Inspectierapport
Gastouderservice Unique! (GOB) Kerkstraat 41
6374HH LANDGRAAF
Registratienummer 643125620
Toezichthouder: GGD Zuid Limburg
In opdracht van gemeente: Landgraaf
Datum inspectie: 08-06-2015
Type onderzoek : Onderzoek na registratie
Status: Definitief
Datum vaststelling inspectierapport: 19-06-2015
2 van 17
Inhoudsopgave
Het onderzoek ... 3
Observaties en bevindingen ... 4
Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang ... 4
Pedagogisch beleid ... 5
Personeel ... 6
Veiligheid en gezondheid ... 7
Ouderrecht ... 8
Kwaliteit gastouderbureau ... 10
Inspectie-items ... 11
Gegevens voorziening ... 16
Gegevens toezicht ... 16
Bijlage: Zienswijze houder gastouderbureau ... 17
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd onderzoek na registratie.
Dit onderzoek heeft niet binnen drie maanden na registratie plaats gevonden omdat er binnen die periode geen gastouders aangesloten waren.
De itemlijst geeft aan welke voorwaarden tijdens deze inspectie zijn beoordeeld.
Beschouwing
Deze beschouwing beschrijft de resultaten van inspectie bij gastouderbureau Unique! Na de feiten over het gastouderbureau volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport per domein verder uitgewerkt.
Gastouderbureau Unique! is een kleine onderneming gevestigd in Landgraaf. De dienstverlening wordt geheel door de houder zelf gedaan. De kassiersfunctie wordt door de partner uitgevoerd. Het gastouderbureau bevindt zich nog in de opstartfase en heeft ongeveer 7 aangesloten gastouders waarvan er een actief is.
De houder is op dit moment ook nog werkzaam als gastouder. De houder geeft aan dat indien het gastouderbureau meer aansluitingen krijgt de opvang afgebouwd zal worden.
In het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen staat gastouderbureau Unique!
geregistreerd sinds 01-11-2014.
Tijdens de inspectie is een steekproef genomen van een aantal dossiers. Er heeft daarnaast een interview met de houder plaats gevonden en er zijn documenten ingezien. Uit de steekproef bleek dat de dossiers van de gastouders actueel en compleet zijn. De kassiersfunctie wordt naar behoren uitgevoerd.
Bevindingen van huidige onderzoek:
Tijdens de huidige inspectie is geconstateerd dat de houder nog niet voldoet aan alle bepalingen van de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Er is geen oudercommissie
ingesteld. De houder heeft voldoende aantoonbare inspanningen verricht om een oudercommissie te vormen. Inmiddels hebben zich drie ouders aangemeld. De eerste vergadering zal binnenkort plaats vinden. Dit kan als verzachtende omstandigheid aangemerkt worden.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
4 van 17
Observaties en bevindingen
Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang
Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen met betrekking tot het domein Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang.
Binnen dit domein worden de volgende onderdelen getoetst:
Gastouderbureau en naleving wet- en regelgeving
Gastouderbureau in de zin van de wet
De praktijk wordt beoordeeld op basis van de wettelijke criteria.
Gastouderbureau en naleving wet- en regelgeving
Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging van de houder.
Gastouderbureau in de zin van de wet
De houder informeert de vraagouders over de mogelijkheden van de gastouderopvang, zorgt voor intake- en koppelingsgesprekken en zorgt via een online registratiesysteem voor de betalingen.
Conclusie:
Het gastouderbureau is een organisatie die gastouderopvang tot stand brengt en begeleidt en de kassiersfunctie uitvoert.
Gebruikte bronnen:
Interview houder gastouderbureau (Mw. L. Amkreutz)
Pedagogisch beleid
Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen met betrekking tot het domein ‘pedagogisch beleid’.
Binnen dit domein is het volgende onderdeel getoetst:
Pedagogisch beleidsplan
Pedagogische praktijk
Per aspect wordt eerst de praktijk beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Pedagogisch beleidsplan
Gastouderbureau Unique hanteert een pedagogisch beleidsplan. In dit document is het binnen de organisatie geldende beleid in duidelijk observeerbare termen verwoord, onder andere:
Visie van het gastouderbureau
De opvoedingsdoelen
Verwachtingen van de gastouder
Belangrijkste eisen gastouderopvang
Toetsing
Conclusie:
Het pedagogisch beleidsplan voldoet aan de wettelijke eisen.
