• No results found

Nogmaals: de Intellectueel en de Politie!~·

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Nogmaals: de Intellectueel en de Politie!~· "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VBIJHIID IN DEMOCIATIE

Zaterdag 29 sept. 1956 - No. 415

S!appe thee

(Zie pag. 3>

WElKBLAD VAN Dl VOLKSPARTIJ VOOR VRIJHEID EN DEMOCRATII

Nogmaals: de Intellectueel en de Politie!~·

I n twee voorgaande artikelen gaven wij aan de hand van hetgeen

~wee

moderne auteurs daar- over schreven een blik op de psyche van de heden- daagse mens, zoals deze zich ook_ als

objec~

van staatkunde aan ons voordoet. Deze psyche is, naar Walter Nigg ons liet zien; die van de in het diepst van zijn wezen ketterse mens. In Hella S. Haasse's Zelfportret verschijnt zij ons evenzeer als die van de non-conformist, de mens die zichzelf wil Zijn en daarom moeilijk kan ,kleur bekennen" in de zin van - gelijk de· schrijfster het uitdrukt - "Zich over te leveren aan de beperkingen en eenzijdigheid van een politieke partij". Dit sluit- naar wij zagen- voor mevrouw Haasse ·niet uit, dat deze moderne mens, · de intellectuèel althans, toch wel zoekt naar iets dat zin kan geven aan het naakte, lichamelijke bestaan, wanneer de mens heeft afgerekend met de schijn- werkelijkheid van zijn "toren van Babel", het com- plex van stelsels en organisaties, gebruiken, wetten, voorschriften en conventies en religies, in laag boven laag opgetrokken uit het niets door de om<zingeving worstelende menselijke geest. Die zingeving - zal de lezer zich herinneren - meent de schrijf- ster misschien te kunnen vinden in de moed en de eerlijkheid, om zonder die schijn-werkelijkheid te durven leven, in het volle besef van -eigen onver- mogen om van wat i~ ooit meer te kunnen .waarQ.e~

men dan bepaald wordt door het feit van ons mens zijn. In het zoeken dus naar een menswaardig kli- maat om in te bestaan, naar de "oprecht"heid, die, letterlijk en figuurlijk, de mens bepaalt.

* * *

D e vele vriendelijke- reacties, die wij op beide artikelen mochten ontvangen, geven ons moed, nog even op deze ongetwijfeld ook voor onze politieke activiteit belangrijke aangelegen)leid door

te

gaan. Enerzijds toch verbeeldden wij ons niet, de moderne mens in zijp algemeenheid vóór ons te zien in het beeld, dat de door ons ten tonele gevoerde schrijvers ons van hem tekenden. Elk hunner geeft daarvan slechts één aspect en uiteraard dat

~at

nu juist het bijzondere aspect is, waaronder zij elk voor 2ich de moderne mens zien en waardoor de door hen geschilderde mens

vermoe~elijk

het meest beant- woordt aan hun eigen levensbeeltenis (bij Heila S.

Haasse gaat het zelfs nadrukkelijk om een "zelfpor- tret''). Anderzijds ·zien wij "politiek" . niet als een op zichzelf staand bedrijf, integendeel: de politiek beweegt zich midden in het geheel van het heden- daagse leven, zij heeft dus in laatste instantie te doen met de hedendaagse mens in zijn totaliteit. En juist daarom is het goed, dat wij ons van die totaliteit zo volledig mogelijk rekenschap geven. Wanneer zich }uist in deze weken in brede kringen een gevoel van hevig onbehagen openbaart als direct gevolg va·n de jammerlijkè gang der kabinetsformatie, benauwt ons dit het allermeest, omdat. wij ook deze trieste gang zien als eert symptoom van de ziekten, waaraan onze moderne democratie lijdt en die niet omgaan buiten heel de levensbeschouwing onzer tijdgenoten, maar die juist daarom ook haar terugslag hebben op heel hun levenshouding, inzonderheid dan tegenover de politiek als toch onmisbaar instrument in

o~e

moderne samenleving. Wenst b.v. Heila S. Haasse zich niet over te leveren aan de beperkingen en een- zijdigheid van een politieke partij, dan kunnen wij dit waarderen, maar zoekt zij enkel naar een mens- waardig klimaat om in te bestaan, dan neemt zij

daarmede een afwijzende houding aan tegenover de politiek, zaali dte.mi:eenmaal bedrevea wordt en die, · met al haar gebreken toch een der middelen is, waardoor de moderne samenleving zich een eigen gestalte schept. Zou de moderne intellectueel haar hierin volgen, dan vrezen wij het ergste voor het broodnodige herstel der ware democratie.

* * *

D e vraag woèdt dus nu: beantwoordt de mo- derne mens aan het beeld, -dat zowel Walter Nigg als Heila S. Haasse ons van hem tekenden?

Wij wezen er reeds op, dat dit naar onze mening niet in allen dele het geval is. Walter Niggs visie noemden wij een idealistische, die niet aanstonds ten volle bevestiging vindt in het collectivisme en de massaficatie, die toch ook symptomen - zeer be- denkelijke symptomen - onzer hedendaagse samen- leving· zijn. En dat wij ook Heila S. Haasse's voor- steil: · g niet adaequaat achtten, lieten wij evenzeer uitkomen en blijkt ook uit hetgeen wij hierboven schreven.

Uiteraard is het er ons hier niet om te doen, mèt beide auteurs in polemiek te treden. Daarvoor achten wij hun beschouwingen reeds te waardevol. Wij zoe- ken alleen naar een meer volledig beeld van de mens, zoals die ons hederi ten dage, ook als object van •·

politiek, tegemoet treedt en willen çlaarom nu wij- zen op een aspect, dat wij als een defect in de mo- derne samenleving (en dus in de moderne' mens) bij een ander gezaghebbend auteur aantroffen. Spreken wij van een defect, dus van een neg~tieve eigenschap, zij kan van positief belang zijn voor de voltooiing van ons mensbeeld.

De auteur, die wij thans op het oog hebben, is Aldous Huxley, de Engelse romancier en essayist, die een merkwaardige ontwikkeling heeft doorgemaakt, - we zouden kunnen zeggen van cynicus tot mysti- cus. Ook wie zich noch het een noch het ander voelt, kan aan een in zulk een ontwikkeling verworven visie de voorkeur schenken boven de statische visie van denkers en schrijvers, die hun leven lang de dingen vanuit hun vermeende zekerheden bezien!

* * *

I n een van zijn latere boeken, "Time must have a stop", laat Huxley een vader tot zijn zoon in een gedachtenwisseling over onze wereld in haar çm- rust zeggen: "Peace can't exist except .where there's a metaphysic, which all accept and a few actually succeed in realizing" (V rede kan niet bestaan, tenzij er een metafysische levensbeschouwing is, die door allen wordt aanvaard en die door enkelen óok in praktijk gebracht wordt).

Men kan de waarhèid, in deze paradox besloten, niet slecht geredelijk erkennen, men doet de bedoe- ling van de schrijver geen geweld aan, wanneer men - gelijk wij nu willen doen - in deze uitspraak het w<iord "vrede'' vervangt door "beschaving".

Daarmede is dan het probleem, dat ons nu bezig- houdt, in al zijn scherpte gesteld. Politiek is voor haar deel arbeid, vormgeving aan de cultuur en cul- tuur is: heel de geestelijk-maatschappelijke structuur waarin zich de mensheid en de individuele mens be- weegt, en dus de structuur, waaraan hij deel heeft.

en die hij mede-bepaalt, ook door zijn politieke activifeit, op zijn minst zijn politieke belangstelling.

