Gemeente Deventer Jaarrekening 2014 07-04-2015
Colofon
Tekst: gemeente Deventer Vormgeving: gemeente Deventer
Uitgave: gemeente Deventer, team PCA
Inhoudsopgave 1. Balans
2. Overzicht van baten en lasten 2014
3. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 4. Toelichting op de balans
5. Toelichting op de programmarekening
6. Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen 7. Ondertekening en vaststelling
8. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Bijlagen
1. Onvoorzien
2. Incidentele baten en lasten
3. Nadere specificatie algemene dekkingsmiddelen 4. SiSa
5. IMG verantwoording en Ontwikkelagenda 6. Resultaatbestemming via reserves 7. Staat van reserves
8. Algemene toelichting op de reserves 9. Staat van voorzieningen
10. Algemene toelichting op de voorzieningen 11. Verloopoverzicht overlopende passiva en activa 12. Overzicht uitgaven en inkomsten lopende investeringen
13. Gewaarborgde geldleningen en staat van gewaarborgde geldleningen voor het verkrijgen en het verbeteren van eigen woning
1. Balans
ACTIVA 31-12-2014 31-12-2013 PASSIVA 31-12-2014 31-12-2013
Vaste Activa Vaste Passiva
Immateriële vaste activa 213 183 Eigen vermogen 85.492 76.897
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en
disagio 154 163 Algemene reserve 15.388 16.885
Kosten van onderzoek en ontwikkeling 59 20 Bestemmingsreserves 65.374 55.512
Materiële vaste activa 218.959 203.656 Gerealiseerde resultaat 4.730 4.500
Investeringen met economisch nut
Gronden uitgegeven in erfpacht 4.335 4.161 Voorzieningen 9.476 9.699
Overige investeringen met economisch nut 158.148 178.192 Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s 7.291 7.233
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten
een heffing kan worden geheven. 32.891 Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden 2.185 2.466
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut 23.585 21.303 Egalisatievoorzieningen 0 0
Financiële vaste activa 49.310 42.355 Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer 289.395 235.528
Kapitaalverstrekkingen aan: Onderhandse leningen van:
Deelnemingen 6.776 6.002 Binnenlandse banken en overige financiële instellingen 262.829 214.037
Leningen aan: Overige binnenlandse bedrijven 5.878 1.003
Deelnemingen 26.885 28.941 Buitenlandse banken, instellingen en overige sectoren 20.000 20.000
Overige verbonden partijen 0 0 Door derden belegde gelden 688 488
Overige langlopende leningen u/g 6.615 4.323
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer 46 47
Bijdragen aan activa in eigendom van derden 8.988 3.042
TOTAAL VASTE ACTIVA 268.482 246.194 TOTAAL VASTE PASSIVA 384.363 322.124
Vlottende Activa Vlottende Passiva
Voorraden 108.041 102.291 Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar 21.859 41.766
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie 84.796 77.931 Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel
a van de Wet financiering decentrale overheden 188 0
Gereed product en handelsgoederen 14.941 15.338 Banksaldi 0 24.018
Grond- en hulpstoffen Overige schulden 21.648 17.748
Niet in exploitatie genomen bouwgronden 8.304 9.022 Rekening courant met niet financiële instellingen 23 0
Grond- en hulpstoffen
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 20.179 32.426 Overlopende passiva 22.850 26.965
Overige vorderingen 13.191 28.980 De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen
voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren;
10.935 13.948
Rekening courant verhoudingen met niet financiële instellingen 0 201
Overige uitzettingen 1.000 860
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan
één jaar 0 0 Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren
komen. 1.835 184
Vorderingen op openbare lichamen 5.988 2.385 Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend
begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume
10.080 12.833
Liquide middelen 3.686 1.628
Kassaldi 7 8
Banksaldi 3.679 1.620
Overlopende activa 28.684 8.316
De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen
voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met 5.482 1.572
2. Overzicht van baten en lasten over begrotingsjaar 2014
Begroting voor wijziging 2014 Begroting na wijziging 2014 Jaarrekening 2014 Begrotingsafwijking
Bedragen x € 1.000 Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
Programma
1 - Burger en bestuur 16.644 2.021 -14.623 17.026 1.772 -15.254 17.574 2.082 -15.492 548 310 -238
2 - Openbare orde en veiligheid 10.470 604 -9.866 10.643 1.244 -9.399 10.526 1.307 -9.219 -117 63 180
3 - Leefomgeving 38.062 15.410 -22.652 40.597 17.915 -22.682 38.793 16.479 -22.314 -1.804 -1.436 368
4 - Milieu en Duurzaamheid 18.115 14.527 -3.588 17.794 13.696 -4.098 16.844 15.288 -1.556 -950 1.592 2.542
5 - Ruimtelijke ontwikkeling 6.512 4.117 -2.395 6.900 2.772 -4.128 6.984 2.979 -4.005 84 207 123
6 - Herstructurering en vastgoed 32.221 30.676 -1.545 33.836 32.201 -1.635 29.963 23.360 -6.603 -3.873 -8.841 -4.968 7 - Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt 70.120 63.403 -6.717 73.422 66.352 -7.070 72.505 67.100 -5.405 -917 748 1.665
8 - Meedoen 44.518 5.774 -38.744 47.650 5.903 -41.747 45.478 6.505 -38.973 -2.172 602 2.774
9 - Jeugd en onderwijs 21.324 3.888 -17.436 24.825 8.693 -16.132 22.178 6.563 -15.615 -2.647 -2.130 517
10 - Economie, kunst en cultuur 22.300 3.597 -18.703 19.571 3.298 -16.273 19.217 8.382 -10.835 -354 5.084 5.438 Subtotaal programma's 280.286 144.017 -136.269 292.264 153.846 -138.418 280.062 150.045 -130.017 -12.202 -3.801 8.401 Algemene dekkingsmiddelen
Lokale heffingen 0 22.120 22.120 0 21.457 21.457 0 21.472 21.472 0 15 15
Kwijtscheldingen OZB 0 0 0 0 0 0 11 0 -11 11 0 -11
Kwijtscheldingen niet OZB 9 0 -9 9 0 -9 12 0 -12 3 0 -3
Algemene uitkeringen 0 105.839 105.839 0 107.089 107.089 0 107.582 107.582 0 493 493
Dividend 0 1.010 1.010 0 1.129 1.129 0 1.133 1.133 0 4 4
Saldo financieringsfunctie 0 1.351 1.351 0 1.351 1.351 0 1.346 1.346 0 -5 -5
Overige algemene dekkingsmiddelen 4.251 1.557 -2.694 -241 6.599 6.840 -85 8.261 8.346 156 1.662 1.506
Calculatieverschillen 2.621 1.937 -684 1.638 309 -1.329 1.825 983 -842 187 674 487
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen 6.881 133.814 126.933 1.406 137.934 136.528 1.763 140.777 139.014 357 2.843 2.486
Onvoorzien 210 0 -210 112 0 -112 0 0 0 -112 0 112
Gerealiseerde totaal saldo van baten en
lasten 287.377 277.831 -9.546 293.782 291.780 -2.002 281.825 290.822 8.997 -11.957 -958 10.999
Mutaties reserve in
1 - Burger en bestuur 0 0 0 67 330 263 79 329 250 12 -1 -13
2 - Openbare orde en veiligheid 6 20 14 6 230 224 6 230 224 0 0 0
3 - Leefomgeving 1.394 1.221 -173 1.748 1.601 -147 2.430 1.808 -622 682 207 -475
4 - Milieu en Duurzaamheid 667 1.258 591 680 1.618 938 2.814 1.158 -1.656 2.134 -460 -2.594
5 - Ruimtelijke ontwikkeling 0 0 0 0 285 285 0 123 123 0 -162 -162
6 - Herstructurering en vastgoed 602 1.941 1.339 8.286 7.089 -1.197 10.091 12.594 2.503 1.805 5.505 3.700
7 - Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt 0 400 400 483 1.148 665 483 822 339 0 -326 -326
8 - Meedoen 82 211 129 1.770 2.559 789 1.990 2.447 457 220 -112 -332
9 - Jeugd en onderwijs 0 2.921 2.921 1.800 3.960 2.160 1.885 3.886 2.001 85 -74 -159
10 - Economie, kunst en cultuur 143 3.470 3.327 1.328 1.930 602 5.531 1.047 -4.484 4.203 -883 -5.086
11 - Algemene dekkingsmiddelen 4.996 6.712 1.716 18.642 16.675 -1.967 21.670 18.268 -3.402 3.028 1.593 -1.435 Subtotaal Mutaties reserves: 7.890 18.154 10.264 34.810 37.425 2.615 46.979 42.712 -4.267 12.169 5.287 -6.882
Afrondingsverschillen 0 0 0 0
Resultaat na bestemming 295.267 295.985 718 328.592 329.205 613 328.804 333.534 4.730 212 4.329 4.117
3. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV).
