~
I
I
I
Boerenhekken
Tuinpoortjes
Sierafscheidingen
Afrasteringen
Rozenpoortjes
Trapleuningen
ook met: automatische- en afstandsbediening
audio- en video communicatie
Sierhekken tegen inbraak
voor ramen en deuren.
Showroom ook 's zaterdags geopend van 10.00-16.00 uur. Vraag folder bij Elba B.V. Siersmeedwerk.
GElba
bY..
Burg. Huydecoperweg 4-6, 3615 AD Westbroek (Utrecht), 03469-2041
VAKANTIE IN EIGEN LAND!
IN HET NATUURPARK ZUID-LIMBURG
het mooiste stukje Nederland tussen Maas, Eifel en Ardennen.
HOTEL-RESTAURANT "PEERBOOM" te Epen (Z.-Limb.). Dit kleine drie sterren-hotel staat be-kend om zijn persoonlijke verzorging en zeer goede keuken. De typische vrije sfeer en stijl maken uw verblijf tot een waar genot. Nieuwe zit-/ slaapka-mers met eigen badkamer met bad I douche en toilet, radio, telefoon en weksysteem. KI. tv en fietsen op ver-zoek.
Speciale arrangementen: van vrijdag tot zondag f 125,-p.p., van vrijdag tot maandag f 185,-p.p .. van vrijdag tot vrijdag f 430,-p.p. (logies+ ontbijt + diner).
Reservering en folder: Hotel Peerboom, Wilhelminastr. 11, 6285 AS Epen (Z. Limb.). tel.: 04455-2121.
RESTAURANT
Kloksteeg 3 Leiden Telefoon 071 123053
Vrijheid en
Democratie
veertiendaagse uitgave van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie Nummer 1308 25 september 1984 Hoofdredacteur: Reny Dijkman Algemeen redacteur: Victor Hafkamp Parlementair redacteur: Miehiel Krom Buitenland redacteur:
drs. Jan van de Ven
Vormgeving: Siem Willems Redactie-adres en abonnementenadm.: Koninginnegracht 57, 2514 AE 's-Gravenhage Telex 33564 t.n.v. VVD Den Haag. Tel.: 070-614121 Druk:
Ten Brink Meppel b.v. Stichtingsbestuur: Drs. H. B. Eenhoorn W. J. A. v.d. Berg Mr. J. de Monchy Redactieraad: Drs. H. B. Eenhoorn, vz. W. J. A. v.d. Berg, secr. H. F. Heijmans H.A. M. Hoefnagels Drs. Th. H. Joekes J. van Lier Ir. D. Tuijnman Advertentie-exploitatie: Bureau Van Vliet b.v. Postbus 20,
2040 AA Zandvoort Tel.: 02507- 14745
f>rieven voor het 9 oktobernummer moeten uiterlijk op 28 september binnen zijn
Staatssecretaris Ploeg (Foto: Hans Kouwenhoven)
Een vleugje hoop ...
~EM~~ECENTRUM
NEOER\.ANOSE
POLlTIEKE,
PARTlJEN
V
orige week is aan de Staten-Generaal de Rijksbegroting
1985
gepresenteerd. Een traditioneel gebeuren op een zonnige dag.
Het Kabinet Lubbers- VanAardenne heeft duidelijk de hardste
maatregelen in de eerste twee jaar van zijn regeerperiode genomen. Het
merendeel daarvan begint zijn vruchten af te werpen. Na de energiecrisis van
197
3 overheersten de toenemende werkloosheid, de inzakkende economie, de
steeds stijgende belastingen en het ongehoord groeiende financieringstekort
het beeld van de Derde Dinsdagen in september. Ditmaal geeft de regering ons
een vleugje hoop. De werkloosheid zal zich stabiliseren (voor het eerst geen
sllj"gingsverwachtingen), de belastingen stzj"gen dit keer niet (met uitzondering
van de invoering van de derde fase voor de twee- verdieners), de premiedruk
gaat omlaag. Het klinkt allemaal aanzienlijk beter 4an we jaren gewend
waren.
De politieke leider van de VVD, Ed Nijpels, noemde deze miljardennota "een
historische ommekeer" en deN RC schrijft in het commentaar . . . :
"Prinsjesdag
1984
geeft enige hoop op verbetering. Dat is ongewoon
aangenaam."
Het oogstjaar is voor dit kabinet aangebroken en de coalitiegenoten mogen
het door de regering gemaakte huiswerk met een vleugje hoop bekijken.