Maar: sinds de leerstellingen der christelijke ker- ken hun bindend gezag voor onze beschaving, die volgens ons beginselprogramma rust op grondslagen,

wortelend in het christendom, verloren hebben. (Het ketters aspect van onze tijd, bij Nigg,- het afrekenen met de schijn-werkelijkheid van de toren van Babd bij Heila S. Haasse), is er geen metaphysfca

1

meer, "' die door allen aanvaard, zij het slechts door enkelen

In

praktijk gebracht wordt (Huxley).

* * *

V oor de liberaal is er geen "terug". Hij ziet ook het geestelijke proces als een, waarin de mens maar niet willekeurig de klok terug kan zetten in de illusie, dat hij daarmede nu ook de culturele struc- tuur onzer samenleving zou kunnen wringen in het patroon ener voorbijgegane periode. Maar dit dwingt hem wèl tot voortdurende bezinning op het pro- bleem, dat wij in deze artikelen aan de ordé stelden.

Een ander Engelsman van groot formaat, de his- toricus Toynbee, die zich op zijn wijze. ook alweer telkens bezig houdt met de problemen van heden en toekomst, komt steeds positiever tot de erkentenis, dat onze moderne cultuur staat en valt met de moge- lijkheid, de waarden van het christendom - ook doo_r hem gezien als de grondslag en het plechtanker onzer beschaving - tot gelding te brengen.

Wie dit alles niet dogmatisch, niet formalistisch, doe~ naar de· geest verstaat, beseft dat hier inder- daad ook voor de liberaal problemen liggen, die zijn aandacht verdienen.

DeR.

HOE HET GROEIDE I n zijn memorie van toelichting op zijn begroting

deelt de minister van Financiën, de heer Van de Kieft mee, dat er verschillende methoden voor- bereid en in werking zijn gebracht, die erop gericht zijn het verantwoordelijkheidsbesef van de ambtena- ren voor het doelmatig werken te doen groeien.

Welnu, daar kunnen wij blij om zijn, al is ·de ministeriële motivering wel wat in het vage gehuld en al kan men haar interpreteren op een wijze, die·

wij nu niet bepaald vriendelijk tegenover de ambte·

naren vinden.

De minister zal het echter wel goed hebben be- doeld. En hiervan uitgaaQde kunnen wij herhalen, dat wij 'het prachtig vinden al wil het ons voorko- men, dat dergelijke· "verheugende mededelingen"

altijd zo laat kom_en. · .

Bij herhaling is van V.V.D.-zijde gevraagd om een efficienter werking van het overheidsapparaat.

Het lijkt dan vaak of wij dan de positie innemen van een roepende in de woestijn. Maar zie bij stuk- jes en beetjes bi ij kt. dan toch, dat ons vermaan wel degelijk gemotiYeerd is.

Het is alleen zo jammer, dat men van regerings- zijde zo vaak zo weinig spontaan reageert. Maar dit zijn wij wel zo langzamerhand gewend. Beperken wij ons

t~t

de feiten, dan kart worden vastgesteld, dat onze invloed tenslotte nooit tevergeefs is en dat is in de politiek van een uitermate groot belang.

In elk geval, minister Van de Kieft laat de zaak groeien en we zullen hopen, dat wij daarvan nu eens spoedig de prettige resultaten zullen zien.

De begroting laat overigens nog een behoorlijke

ruimte voor nog mee! ambtenaren, hetgeen ons met

de nodige zorg vervult en waarbij wij de kantteke-

ning maken of dat nu werkelijk zo noodzakelijk is.

(2)

• SBI"'''DDBER l t H - PAG. 2

Vrijheid en democratie op Malta (lil)

Een belangrijke strijdvraag:

of representatie

integratie

Engeland weigert sommr,ge "vrijheden" te garanderen

Voor mij ligt een parlementair verslag van de "News Chronicle" van 27 maart j.L over een zitting vàn het LagerhuiS', waarbij alle drie partijen het er over eens waren,

Op 9 juni daaropvolgende definieerde Malta's premier, Dom Mintoff, in tegenwoor- digheid van zijn hele kabinet, beidç begrippen voor mij als volgt:

• dat Malta drie vertegenwoordigers in Westminster zou krijgen.

In dat verslag van cirica 1000 woorden, gebruikt de verslaggever beurtelings de uit..

drukkingen integratie en representatie. Deze begripsverwarring is heus geen fout' van de verslaggever, maar zal wel degelijk door de verschillende parlementsleden, 411e aan dat debat hebben deelgenomen, zijn gedemonstreerd. M:a.w.: in maart meen- de het Lagerhuis, dat Integratie hetzelfde was als representatie.

Integratie moet een garantie inhouden voor gelijkwaardigheid met Brittannië; de invoering ervan zal geleidelijk di~nen' plaats te vinden; Malta zal niet In meerdere mate In eigen onderhoud behoeven te voorzien dan b.v. Noord-Ierland.

Toen ik op 23 juni op Malta aankwam, was de strijd: integratie-versus represen- tatie, juist ontbrand. Tot die dag was het ook voor de Maltezers één begrip ge- weest.

Tot die dag was het mij - OÖk na een gesprek met Dom Mintoff in september van het vorige jaar - en na het lezen van de krantenverslagen telkens wan- neer de kwestie in het Engelse parlement ter sprake kwam - volkomen duister gebleven waarom Malta ilttegratie, ook wel representatie geheten, in het Ver- enigd Koninkrijk wenste en even duister waarom Engeland hieraan zou meewer- ken.

Trouwens, van meet af aan heb ik hier- over VB{l Engelse zijde dit lang niet denk- beeldige gevaar gehoord: drie Maltezer stemmen in Westminster zouden in som- mige gevallen de doorslag kunnen geven in zaken, die uitsluitend Engeland aan- gaan en waarbij een met zó kleine meer- derheid verkregen beslissing, zeer ver- strekkende gevolgen zou kunnen hebben.

Eenmaal op Malta werd het al spoedig duidelijk waarom alle drie partijen een of andere vorm :- toen begon dus de tegenstelling tussen representatie en in- tegratie -- als dringènd wenselijk. be- schouwden: om het geld!

In h'et vorige artikel heb ik u reeds 'l;liteengezet, dat men op Malta Ehgeland aansprakelijk stelt voor de enorme bevol- -kingsaanwas tengevolge van de welvaart, 'die I het gevolg is geweest van de grote ontwikkeling van de marine-scheepswer- ven.

Engeland's ,.schuld"

Het tweede financiële argument, dat ik ook in '49 uit-den-treure had gehoord, was dit: dat het Engeland's ,.schuld" was, dat Malta in de oorlog zo zwaar was ge- bombardeerd en dat Engeland "dus"

moest betalen om Malta weer op te bou- wen. Daar zat natuurlijk wel wat in: had EngeJand geen belangrijke marine-basis .gemaakt van Malta, dan zouden de Ita- lianen. en/of de Duitsers er zich zonder moeite hebben kunnen nestelen. Het is 'natuurlijk ·zeer de vraag of de Engelsen het dan niet - nog veel effectiever - hadden gebombardeerd en· of Italië en Duitsland dan zo vriendelijk zouden zijn geweest de oorlogsschade te vergoeden.