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.
In de jaarrekening is de algemene uitkering opgenomen conform de in de septembercirculaire 2014 gepubliceerde accresmededeling.
Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.
Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) dient wel een verplichting/voorziening gevormd te worden. Bepalend voor het instellen van een voorziening is een waarschijnlijk ongelijkmatig karakter van de kosten.
Het gebruik van schattingen is een element bij het opstellen van de jaarrekening. De getrouwheid van de jaarrekening wordt hierdoor niet aangetast. Bij schattingen opgenomen in de jaarrekening zijn de volgende punten in acht genomen;
• de aard van de schatting en de bijbehorende veronderstellingen worden als toelichting vermeld;
• er is rekening gehouden met alle relevante (potentiële) omstandigheden voor en na balansdatum;
• ervaringen in soortgelijke gevallen zijn meegenomen.
Vaste activa Algemeen
In 2013 is door de raad de richtlijn activeren en afschrijven vastgesteld. Deze richtlijn is een vertaling van de eisen, welke zijn neergelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV) inzake duurzame activa, naar de Deventer situatie. De richtlijn biedt een actueel kader voor investeringen en de daaruit voortvloeiende activa en afschrijvingen.
Voor de afschrijvingsduur gelden de afschrijvingstermijnen die zijn opgenomen in de richtlijn activeren en
Vanaf het boekjaar 2013 worden activa, met een verkoop intentie op korte termijn, onder de vlottende activa opgenomen.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling
Kosten van onderzoek en ontwikkeling worden enkel geactiveerd wanneer aan al de ondervermelde voorwaarden wordt voldaan (artikel 60 – BBV);
• het voornemen bestaat het actief te gebruiken of te verkopen;
• de technische uitvoerbaarheid om het actief te voltooien vaststaat;
• het actief in de toekomst economische of maatschappelijke nut zal genereren;
• de uitgaven die aan het actief zijn toe te rekenen betrouwbaar kunnen worden vastgesteld.
Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de duurzame waardeverminderingen.
Materiële vaste activa met economisch nut In erfpacht uitgegeven gronden.
De in erfpacht uitgegeven percelen zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (i.c. de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen).
Percelen waarvan de erfpacht eeuwigdurend is, zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen in de balans.
Als bedragen worden ontvangen in verband met afkoop van voortdurend erfpacht dan worden deze bedragen onder de vaste schulden op de balans opgenomen.
Overige investeringen met economisch nut
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs. Specifieke
investeringsbijdragen van derden worden onder voorwaarden (direct aantoonbare relatie en geen specifieke voorwaarden voor terugbetaling) in mindering gebracht (na ingebruikname object). Indien niet wordt voldaan aan de voorwaarden wordt de bijdrage tot aan ingebruikname gedoteerd aan een voorziening of geboekt als transitorische post.
Investeringen met economisch nut waarvoor een heffing wordt geheven
Investeringen in riolering of het inzamelen van huishoudelijk afval worden opgenomen in een aparte categorie.
Dit zijn investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
Afschrijven
Slijtende investeringen worden vanaf de boekingsperiode direct aansluitend op het moment van
ingebruikneming (n+1) lineair of annuïtair afgeschreven gedurende de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit (zowel met economisch als maatschappelijk nut) wordt niet afgeschreven.
Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken.
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut
Activa met een meerjarig maatschappelijk nut in de openbare ruimte worden alleen in uitzonderingsgevallen geactiveerd. Een aantal uitzonderingsgevallen zijn:
• Eerste aanleg van wegen met de hierbij behorende civiele kunstwerken en niet opgenomen in grondexploitaties;
• Omvangrijke wegenreconstructies in het kader van een wijkverbetering of verkeersdoorstroming.
De ondergrond van deze werken wordt daarbij als integraal onderdeel van het werk beschouwd en dus ook op afgeschreven.
Eventuele activering vindt plaats tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs minus bijdragen van derden of bijdragen uit reserves. Activa met een meerjarig maatschappelijk nut in de openbare ruimte worden zo snel mogelijk afgeschreven (inclusief de (onder)gronden). Alle overige investeringen in activa met een meerjarig maatschappelijk nut worden meegenomen in de beheersprogramma’s.
Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.
Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs.
Bijdragen aan activa van derden worden conform de richtlijn activeren en afschrijven (2013) geactiveerd. De verleende bijdragen worden afgeschreven in een periode gelijk aan de gebruiksduur van het actief waarvoor de bijdrage is verstrekt.
Vlottende activa Voorraden
De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, dan wel lagere marktwaarde en overeenkomstige de gestelde voorwaarden zoals genoemd in de in 2012 bijgestelde notitie grondexploitatie (commissie BBV).
Er wordt rente (omslagrentepercentage) bijgeschreven op de boekwaarde van deze voorraden.
De als “onderhanden werken” opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de
vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken), alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.
Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Door de gekozen systematiek is het mogelijk dat een boekwaarde tijdelijke negatief kan staan.
Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich met name voor indien voorraden incourant zijn. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loonkosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.
Voor een geprognosticeerd verlies op de grondexploitatie wordt een verliesvoorziening ingesteld ter grote van het volledige verlies. De voorziening wordt gepresenteerd als waardecorrectie op de post voorraad onderhanden werk (bouwgrond in exploitatie (BIE)).
De overige grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen die zijn gebaseerd op de gemiddelde betaalde inkoopprijs. Verschillen tussen de standaard verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als resultaat verantwoord.
Incourante voorraden worden afgewaardeerd naar marktwaarde.
Vorderingen
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening is bepaald op basis van de geschatte inningskansen per individuele vordering (statische methode).
Overlopende activa
De overlopende activa maken onderdeel uit van de vlottende activa (artikel 37 – BBV). Onder de overlopende activa vallen de vooruitbetaalde kosten en nog te ontvangen bedragen. Vooruitbetaalde kosten zijn kosten die reeds zijn betaald, maar waarvan de prestatie (nut) na de balansdatum valt. Nog te ontvangen bedragen betreft nog te factureren geleverde prestaties. De grondslag voor de ‘vordering’ is voor de balansdatum ontstaan.
Overlopende activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs (artikel 63 – BBV).
Vaste Passiva Eigen vermogen Reserves
Conform artikel 19 – BBV bevat de toelichting op het overzicht van baten en lasten een overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves.
Voorzieningen
In de, in 2009 door de raad, vastgestelde geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het kaderstellend beleid voor voorzieningen weergegeven. Met ingang van begrotingsjaar 2014 is middels een Wijzigingsbesluit (25-07-2013) de toepassing enigszins aangepast en als volgt;
1. Voorzieningen worden gevormd wegens:
a. Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten;
b. Op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is;
c. Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren;
d. De bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b – BBV.
2. Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b – BBV (zijnde de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren). Deze
uitzonderingscategorie wordt conform het BBV verantwoord onder de overlopende passiva.
3. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies (artikel 44 – BBV). Een uitzondering hierop is voorziening Wethouders-pensioenen, welke wordt
gewaardeerd tegen contante waarde.
De onderhoudsegalisatie voorzieningen zijn gebaseerd op een meerjarenraming (de zogenaamde meerjaren onderhoudsplannen - MJOP’s) van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die daarvoor zijn geformuleerd. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen die is opgenomen in het jaarverslag is het beleid daarvoor nader toegelicht.
Conform het Wijzigingsbesluit van 25 juni 2013, van toepassing met ingang van het begrotingsjaar 2014, is artikel 44, lid d BBV geïntroduceerd (zie hierboven). In de jaarrekening 2014 is hiermee rekening gehouden.
Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met de gerealiseerde aflossingen.
De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.
Algemeen
In 2009 is de geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen (juni 2009) door de raad vastgesteld. Deze beleidsnota is een vertaling van de eisen, welke zijn neergelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV) inzake reserves en voorzieningen, naar de Deventer situatie.
De algemene reserves en bestemmingsreserves worden gevormd conform door de raad genomen besluiten.
Onttrekkingen aan deze reserves geschieden conform daartoe strekkende raadsbesluiten. Bij een aantal reserves
is sprake van toevoeging van rente ten laste van programmarekening op basis van het in de begroting vastgestelde rentepercentage.
Incidentele baten en lasten
Conform artikel 28 – BBV is in de toelichting op de programmarekening een overzicht van de incidentele baten en lasten per programma. Daarin wordt per programma ten minste de belangrijkste posten (> € 100.000) afzonderlijk gespecificeerd.
Nog te bepalen en te bestemmen resultaat
De basis voor de jaarrekening ligt in de door de gemeenteraad vastgestelde begroting. In de jaarrekening dient tot uitdrukking te worden gebracht hetgeen werkelijk is gebeurd ten opzichte van de door de raad vastgelegde voornemens in de begroting, inclusief later daarin aangebrachte wijzigingen. Door middel van de voorgeschreven analyse tussen de rekening- en begrotingscijfers wordt inzicht verstrekt in de - eventueel - ontstane verschillen.
Conform de programmabegroting mogen in de diverse programma’s niet de stortingen en puttingen met betrekking tot de reserves worden opgenomen. Deze mutaties worden opgenomen in het overzicht werkelijke toevoegingen en onttrekkingen aan reserves. Nadat het resultaat van de rekening (inclusief exploitatiemutaties in reserves) is bepaald wordt dit afzonderlijk op de balans vermeld en in de jaarrekening vastgelegd. Na vaststelling van de jaarrekening neemt de gemeenteraad vervolgens een besluit over de bestemming van het resultaat.
Eigen bijdrage CAK
Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming is op grond van de Wmo een eigen bijdrage verschuldigd. Deze eigen bijdrage is afhankelijk van de gemeentelijke verordening Wmo en de inkomensgegevens van de aanvrager. In de wet is bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage niet wordt uitgevoerd door de gemeente zelf, maar door het CAK. Door privacyoverwegingen is de gegevensverstrekking van het CAK aan de gemeente Deventer ontoereikend om de volledigheid en juistheid van de eigen bijdragen te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is.
Gezien het feit dat het CAK verantwoordelijk is voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geeft zij jaarlijks een mededeling af over de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen (Third party mededeling). Bij het afgeven van deze mededeling betrekt het CAK niet de juistheid, volledigheid en tijdigheid van de gegevens van andere ketenpartners, waardoor de gemeente Deventer niet beschikt over een mededeling waarop volledig kan worden gesteund ten behoeve van de volledigheid van de eigen bijdragen voor de jaarrekening 2014. De gemeente Deventer heeft hierdoor onvoldoende zekerheid omtrent de volledigheid van de eigen bijdragen Wmo van € 2.120.000 in haar jaarrekening 2014.
Wel kan middels de mededeling zekerheid worden verkregen dat het totaalbedrag aan vastgestelde eigen bijdragen gelijk is aan de door het CAK geïnde en doorbetaalde eigen bijdragen aan de gemeente. Hiermee beschikt de gemeente Deventer in voldoende mate over de zekerheid dat de eigen bijdragen in de jaarrekening 2014 juist zijn verantwoord. Eventuele mogelijke niet verantwoorde eigen bijdragen worden ingeschat als niet significant cq materieel.
Vlottende passiva Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Borg- en Garantstellingen
Voor zover geldleningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. In de toelichting op de balans is dit opgenomen en in
Verplichting voortvloeiend uit leasing
De waardering van de verplichting van financial leasing vindt plaats tegen de contante waarde van de contractueel verschuldigde leasetermijnen.
Overlopende passiva
Overlopende passiva zijn verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen (met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume (artikel 49 – BBV)). Een essentieel kenmerk is dat voor de gemeente een verplichting bestaat. Een verplichting is een plicht of verantwoordelijkheid jegens een derde om op een bepaalde manier te handelen of te presteren (dit kan voortkomen uit een overeenkomst maar ook uit, door een derde reeds geleverde prestatie waarvoor nog geen betaling heeft plaatsgevonden).
Vanaf 01-01-2008 worden van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren onder de overlopende passiva opgenomen (artikel 49, onderdeel b – BBV).
Indien op basis van de voorwaarden van de specifieke doeluitkering het niet bestede bedrag moet worden terugbetaald, dan is dit terug te betalen voorschotbedrag verantwoord onder de netto vlottende schulden (artikel 48, onderdeel c – BBV en vraag 2 van deel 15 – vragen en antwoordenrubriek).
Overlopende passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde (artikel 63 lid 7 – BBV).
4. Toelichting op de balans Vaste activa
Immateriële vaste activa
De post immateriële vaste activa wordt onderscheiden in (x € 1.000):
2014 2013
Kosten onderzoek en ontwikkeling 59 20
Kosten sluiten geldleningen 154 163
Totaal 213 183
Het onderstaand overzicht geeft het verloop weer van de immateriële vaste activa gedurende het jaar 2014 (x € 1.000):
Boekwaarde
1-1-2014 Investe
ringern Desinves
teringen Afschrij-
vingen Bijdragen derden van
Afwaar-
deringen Boekwaarde 31-12-2014 Kosten onderzoek en
ontwikkeling 20 39 0 0 0 0 59
Kosten sluiten
geldleningen 163 0 0 9 0 0 154
Totaal 183 39 0 9 0 0 213
Materiële vaste activa
De materiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen (x € 1.000):
Boekwaarde
31-12-2014 Boekwaarde 31-12-2013
In erfpacht uitgegeven gronden 4.335 4.161
Overige investeringen met een economisch nut 158.148 178.192
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter
bestrijding van kosten een heffing kan worden geheven 32.891 0
Investeringen met maatschappelijk nut 23.585 21.303
Totaal 218.959 203.656
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de in erfpacht uitgegeven gronden. (x € 1.000) Boekwaarde
31-12-2013 Investeringen Desinves-
teringen Afschrij-
vingen Bijdragen van derden/
reserves
Boekwaarde 31-12-2014
Gronden uitgegeven in
erfpacht 4.161 345 171 0
0
4.335
Totaal 4.161 345 171 0 0 4.335
De overige investeringen met economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld (x € 1.000):
2014 2013
Gronden en terreinen 12.983 13.197
Woonruimten 8.388 8.316
Bedrijfsgebouwen 111.608 97.942
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 3.746 34.790
Vervoermiddelen 10 846
Machines, apparaten en installaties 10.573 10.788
Overige materiële vaste activa 10.997 11.967
Subtotaal 158.305 178.349
Verliesvoorziening bedrijfsgebouw -33 -39
Verliesvoorziening gronden en terreinen -124 -118
Totaal 158.148 178.192
Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de overige investeringen met economisch nut weer (x € 1.000):
Boek- waarde 31-12-2013
Boek waarde 1-1-2014
Inves-
teringen Desinves-
teringen Afschrij-
vingen Bijdragen derden / van reserves
Boek- waarde
31-12- 2014
Verlies- voor- ziening
Netto boek- waarde
31-12- 2014 Gronden en
terreinen 13.700 13.197 185 0 399 0 12.983 124 12.859
Woonruimten 8.316 8.316 238 103 63 0 8.388 33 8.355
Bedrijfsgebouwen 97.942 97.942 21.055 891 4.834 1.664 111.608 0 111.608
Grondweg- en waterbouwkun-
dige werken 34.790 3.364 641 0 259 0 3.746 0 3.746
Vervoermiddelen 846 846 0 799 37 0 10 0 10
Machines, apparaten,
installaties 10.788 8.991 3.794 866 1.346 0 10.573 0 10.573
Overige materiële
vaste activa 11.967 11.967 1.068 251 1.727 60 10.997 0 10.997
Totaal 178.349 144.623 26.981 2.910 8.665 1.724 158.305 157 158.148
Conform het wijzigingsbesluit inzake BBV, is de boekwaarde van investeringen met economisch nut waarvoor heffing kan worden geheven, in een aparte categorie opgenomen. Het betreft een verschuiving van € 33 miljoen.