Reden tot puur optimisme is er nog niet. De VVD plaatst een aantal kritische
kanttekeningen bij het huidig regeerbeleid (zie hiervoor het artikel van
Rudolf de Korte elders in dit blad).
Merkwaardig doet aan dat de regering wéér met de schoolgeldheffing voor
leerplichtige leerlingen bij het parlement aan klopt. Minister Deetman wil
weliswaar slechts de helft van hetgeen hij vorig jaar vroeg, maar dat idee is
toen via een motie Nijpels/De Vries compleet van de tafel geveegd. De
coalitie-fractieleiders hebben in een eerste commentaar allaten weten er thans niet
anders over te denken.
Deze maatregel betekent gewoon een lastenverzwaring. De alternatieven van
minister Deelman zzj"n dat ook. De Kamer opzadelen met een dergelijke keuze
is een vreemde zaak. Het parlement behoort het kabinetsbeleid te toetsen, niet
het in te vullen. Die discussie kan nog boeiend worden.
Hij heeft zich niet ingewerkt, hij heeft zich in de materie
vastgebeten. StaatsseqetarisAd Ploeg kreeg dit voorjaar
nog als aanvulling op zijn pakket de zee- en kustvisserij
plus de bevordering van de agrarisch export erbij. De
oud-defensiespecialist van de VVD-fractie in de Tweede Kamer
heeft het lacherige sfeertje door buitenstaanders vlak na
zijn benoeming langs zijn koude kleren laten aflopen. Het
was trouwens volstrekt ten onrechte, want waarom werd niet
gelachen over de "switch" van de Ruiter van Justitie naar
Defensie en in een verder verleden van Van der Stee van
Landbouw naar Financiën? Bovendien bezat Ploeg enige
kennis van landbouw en visserij. Tien jaar heeft hij deel
uitgemaakt van de VVD- Tweede Kamerfractie. In die tijd is
hij menigmaal met zijn vriend en landbouwdeskundige
Harry Waalkens de polders ingetrokken. "Van hem heb ik
veel geleerd destijds", is zijn constatering. Staatssecretaris
Ad Ploeg voelt zich op zijn departement als een vis in het
water.
Ad Ploeg:
,,Nederlan~l
is
de tweede
e~porteur
van agrarische produkjen''
2
H
et is aan de vooravond van zijn vertrek naar Japan als delegatieleider van een groep agrariërs dat we hem in zijn smaakvol ingerichte kamer op het departement van Landbouw en Visserij spreken. De garnalenkwestie heeft hij net achter de rug. Hij zegt eerlijk: "Ik heb me grote zorgen gemaakt over dat verhaal in Konsumenten Kontakt. Mijn eerste reactie is direct geweest: Ik constateer dat het om 17 monsters gaat van de 2000 verkooppunten die wij in Nederland hebben. Dat acht ik niet representatief. In januari had ik zelf al opdracht gegeven een onderzoek te houden van het moment dat garnalen worden gevangen tot aan de ontvangst door de consument. Daarom heb ik vol overtuiging voor de buis gezegd dat fk garnalen blijf eten. Daarop zijn heel veel positieve reacties gekomen. De Haagse kantonrechter heeft Konsumenten Kontakt veroordeeld, omdat er geen sprake van is dat het voor de volksgezondheid schadelijk is. Natuurlijk is het heel tragisch dat in januari een aantal mensen eraan zijn gestorven, maar we praten nu over Nederlandse garnalen en de januari-affaire betrof garnalen uit het verre Oosten.Voor dat garnalenbesluit is overleg geweest met Volksgezondheid en Economische Zaken. Ik moet zorgen dat het produkt hoogwaardig blijft en dat we de garnalenhandel niet om zeep helpen, zodat die visserij door kan gaan. Kijk, als wij hfer bepaalde dingen gaan verbieden, bijvoorbeeld het pellen door particulieren, dan wordt dat pellen verplaatst naar de Bondsrepubliek of het Midden-Oosten. Daarmee verleg je alleen maar de problemen. Er wordt veel gepeld in Amsterdam. Ik ben met het gemeentebestuur gaan praten. Als het nu zo is dat bedrijven een vergunning hebben en peladressen dan moet dat door de gemeente aan de hand van bepaalde inrichtingseisen worden gecontroleerd. Dat is geen taak voor de Rijksoverheid.