Pedagogische praktijk
De houder is voornemens het opvangadres minimaal twee maal per jaar te bezoeken. Het pedagogisch handelen van de gastouder conform het pedagogisch beleidsplan is een vast onderdeel van het jaarlijkse evaluatiebezoek. Dit heeft nog niet plaats gevonden aangezien de houder sinds kort koppelingen heeft.
Daarnaast vindt er na zes weken na de start van de opvang een evaluatie plaats waarin het pedagogisch handelen wordt besproken.
De houder is bezig om zich te verdiepen in verschillende cursussen en trainingen met betrekking tot de Gordon-methode. Het is de bedoeling dat gastouders één van deze trainingen gaan volgen.
De houder kan indien nodig ook een beroep doen op een pedagoog.
Conclusie:
De houder draagt er zorg voor dat de aangesloten gastouders het pedagogisch beleid uitvoeren.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder gastouderbureau
Interview houder gastouderbureau (Mw. L. Amkreutz)
Pedagogisch beleidsplan (Versie 29.5.2014)
6 van 17
Personeel
Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein ‘Personeel'. Binnen dit domein zijn de volgende onderdelen getoetst:
Verklaringen omtrent het gedrag
Personeelsformatie
Per aspect wordt eerst de praktijk beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Verklaring omtrent het gedrag
Tijdens de inspectie zijn de Verklaringen omtrent het gedrag (VOG's) van de houder en de partner, die de kassiersfunctie uitvoert, beoordeeld. Bij de VOG van de partner zijn de functieaspecten m.b.t. financiën niet meegenomen. De houder geeft aan dat men dit alsnog zal doen en een nieuwe VOG zal overleggen aan de toezichthouder.
Bij het gastouderbureau zijn geen stagiaires, uitzendkrachten of vrijwilligers werkzaam.
Conclusie
Deze verklaringen omtrent het gedrag voldoen aan de gestelde voorwaarden.
Personeelsformatie per gastouder
Uit de formatie en het aantal aangesloten gastouders blijkt dat men aan de gestelde voorwaarde voldoet.
Conclusie:
Er is voor dit moment voldoende personeelsformatie per gastouder.
Opmerking:
De houder van het gastouderbureau is tevens werkzaam als gastouder en biedt vijf dagen per week opvang aan. Op dit moment zijn zeven gastouders aangesloten bij het bureau, waarvan er een gekoppeld is. De gastouder geeft aan dat indien het gastouderbureau verder uitbreidt zij de opvang zal minderen.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder gastouderbureau
Interview houder gastouderbureau (Mw. L. Amkreutz)
Verklaringen omtrent het gedrag (12-08-2014 en 10-09-2013)
Veiligheid en gezondheid
Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein ‘Veiligheid en gezondheid’. Binnen dit domein worden de volgende onderdelen getoetst:
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
Meldcode kindermishandeling
Per aspect wordt eerst de praktijk beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder maakt bij het uitvoeren van de risico-inventarisatie gebruik van de Methodiek Risico- inventarisatie van de MO groep Kinderopvang, versie november 2007.
Uit controle van het dossier is gebleken dat deze een actuele risico-inventarisatie bevat. De risico- inventarisatie is ondertekend door de gastouder en de houder.
De houder zorgt door middel van het bespreken van de veilig-en gezondheidsrisico's op locatie, het vaststellen van te nemen maatregelen en controle, dat de gastouder handelt volgens de opgestelde risico-inventarisatie.
Conclusie:
De houder draagt er zorg voor dat er vóór aanvang van de opvang en erna jaarlijks een risico- inventarisatie wordt uitgevoerd en dat gastouders ernaar handelen.
Meldcode kindermishandeling
De houder gebruikt de Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld van de Branchevereniging Kinderopvang, versie juli 2013. De regionale sociale kaart is apart bijgevoegd. De houder heeft dezelfde dag nog de gegevens van 'Veilig thuis' toegevoegd.
De houder is zich bewust van haar verantwoordelijkheid voor de naleving van de Meldcode Kindermishandeling en de meldplicht. Verdieping in de wettelijke meldplicht blijft noodzakelijk.
De Meldcode en Handleiding zijn voor gast- en vraagouders inzichtelijk via portabase. Verder wordt deze besproken bij de intake. Gastouders tekenen voor ontvangst en dat ze op de hoogte zijn van de inhoud van de meldcode.
Conclusie:
De vastgestelde meldcode voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode en de wettelijke meldplicht.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder gastouderbureau
Interview houder gastouderbureau (Mw. L. Amkreutz)
Risico-inventarisatie veiligheid (05-11-14)
Risico-inventarisatie gezondheid (05-11-14)
Ongevallenregistratie
Meldcode kindermishandeling (Brancheorganisatie Kinderopvang, versie juli 2013)
8 van 17
Ouderrecht
Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein 'Ouderrecht'.