De investeringen met economisch nut waarvan ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven kent het volgende verloop in 2014 (x € 1.000):
Boekwaarde
31-12-2013 Boekwaarde
01-01-2014 Inves-
teringen Desin- ves- teringen
Afschrij-
vingen Bijdragen derden/ van reserves
Boekwaarde 31-12-2014
Investering met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan
worden geheven 0 33.726 0 0 835 0 32.891
Totaal 0 33.726 0 0 835 0 32.891
Conform het wijzigingsbesluit inzake BBV, is de boekwaarde van investeringen met economisch nut waarvoor heffing kan worden geheven, in een aparte categorie opgenomen. Het betreft een verschuiving van € 33 miljoen.
De boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut had het volgende verloop (x €1.000):
Boekwaarde
1-1-2014 Inves-
teringen Desinves-
teringen Afschrij-
vingen Bijdragen derden / van reserves
Afwaar-
deringen Boekwaarde 31-12-2014
Gronden en terreinen 36 0 0 0 0 0 36
Grond- weg- en
waterbouwwerken 21.206 9.385 27 1.267 5.797 0 23.500
Machines, apparaten
en installaties 61 0 0 12 0 0 49
Overige materiële
vaste activa 0 0 0 0 0 0 0
Totaal 21.303 9.385 27 1.279 5.797 0 23.585
Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar de als bijlage opgenomen overzicht bijlage 12 toelichting op uitgaven en inkomsten lopende investeringen.
Financiële vaste activa
Het verloop van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2014 wordt in onderstaand overzicht weergegeven (x € 1.000):
Boekwaarde
1-1-2014 Inves-
teringen Desinves-
teringen Afschrij-
vingen Afwaar-
deringen Boekwaarde 31-12-2014 Kapitaalverstrekkingen aan:
- Deelnemingen 6.002 775 0 1 0 6.776
Leningen aan:
- Woningbouwcorporaties 0 0 0 0 0 0
- Deelnemingen 28.941 0 2.056 0 0 26.885
Overige langlopende leningen u/g 4.323 2.534 227 15 0 6.615
Overige uitzettingen > 1 jaar 47 0 1 0 0 46
Bijdragen aan activa van derden 3.042 6.058 0 112 0 8.988
Totaal 42.355 9.367 2.284 128 0 49.310
Onder de investeringen is in 2014 onder de langlopende leningen voor € 2.1 miljoen de renteloze lening aan Attero Holding N.V. in de balans opgenomen. De vordering, die in 2008 is ontstaan als gevolg van omzetting van een commanditair vermogen in een renteloze lening, was tot en met de jaarrekening 2013 opgenomen als niet uit de balans blijkende bezitting.
Vlottende activa Voorraden
De samenstelling hiervan is als volgt (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013 Onderhanden werk; voorraden gronden in exploitatie 84.796 77.931 Grond en hulpstoffen; niet in exploitatie genomen
gronden en overig 8.304 9.022
Grond en hulpstoffen; overige voorraden 0 0
Gereed product en handelsgoederen; nog te verkopen
grond en overige voorraden grond 14.941 15.338
Totaal 108.041 102.291
De mutaties over 2014 zijn als volgt weer te geven (x € 1.000):
Grond
in exploitatie Grond nog niet
in exploitatie Voorraad eigen verklaring
CBR
Nog te verkopen Gronden
Geïnvesteerd vermogen 31-12-2013 111.472 13.463 6 15.466
Correctie openingsbalans 282 -282 0 0
Reeds gevormde verliesvoorzieningen -33.823 -4.159 0 -141
Boekwaarde 31-12-2013 77.931 9.022 6 15.325
Rentetoevoeging op voorzieningen -1.691 -208 0 -8
Mutatie verliesvoorziening 2014 -3.357 -576 0 -6
Saldo mutaties
(Vermeerderingen/verminderingen) 11.913 66 0 -376
Boekwaarde 31-12-2014 84.796 8.304 6 14.935
Overzicht gronden in exploitatie
Geïnvesteerd vermogen per 1-1-2014
Geïnvesteerd vermogen per 31-12-2014
Woningbouwlocaties
Vijfhoek totaal 472.970 -84.874
Spijkvoorderenk 8.514.815 8.835.947
Steenbrugge totaal 7.296.432 8.343.719
Grachtengordel -126.349 0
Eikendal fase 1 13.640.552 13.476.336
Woningbouw Okkenbroek 29.559 31.037
Woningbouw Okkenbroek 2 -29.559 -31.037
De Wijtenhorst 6.601.865 6.220.133
36.400.285 36.791.261
Bedrijvenlocaties
Bergweide Algemeen -9.306.359 -12.971.381
Bergweide vuilstort Westfalenstr. 8.660.730 9.099.177
Bergweide 4 nazorg 200 200
Bergweide 5.1 1 0
Bergweide 5.3 -3.242.738 0
Havenkwartier Havenplein -242.252 -135.982
Havenkwartier Zelf en samenbouw 3.679.773 3.498.262
Havenkwartier doorontwikkeling broedplaats 1.459.819 1.492.330
Geïnvesteerd vermogen per 1-1-2014
Geïnvesteerd vermogen per 31-12-2014
Havenkwartier stoer wonen 365.731 401.076
Havenkwartier silogebied 1.501.877 1.677.713
Bedrijvenpark A1 32.389.733 39.302.161
Bedrijventerrein Lettele 364.678 376.282
Randgebieden AS Rondom de Scheg 2.100.706 2.073.301
Randgebied AS BC Driehoek Blauwenoord 194.909 205.878
Bedrijventerrein Bathmen 282.434 305.195
38.209.242 45.324.212
Herontwikkellokaties
WC Keizerlanden 3.321.319 2.680.636
Totaal in exploitatie genomen 77.930.846 84.796.109
Inclusief gevormde verliesvoorzieningen voor een bedrag van € 38.871.200.
