Praktische opdracht wiskunde.
Symmetrie.
Waarom deze praktische opdracht symmetrie?
Je zit in het eindexamenjaar en in de onderbouw heb je al kennis gemaakt met het onderwerp symmetrie, weet je dit nog?
Met deze praktische opdracht frisje oude kennis op en ga je nieuwe dingen ontdekken, niet alleen in theorie maar ook uit de dagelijkse praktijk.
In het centraal examen wiskunde komt het onderdeel symmetrie vaak terug, deze praktische opdracht is daarom een goede voorbereiding op je centraal examen.
Deze opdracht telt mee voor het schoolexamen (P.O. TT3) en moet uiterlijk vrijdag 28 oktober vóór 12.00 uur bij je eigen docent worden ingeleverd.
Waar moet de praktische opdracht aan voldoen?
1. Alle opdrachten zijn gemaakt.
2. Je werkt erg netjes.
3. De praktische opdracht wordt ingeleverd in een keurig mapje.
4. Presentatie en originaliteit worden beloond.
5. Met het beoordelingsformulier op de PADLET kan je zelf je cijfer berekenen.
Welke soorten symmetrie zijn er?
1. Lijn-/spiegelsymmetrie:
Een figuur is lijn symmetrisch als je het dubbel kunt vouwen
De volgende figuren zijn voorbeelden van lijnsymmetrie:
2. Draaisymmetrie:
Een figuur is draai symmetrisch als het tijdens één omwenteling meerdere malen op zichzelf valt.
De volgende figuren zijn voorbeelden van draaisymmetrie:
3. Puntsymmetrie:
Een figuur is punt symmetrisch als het na een halve omwenteling( 1800) met zichzelf samenvalt.
Alle punt symmetrische figuren zijn draai symmetrisch.
Sommige punt symmetrische figuren zijn lijn symmetrisch.
4. Schuifsymmetrie:
Schuifsymmetrie is eigenlijk iets wat zich de hele tijd herhaalt zoiets heet een Motief.
Het patroon wordt de hele tijd herhaald: Schuifsymmetrie.
De eerste opdrachten.
Opdracht 1.
Zoek op een logo van een merk dat draai symmetrisch is, neem dit op in je P.O. en geef daarbij de kleinste draaihoek aan in graden.
Opdracht 2.
Zoek op een logo van een merk dat punt symmetrisch is en neem dit op in je P.O.
Opdracht 3.
Zoek op een logo van een merk dat lijn symmetrisch is en neem dit op in je P.O.
Opdracht 4.
Ga op zoek naar een patroon van schuif symmetrie en neem dit op in je P.O., een foto van bijvoorbeeld een gebouw mag ook.
Opdracht 5.
Neem onderstaande figuren over en teken alle symmetrie assen.
Opdracht 6.
Wat is de kleinste draaihoek van onderstaand figuur, binnen het vierkant?
Opdracht 7.
a. Gebruik het werkblad en teken duidelijk alle symmetrie assen.
b. Wat is de kleinste draaihoek van onderstaand figuur?
Vermenigvuldigen in cirkels.
Vermenigvuldigen (tafels) kan je mooi weer geven in een cirkel er ontstaan dan aparte patronen die symmetrisch zijn. Hieronder vind je de vermenigvuldiging met drie.
Hieronder zie je een voor beeld van een vermenigvuldiging met 7X.
Nadat je een vermenigvuldiging in een cirkel getekend hebt kan je deze ook nog mooi inkleuren, zie onderstaande voor beelden.
Opdracht 8.
Gebruik het werkblad en teken daarin zo netjes mogelijk de tafel van VIER.
Opdracht 9.
Gebruik het werkblad en teken daarin zo netjes mogelijk de tafel van ZES en kleur deze daarna
symmetrisch
in.Lineaire functie in een cirkel.
Opdracht 10.
Gebruik het werkblad en teken daarin zo netjes mogelijk
2X + 5
Een symmetrisch spelletje.
Hieronder zie je twee figuren die opgebouwd zijn uit vier precies dezelfde vierkanten met het zelfde patroon.
Opdracht 11.
In deze opdracht ga je zelf een vierkant van 10cmX10 cm ontwerpen, je mag allerlei patronen maken, het hoeven niet alleen rechte lijnen te zijn. Je mag ook verschillende kleuren gebruiken, wees creatief. Het materiaal waarop je de vierkanten maakt is ook vrij, hout, stof, kunststof het is een vrije keuze.
Als je tevreden bent met jouw vierkant dan maak je nog drie vierkanten die precies hetzelfde zijn.
Als de vier vierkanten af zijn dan leg je deze in een mooi patroon, zie voorbeeld hierboven.
Je maakt een foto voor je praktische opdracht en daarna verander je het patroon en maakt een tweede foto voor de praktische opdracht. Vermeld bij de foto’s de soorten symmetrie die op de foto staan.
De vier vierkantjes worden bij de praktische opdracht ingeleverd.