Hoe dan ook, zij het waarschijnlijk om- dat men voor een vlootbasis nu eenmaal in welke vorm dan ook moet betalen - Engeland heeft onmiddellijk na de oorlog beloofd in zeer grote mate bij te dragen tot het herstel en heeft dat ook gedaan.

Dat men over de mate en de snelheid waarin en waarmee die gelden zijn toe- . gewezen op Malta ontevreden is, berust

op een miskenning van de omvang van de verwoestingen in Engeland zelf. Men verbeeldt zich op Malta blijkbaar, dat in EJ!geland reeds alles weer is hersteld en opgebouwd, terwijl het tegendeel waar is.

Het derde · motief voor de zeer grote financiële-steun-in-der-eeuwigheid. die Malta van Engeland wenst is de stelling, dat men . wel nooit in het eigen onder- houd zal kunnen voorzien en dus maar onderhouden moet worden. Dit heeft mij telkens weer bijzonder onaangenaam aan- gedaan,. vooral in een gebied waar be- paald niet heel hard en bijzonder ineffi- ciënt gewerkt wordt. Maar dit is nu juist een van die gevallen waar men al te zeer geneigd is met de eigen maatstaven te meten - waarschijnlijk heeft Malta, na zóveel eeuwen alleen-maar-vreemde-over- heersing, inderdaad geen eigen initiatief, ondernemingslust of durf.

In ieder geval is Engeland - vanwege die vlootbasis - wel bereid in ruime mate aan de Maltezer eisen te voldoen, zij het niet in de mate die door de heer Mintoff als ultimatum werden gesteld.

Hij is inmiddels, niettegenstaande zijn dreigementen, nog niet afgetreden.

. Representatie l>etekent alleen een stem in het (Britse) parlement, met het doel er voor te zorgen, dat de Britse regering haar beloften nakomt.

Waarover men het niet eens is

Is men het helemaal eens over Enge- lands onderhoudsplicht, en ook over het programma, dat met dat geld zou moeten worden uitgevoerd, over ·het "hoe" van · het verdere bewind is men het ten enen- male niet eens.

Eerst nog even over de plannen. De heer Bintoff noemde: le. watervoorzie- ning, 2e. uitbreiding van de havens, 3e ambachts- en technische scholen, 4e. in-

d.ustriële ontwikkeling; op ·het tweede plan komen dan eerst de ontwikkeling en modernisering van de landbouw (en vee- teelt) en de bevordering van het toeris- me. Een van de belangrijkste steunpila- ren van de Nationalistische Partij, dr.' Herbert Ganado, zowel als de oprichtster en het hoofd van de derde, de Constitio- nele Progressive Partij, The Hon. Mabel Strickland, bleken het met deze volgorde eens te zijn.

Hèt eerste grote punt van verschil ligt

DEZE BURGER

is nu drie weken het land uit gewee.st en alles was bij het oude toen hij weer neerstreek op zijn horst. Ik leg geen verband tussen deze beide feiten;

ik stel slechts vast.

Het was in het buitenland heel gezellig. Dank u. Om u te t~oosten: "óók veel regen: En om u effies jaloers te maken: na regen kwam zonneschijn.

Om er nu eens lekker helemaal uit te zijn en om mij nu eens helemaal te kunnen wijden aan de eigen (gespleten) persoonlijkheid, heb ik mij de vaderlandse kranten niet laten nasturen. Ik heb mij zodoende al die drie weken, wat de ellende-in-'t-vaderland betreft, tevreden moeten stellen met de zes regels die de New York Herald Tribune aan ons pleit heeft gewijd.

Wonderlijk: er stond vééi meer in die lcrant over Nasser, lke en Adlai, dan . over de grote figuren van ons. Eigenlijk een provinciaals blaadje.

Doch, thuis gekomen, heb ik onmiddellijk een particulier informateur be- noemd. Geheel op eigen initiatief en zonder ruggespraak met de wieze heulden: een zekere Ccrnelissen (partijloos; geen familie van onze eigen

grote). · .

Hij heelt mij alles haarlijn uitgelegd. Ik heb met aandacht geluisterd, maar ik ben het weer vergeten. Ik heb -niet de indruk dat ik daardoor ten opzichte van de wereldhistorie ben achterop geraakt. Het enige wat mij is bijgebleven, is de bittere spijl dat mijn vriend Korthals geen minister is geworden. Maar dil ·is een zuiver-persoonlijk feit. Ik heb nog nooit een vriend gehad die minister was, noch een minister die een vriend van mij was . . En dat had ik nu aardig gevonden. Er straalt altijd wel énige glans al en ik zou het leuk gevonden hebben een minister te mogen tutoyeren. Wij, auwe jongens zonder carrière, moeten het bij gebrek aan eigen schittering, van de zachte alglans hebben.

Het was overigens een raar gevoel terug te komen in een land zonder regering. De man, die op Schiphol mijn _pas voor de zes-en-twintigste keer in drie weken controleerde, scheen op losse schroeven te staan. Niet dàt sterke gezag achter hem, dat je verwacht van zo iemand. En zo was aJles.

Geen burgemeesters. Geen hoofdcommissarissen. En de heer Beel eenvoudig bouwvakarbeider. Dwaas vaderland.

Volgende keer ga ik maar niet. op reis, zolang alles niet in .orde is.

Ik herzeg: ik leg geen verband tussen de feiten, maar ergens in mij leeft toch· de gedachte dat het eenvoudig niet kàn zonder '

DEZE BURGER

*

MALTA.

Engeland's zorgenkind, gezien vanuit de lucht.

'in de 'reeds in een vorig artikel genoem- de bedreigingen van de vrijheid van de kerk. Tot nu toe heeft Engeland gewei- gerd garanties te geven voor het hand- haven van. die vrijheid. Men is daarom- trent op Malta niet zonder reden bezorgd, want reeds nu, met een Labour-meerder- heid in het Parlement - iets heel anders dan een meerderheid onder de bevolking!

-zijn de volgende dingen geschied:

· Loterijen van de kerken verboden

De regering heeft de loterijen van de kerken, wrurruit (zie artikel Il) de fees- ten worden betaald, verboden: ze vorm- den een te .zware concurrentie voor de staatsloterij was het motief.

Gezien de enorme populariteit van alle loterijen op Malta en gezien het feit, dat de parochie-loterijen tot nu toe nog nooit een bedreiging zijn geweest voor de staatsloterij is dit natuurlijk wel een wei- nig overtuigend argument. Dit regeringa- besluit is nog van zeer recente datum en de bevolking heeft het effect ervan nog niet ervaren.

Op de openbare scholen werd tot nu toe buiten de van regeringswege vastge- stelde lesuren, godsdienstonderwijs ge- geven, waaraan vrijwel alle kinderen deelnamen.

Sedert korte tijd is dat verboden: de priesters, die dit onderricht gaven "richt;.

ten te veel schade aan In de schoolge- bouwen !" Daarentegen worden deze schoollokalen nu in de avonduren be- schikbaar gesteld voor kadercursussen en andere bijeenkomsten van de Labour

Partij. · ..

Het zwaarste weegt echter de bedrei- ging van het burgerlijke huwelijk nu de Britse regering nog niet heeft willen ga- randeren, dat de R.K. Kerk de enige in- stantie blijft, die op Malta - voor de Maltezers - huwelijken mag sluiten. In- tegratie zou immers betekenen, dat de Maltezers dan de Britse nationaliteit zou- den krijgen, waaruit weer zou volgen, dat zij dan ook het recht zouden hebben een burgerlijk huwelijk te sluiten of zich in een Anglicaanse kerk te laten trouwen.