Voorraden grond in exploitatie
De belangrijkste mutaties bij de in exploitatie genomen projecten vonden plaats bij:
• Bedrijvenpark A1 (inclusief ondertunneling oostelijke ontsluiting) € 11,0 miljoen aanleg
wegen, verwerving, plankosten, bijdrage voorziening, rentekosten en subsidie oostelijke ontsluiting
€ 2,1 miljoen;
• Wijtenhorst € 1,9 miljoen: bouw- en woonrijp maken, planontwikkelingskosten, rentekosten en verkopen € 2,1 miljoen;
• Vijfhoek € 0,1 miljoen: bouw- en woonrijp maken en planvoorbereidingskosten en verkopen
€ 0,7 miljoen;
• Spijkvoorderenk € 1,7 miljoen: bouw- en woonrijp maken, plankosten en rente en verkopen woningbouw € 1,3 miljoen;
• Rondom de Scheg € 0,4 miljoen: voor met name rentekosten;
• Steenbrugge € 1,3 miljoen: planontwikkeling en rentekosten;
• Winkelcentrum Keizerslanden € 0,5 miljoen: planontwikkeling en rentekosten; € 0,7 miljoen:
terugbetaling verkoopopbrengst;
• Eikendal € 1,0 miljoen: planontwikkeling en rentekosten;
• Havenkwartier silogebied € 0,1 miljoen: planontwikkeling, woonrijp maken en rentekosten;
• Bergweide Westfalenstraat € 0,4 miljoen: rente.
Gereed product en handelsgoederen; Nog te verkopen panden en gronden.
De belangrijkste mutaties bij gereed product en handelsgoederen vonden plaats bij:
• Mutaties door verkopen, rentebijschrijving en afwaardering op de nog te verkopen gronden -€ 0,328 miljoen;
• Getroffen verliesvoorzieningen panden -€ 0,006 miljoen en rentebijschrijving op de voorziening van -€ 0,008 miljoen.
Het verloop van de verliesvoorziening voor het jaar 2014 wordt in onderstaand overzicht weergegeven (x € 1.000):
Project Totaal Verlies-
voorziening per 31-12-2013
Rente toevoeging
2014
Aanvullende verliesvoorz.
2014
Omzetten van Verliesvoorziening naar afwaardering
Totaal verliesvoorziening
per 31-12-2014
Eikendal 1.065 53 1.153 0 2.271
De Scheg 4.860 243 152 0 5.255
Bedrijvenpark A1 20.064 1.003 634 0 21.701
Bedrijventerrein Lettele 300 15 20 0 335
Winkelcentrum
Keizerslanden 449 22 1.764 0 2.235
Groot
Bergweide/Havenkwartier 3.884 194 92 0 4.170
Wijtenhorst
Douwelerleide 2.538 127 17 0 2.682
Terrein Zutphenseweg 0 0 397 0 397
Steenbrugge 2.962 148 -89 0 3.021
Grachtengordel 259 13 -272 0 0
Spijkvoorderenk 1.326 66 -22 0 1.370
Centrumplan Bathmen 214 11 151 0 376
Bramhaar 61 3 -64 0 0
Te verkopen
panden/gronden 141 8 6 0 155
Totaal 38.123 1.906 3.939 0 43.968
Uitzettingen korter dan één jaar
De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van één jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden (x € 1.000):
Boekwaarde
31-12-2014 Voorziening
oninbaarheid Balanswaarde
31-12-2014 Balanswaarde 31-12-2013
Vorderingen op openbare lichamen 5.988 0 5.988 2.385
Verstrekte kasgeldleningen 0 0 0 0
RC verhoudingen met niet fin. instell. 0 0 0 201
Overige vorderingen 18.420 5.229 13.191 28.980
Overige uitzettingen 1.000 0 1.000 860
Totaal 25.408 5.229 20.179 32.426
De vorderingen vallen in de volgende hoofdcategorieën te onderscheiden:
31-12-2014 31-12-2013 Vorderingen op andere publiekrechtelijke lichamen 5.988 2.385
Overige vorderingen 11.264 12.538
Kasgeldleningen 0 0
Nog te vorderen BTW 0 15.958
Rekening-courant met niet financiële instellingen 0 201
Bijstandsvorderingen 6.270 6.244
Uitkeringsvorderingen sociale voorzieningen 1.886 2.047
Subtotaal vorderingen 25.408 39.373
Voorziening oninbaarheid voor:
- dubieuze debiteuren -568 -521
- dubieuze debiteuren BAD -200 -212
- dubieuze debiteuren BBZ -1.480 -1.612
- bijstandsvorderingen -1.945 -3.566
- overige vorderingen -1.036 -1.036
Subtotaal voorzieningen 5.229 6.947
Totaal 20.179 32.426
Liquide middelen
De samenstelling hiervan is als volgt (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013
Kassaldi 7 8
Banksaldi 3.679 1.620
Totaal 3.686 1.628
Overlopende activa
De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013 Vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van
volgende begrotingsjaren 1.905 1.623
De van de Europese en Nederlandse
overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met
een specifiek bestedingsdoel 5.482 1.572
Overige nog te ontvangen bedragen 21.297 5.121
Totaal 28.684 8.316
Het verloop op nog te ontvangen voorschotbedragen op uitkeringen is als volgt (x € 1.000):
Saldo
31-12-2013 Ontvangen
bijdragen Bestede
bedragen Saldo 31-12-2014 Nog te ontvangen voorschot
bedragen op uitkeringen 1.572 5.563 1.653 5.482
Zie voor specificatie het als bijlage 11 opgenomen overzicht overlopende activa.
Vaste Passiva Eigen vermogen
Het verloop van de boekwaarde (algemene- en bestemmingsreserves) is als volgt (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013
Algemene reserves 15.388 16.885
Bestemmingsreserves 65.374 55.512
Gerealiseerde resultaat 4.730 4.500
Totaal 85.492 76.897
31-12-2014 31-12-2013 Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten 8.997 -14.702
- Stortingen in reserves -45.952 -42.647
- Puttingen uit reserves 42.712 63.224
- Toevoeging rente aan reserves -1.027 -1.375
Gerealiseerde resultaat 4.730 4.500
Het verloop van de boekwaarde (algemene- en bestemmingsreserves) is als volgt (x € 1.000):
Algemene
reserves Bestemmings
reserves Totaal 2014
Stand 31-12-2013 16.885 55.512 72.397
Stand 01-01-2014 16.885 55.110 71.995
Resultaatbestemming 2.721 1.779 4.500
Vermeerderingen 8.916 38.063 46.979
Verminderingen 13.134 29.578 42.712
Boekwaarde per 31-12-2014 15.388 65.374 80.762
Resultaat rekening 2014
In de begroting 2014 (na Najaarsrapportage 2014) was een voordelige rekening uitkomst van € 613.000 geraamd.
Het resultaat 2014 na bestemming via reserves bedraagt € 4,7 miljoen voordelig. Door dit resultaat aan te passen met de over te hevelen budgetten ( € 1,8 miljoen) ontstaat een voordelig nettoresultaat van € 2,9 miljoen. In het jaarverslag wordt in hoofdstuk 2 “Financieel verslag” een samenvattend overzicht en analyse weergegeven van het rekeningresultaat 2014. Voor een nadere toelichting op de gerealiseerde resultaten per programma wordt verwezen naar de recapitulatiestaat programma’s en naar bij de in de programmabladen opgenomen toelichting.
Voorzieningen
Het verloop van de voorzieningen is als volgt (x € 1.000):
Boekwaarde
31-12-2013 Boekwaarde
1-1-2014 Toevoeging Vrijval Aan-
wending Boekwaarde 31-12-2014 Voorzieningen voor verplichtingen,
verliezen en risico’s 7.233 7.233 874 0 815 7.292
Door derden beklemde middelen 2.466 2.868 231 4 911 2.184
Onderhoudsegalisatievoorzieningen 0 0 0 0 0
Totaal 9.699 10.101 1.105 4 1.726 9.476
Voor een toelichting op aard en reden van mutaties in de voorzieningen wordt verwezen naar bijlage 9 Staat van voorzieningen en bijlage 10 Toelichting op voorzieningen.