De boerop
A
d Ploeg is na zijn benoemingletterlijk de boer op gegaan. "Als je van de ene op de andere dag wordt geconfronteerd met de verantwoordelijkheid voor
landinrichting- de hele inrichting van ons goeie vaderland -, met
ruilverkaveling, met recreatieve voorzieningen, ontwatering, noem maar op, dan moet je echt wel studeren. Daarnaast heb ik te maken met de vito-sanitaire aspecten- zoals men dat in jargon noemt-, de
planteziektekundige dienst, vetrinaire zaken ... die sectoren hebben vele technische aspecten. Ik heb nogal wat werkbezoeken afgelegd aan de planteziektekundige dienst, aan de vetrinaire studierichting te Utrecht, aan de landbouwhogeschool te Wageningen om me op de hoogte te stellen van de grote lijnen van de zaken waarvoor ik politieke verantwoordelijkheid draag. Als bewindsman moet ik me niet in allerlei details gaan verdiepen. Op dit ministerie hebben we daarvoor uitstekende ambtenaren. Maar bij het nemen van een beslissing moet ik wel weten wat er speelt en leeft. Daarom heb ik veel gelezen, veel
werkbezoeken gebracht. Ook aan de boerenorganisaties, het
Landbouwschap en aan de boer zelf. Dan ontdek je hoe verschrikkelijk boeiend het is. Het is toch opvallend dat men in Nederland- hoewel we een agrarisch land zijn- heel weinig weet van het belang van onze landbouw voor de economie. Als we naar onze export kijken dan is éénderde van agrarische oorsprong. Dat heeft met zuivel, met bloemen, met
visserijprodukten ... etc. te maken. Ná de Verenigde Staten zijn we in de wereld de tweede exporteur van agrarische produkten. Dat is heel frappant.
Tijdens de Amsterdampromotion in Los Angel es hebben we een agrarische avond georganiseerd voor de
Amerikaanse businessclub, waarop ik als gastheer ben opgetreden. Dan laat je bloemen overvliegen, er komt verse haring, kaas en de bekende
bloemenmeisjes. Toen heb ik ook een verhaal gehouden over de
Nederlandse handelsrelatie met de Verenigde Staten. Dan is het
opvallend hoeveel mensen- waaronder ook Nederlanders- niet weten dat wij
•
de belangrijkste importeur zijn van agrarische produkten in de V.S."
Derde exportmissie
G
ezamenlijk met Eegje Schoo(Minister van Ontwik-kelingssamenwerking) en Frits Bolkestein (staatssecretaris Buitenlandse Handel) vormt Ad Ploeg het liberale drieluik dat zowel
probeert een aantal zaken in de Derde Wereldlanden op de rails te zetten als onze produkten in het buitenland aan de man te brengen. Ploegs ervaring is, dat de agrariërs het liefst een puur agrarische delegatie hebben in plaats van een geïntegreerde missie, zoals Bolkestein die leidt. Er is een heel duidelijke taakverdeling en overleg tussen de drie liberale bewindslieden. Men loopt elkaar niet voor de voeten. Ad Ploeg: "Ik kan bijvoorbeeld zeggen: We kunnen Pakistan helpen met een bevloeiingssysteem. Dat is een typisch agrarische zaak. Voor dat project zou ik daar mensen naar toe kunnen sturen, maar daarvoor heb ik geen geld. Dan moet ik bij Eegje zijn. We hebben op dit ministerie een nieuw directoraat dat zich bezig gaat houden met landbouwprojecten in het kader van ontwikkelingssamenwerking. Het probleem is dat heel veel mensen niet begrijpen dat we hier zitten te praten over boterbergen en superheffingen,
"'$ ,< 1:'. '~.<'t· ".
-
1fi1~i~t::r:;?f,\~f'
f.
~::-~~,.~,, ,:::::'.{,<1:' .,,
+ ,<":. \ '~ "{ ' .::: ~'
terwijl op een afstand van vijf, zes uur vliegen mensen van de honger omkomen doordat ze problemen hebben met de droogte en bevloeiing. Dan kom je toch vanzelf op de vraag wat wij als Landbouw en Visserij kunnen doen om de Derde Wereld te helpen.
Natuurlijk kunnen we als er een crisissituatie is uit onze
geïndustrialiseerde wereld helpen en vliegtuigen met voedsel sturen, maar dat is geen structurele oplossing. En juist met dat laatste zijn we sterk bezig, ook in Wageningen, namelijk hoe kunnen we structureel bijdragen aan de agrarische samenleving in die landen met hun simpele methoden zodat er straks geen honger meer heerst."
Landbouwattachés
S
taatssecretaris Ploeg heeftzeer veel waardering voor het werk van de
landbouwattachés.