Binnen dit domein worden de volgende onderdelen getoetst:
Informatie
Oudercommissie
Klachten
Per aspect wordt eerst de praktijk beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Informatie
De houder laat in de plaatsingsovereenkomst gastouder/vraagouder duidelijk zien welk deel van het betaalde bedrag naar het gastouderbureau gaat (uitvoeringskosten) en welk deel van het betaalde bedrag naar de gastouder gaat.
De houder informeert de ouders via een informatieboekje, de website, een intakegesprek, mail, telefonisch of via social media. De informatie is actueel. De houder plaatst de inspectierapporten op zijn eigen website.
Tevens krijgen de ouders bij inschrijving een informatieklapper met de benodigde documenten.
Conclusie:
De houder voldoet aan de wettelijke eisen op het gebied van informatie aan de ouders.
Oudercommissie
De houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld.
In het reglement staan de taken van de oudercommissie beschreven. De oudercommissie bepaalt echter de eigen werkwijze.
Overleg en overreding
Tijdens het inspectiebezoek heeft overleg en overreding plaatsgevonden tussen de toezichthouder en de houder met betrekking tot deze tekortkoming. Volgens afspraak kreeg de houder een week de tijd om dit te herstellen. De houder heeft hier gebruik van gemaakt en het reglement aangepast aan de wettelijke eisen. Daarom is dit punt alsnog als voldoende beoordeeld.
De houder heeft voor dit gastouderbureau nog geen oudercommissie ingesteld. Er hebben zich wel inmiddels wel drie leden aangemeld. Binnenkort zal de eerste vergadering plaats vinden.
Omdat er nog geen oudercommissie is ingesteld zijn de voorwaarden die hier betrekking op hebben niet beoordeeld kunnen worden.
Conclusie:
Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
De houder heeft een oudercommissie ingesteld.
(art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Klachten
Gastouderbureau Unique is zowel voor ouders als voor de oudercommissie aangesloten bij de Zckk ( Zuid-Hollandse centrale Klachtencommissie Kinderopvang) voor de afhandeling van klachten.
De houder heeft geen jaarverslag Klachten voor ouders en oudercommissie opgesteld. Met het jaarverslag worden ouders geïnformeerd over eventuele klachten die door een externe
klachtencommissie in behandeling zijn genomen. Het jaarverslag klachten ouders en het
jaarverslag klachten oudercommissie 2014 dient de houder jaarlijks vòòr 1 juni 2015 naar de GGD te sturen.
Overleg en overreding:
Tijdens het inspectiebezoek heeft overleg en overreding plaatsgevonden tussen de toezichthouder en de houder met betrekking tot deze tekortkoming. Volgens afspraak kreeg de houder een week de tijd om dit te herstellen. De houder heeft hier gebruik van gemaakt en een jaarverslag klachten opgesteld. Daarom is dit punt alsnog als voldoende beoordeeld.
Conclusie:
De toezichthouder constateert dat de houder voldoet aan de wettelijke eisen op het gebied van klachtrecht.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder gastouderbureau
Interview houder gastouderbureau (Mw. L. Amkreutz)
Reglement oudercommissie
Informatiemateriaal voor ouders (informatieklapper, informatiebrochure)
Website (www. gob-unique.nl)
Klachtenregeling (aansluiting overeenkomst Zckk)
Klachtenregeling oudercommissie (Aansluitingsovereenkomst Zckk)
10 van 17
Kwaliteit gastouderbureau
Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein 'Kwaliteit gastouderbureau'.
Binnen dit domein zijn de volgende onderdelen getoetst:
Kwaliteitscriteria
Administratie gastouderbureau
Per aspect wordt eerst de praktijk beschreven. Daarna volgt een oordeel op basis van de wettelijke criteria.
Kwaliteitscriteria
Uit de dossiers van de aangesloten gastouders is gebleken dat er intake en koppelingsgesprekken worden gehouden. Omdat er slechts één gastouder sinds kort gekoppeld is, heeft er nog geen tweejaarlijks bezoek en geen voortgangsgesprek plaats gevonden.
Zes weken na de start van de opvang vindt er een korte evaluatie met vraagouders over de opvang plaats. Erna jaarlijks, ook deze heeft nog niet plaats kunnen vinden.