Men moet de ontzetting van de Malte- zers hebben meegemaakt, als dit onder- werp ter sprake komt, om te beseffen wat deze bedreiging betekent.

(3)

* 1UM WEEK to.t WEEK *

Slappe, thee (I)

W ij schreven het· reeds eerder, dat het voor een weekblad vaak uiterst moeilijk is com- mentaar te leveren, dat "heet van de naald" kan

· worden genoemd.

Zo is dat thans het ·geval met betrekking tot de Troonrede en de Miljoenennota.

Om technische reden was het niet mogelijk daar- over in onze vorige· editie _te schrijven . .Inmiddels heeft de dagbladpers reeds zo vele commentaren geleverd, dat het wellicht voor de lezer weinig aan- trekkelijk is op deze zaak alsnog uitvoerig in te gaan.

Dit zullen we dan ook niet doen, ofschoon wij toch nog graag een enkele opmerking willen ma- ken.

Prinsjesdag is dan gelukkig niet letterlijk, dan toch wel

H~uurlijk

verregend. De inhoud van de Troonrede was kortweg: slappe thee. In vele com- mentaren in de kranten heeft men kunnen

le~en,

dat dit ook wei· te verwachten was, aangezien er nog geen nieuw kabinet was gevormd.

In deze opmerking schuilt zeker een kern van waarheid. Dit neemt evenwel niet weg, dat het de- missionaire kabinet zich in frisser en krachtiger ter- men had kunnen uiten dan nu het geval is geweest.

Hier was allerminst sprake van een energieke kijk op de zaken. Integendeel. Wij hebben in de Troonrede dan ook veel gemist.

Uiteraard kon men er niet van buiten iets te zeg- gen over het ernstige vraagstuk van de woning- nood. Dat dit echter gebeurde zonder het probleem van de huren aan te roeren, dat onafscheidelijk aan . dat van de woningnood is gekoppeld, zal voor velen :een raad,sel blijven.

Uitermate slap was de Troonrede ook ten aanzien van de verhouding met Indonesië.

Er wordt slechts gesproken over "verschillende gebeurtenissen in Indonesië", zonder een verdere specificatie. Zonder ook: een fel en krachtig W®rd . van protest met betrekking tot het feit, dat Indo- nesië op een

zee~;

eenzijdige wijze een

st~;eep

haalde door een schuld aan Nederland van een miljard gulden.

Kortom, een Troonrede zonder nagenoeg enige inspiratie.

* * *

Slappe thee (ll)

T oegegeven, er was een lichtpunt en wel de passage ten aanzien van de luchtvaartonder- handelingen van Nederland met de Verenigde Sta- ten, maar voor de rest waren het de woorden van een "vermoeid" kabinet, dat kennelijk aan het einde van zijn Latijn is, dus er kennelijk genoeg van heeft.

Op het moment, dat wij deze regels schrijven, is er nog geen kabin.et gevormd en ziet het er naar uit, dat een reconstructie van het oude kabinet enige kans van slagen heeft. Misschien ook is deze recon- structie reeds een feit, als dit blad onder de ogen van de lezers komt. '

Gezien de inhoud van de Troonrede, kufinen wij echter niet erg enthousiast over een dergelijke re- constructie zijn.

Zou een reconstructie toch een feit worden, dan zal men er zeker heel wat fris bloed aan moeten toevoegen om de blijvende bewindslieden tot een krachtiger beleid te stimuleren. Een "kleine" recon- structie, waarbij alles ongeveer blijft zoals het is, lijkt ons in elk geval een experiment, dat niet zon- der ernstige gevaren is.

* * *

Miljoenendans

O ver de Miljoenennota valt enerzijds veel, doch anderzijds weinig te zeggen. Veel valt er te zeggen, als men alle passages aan een kritisch onder- zoek onderwerpt.

Weinig: als men bedenkt, dat. een nieuwe rege- ring tenslotte zal moeten bepalen welke - eventuele nieuwe - wegen zij zal gaan

~bewandelen

op finan- cieel-economisch terrein. Aldus gezien, biedt de Miljoenennota dan ook weinig houvast.

Wel is er houvast in negatieve zin, te weten, dat wij op financieel terrein uitermate zullen moeten uitkijken. De erfenis van minister Van de Kieft, ziet er ondanks de tijd van· hoogconjunctuur, waarin wij ons bevinden niet rooskleurig uit, hetgeen voor een nieuw kabinet geen prettig vooruitzicht kan zijn.

Hoe dit alles ook zij: de miljoenennota hangt volkomen in de lucht, zonder de aanwezigheid van een nieuw kabinet en daarom heeft het dan ook weinig zin, hierover op het ogenblik in een breed- voerige beschouwing te treden.

* * *

"Als U begrijpt wat ik bedoel"

"Er is op het ogenblik in Nederland geen reden tot ongerustheid over de voorraden en de aanvoermogelijkheden van benzine en olie," zo heeft de Haagse correspondent van de ,Volkskrant" ver- nomen van het ministerie van Economische Zaken.

Het desbetreffende bericht gaat dan als volgt ver- der:

;,De overheid houdt de situatie uitermate goed in het oog, maar zij heeft nog geen enkele maatregel in voorbereiding. Zouden er moeilijkheden komen, dan hangt wat gaat gebeuren, volkomen af van de toestand die op dat ogenblik bestaat.

Is de schaarste aan brandstof acuut, dan dienen acute maatregelen te worden genomen. Loopt het wel los, dan kan men een keuze maken uit een com- plex van maatregelen, waaronder wellicht ook valt het beperken van het autorijden door particulieren, maat vast staat niets".

Zie zo, dat weten we dan. D.w.z. wij weten eigen- lijk nog niets. Immers, wat hier staat is volkomen wartaal, een acadabra, dat beter ongeschreven had kunnen blijven en die de heer Bommel ongetwijfeld aanleiding had kunnen geven tot zijn bekende uit- drukking: "Als U begrijpt wat ik bedoel".

Wij menen op goede gronden te mogen verouder- , stellen, .dat de gebruikte taal niet onmiddellijk

voortspr1,1it uit di 'brein van de ëorrespondeitt van

"De Volkskrant", doch dat deze woorden hem zijn ingegeven door het ministerie van Economische Zaken.

Indien deze veronderstelling juist is, dan vragen wij ons af welke betekenis men aan een dergelijke

"voorlichting" moet toekennen. ·

Moge er dan al "geen reden tot ongerustheid over de voorraden en de aanvoermogelijkheden van ben- zine en olie zijn" over een dergelijke wijze van voor- lichting maken wij

~ns

ter dege ongerust, ondanks het feit, dat "de overheid de situatie uitermate goed

in het oog houdt". -

* * *

Mannentaal

V elen zullen met ons met voldoening hebben kennisgenomen van de krachtige taal, die de plaatsvervangend president-directeur van de K.L.M., mr. L.

H.

Slotemaker, de afgelopen week heeft ge- bezigd tegenov·er een . gezaghebbend Amerikaans persbureau inzake de luchtvaartonderhandelingen, die wij met Uncle Sam voeren.

Volgens "De Telegraaf" was de taaLvan de heer Slotemaker zeer gepeperd. "Het Vrije Volk" heeft tenslotte deze taal op gezag van de heer Slotemaker iets doen afzwakken maar hoe dan ook, er is man- nentaal gesproken en daarover kunnen wij ons op- recht verheugen.