"Over de hele wereld zijn er zo'n veertig specialisten, waar we zeer intensief contact mee hebben. Die attachés zorgen voor de wisselwerking. Zij vragen ons of wij mensen uit het land waar zij geaccrediteerd zijn, willen ontvangen, dan kan het jaar daarop misschien een tegenbezoek plaatsvinden. Zo hebben we nog geen
maand geleden een delegatie uit Midden-Amerika op bezoek gehad. Het grappige is dat, als je zoals ik uit de buitenland-defensiesector komt, je even staat te kijken van: Hé,
Nicaragua en El Salvador sámen in één delegatie! Op landbouwgebied kan dat. Men heeft gezamenlijke belangen. Tezamen met Panama en Costa Rica heeft men een reis door Europa gemaakt. Op andere Europese landen hebben wij echter gewonnen dat we een overeenkomst konden sluiten voor de levering van melkpoeder en -produkten." Ten aanzien van Amerika en Japan, waar de binnenlandse markt zeer beschermd is, hoopt de
staatssecretaris beide- voor onze export zo belangrijke -landen zover te krijgen (al moet dit ambtelijk nog worden geregeld) dat zij één of twee inspecteurs van de vetrinaire- en planteziektekundige dienst in Nederland gaan stationeren. "Het bedrijfsleven is bereid om dat te betalen en ik denk dat je daarmee heel wat ellende van gesloten grenzen kunt voorkomen."
Samenwerking
D
esamenwerking metminister Braks typeert hij als "uitstekend". "Braks is een man die gepokt en gemazeld is in zijn Métier. Hij heeft de gehele opleiding tot landbouwspecialist doorlopen. Hij is een typische vakman. Anderzijds denk ik dat het goed is dat in zo'n team van staatssecretaris en minister er één volkomen nieuw en onbevangen tegenover de materie staat. Daardoor geef je de ambtenaren de
mogelijkheid om met hun initiatieven te komen en alle mogelijkheden. Neem die varkenspest. Het ging over het afschieten van alle wilde varkens. De vetrinairen zeggen: Die moeten allemaal worden afgeschoten, maar staatsbosbeheer is van mening dat die dieren in stand moeten worden gehouden. De jagers ook. Ik zeg dit nu even héél zwart-wit. Dan zie je dat op zo'n ministerie een aantal disciplines tegenover elkaar staan. Dat laat je allemaal op je inwerken en dan neem je pas een beslissing.
Diezelfde verdeeldheid heerst hier ook op het departement ten aanzien van de inpoldering van de Markerwaard. Daarmee komt een gigantisch
probleem op ons af. Al zal ik niet beweren dat de sleutel van de
oplossing hier bij Landbouw ligt, maar de georganiseerde landbouw is sterk vóór inpoldering en de visserij is mordicus tegen.
Japan
I
nmiddels is staatssecretaris Ploegmet een agrarische delegatie naar Japan vertrokken.
"We gaan daar over een aantal problemen praten. De handelsbalans is vér in het voordeel van Japan. Voor onze mensen- met name voor de tuinbouw- is het erg moeilijk om daar te penetreren doordat de Japanners hun eigen markt erg beschermen. In hun wetgeving ligt verankerd dat bepaalde produktendaar niet mogen worden ingevoerd. De Japanse vetrinaire- en planteziekte kundige dienst is zeer scherp, zoals bijvoorbeeld . een bloemenexporteur tegen me zei: "Die bloemen staan daar enige dagen in quarantaine. Eerst wordt gekeken naar mogelijke beestjes
of microben, maar dat houdt wél in dat de eerste fleur er dan wel af is." Datzelfde geldt voor de export van vlees. Ze hocven maar te horen dat wij bijvoorbeeld een uitbraak van mond-en klauwzeer hebbmond-en gehad of de grens gaat dicht. Of die ziekte nu achter de rug is of niet. Ik vind dat als wij zo open zijn ten aanzien van óns marktsystecm, wij binnen redelijke tijd met de Japanners zaken moeten kunnen doen. Dat zal niet van de ene op de andere dag lukken, maar als we eenmaal de juiste kanalen hebben gevonden, moet dat snel kunnen." Ad Ploeg heeft het geweldige voordeel dat hij als officier de Aziatische
onderhandelingstechnieken in het verleden volledig heeft leren kennen. De totaal andere zeden, gewoonten en de omgangsvormen zijn hem bekend. Het is een pré voor de nieuwkomer, die zijn stek op landbouw duidelijk heeft
vonden en weet in te vullen.
Reny Dijkman •
Foto's: Hans Kouwenhoven
'T HYPOTHEEKCENTRUM KOST U NIETS
Inderdaad, bemiddeling voor uw hypotheek door het Hypotheekcentrum kost u niets.