Conclusie:
De houder van het gastouderbureau voldoet aan de kwaliteitscriteria.
Administratie gastouderbureau
Uit de controle van de dossiers is gebleken dat de houder er zorg voor draagt dat de administratie compleet is. Het gastouderbureau vervuld de kassiersfunctie en er zijn overzichten, via Portabase inzichtelijk, van alle bemiddelde kinderen en aangesloten gastouders.
De contracten met de vraagouders, de kopieën van de verklaringen omtrent het gedrag van de gastouders en huisgenoten en de ondertekende risico-inventarisatie bevinden zich eveneens in de dossiers.
Conclusie:
De administratie van het gastouderbureau voldoet aan de wettelijke eisen.
Opmerking:
De voorwaarden met betrekking tot de oudercommissie, jaaroverzicht vraag- en gastouder zijn niet beoordeeld omdat dit nog niet van toepassing is.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder gastouderbureau
Interview houder gastouderbureau (Mw. L. Amkreutz)
Website (www. gob-unique.nl)
Inspectie-items
Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang
Gastouderbureau en naleving wet- en regelgeving
Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.
(art 1.49 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Gastouderbureau in de zin van de wet
Het gastouderbureau is een organisatie die gastouderopvang tot stand brengt en begeleidt en door tussenkomst van wie de betaling van ouders aan gastouders geschiedt.
(art 1.1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Pedagogisch beleid
Pedagogisch beleidsplan
De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat gastouderbureau kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 12a lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het aantal kinderen dat door de gastouder wordt opgevangen en de leeftijden van die kinderen.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 12a lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch plan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de eisen die gesteld worden aan de voorzieningen waar opvang plaatsvindt.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 12a lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Pedagogische praktijk
De houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders het pedagogisch beleid uitvoeren.
(art 1.56 lid 1 en 1.56b lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Personeel
Verklaring omtrent het gedrag
Een verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot registratie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.
(art 1.56 lid 3 en 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder en personen werkzaam bij een onderneming waarmee de houder het gastouderbureau exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart
12 van 17 Een verklaring omtrent het gedrag van personen werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder van het gastouderbureau overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.
(art 1.56 lid 3 en 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Personeelsformatie per gastouder
De houder van het gastouderbureau draagt er zorg voor dat er per aangesloten gastouder op jaarbasis tenminste 16 uur wordt besteed aan begeleiding en bemiddeling.
(art 1.56 lid 7 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; artikel 11b lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder op elk opvangadres in elke voor de op te vangen kinderen toegankelijke ruimte de veiligheidsrisico’s in een risico-inventarisatie
vastgelegd worden.
(art 1.56 lid 1 en 2 en 1.56b lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor een inventarisatie van de veiligheidsrisico’s door een
bemiddelingsmedewerker van het bureau vóór aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar gastouderopvang plaatsvindt.
(art 1.56 lid 1 en 2 en 1.56b lid 6 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen, art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de veiligheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, beschrijft op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder in het plan van aanpak wordt aangegeven welke maatregelen binnen welke termijn zijn respectievelijk worden genomen in verband met de beschreven veiligheidsrisico's.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 5 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie veiligheid inzichtelijk is voor de vraagouders.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders handelen volgens de opgestelde risico-inventarisatie veiligheid.
(art 1.56 lid 1 en art 1.56b lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder op elk opvangadres in elke voor de op te vangen kinderen toegankelijke ruimte de gezondheidsrisico’s in een risico-inventarisatie
vastgelegd worden.
(art 1.56 lid 1 en 2 en 1.56b lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor een inventarisatie van de gezondheidsrisico’s door een
bemiddelingsmedewerker van het bureau vóór aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar gastouderopvang plaatsvindt.
(art 1.56 lid 1 en 2, 1.56b lid 6 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen, art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de gezondheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, bijschrijft op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu,
buitenmilieu en medisch handelen.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 2, 3 en 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder in een plan van aanpak wordt aangegeven welke maatregelen binnen welke termijn zijn respectievelijk worden genomen in verband met de beschreven gezondheidsrisico's.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 5 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie gezondheid inzichtelijk is voor de vraagouders.
(art 1.56 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders handelen volgens de opgestelde risico-inventarisatie gezondheid.
(art 1.56 lid 1 en art 1.56b lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Meldcode kindermishandeling
De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.
(art 1.51a lid 1 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 8 lid 1 en 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode bij het personeel.
(art 1.51a lid 1 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode bij alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders.