Er is in elk geval door de heer Slotemaker op een krachtige en waardige wijze tegen de houding van de Amerikanen geprotesteerd. Dit is niet alleen ver- heugend, maar ook zeer belangrijk.

Wij zijn en blijven een kleine natie, doch dat wil geenszins zeggen, dat wij ons voortdurend in een hoek behoeven te laten drukken. Een krachtige, eer- lijke en overtuigende taal is hier op zijn plaats en wij moeten niet schromen deze te uiten, indien dit noodzakelijk is.

Het wordt waarlijk tijd, dat wij op internationaal niveau eens gaan breken met bepaalde gevaarlijke uitingen van een soort minderwaardigheidscomplex.

Waartoe dit kan leiden, heeft het laatste rapport van de Parlementaire Enquêtecommissie, maar op al te duidelijke wijze bewezen.

:!9 81!lPTEMBEB 1151- PAG. I

Wij zouden ons schamen over het beeld, dat zeer onlangs aan Eden is voorgehouden van de Britse leeuw, die zijn tanden zou missen.

Opdat de Nederlandse Leeuw voor een dergelijk.

ziekteverschijnsel gespaard moge blijven! Wat meer

"courage" op het internationale vlak, zou waarlijk geen overbodige luxe zijn.

* * *

Leve de versplintering

M et veel belangstelling hebben wij kennisge- nomen van een verslag in de "N.R.C." over de vorige week gehouden achtste noordelijke u.l.o.•

conferentie te Grollo.

Deze "achtste" conferentie was evenwel ook weer

"eerste" conferentie t.w. de eerste conferentie waar- aan alleen leerkrachten van openbare u.l.o.-scholeQ deelnamen.·

De collega's van het christelijk u.l.o. met wie op zeven conferenties steeds. prettig werd samenge..

werkt, wensten hun eigen conferenti!!s te organi- seren.

Welnu, daar kunnen wij inkomen. Waarom ech·

t-er de samenwerking met anderen, die steeds zeer vlot verliep moest worden verbroken, is ons eeÓ.

raadsel.

Het één sluit het andere niet uit. Dat men in eigen kring ook eens van gedachten wil· wisselen, nog- maals, daarvoor kunnen wij begrip hebben. Dat men echter een gegroeide samenwerking met andersden·

kenden zo plotseling verbreekt, is minder begrijpe- lijk.

Met een dergelijke houding kan het onderwijs allerminst gediend zijn.

Overigens een typisch staaltje van de na-oorlogse ontWikkeling in Nederland.

In de concentratiekampen werd er eerlijk en op- recht zo anders over gedacht. Maar ja, dat

is

ook al weer zo lang geleden!

* * *

Niet

:;~

te week a.u.b.

I n het verslag van de eerder genoemde confe..

rentie van de achtste noordelijke u.l.o.-confe- rentie te Grollo namen wij eveneens met grote be-

langstelling kennis van een inleiding gehouden doo.r de heer G. J. Rol, gemeentelijk inspecteur van het onderwijs te Zaandam.

Spr. noemde het o.m. een gevaar, het kind bij het geven van een cijfer te kwalificeren op zijn fouten.

We zijn ons, aldus spr., vaak te weinig bewust, wat in een stuk werk goed werd gedaan en het oordeel

·is vaak te negatief gefundeerd.

Afgaande op het verslag van de "N,R.C." nemen wij aan, dat de heer Rol het vorenstaande woorde- lijk heeft gezegd. Vanzelfsprekend respecteren wij zijn visie. Om te ontkomen aan het gevaar, dat wij voor "coriservatief'' willen worden gehouden, geven wij eerlijk toe, dat ons onderwijs l.n diverse opzich·

ten een vernieuwing behoeft, ja, dringend een ver·

nieuwing behoeft.

Niettemin houdt de uitspraak van de heer Rol een ernstig gevaar in, n.l. dat wij aldus redenerende de weg van de minste weerstand gaan kiezen.

Laten wij toch vooral op het gebied van het onder- wijs niet te week worden.

·Wij willen ons be,5list niet houden aan de theorie van de boer, die de brug van een beekje niet wenste te overschrijden, omdat zijn grootvader vroeger steeds door de beek zelf had gewaad. Maar ten aan- zien van de opvoeding van onze kindereQ. dienen wij niet te week te zijn. .

De uitspraak van de heer Rol houdt een wezenlijk gevaar in zich, evenals de overdreven roep om min·

der huiswerk. Wij dienen onze kinderen te trainen voor het leven met zijn harde werkelijkheid en zijn vele teleurstellingen.

Het propageren van een Spartaanse opvoeding zij verre van ons, doch men hoede zich ervoor ons na- geslacht dermate in de watten te leggen, dat het door het minste zuchtje ondersteboven wordt gewaaid.

Wij leven de laatste tijd sterk in een periode van een devaluatie van persoonlijkheden, van mannen en vrouwen uit één stuk. Hieraan mogen wij niet toe- geven. Integendeel. Zachte heelmeesters maken stin·

kende wonden. Een oud en wellicht conservatief

spreekwoord, dat vooral in onze tijd toch wel een

bijzondere aandacht verdient.

(4)

OVER NATIONALISATIE VAN

' .

HET -WONINGBEZIT

Een socialistische stem uit de jaren dertig

In de rubriek "Kritische Commentaar"

van de N.R.C. lazen wij onder het op- schrift ,,Nationalisatie van het woning- bezit" de navolgende interessante be- .echouwing, die wij hier onverkort al-

drukken.

De N.R.C. schrijft dan als volgt:

Blijkens een bericht uit Engeland zal ,Je Labourpartij daar te lande op haar program voor de komende verkiezingen de nationalisatie van het particuliere woningbezit plaatsen.

De staat van onderhoud van het me- rendeel der particuliere woningen en het tempo van vervanging laten zozeer te wensen over, dat de enige weg tot ver- betering aan socialistische zijde wordt gezien in een algehele nationalisatie.

Hiervan zouden alleen uitgezonderd zijn de woningen van gemeenten en wo- ningbouwverenigingen en de woningen, die door de eigenaar worden bewoond.

Alle particuliere huurwoningen zouden dus staatseigendom worden.

Naar de oorzaken van de geconstateer- de misstanden wordt geen onderzoek in- gesteld. De voorstellers hebben blijkbaar nooit gehoord van het ook in Engeland totaal onvoldoende huurpeil voor het oude woningbezit, dat een behoorlijk on- derhoud onmogE:lijk maakt.

Ook de' vaste lasten zijn in Engeland bèhoorlijk' hoog. Zo hoog, dat menig huis- el'genaar zijn bezit wel gratis zou Willen afstaan om van de lasten af te komen.

Het komt zelfs voor, dat eigenaar zijn bezit laat overschrijven op naam van een fictieve of onVindbare koper, teneinde zich van de op het bezit rustende Jasten te bevrijden.

Het schijnt echter de vaste bedoeling te zijn, na de eerstvolgende verkiezingen,

i~qi,ell- ~ze een meerdertleid voor La- bour opleveren, een nationalisatiewets- ontwerp in te dienen.

. Of de overheid dan .in staat zal zijn de woningvoorraad behoorlijk te onderhou-

den, vinden wij niet . vermeld. Waar- schijnlijk zal de belastingbetaler goed moeten maken, wat de buurbetaler te kort schiet.

Men denke intussen Biet, dat wij hier met een gloednieuwe gedachte te doen hebben. In Het Volk van 31 juli en 1 augustus 1919 is in twee artikelen van zeer deskumUge hariel de onteigening van de gehele Nederlandse woningvoorraad bepleit.