En toch hoort bij die bemiddeling:
- Uitzoeken welke hypotheekvorm en welke geldgever voor u de aantrekkelijkste is
(meestal met één of twee alternatieven).
- Taxatie opdragen om te kijken of de prijs die u gaat betalen wel klopt met de objectieve
marktwaarde.
- Overleggen met geldgever en notaris i.v.m. verdere afwikkeling van uw hypotheek.
- Zorgen dat het geld op tijd bij uw notaris "klaarligt".
- Zorgen dat de fiscus uw werkgever machtigt om maandelijks minder loonbelasting in
te houden.
Kortom zorgen dat u géén zorgen heeft over de financiering van uw huis.
Het Hypotheekcentrum wordt voor dit werk betaald door de geldgevers. (Die willen daar
ook wel graag voor betalen, want het spaart hun nogal wat werk.)
't Zijn allemaal solide (meest grote) geldgevers, zoals R.P.S., Nationale-Nederlanden,
F.G.H., Spaarbanken, Mees & Hope, N.M.B., enz., enz.
En via het Hypotheekcentrum maakt u een objectieve keuze.
Probeer maar eens of uw hypotheekideeën aangenaam realiseerbaar zijn.
Een voor de hand liggend begin van een plezierig contact is een telefoontje om even het
Oranje Boekje aan te vragen.
Dat ligt dan alvast bij uw post morgenochtend.
RAAD VAN TOEZICHT
voor academ
c
010-14.33.11.
*
(of 053-35.13.04 voor Oost-Nederland)
POSTBUS 2600 ROTTERDAM
voorz1tter prof dr R. Bannink (econoom); leden prof dr
J
Bergsma (klinisch psycholoog), ir. 0J
Brink b.i. (architect B NA), prof dr H. G Schulte Nordholt (cultureel antropoloog),J
P Kostense (register accountant)Miljoenennota 1984
~
---~--
0 - .Vaste koers
Dankzij een voortzetting van het krachtige ombuigingsbeleid is er voor het tweede achtereenvolgende jaar sprake van een kentering ten goede. Zowel het financieringstekort van de overheid als de belasting- en premiedruk bewegen zich duidelijk omlaag. Het financieringstekort daalt met 0,8 %en de collectieve lastendruk met zelfs 1 ,8 %van het nationaal inkomen. Dit is mogelijk dankzij een opverende economie en dankzij een zeer fors bezuinigingspakket van zo'n 9 miljard voor 1985.
De bezuinigingen staan niet op zich. Ze zijn onderdeel van een moedig herstelbeleid, dat ons langs drie sporen uit het economisch slop wil halen. Daarbij gaat het om het saneren van de veel te hoge overheidsuitgaven, het weer gezond en vitaal maken van de marktsector, en het lenigen van de nood van de langdurige
Ueugd)werkloosheid. Wat gedurende I 0 à I 5 jaren is scheefgegroeid laat zich natuurlijk niet in één of twee jaar rechtzetten. Het gevoerde
herstelbeleid zal dan ook gedurende een vrij lange reeks van jaren -ook na
I 966 - moeten worden voortgezet. De miljoenennota I 985 maakt dit heel erg duidelijk. Ook ons omringende landen als Frankrijk met een socialistische regering, West-Duitsland met een christen-democratisch-liberaal kabinet en het door conservatieven geregeerde Engeland volgen eenzelfde koers. Daaruit blijkt eens temeer dat er geen alternatieve economische politiek gevoerd kan worden. De oppositie in ons land voert een bij voorbaat verloren
achterhoedegevecht.
- - -
-~
~
Er tekent zich een langzaam, maar duidelijk herstel af van de
bedrijfsinvesteringen. Onze export boekt opnieuw terreinwinst. Zelfs de
: : :
consumptie zal in I 985 iets
aantrekken, hoewel dit niet de hoogste prioriteit heeft. Het streven van het kabinet is immers gericht op een ombuiging van de overdadige (overheids) consumptie uit de zeventiger jaren naar investeringen en export. Alleen daarmee krijgen we ons vroegere groei-vermogen terug. Dat is hard nodig. Ook in 1985 blijft onze economische groei fors achter bij die van de geïndustrialiseerde landen als geheel.