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer De bedragen zijn als volgt samengesteld (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013 Onderhandse leningen:
- Binnenlandse banken en ov. financiële instellingen 262.829 214.037
- Binnenlandse bedrijven 5.878 1.003
-Buitenlandse banken en instellingen 20.000 20.000
Door derden belegde gelden 688 488
Totaal 289.395 235.528
Het verloop van de boekwaarde is als volgt: (x € 1.000):
Saldo
31-12-2013 Vermeer-
deringen Aflossingen Boekwaarde 31-12-2014
Onderhandse leningen 235.040 64.000 10.333 288.707
Door derden belegde
reserves 488 200 0 688
Totaal 235.528 64.200 10.333 289.395
De totale rentelasten op langlopende geldleningen bedroegen over 2014 ruim € 9,3 miljoen.
Vlottende passiva
Onder de vlottende passiva zijn opgenomen (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013
Schulden <1 jaar 21.859 41.766
Overlopende passiva 22.850 26.965
Totaal 44.709 68.731
Kortlopende schulden
De in de balans opgenomen kortlopende schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013 Kasgeldleningen aangegaan bij openbare
lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a
van de Wet financiering decentrale overheden 188 0
Rekening courant niet financiële Instellingen 23 0
Banksaldi 0 24.018
Overige schulden 21.648 17.748
Totaal 21.859 41.766
Overlopende passiva
De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013 De van de Europese en Nederlandse
overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren
10.935 13.948
Overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate
van volgende begrotingsjaren komen 1.835 184
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume
10.080 12.833
Totaal 22.850 26.965
Het verloop van vooruit ontvangen uitkeringen is als volgt (x € 1.000):
Saldo
31-12-2013 Toevoeging Aanwending Saldo 31-12-2014 Vooruit ontvangen
uitkeringen 13.948 13.745 16.758 10.935
Zie voor specificatie het als bijlage 11 opgenomen overzicht overlopende passiva.
Garantiestellingen
Buiten wat in de balans is opgenomen aan langlopende schulden, zijn door de gemeente waarborgen verstrekt.
Het bedrag is als volgt samengesteld. (x € 1.000):
31-12-2014 31-12-2013
Gewaarborgde geldleningen 12.546 35.824
Gewaarborgde geldleningen voor het verkrijgen en
verbeteren van eigen woningen particulieren 15.667 17.968
Garantiestellingen 1.705.000 1.706.000
Overige verleende garanties 451 0
Totaal 1.733.664 1.759.792
Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen
Langlopende huurcontracten, leasecontacten en licentieovereenkomsten
Het BBV (art. 53 – BBV) vereist dat belangrijke, niet in de balans opgenomen, financiële verplichtingen in de toelichting op de balans worden opgenomen. Hierbij moet worden gedacht aan langlopende huurcontracten, leasecontracten en licentieovereenkomsten.
Gemeente Deventer heeft meerjarige huurcontracten voor diverse gebouwen voor huisvesting van het gemeentelijk apparaat en culturele- en welzijnsgebouwen afgesloten. Daarnaast zijn er meerjarige leasecontracten afgesloten voor roerende goederen (bedrijfsauto’s en ICT apparatuur) en inhuur van arbeidskrachten.
Samenvatting – niet uit de balans blijkende verplichtingen Soort verplichting
Totaalbedrag
volledige Contractperiode
Gerealiseerd
t/m 2013 Gerealiseerd bedrag in 2014
Raming bedrag restant verplichting
(nog niet gerealiseerd) Huurovereenkomsten huisvesting
gemeentelijk apparaat 20.162.000 10.668.000 2.273.000 7.221.000
Huurovereenkomsten cultureel-,
onderwijs-, welzijn en sportgebouwen 3.319.000 1.383.000 275.000 1.661.000
Lease overeenkomsten bedrijfswagens 300.000 75.000 96.000 128.000
Lease overeenkomsten ICT apparatuur 3.350.000 480.000 760.000 2.110.000 Huurovereenkomsten parkeergarages 15.545.000 11.079.000 557.000 3.909.0000
Overige overeenkomsten 67.525.000 33.010.00 6.924.000 27.591.000
Totaal 110.201.000 56.695.000 10.885.000 42.620.000
Niet uit de balans blijkende bezittingen
Er zijn geen niet uit de balans blijkende bezittingen.
Gebeurtenissen na balansdatum
Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum.
5 - Toelichting programmarekening
Hierbij een korte toelichting op hoofdlijnen van de verschillen tussen het saldo van de uitkomsten tussen de begroting 2014 na wijziging en de realisatie 2014. Dit betreft verschillen exclusief de puttingen en stortingen uit/in reserves. Voor gedetailleerde diepgaandere analyse wordt verwezen naar de algemene toelichting naar de programmatoelichting in het jaarverslag.
Programma 1
Het nadeel is te verklaren door een aanvullende storting in de voorziening wethouderspensioenen voor een bedrag van € 345.000.
Programma 2
Voordeel op met name de producten Brandweer, vanwege een onverwachte teruggaaf compensabele BTW van de Veiligheidsregio.
Programma 3
Het positief exploitatieresultaat wordt grotendeels veroorzaakt door onderschrijding van budget voor
kapitaalslasten bij de infrastructurele projecten. Daarnaast is er op onderhoud van straten, wegen en pleinen en openbare verlichting sprake van budgetonderschrijding als gevolg van vertraagde output. Hiervoor wordt budgetoverheveling aangevraagd. Een rekeningnadeel is er op product riolen en gemalen wegens hogere kosten onderhoud e.a. en achterblijvende baten wegens minder aansluitingen dan begroot.
Programma 4
Het voordeel is met name het gevolg van faseringsverschillen in bodemsaneringsprojecten, lagere lasten en baten door de invoering van Diftar en het op de balans opnemen van de in het verleden aan Attero verstrekte geldlening ad. € 2.1 miljoen.
Programma 5
Per saldo een voordeel op niet bestede budget leader platteland die wordt overgeheveld en hogere baten door diverse intentieovereenkomsten, landschapsontwikkelingsplan en gebiedsontwikkeling Sluiskwartier. Daarnaast hogere apparaatslasten als gevolg van de turbulente ontwikkelingen binnen het terrein van de Volkshuisvesting.
Programma 6
De nadelen betreffen minder verkoopopbrengsten en het treffen van verliesvoorzieningen voor grondexploitaties.
Programma 7
Voordeel op programma 7 wordt voor een groot deel veroorzaak door minder uitgaven WWB, BBZ en er is sprake van een onderuitputting bij het product Re-integratie. Daarnaast is er nog een vrijval van € 510.000 omdat de meeneemregeling is komen te vervallen en de middelen ten gunste komen van het resultaat.
Programma 8
Het voordeel op het programma 8 bestaat uit een onderbesteding op de WMO voorzieningen, voordelige afrekeningen uit voorgaande jaren en een voordeel van niet bestede budgetten die overgeheveld zijn.
Programma 9
Het voordeel op programma 9 bestaat uit niet bestede budgetten die overgeheveld zijn en een voordeel op onderhoud huisvesting.
Programma 10
Het voordeel op programma 10 bestaat met name uit de provinciale bijdrage voor het filmtheater (ad. 5 miljoen);
deze wordt in 2014 (i.p.v. 2015) in de reserve kapitaallasten gestort.
6 - Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen WNT
Op 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) in werking getreden. In deze nieuwe wet zijn regels vastgelegd over de maximale bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen in de (semi)publieke sector. Jaarlijks wordt de WNT-norm vastgesteld in een ministeriële regeling.
Rapportage WNT
De WNT is van toepassing op de gemeente Deventer. De WNT verplicht te rapporteren over de bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen. Voor de gemeenten is de functie van gemeentesecretaris en van griffier aangewezen als topfunctionaris in de zin van de WNT.
Daarnaast wordt transparantie gevraagd over bezoldiging van overige (interne en externe) functionarissen en ontslagvergoedingen die in het verslagjaar boven een gestelde norm uitkomen.