De woningen zouden worden gebracht onder het beheer van een Centraat Wo- ningfonds, waarvan de eigenaars obliga- ties zoud~n verkrijgen. Het fonds zou de huren van alle woningen in die voege nivelleren, dat de exploitatiekosten zou- den worden gedekt. Naarmate meer nieu- we woningen zouden worden gebouwd, zou het algemene huurpeil dus ·geleide- lijk moeten stijgen.

Het is ongemeen interessant om - nu nog de beschouwingen te lezen, die de toenmalige Haagse directeur van de volkshuisvesting, ir. P. Bakker Schut, zelf lid van de S.D.A.P., aan dit fantas- tische denkbeeld heeft gewijd in het eer- ste nummer van het Tijdschrift voor Volkshuisvesting (februari 1920).

·Bakker Schut, die wel enige ervaring op het gebied van de woningexploitatie had en ·zeker geen tegenstander van socialisatie in het algemeen was, heeft het voorstel eenvoudig afgekraakt.

Hoe zal een grote gemeente - aldus ir. Bakker Schut- een-onderhoudsdienst voor enige tienduizenden woningen orga- niseren met werkplaatsen, administra- tie, enz. ? Wat gebeurt er met een huur- der, die weigert huur te betalen of de woning slecht bewoont?

Er zijn immers geen andere dan over- heidswoningen. De socialisatie zal ge- paard gaan met huurverhoging, maar wat doet men met wanbetalers ? Het on- derhoud zal om twee redenen veel duur- der worden.

Nieuw-Guinea en·de oproep van de Synode

Leren lezen een belangrijk element

(Ingezonden) Nu het debat over de synodale oproep betreffende Nieuw-Guinea nog steeds

Onder invioèd der partij-politiek was Nieuw-Guinea in de ijskast geraakt. De voortgang vindt, lijkt het me nuttig nog ' Synode li:egt nu, dat wij, gezi.en de ge- een maal ruimte In Uw kolommen te vra-

gen voor het volgende:

Men kan alleen debatteren over iets, wanneer men weet, waarover men het heeft. En dit is bij het merendeel van Uw inzenders niet geschied. Zij gaan er allen van uit, dat de Synode heeft aangeraden Nieuw-Guinea maar onmiddellijk af te staan aan Indonesië. Dit nu staat oer- celUl in de oproep en het is ook niet de . strekking.

Alle inzenders, die hun stukjes op deze wetenschap hebben gebaseerd, hebben nooit leren lezen of bij hen is de wens de vader der gedachte, om de Synode een

· trap na te geven of om hun overspannen nationalistische gevoelens af te reageren.

STALEN

KANTOORMEUBELEN

GISOLAMP.BN

meenschap der volkeren waarin wij leven en de onmogelijkheid en onwenselijkheid iets alleen op eigen houtje te doen, bereid moeten zijn onze aanspraken om alleen op eigen gezag Nieuw-Guinea, de laatste westerse kolonie in geheel Azië, te be- sturen, discutabel te stellen en aldus de zaak uit de ijskast te halen.

In de ingezonden stukken Is b.v. nooit Ingegaan Óp de zeer re~ele mogelijkheld.

om samen met Australië beide delen van Nieuw-Gûinea ·te besturen, verder bestaat·

nog de mogelijkheid van trustgebied enz.

Er is :eeker ook kritiek mijnerzijds op de oproep. De strekking ervan echter kan ik onderschrijven. Niettegenstaande de vele opgewonden artikelen blijft de kerk zelf rustig. Als eerste stelde de classis Amsterdam van de Ned. Herv. Kerk zich achter deze strekking.

De geachte inzenders, als boven be- doeld. zo~den goed doen hun nationalisti- sche woorden eens te toetsen aan dat- gene, wat onze geliefde Koningin in mei 1953 tot de studenten in Kopenhagen zei:

"Ons zelf zijn en toch deel· van ee';l gro- tere, ja van een wereldgemeenschap, dat is de gedachte, die onze atmosfeer be- heerst en onze geesten vervult". Ik hoop, dat dat ook hun geesten mag vervullen.

Delft. F. WAGENMAKER.

In de eerste plaats, omdat . bij de hui- zenverhuur als klein bedrijf veel onder- houdswerk zelf of door onbetaalde krachten wordt verricht. En in de twee- de plaats, omdat het onderhoud van over- heidawoningen-goed moet zijn. Daardoor zal het aanmerkelijk duurder zijn dan het tegenwoordige.

Bakker Schut concludeert dan ook, dat uit psychologische overweging deze socia- lisatie wel de laatste is, die door socialis- ten aanbevolen dient te worden.

Wij geloven, dat de voorstanders van IIOCiallsatie van het woningbezit het hier- mede kunnen doen. En dan hebben wij nog niet eens gememoreerd, wat de over- heid zou moeten doen om alle woningen onteigend en op haar naam overgeschre- ven te krijgen.

Volgens Bakker Schut, die het weten kon, zou een eindeloze reeks procedures met daaraan voorafgaande taxaties no- dig zijn, waarmee jaren gemoeid zouden zijn.

En het resultaaH Een ontzaglijk amb- telijk apparaat, dat duur werkt en de voordelen, die voor de huurders worden verwacht in. de vorm van beter onder- houd en regelmatige verbetering, alleen kan bereiken door enorme offers uit de overheidskas.

Neen, wij zijn het met Bakker Schut eens, dat het-oude woningbezit wel het allerlaatste is, wat de overheid moet gaan nationaliseren.

Het is merkwaardig, dat de wonder- lijke Ideeën, waarvan de deskundigen

ree~ lang de .onhoudb~heicl hebben aangetoond of die in de praktijk hun onbruikbaarheid hebben bewezen, toch telkens weer als nieuwe. gedachten naar voren worden gebracht. Daarom is het

. .

goed, de historie te laten spreken.

Wij verwachten niet, dat wij door onze opmerkingen de woningdeskundigen uit de Labourpartij tot andere gedachten l!:ullen brengen. Wij hopen echter, dat zij in eigen kring wel een man met ervaring op het gebied van woningexploitatie heb- ben, die het onhoudbare van het voor-

s~el kan aantonen.

Maar misschien zijn er ook-in ons land wel voorstanders van deze gedachte. Met het oog d~rop hebben wij gemeend, het Engelse voorstel eens te moeten toetsen aan hetgeen van onverdáchte zijde in ons land zes en dertig jaar g~leden al op goede gronden is verworpen".

Processievrijbeid ·en de houding van andersdenkenden

(Ingezonden)

Ik· ben ontdaan van de zeer felle uit- val van de heer Hessel Visser. Dit is geen normaal betoog meer tegen of voor p11ocessievrijheid, doch een poging om katholieke landgenoten te treffen in wat

uun dierbaar en heilig is.

De heer Hessel Visser moge daarvoor een andere waardering hebben, dat is zijn goed recht, doch dit ontheft hem niet van de plicht ook bij dit vraagstuk het journalistieke fatsoen in acht te ne- men.

Daarom schaar ik mij geheel aan de zijde van de heer Weezenbeek, wiens standpunt m.i. meer "christelijke" opvat- tingen openbaart dan dat van de heer Hessel Visser, wiens citaten uit Bijbel en Heidelbergse Catechismus mij in dit verband wat onwezenlijk aandoen.