Bijzonder positief verloopt de loonmatiging. Misschien is die in de kabinetsplannen wel iets te optimistisch ingeschat. Een loonsomstijging van slechts 0,5 %in zowel 1984 als 1985 is sinds de vijftiger jaren niet meer voorgekomen. Het komt onze concurrentiekracht zeer ten goede. De geldontwaarding is met 1,5 %in 1985 ongekend laag. De winsten van de bedrijven keren dankzij de loonmatiging en de lastenverlichting terug naar een gezonder niveau. De
::::::: =::::
6
arbeidsinkomensquote daalt naar 85 %. Dat geldt als een redelijk gemiddelde. Toch staan vele vooral kleine en middelgrote bedrijven, die voor de binnenlandse markt werken, er nog weinig rooskleurig voor. De eigen vermogensverhoudingen zijn nog verre van gezond. Het proces van herstel van de marktsector is nog lang niet voltooid.
Dankzij het winstherstel en het voortgezette ombuigingsbeleid van het kabinet vat het bedrijfsleven echter weer moed. Het vertrouwen van de investeerders in onze economie keert terug. Door de aantrekkende investeringen (in outillage en bedrijfsgebouwen) en door herbezetting van een deel van de arbeidsduurverkorting naar
gemiddeld 38 uur in de belangrijkste bedrijfstakken begint de
Kanttekeningen
De werkloosheid blijft niettemin op een onrustbarend hoog niveau met als kanttekening dat het Planbureau geen groei meer verwacht in 1985. Dat laatste is een klein beginnend licht in de duisternis. In dat verband moet het kabinet geprezen worden dat het de jeugdwerkplannen van de industriële werkgevers en werknemers een spilpositie in haar beleid geeft. Het is goed dat het kabinet voorts
onorthodoxe maatregelen durft voor te stellen tot bestrijding van de
langdurige jeugdwerkloosheid. Dat betreft het START-plan (het uitzendbureau van de overheid). Wel moeten zekerheden ingebouwd worden tegen langdurige concurrentievervalsing. Ondanks de forse daling van het financieringstekort in 1985 wordt "het tijdpad"van het regeerakkoord niet gehaald. De overheidsuitgaven uitgedrukt als %van het nationaal inkomen dalen inmiddels voor het tweede achtereenvolgende jaar. Maar in volume stijgen ze nog steeds. Dat komt hoofdzakelijk door de sterk stijgende rentelasten van onze groeiende Staatsschuld. We zijn in een vicieuze spiraal terechtgekomen van groeiende rentelasten, daardoor moeilijk te verlagen
financieringstekort, daardoor verder oplopende Staatsschuld, daardoor weer hogere rentelasten etc.
De Staatsschuld loopt in 1985 op met bijna 30 mld. De rentelasten stijgen in dezelfde tijd met bijna 3 mld., zodat
15 %van de belastingontvangsten er in 1985 aan opgaan. Zo verdringen de rentelasten de gewone
overheidsuitgaven en maken extra ombuigingen noodzakelijk. Het is een veeg teken dat de
overheidsinvesteringen in 1985 nog verder dalen. De Miljoenennota 1985 maakt volstrekt duidelijk hoe rampzalig de rente- en
aflossingsproblemen van een blijvend hoog financieringstekort worden. Als
we het saneringsproces te zacht aanpakken wacht de komende generatie belastingbetalers een uitermate zware hypotheek op hun toekomst.
De voortvarendheid van het kabinet op financieel-economisch gebied wordt niet geëvenaard op het terrein van de deregulering en privatisering. Dat is bijzonder jammer. Hier kan het kabinet zonder dat het geld kost veel extra ruimte aan de marktsector verschaffen. Sterker nog, dit zou de samenleving als geheel extra profijt opleveren. De prioriteiten van het kabinet moeten verder- gezien de toenemende criminaliteit en vandalisme- meer dan nu gebeurt, toegespitst worden op de zo belangrijke overheidstaken op het gebied van de rechtsorde.
Tenslotte heeft het kabinet er onverstandig aan gedaan om schoolgeldheffing voor leerplichtige kinderen opnieuw aan de orde te stellen. De Kamer heeft reeds vorig jaar deze maatregel afgewezen. Het gaat bovendien niet om een ombuiging maar om een lastenverzwaring voor de burger.
Geen belastingen
Sinds vele jaren wordt in 1985 geen enkele bestaande belasting verhoogd. De inflatiecorrectie wordt opnieuw voor de volle 100 % doorgevoerd. Als sluitstuk van de tweeverdieners-wetgeving komt er nog wel een "derde fase". Door een algemene
belastingverlichting voor iedereen van een half miljard leidt deze operatie tot slechts een lichte teruggang in de netto-inkomens van tweeverdieners. De individualisering van de
premieheffing heeft wat grotere effecten. In het kader van de "derde fase" wordt een arbeidstoeslag op de algemene belastingvrije som voorgesteld voor een ieder die werkt. Het zou logisch zijn die toeslag voor tweeverdieners nog wat op te hogen. Tweeverdieners hebben immers meer kosten.