Van elke topfunctionaris en van elke andere functionaris, die in 2014 een totale bezoldiging heeft ontvangen hoger dan de maximale bezoldigingsnorm (€ 230.474 – 2014), moet op grond van de WNT en het gewijzigde artikel 28 – BBV in de toelichting op de programmarekening het volgende worden opgenomen:
o de beloning;
o de belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding;
o de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
o de functie of functies;
o de duur en omvang van het dienstverband in het verslagjaar; en
o een motivering voor de overschrijding van de maximale bezoldigingsnorm (indien van toepassing).
Uitvoering WNT
Gemeente Deventer heeft in 2014 geen bezoldiging verstrekt aan functionarissen die hoger is dan de maximale norm. Dit geldt zowel voor de functionarissen in dienst van de gemeente Deventer als voor de extern ingehuurde functionarissen.
De bezoldiging van de heer Drs. A.L.C.S. Lantain (gemeentesecretaris) bedroeg in 2014 € 116.779,05 inclusief 8%
vakantietoeslag. Er is een variabele onkostenvergoeding uitgekeerd van € 809,95 voor dienstreizen. Er is geen vaste onkostenvergoeding betaald. In het verslagjaar werd in totaal € 21.007,32 aan pensioenpremie
(werkgevers- en werknemerspremie) afgedragen. De heer Lantain is aangesteld in vaste dienst voor onbepaalde tijd.
De bezoldiging van de heer Drs. S.J. Peet (griffier) bedroeg in 2014 € 90.707,76 inclusief 8% vakantietoeslag. Er is een variabele onkostenvergoeding uitgekeerd van € 185,49 voor dienstreizen. Er is geen vaste
onkostenvergoeding betaald. In het verslagjaar werd in totaal € 16.666,80 aan pensioenpremie (werkgevers- en werknemerspremie) afgedragen. De heer Peet is aangesteld in vaste dienst voor onbepaalde tijd.
Aanpassingswet op de WNT
Op 4 februari 2014 is door de Tweede Kamer de Aanpassingswet op de WNT aangenomen. Het wetsvoorstel bevat o.a. aanpassingen voor de algemeen nut beogende instellingen (ANBI’s) en voor de toepassing van de WNT op de meer dan 50% gesubsidieerde instellingen.
In het wetsvoorstel is opgenomen dat de wijzigingen, met enige uitzonderingen, terugwerkende kracht hebben tot en met 1 januari 2013. De wijzigingen leiden niet tot aanvullende informatieverstrekking in deze
programmarekening.
Crisisheffing
Gemeente Deventer heeft in 2014 geen bezoldiging uit tegenwoordige dienstbetrekking (inclusief bonus) verstrekt aan een medewerker, zover het bedrag hoger is dan € 150.000.
De crisisheffing is voor de gemeente Deventer daarom niet van toepassing.
7 - Ondertekening en vaststellingsformulier
Aldus deze rekening opgemaakt, ingevolge de artikelen 197 en 200 van de Gemeentewet en vastgesteld in het college van burgemeester en wethouders.
Deventer, april 2015
De algemeen directeur De wethouder Financiën
Drs. A.L.C.S. Lantain E.G. Grijsen
8 - Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan de gemeenteraad van de gemeente Deventer te Deventer
Verklaring betreffende de jaarrekening
Arnhem, mei 2015 Deloitte Accountants B.V.
Was getekend:
Bijlage 1 – Onvoorzien
In de begroting 2014 bedroeg de raming onvoorzien € 209.700. In de Zomer- en Najaarsrapportage 2014 is steeds inzicht gegeven in de bedragen die ten laste van onvoorzien zijn gebracht (zie punt 1 en 2).
(bedragen in €)
Besluit in Omschrijving Programma Bedrag
Raming begroting 2014 209.700
1. Zomerrapportage 2014
Verkiezingen 1 -30.000
Kosten calamiteiten 2 -52.500
Veiligheidskosten Go Ahead 2 -10.000
Financiële scan 1 -25.800
Formateur 1 -14.200
2.Najaarsrapportage 2014
Uitbetaling brandverzekering 2 43.000
B&W van 25-11-2014
Uitvaartkosten 7 -8.500
Restant raming rekening 2014 111.700
Bijlage 2 - Overzicht incidentele baten en lasten Omschrijving
Bedragen in € Programma Product Begroot
Primitief Begroot na
wijziging Gerealiseerd
Lasten:
Innovatie in de samenleving 1 104 0 200.000 200.000
Storting in de reserve Mondiaal beleid 1 226 0 0 12.000
Storting in de reserve Overloop 1 304 0 67.000 67.000
Lagere last 1 304 0 -67.000 0
Gemeenteraadsverkiezingen 1 305 111.500 111.500 129.578
Europese verkiezingen 1 305 111.500 111.500 120.909
Zaakgericht werken 1 305 0 30.000 30.000
Potje B&W 1 355 0 1.000 0
Voorziening wethouderpensioenen 1 355 0 76.000 364.232
Ketenaanpak Woonoverlast 2 303 0 35.000 3.270
Calamiteiten 2 303 0 9.500 9.299
Huiselijk geweld 2 303 0 20.000 20.000
Integrale Veiligheid 2 303 0 10.000 10.500
Toezicht 2 356 0 27.000 27.000
Afloop kosten 2013 en vergoedingen voormalig personeel 2 502 0 125.000 123.814
Venenplantsoen 3 20 0 705.000 307.765
Herstructurering. Rivierenwijk 3 20 0 935.000 501.169
Lagere last 3 20 0 -585.000 0
Storting in de reserve overloop 3 20 0 585.000 585.000
Hogere last Buitensportaccommodaties 3 241 0 0 63.000
Degeneratie bestrating 3 20 0 168.390 168.390
Groot Douwel 3 20 0 31.000 41.390
Rijwielstalling Op de Keizer 3 23 0 76.735 59.753
Renovatie parkeergarage NBP 3 23 0 100.000 0
Fietspad Gorsselseweg 3 26 0 20.989 16.538
Tunnel Rivierenwijk 3 26 0 300.000 300.000
Stationsomgeving – fietsstalling 3 26 564.000 -767.000 0
As Binnenstad - Colmschate 3 26 136.915 136.915 143.443
Dorpsstraat Diepenveen 3 26 0 71.621 37.127
Emmaplein 3 26 0 100.000 100.000
Actieplan verkeersveiligheid N348 3 26 0 65.000 65.000
Verkoop gronden 3 28 0 160.388 160.388
Regulier Baggeren 3 38 0 50.548 50.548
Procedures Ruimte voor de rivier 3 38 0 60.000 60.000
Prins Bernhardsluis/Hanzebrug 3 38 0 0 186.469
Prins Bernhardsluis/Hanzebrug 3 38 0 0 206.995
Buitensportaccommodaties 3 241 0 420.635 235.065
Subs. 1/3 regeling Sport 3 241 0 278.852 761.269
Attero on balance opnemen storting in reserve eenmalige
problematiek 4 31 0 0 2.134.000
Kavels voor koeien 4 45 118.000 278.000 81.000
Veenoord en Teugse kolk 4 45 0 100.000 0
Lagere last 4 36 0 -196.000 0
Lagere last 4 37 0 -281.000 0
Lagere last 4 44 0 -100.000 0
Lagere last 4 45 0 -102.000 0
Storting in de reserve overloop 4 36 0 196.000 196.000
Storting in de reserve overloop 4 37 0 281.000 281.000
Storting in de reserve overloop 4 44 0 100.000 100.000