J. Rovers _ ~Discussie gesloten)

11 SEPTEMBER 19118 - PAG. ·~

C.ple

v- ....

rubr-te ...

-•=

MejuHr. Jolt. H. Sprl . . er, Aln•Hcr-

IIN.t 145, H••rt...

Algemene Conferentie .. Vrouwen in de V.V.D ...

op 6 en 7 oktober a.s. op de Pietersberg in Costerbeek

Dit is een laatste berinnering aan ons jaarlijks steeds genoeglijk samenzijn.

Er worden interessante onderwer- pen behandeld: lonen e11 prijzen, de belastingen en de vrouw, en de nieu- we bandelingsbevoegdheid van de gehuwde vrouw en er is een causerie over emigratiegebieden met plaatjes.

Al met al zeer de moeite waard.

Als U vergeten hebt U aan te mel- den, doet U dat dan nu werkelijk meteen?

Er is al een lange lijst, maar er zullen nog wel een stoel en een bed voor U over zijn.

J. H.S.

Nationale Vrouwen Raad

V

an de algemene vergadering, die in juni is gehouden, ligt nog steeds een uitvoerig verslag te wach- ten, dat niet eerder geplaatst kon worden, wat wel zeer jammer was.

Wij zullen er nu iets uit overnemen.

Bij de ingekomen stukken waren de belangrijkste de bekendmaking van de oprichting van

een

Internatio- nal Social Service, die vreemdelingen·

in elk land sociale bijstand wil· -ver-~·:

lenen (b.v. bij gemengde huwelijken)·

en van de inspectie voor bet schrif-·

telijk onderwijs, waarmee men de beunhazerij hoopt te voorkomen.

Nieuw aangesloten is de Nationale Bond van . Verplegenden, waarover zoals gebruikelijk iets werd verteld.

Verder waren er diverse verslagen o.a. over . het Charlotte Jacobsfonds, dat beurzen geeft aan vrouwelijke studenten, terwijl de nieuwe statuten werden aangenomen.

Tot slot volgde een interessante lezing over "sociaal-medische zorg voor adolescenten", ingeleid door·

medewerkers van het Ned. Instituut voor Praeventieve Geneeskunde, te Leiden.

De groep van 12 tot 2G-jarigen is ' lange tijd verwaarloosd. Voogdijra-·

den enz. moeten beslissingen nemen in milieu-situaties van 't kind, waar-·

van men onvoldoende op de hoogte is.

Rustige, vriendschappelijke ge- sprekken (zonder ouders en zonder spreekkamernarigheden) met de arts, brengen lichamelijke afwijkingen aan het licht.

Men ontdekt de tegenwoordig zo- veel voorkomende onverstandige en onvolkomen voeding. Binnen tien jaar hoopt men tot een goede ge- neeskundige verzorging voor onze oudere kinderen, te zijn gekomen.

E. H.-L.

SIMPLUS

BRANDBLUSSERS

Offlcii!el goedgekeurd Talrijke attesten.

Veel meer waard dan de kostpriJs!

SIMPLUS H.V •.

DORDRECHT

(5)

VJUIIDCm J!lN DllMOOBATII!l

Nogmaals de bevolkingsconcentratie .. in het Westen

Toenemende achterstand op velerlei gebied overig Nederland

lll

Een "Beneluxstad" van

In het vorige artlk.el heb ik al opgemerkt, dat 30 à 40.000 ha. goede cultuurgrond in de periode van nu .tot 1980 verloren zullen gaan aan stadSIIlitbreiding, industrie- vestingen, etc. in het Westen.

Een tweede pr()bleem, dat zorgen baart en in de toekomst nog ernstiger problemen mi scheppen, is het tekort aan recreatie-ruimte in westelijk Nederland. Men schat, dat op den duur om en nabij 2 miljóen inwoners in dat gebied er op mooie dagen 8p uit zal trekken om de ~n

te

ontvluchten.-.

Maar waarheen 't Het westen heeft per inwonflr M m2 bos, overig Nederland 39e m2

· per· inwoner. Aan woeste gronden· 80 m2 per inwoner tegen 828 m2 per inwoner in óverig Nederland. Men boude hierbij in het oog, dat bij het westen het Gooi en de Vtrechtse heuvelrug zijn inbegrepen, die beide echter door allerlei oorzaken (forenseli- llouw, militaire terreinen, stadsuitbreiding, enz.) ook in oppervlakte sterk afnemen.

Hoe dat straks, als een vijfdaagse werkweek noodzakelijk zou worden, gaan moet

is voo:ral8nog een raadsel! '

Over het verkeersprobleem in het' westen zal ik hier maar zwijgen: het wordt bij de dag ingewikkelder. Eveneens Iaat ik ve1'81Chillende andere problemen ais: de grote kwetsbaarheid van dit gebied in oorlogstijd, de bestuursmoellijkheden, de sociologische 'Vraagstukken (ontbindingsverschijnselen, de massamens, enz. enz.) thans rusten.

Ze worden stuk voor stuk In de nota genoemd en in het kort toegelicht.

Thans wat meer over de probleme-n Sn overig Nederland.

: In die gedeelten, waar de ontwikke-

~ngskansen minder gunstig zijn, oefent het Westen een ste:rke zuigingskracht l,lit op de bevolking, hetgeen o.m. ertoe geleid heeft, dat ongeveer een miljoe·n

~woners naar de westelijke provincies

\ter huisden.

De samenstellers van de nota. wijzen er op, dat i!l overig Nederland in veler- ioei 'opzicht sprake is van een achterstand C.P· het Westen.

Zij noemen het wegennet, het ontbre- ken van een ruime en groeiende markt, tpeciaal voor de ·tuinbouw, de· te kleine tu~drijfsgrootte van de landbouwbedrij- ven en ·de situatie van de volkshuisves- ting en de openbare voorzieningen.

Zij geven o. m. de volgende zeer inte- t:esse.nte cijfers ·ten aanzien van de open~

bare voorzieningen.

Aansluiting op: Het Westen Overig •

Elektr. net <%>

Gas

<%>

Waterleiding Telef. (p. 1000 inw.)

97,3 86,5 96,6 78

Nederland 86,9 45,9 61,7 50 Ook ten aanzien van de culturele voorzieningen is er een duidelijke ach- terstand in overig Nederland vergeleken bij het Westen.

Dit blijkt uit de belangrijke versehil-

~n in de uitgaven per hoofd van de ûe-

;voliking ~.en ongunste van de gebieden buiten het Westen.

De drie westelijke provincies komen belangrijk boven het landelijk gemiddel·

de uit, terwijl Drente, Groningen, Over-

~ssel en Zeeland er zeer belangrijk be- peden blijven. Als grondoorzaak wordt

~enoemd, dat de bevolking in die gebie- den niet talrijk genoeg is en de wel- Vaart niet hoog genoeg om culturele activiteiten te dragen

Trek van de jongeren

Een bijzonder moeilijk probleem is· de afvloeiing van de bevolking uit verschei- dene delen van overig Nederland nanr het Westen. Doorgaans trekken de jon- geren Weg. Het gevolg is, dat in de ver- laten gebieden de ouderen de toon gaan aangeven met het bezwaar dat dit tot verstarring van het maatschappelijk Ie- ven voert. Bovendien is in economisch opzicht dan nog het bezwaar, dat de achter gebleven kleinere groep van vol- prOductieven relatief zwaardere lasten te .dragèn krijgt.