=~~~
: : : : ::: : : : : : ::
~ ~ : : ::: : ::=:::In overeenstemming met het regeerakkoord worden de lasten voor het bedrijfsleven opnieuw met 1 ,5 miljard verlaagd. De nadruk ligt daarbij op een verlaging van de werkgeverspremies. Dat heeft een verder gunstig effect op de loonkosten en dus op de concurrentiepositie van onze ondernemers.
Een kleiner deel van de
lastenverlichting is fiscaal ingevuld. Daarbij wordt tegemoetgekomen aan de wens van de VVD-fractie om maatregelen te nemen ter bevordering van de arbeidsmobiliteit (aftrek van een deel van de kosten van een eigen huis). Het plan om de
vennootschapsbelasting pas in 1986 met 1 procent-punt te verlagen is halfslachtig. Het kabinet had zich beter aan zijn toezegging tot verlaging naar 40% in 1985 moeten houden. We kopen er weinig voor als het
toenemende vertrouwen van binnen-en buitbinnen-enlandse investeerders in onze economie door zoiets op de proef wordt gesteld. Hoewel de verhoging van de dividendvrijstelling een gunstige maatregel is, is die
onvoldoende om nieuw risicodragend kapitaal voor met name kleine (startende) ondernemingen aan te trekken. Hier is meer nodig. Wel moet gezegd worden dat de 1,5 miljard lastenverlichting als geheel in flinke mate ten goede komt aan het midden-en kleinbedrijf midden-en aan de landbouw.
Koopkracht
*J-. ____ _
Dankzij de aanzienlijke verlaging van de belasting- en premiedruk en dankzij de ongekend lage
geldontwaarding zal het overgrote deel van de ambtenaren en
trendvolgers er in 1985 niet meer in koopkracht op achteruit gaan. De werknemers in de marktsector gaan er zelfs behoorlijk op vooruit.
Het pakket aan maatregelen voor de sociale zekerheid in 1985 roept overigens wel vragen op. Een deel heeft nl. nog betrekking op het
permanent maken van het I-juli-pakket van 1984. Dat verlaagt het pakket voor 1985 van 2,5 naar I ,7 mld. Daarmee zou de taakstelling van 2 mld. van het regeerakkoord niet eens gehaald worden. Het ontzien van alle sociale minima in 1985 leidt
onontkoombaartothogere
inkomensoffers bij de bovenminima. Bestaande WAO-gerechtigden moeten daardoor tot 5 %in koopkracht terug.
D~ondentreeptdenoodzaakvan
uitvoering van een VVD-motie om deze inkomensteruggang gematigder te laten verlopen.
Bij de toerekening van de ombuigingen van 2,5 mld. in de arbeidsvoorwaarden van ambtenaren en trendvolgers zal een eerlijke verdeling (naar rato van de loonsom) moeten plaatsvinden. Het zou niet redelijk zijn de ambtenaren daarbij extra te belasten. Het kabinet moet hier meer duidelijkheid bieden. In de kabinetsplannen wordt de kinderbijslag bevroren. Gezien de oorspronkelijke kinderaftrek, die aan de inflatie werd aangepast, rijst de vraag of bevriezing van de ervoor in de
plaats gekomen kinderbijslag gewenst is. Daarover moet zeker nader gediscussieerd worden. De VVD wil op dit en andere terreinen (WAO-motie en inkomensonafhankelijke AOW) met haar wensen geen gaten slaan. Daarom stelt zij voor in 1985 het woonlandbeginsel voor de kinderbijslag te regelen. In het buitenland verblijvende kinderen krijgen dan kinderbijslag naar de levensstandaard aldaar. Deze maatregel geeft voldoende
compensatie voor de genoemde VVD-wensen.
Alles bijeengenomen zit het kabinet op een vaste herstel koers. De economie als geheel en het
bedrijfsleven in het bijzonder gaan de goede richting uit. Het beleid begint vruchten af te werpen. Het zou een ramp zijn voor de economie als nu of in de nabije toekomst van deze koers werd afgeweken.