(art 1.51a lid 1 en 4 en art 1.56 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan.
(art 1.51b lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Ouderrecht
Informatie
De houder laat in de schriftelijke overeenkomst met de vraagouder duidelijk zien welk deel van het betaalde bedrag naar het gastouderbureau gaat (uitvoeringskosten) en welk deel van het betaalde bedrag naar de gastouder gaat.
(art 1.56 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11b Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder informeert de vraagouders over het te voeren beleid.
(art 1.54a lid 1 en 1.56 lid 6 sub c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 6 en art 11 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 12a lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor een goede bereikbaarheid van het gastouderbureau voor de vraagouder en de gastouder en informeert de vraagouders en gastouders hierover.
(art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11b lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder informeert vraagouders, gastouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is, legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor vraagouders, gastouders en personeel toegankelijke plaats.
(art 1.54a lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Oudercommissie
De houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld.
(art 1.59 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
14 van 17 Het reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden.
(art 1.59 lid 2 sub c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Het reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie.
(art 1.59 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie.
(art 1.59 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder heeft een oudercommissie ingesteld.
(art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Klachten
De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van vraagouders die voldoet aan de beschreven eisen.
(art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder brengt de klachtenregeling voor vraagouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.
(art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
Een houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor vraagouders werkt met een reglement.
(art 2 lid 3 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie.
(art 2 lid 5 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) De houder leeft de geheimhoudingsplicht na.
(art 4 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van vraagouders wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.
(art 2 lid 7 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder zendt het klachtenverslag van vraagouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.
(art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en art 2 lid 7 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
Kwaliteit gastouderbureau
Kwaliteitscriteria
De houder draagt er zorg voor dat per voorziening voor gastouderopvang beoordeeld wordt hoeveel kinderen en van welke leeftijd verantwoord opgevangen kunnen worden.
(art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 14 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11b lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders tijdens de opvang de voorgeschreven voertaal spreken
(art 1.56 lid 1, 1.56b lid 6 en 1.55 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor een intakegesprek met de gastouder.
(art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor een intakegesprek met de vraagouder.
(art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor een koppelingsgesprek voor elke nieuwe koppeling tussen vraag- en gastouder in de woning waar de opvang plaats vindt.
(art 1.56 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 9 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11a lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Administratie gastouderbureau
De administratie van het gastouderbureau bevat een schriftelijke overeenkomst per vraagouder.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub c Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De administratie van het gastouderbureau bevat kopieën van de verklaringen omtrent gedrag van de gastouders en andere personen zoals huisgenoten van 18 jaar en ouder die op hetzelfde adres hun hoofdverblijf hebben, vrijwilligers en stagiair(e)s.
(art 1.56 en 1.56b lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub b Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
In de administratie van het gastouderbureau is de betaling van de vraagouders aan het gastouderbureau inzichtelijk.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub d Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
In de administratie van het gastouderbureau is de betaling van het gastouderbureau aan de gastouder inzichtelijk.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub e Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De administratie van het gastouderbureau bevat een door de gastouder en bemiddelingsmedewerker ondertekende versie van iedere risico-inventarisatie.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 7 lid 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 3 en 2 sub c Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij dat gastouderbureau werkzame beroepskrachten.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 2 sub a Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij het gastouderbureau ingeschreven kinderen.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 2 sub f Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij dat gastouderbureau aangesloten gastouders.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 3 sub a Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De administratie van het gastouderbureau is zodanig ingericht dat de gegevens tijdig kunnen worden verstrekt ter controle op de naleving van de wettelijke eisen die voor het gastouderbureau gelden.
(art 1.56 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Regeling Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
16 van 17
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening : Gastouderservice Unique!
Website : http://www.gob-unique.nl
Aantal kindplaatsen :
Gegevens houder
Naam houder : Helena Amkreutz
KvK nummer : 20904592
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD : GGD Zuid Limburg
Adres : Postbus 2022
Postcode en plaats : 6160HA GELEEN
Telefoonnummer : 046-8506666
Onderzoek uitgevoerd door : I.C.M Reijntjens- van den Kroonenberg Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente : Landgraaf
Adres : Postbus 31000
Postcode en plaats : 6370AA LANDGRAAF
Planning
Datum inspectie : 08-06-2015
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder : 16-06-2015
: niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 19-06-2015
Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie
: 19-06-2015 Verzenden inspectierapport naar
gemeente : 19-06-2015
Openbaar maken inspectierapport : 26-06-2015
Bijlage: Zienswijze houder gastouderbureau
De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.