De samenstellers van de nota delen de overtuiging, dat een geleidelijke over- gang moet worden aanbevolen, zowel geografisch, .dus over niet grote afstand, als sociaal door het inlassen van een kleiner centrum tussen platteland en grote stad.

Samenvattend komen de schrijvers tot de conclusie, dat het Westen bezig is 'n overmatig deel van de economische, so- ciale en culturele krachten van het land tot zich te trekken en wel op alle levens- gebieden.

Het probleem, waarvoor we dus in ons land komen te staan en eigenliJk al reeds staan, bestaat dan ook niet enkel uit een ruimte-vraagstu'k. Er dreigt een wanverhouding te ontstaan tussen het Westen en overig Nederland, hoewel nog niet zo ernstig als in Frankrijk, waar

Amsterdam tot Brussel?

· Parijs "zich meer en meer tot een wa- terhoofd ontwikkelt".

Er moet gewaakt worden tegen een toestand, waarbij het onmogelijk wordt speciaal op het Westen gerichte econo- mische uitbreiding tot stand te brengen, omdat dat gebied geen ruimte daarvoor

meer

zou bevatten, bowndien moeilijk ' bestuurbaar en wat woning- en werk- milieu betreft ongeschikt zou word~:n.

Kortom: het proces moet worden g~­

mat!_gd.

Maar hoe?

Geslaagde industrie- spreiding

De samenstellers van het geschrift menen, dat het mogelijk is, het proces in gunstige zin te beïnvloeden en voeren daarvoor àan, dat blijkens de ervaring van de laatste jaren industriespreiding mogelijk was en geleid heeft

tat

bevol- kingspreiding.

Zij nemen als voorbeeld Limburg en Noordbrabant, twee provincies met een toenemende industrie en daarmee ge- paard gaande toenAme van de bevolking.

De bevo~kingsaanwas in Noordbra- bant bedroeg per 10.000 inwoners ge- middeld per jaar in de periode 1900.1954 152, voor Limburg: 174. Voor de periode van 1950-1954 waren deze cijfers:

Noordbrabant: 171, Limburg 207, een stijging, die belangrijk boven het lands- gemiddelde ligt.

De geboortecijfers zijn evenwel in de-ze provincies ook het hoogst. Maar goed:

de invloed van de industrialisatie is dui- delijk.

De taakstelling moet dan ook zijn:

buiten het Westen een bestaansmogelijk- heid te scheppen voor rond een haif miljoen mensen, waardoor de balans van vertrek en vestiging tussen het Westen en overig Nederland in evenwicht blijft.

· In belangrijke mate is dit afhankelijk van de industrialisatie in verschillende·

gebieden in overig Nederland. Maar h~t zal :noeilijk, zo niet onmogelijk zijn, be- staande industrieën te verplaatsen. De oplossing moet worden gezocht in de vestiging van geheel nieuwe industrieén.

Doch industrialisatie veronderstelt, dat aan bepaalde factoren moet worden voldaan. Er moeten ter plaátse voldoen- de arbeidskrachten beschikbaar zijn, er moeten allerlei ·voorzieningen worden getroffen: woningbouw, verbetering van' vaar- en verkeerswegen, enz.

Bovendien zal gezorgd moeten . wor- den voor uitgebeide mogelijkheden op onderwijsgebiect, voor bevordering van het culturele leven· <door cultuursprei- ding) en wellicht ook voor de ce.;trali- satie van Rijksbestuursorganen.

Terecht wijzen de samenstellers der nota er op, dat het hierbij gaat om een heel complex van onderling met elkaar verweven maatregelen op econo~isch1 sociaal, cultureel en ruimtelijk gebied,.

waarbij t a 1 van ministeries . betrokken zijn. Gerekend mag worden op sterke weerstanden, maar de buitenlandse me- tropolen vormen het waarschuwend voor.

beeld van de onbeheerste verstedelijking.

Evenwicht steeds meer verstoord

De vraag rijst, of het inderdaad

mógli"

lijk zou zijn het proces om te buigen in de gewenste richting. We beseffen allen wel, dat de ontwikkeling, zoals deze zich thans voltrekt, het evenwicht in ons land steeds meer verstoort, maar we weten ook, dat het een eeuwenoud proces is.

Eens was het Westen een woest en on•

begaanbaar woud met moerassen en me- ren. Op de hoge zandgronden was er al eeuwen sprake van bewoning aleer de mens doordrong in het onbewoonbaar gebied in het Westen. Maar toen dat een- maal was geschied, ging 't in snel tempo.

Overstromingen hebben de bewoners niet weerhouden om telkens opnieuw dit beneden de waterspiegel gelegen land te gaan bewonen. Iedere bewoner van deze lage landen aan de zee weet, welke ge- varen hem_steeds bedreigen, hij weet, dat de bevolkingaconcentratie in tijden van , rampen tot onoverzienbare ellen• m i> e t voeren, maar toch blijft men er wonen en blijft de stroom van oost naar west ·on-·

verminderd voortduren.

Er zit in dit verschijnsel iets, dat aan onze waarneming ontglipt. En dat maakt mede de zekerheid van <'en ommekeer riskant.

Iedereen kent de gevolgen van de ver- stedelijking, maar onze steden in het Westen blijven niettemin groeien.

Ik vrees dan ook, dat een ombuiging van dit proces niet bereikt zal worden zonder dwingende maatregelen. En zelfs het resultaat daarvan acht ik twijfel- achtig.

Over de aanpassingsmoeilijkheden, die de wegtrekkenden in hun meuwe woon- . plaatsen ondervinden, heb ik destijds

uitvoerig geschreven naar aanleiding van een wen verschenen sociologisch bulletin.

Ook dit stukje vaderlandse recreatieruimte, verkeert door het bevolkingsvraagstuk en problèmen van industrialisatie, in gevaar.

Misschien zullen we naar een ahdere oplossing moeten zoeken, een, zoals ir.

Lange zich denkt in zijn plan, dat hij voor het provinciaal bestuur van Zuid- holland heeft gemaakt. Een "Benelux- stad" van Amsterdam tot Brussel, -als tegenhanger tegelijk van de "Rhurstad" . Een werk- en levensruimte voor 8-10 mil- joen mensen. Een fantastisch plan? Mis-

schien! Vk.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

1 Als je gemakkelijk je antwoorden kan inscannen of op een andere manier kan digitaliseren, dan mag je ook al tijdens de paasvakantie je antwoorden per mail bezorgen. Dit zou

opscheppen te hebben. Wat naar mijn mening niet discutabel kan en mag zijn, dat is het systeem van collectieve veiligheid, zoals dat in de NAVO is belichaamd. De

Wij beschikken niet over percen- táges, waarin deze verhouding voor de verschil- lende partijen in cijfers kan worden uitgedrukt, maar wij menen ons niet te vergissen, wanneer we

Niet het minst gewichtige deel hiervan wordt gevormd door de ontwerpen van T ALMA voor de Radenwet, de Ziekte- verzekeringswet en de Invaliditeits- (Ouderdoms

Dat stelt iedereen in staat wat van zijn leven te maken, maar maakt mensen bijvoorbeeld ook weerbaarder bij tegenslag en voorkomt criminaliteit onder kwetsbare jongeren...

Precies daarom vraagt Sociaal Werk Nederland samen met 450 lidorganisaties waaronder Valente (voorheen Federatie Opvang en RIBW) en Vluchtelingenwerk Nederland om een

[r]

Het decreet betreff ende de bodemsanering en de bodem- bescherming (DBB).. Twee rechtsgronden