd door je eigen keuzen maar meer door de mogelijkheden van je omgeving.. Maar er is dus blijkbaar een overgangspunt tussen het dorp en de stad

De vader van de beide zonen heeft het goede met hen voor, maar: de jongste zoon gaat zijn eigen weg en zijn vader kan of wil hem niet daarvoor behoeden.. Hij laat

Het is dan des te belangrij- ker om alle voor- en nadelen goed op een rijtje te zetten, en samen met uw arts te zoeken naar het onderzoek en/of de behandeling die het beste bij

„Sociale woningen zijn uni- form en monotoon aan de bui- tenzijde, maar binnenin zijn ze kleurrijk en warm”, zegt Braet. „Bovendien doet Visite het pu-

Het besluit om niet te reanimeren of andere behandelafspraken die u besproken heeft, kunnen op elk moment door u worden herzien. Wanneer behandelafspraken zijn afgesproken op

Probeer samen een goedlopend gesprekje te voeren waarin de dokter duidelijke vragen stelt en de patiënt probeert daar duidelijke antwoorden op te geven!. Aan het eind geeft de

‘Wat zeg je als je bij de dokter komt?’ Concludeer samen dat je naar de dokter gaat om een probleem te vertellen en dat de dokter daar een oplossing voor geeft.. Vertel hierna dat

[r]