Storting in de reserve overloop 4 45 0 102.000 102.000
Sanering voormalige Essentterrein 4 36 1.400.000 650.000 546.277
AU bodemsanering 2010-2014 4 36 359.929 359.929 359.929
Niet gesprongen explosieven 4 36 0 100.101 59.316
ISV bodem 4 36 0 614.508 432.352
ISV geluid 4 37 0 160.210 81.208
Auterieure overeenkomst voor herontwikkeling 5 1 0 10.542 11.013
Omschrijving
Bedragen in € Programma Product Begroot
Primitief Begroot na
wijziging Gerealiseerd Schapenzandweg
Sluiskwartier ontwikkeling 5 1 0 90.000 122.869
Leader platteland 5 1 0 43.737 22.384
Meer uitgaven 5 1 0 90.000 23.000
Meer uitgaven 5 3 0 70.000 29.000
Intentieovereenkomst Crommelinnln. 5 1 0 17.220 5.439
Intentieovereenkomst Koekendijk 3 5 1 0 14.700 8.190
Lop 5 1 0 34.000 0
Implementatie Mozard 5 2 0 46.766 49.000
Grondexploitaties 6 11 0 0 0
Lagere lasten prod. 11 6 11 0 -1.900.000 -1.900.000
Storting in de reserve conjunctuur 6 11 0 1.900.000 1.900.000
Storting in de reserve prgmanag grond 6 11 0 1.500.000 1.500.000
Lamme van Dieseplein 6 11 0 103.000 103.000
Lagere lasten grachtengordel 6 11 0 -78.000 -78.000
Storting in de reserve grondexploitatie 6 11 0 78.000 78.000
Lagere lasten handelspark 6 13 0 -310.000 -256.000
Storting in de reserve grondexploitatie 6 13 0 310.000 256.000
Hogere lasten prod 13 6 13 0 0 466.000
Uitgaven product 4 6 4 0 250.000 250.000
Uitgaven product 13 6 13 0 78.000 78.000
Lagere uitgaven prod 13 6 13 0 -1.503.000 -1.503.000
Storting in de reserve afkoop erfpachten 6 14 0 1.503.000 1.503.000
Uitgaven product 4 6 15 0 610.000 456.000
Hermanslocatie Voorstad-oost 6 4 0 187.500 188.730
Aanpassing woonkosten 7 401 0 8.500 8.500
Proj. Techniek onder 1 Dak 7 405 0 30.000 40.212
Center of Excellence 7 405 0 400.000 204.185
Uitvoering w. deel - vanuit meeneemregeling 7 405 0 417.000 423.840
Uitvoering w.deel 7 405 0 558.000 232.000
Uitvoering w. deel 7 405 0 140.470 140.470
Lagere last re-integratie 7 405 0 -450.000 0
Storting in der reserve eenmalige problematiek 7 405 0 450.000 450.000
Lagere last inkomen 7 401 0 -33.000 0
Storting in de reserve overlopende uitgaven 7 401 0 33.000 33.000
Sociaal medische indicatie 7 405 0 -150.000 0
Elektronisch kinddossier 8 202 0 66.279 66.279
Lagere uitgaven WVG 8 203 0 -529.000 0
Storting in de reserver overlopende uitgaven 8 203 0 529.000 529.000
Lagere uitgaven wmo 8 204 0 -75.000 0
Storting in de reserver overlopende uitgaven 8 204 0 75.000 75.000
Uitgaven wet inburgering uitvoering 8 227 0 216.000 109.000
Implementatiebudget 3D's 8 204 0 1.196.467 538.324
Sociale teams in de wijken 8 204 0 225.700 122.871
Wonen, zorg en welzijn 8 204 0 611.096 493.733
Regionaal overleg transitie HLZ 8 204 0 49.500 3.203
Zichtbare Schakels 8 204 243.482 243.482 232.117
Participatieverklaring nieuwkomers 8 220 0 20.000 20.000
Lagere uitgaven buurtwerk 8 0 0 -17.000 0
Storting in der reserve eenmalige problematiek 8 221 0 17.000 17.000
lagere uitgaven wet inburgering 8 227 0 -1.027.000 0
Omschrijving
Bedragen in € Programma Product Begroot
Primitief Begroot na
wijziging Gerealiseerd
Inburgering uitvoering 8 227 0 1.027.000 1.027.000
Actieplan: Sport en Bewegen 8 240 0 180.000 180.000
Regionale sportcoach aangepast sporten 8 240 0 118.500 118.714
€ 1,- regeling breedtesport 2013-2014 8 240 0 197.346 197.334
Wijk lekker fit 8 240 0 18.900 15.900
Actief Betrokken Club (ABC) 8 240 0 35.000 31.500
Sporthal de Uutvlog 8 240 0 50.000 45.954
Eenmalige Koopkracht tegemoetkoming 8 242 0 398.000 253.880
St Leergeld 8 242 0 215.000 215.000
Recht!Op 8 242 0 133.000 133.000
Schuldhulpverlening 8 406 175.000 175.000 175.000
Schuldhulpverlening 8 406 0 96.000 96.000
Schuldhulpverlening 8 406 0 66.000 66.000
Lasten openbaar primair onderwijs 9 210 0 33.000 33.000
Kindcentrum Rivierenwijk 9 211 0 1.800.000 1.796.492
Asbest school 9 211 0 85.000 85.000
Aanpak segregatie onderwijs 9 212 0 14.000 801
Verzuimloket MBO scholen 9 213 0 40.000 40.000
VVE extra 9 216 936.000 2.105.100 674.935
VVE en Schakelklassen 9 216 1.889.965 2.691.127 2.297.089
Project van wieg naar werk 9 216 300.000 540.030 393.261
Storting in de reserve onderhoud gebouwen 9 216 0 0 26.000
Storting in de reserve egalisatie onderhoud onderwijs 9 211 0 0 63.000
Beleidsinformatie Jeugd Overijssel 9 216 0 489.920 228.454
Lasten openbaar primair onderwijs 9 210 0 33.000 33.000
Kindcentrum Rivierenwijk 9 211 0 1.800.000 1.796.492
Koersdocument ruimtelijk erfgoed 10 5 110.000 165.000 169.093
Beleefbaar maken landweer 10 5 0 25.549 8.204
Winkelstraatmanagement 10 10 0 190.668 114.740
CleanTech 10 10 0 335.000 335.000
Ondernemershuis 10 10 0 173.620 173.620
Structuurvisie leegstand kantoren 10 10 0 14.000 35.625
Terrasschermen 10 10 0 88.000 88.000
Uitgaven product 10 10 10 0 40.000 40.000
Storting in reserve onderhoud gebouwen 10 230 0 0 -9.000
Storting in reserve onderhoud gebouwen 10 231 0 0 12.000
Storting in reserve onderhoud gebouwen 10 232 0 0 10.000
Storting in reserve onderhoud gebouwen 10 233 0 0 2.000
Lagere uitgaven economie kunst en cultuur 10 10 0 -196.000 0
Storting in de reserve overloop 10 10 0 196.000 156.000
Lagere uitgaven cultuur 10 230 0 -30.000 0
Storting in de reserve overloop 10 230 0 30.000 30.000
Lagere uitgaven bibliotheekwerk 10 233 0 -582.000 0
Storting in de reserve overloop 10 233 0 582.000 582.000
Lagere last bibliotheekwerk 10 233 0 -699.000 0
Storting in de reserve kapitaallasten 10 233 0 0 582.000
Storting in de reserve overlopende uitgaven 10 233 0 0 117.000
Storting in vermogensreserve 10 233 0 699.000 0
Lasten cultuur 10 230 0 171.000 171.000
Truckparking 10 10 0 25.000 25.000
Tijdelijk braakliggende terreinen 10 230 0 10.000 10.000
Onderzoek huisvesting Burgerweeshuis 10 230 0 30.000 30.000
Voorbereiding nieuwbouw Leeuwenkuil 10 230 0 0 16.772
Conserveringsplan 10 231 0 128.000 75.278
E-depot 10 231 0 50.000 51.283
Energielasten SAB 10 231 0 26.000 26.000
Huisvestingskosten musea 10 232 0 400.000 400.000
Nieuwbouw bibliotheek 10 233 4.053.000 808.991 783.227
Verhogen specifiek weerstandsvermogen 11 900 2.450.000 0 0