Rudolf de Korte•
VVD-Tweede Kamerlid8
IN MEMORIAM
GERBRAND DE JONG
Op 4 september 1984 overleed op de lee(tijd van 67 jaar deheer G. de Jong te Wormerveer, oud-lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland en van de Eerste Kamer der Staten-Generaal en Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
Mijn herinnering aan Gerbrand de Jong gaat terug tot 1970, toen wij beiden voor het eerst werden gekozen tot lid van Provinciale Staten van Noord-Holland. Al vrij kort daarna, in 1971, werd hij lid van
Gedeputeerde Staten toen daar de VVD-zetel open kwam door de benoeming van de heer Vis tot burgemeester van Leiden. In de drie jaren die volgden heeft hij zich doen kennen als een bekwaam Gedeputeerde. Onder andere heeft hij in deze periode de milieudienst van de provincie Noord-Holland opgezet. Toch werd hij in 1974 niet herkozen als Gedeputeerde, en wel om zuiver politieke reden: de PvdA hield met hand- en spandiensten van de CDA-fractie de VVD buiten het college. Althans enigermate een pleister op deze wonde was dat hij in dat zelfde jaar werd gekozen tot lid van de
Eerste Kamer. Dat is hij gebleven tot 198 LInde Kamer hield hij zich vooral bezig met aangelegenheden betreffende volksgezondheid en
economische zaken.
Wie hem gekend hebben zullen hem in herinnering houden, niet alleen om zijn verdiensten voor de publieke zaak, maar ook om zijn hartelijkheid en warme belangstelling voor het persoonlijk wel en wee van wie hem omringden.
JO november 1984 Tilburg Themadag
economisch herstel en innovatie
In het Liberaal Manifest en in het verkiezingsprogramma werd de noodzaak van
aanpassing en vernieuwing al bepleit. Nadien is door de werkgroep innovatie een rapport uitgebracht onder de titel:
"innovatie een zaak van en voor mensen"
De financieel-economische commissie heeft, mede naar aanleiding daarvan een rapport uitgebracht onder de titel:
"stimuleren van economisch herstel"
Door de K.C. Tilburg wordt op I 0 november een zg. themadag gehouden over deze materie. Ter voorbereiding daarvan werd door commissie en werkgroep een zestal stellingen opgesteld. De materie wordt op de themadag ter discussie gesteld aan de hand van deze stellingen. De stellingen spreken zich ondermeer uit over: de aard van innovatie (meer dan techniek), industriebeleid (specifieke branche benadering wordt
afgewezen), het belang van fiscaal economische maatregelen en
deregulering (ter bevordering van het risicodragen), het grote belang van onderwijs (algemeen en beroeps) en van een innovatief sociaal beleid (ter bevordering van mobiliteit en flexibiliteit).
Voor deelname aan deze themadag kan men zich aanmelden door onderstaand formulier ingevuld toe te zenden aan het Secretariaat, Koninginnegracht, Den Haag. Aan de deelnemers zullen de stellingen met toelichting en, op speciaal verzoek, de rapporten worden toegezonden.
AANMELDINGSFORMULIER
(zenden aan Koninginnegracht 57,2514 AE 's-Gravenhage)
De AGENDA voor de dag ziet er als volgt uit:
10.00 uur:
opening, door de voorzitter K.C. Tilburg
10.05 uur:
de noodzaak van innovatie, tevens toelichting op drie stellingen door Ir. T. Ver heul, voorzitter werkgroep innovatie
10.20uur:
stimuleren van economisch herstel,
tevens toelichting op drie stellingen, door Drs. P. Ressenaar, voorzitter
FEC 10.35 uur: indeling in discussiegroepen 10.40 uur: koffie 11.30 uur: discussie in groepen/lunch 13.30 uur:
toespraak door Drs. G.M. V van Aardenne, minister van economische
zaken 14.00 uur:
rapportage door de discussiegroepen 14.30 uur: plenaire discussie 16.00 uur: sluiting naam: ... . straat: ... . postcode en plaats: ... . zal deelnemen aan themadag Dvm Dlunch Dnm Dhele dag
wenst rapporten te ontvangen Dja Dneen
datum: ... . handtekening: ... .
Kamercentralevoorzitter Henk Tijdens:
,, We moeten oppassen
dat we niet verstranden in de
papieren rotzooi''
Htj combineert veel
activiteiten. In het lieflijke
Borsele, waar de Zeeuwse
kc-voorzitter, Henk Tzjdens.
domicilie heeft, is hij
voorzitter van de
VVD-raadsfracti~
en bestuurslid
van de scoutingclub. Thuis,
in de perfect aangelegde
tuin, koeren zo'n zestig
postduiven. Zijn
hoofdwerkzaamheden
beslaan de in- en export van
consumptie-peulvruchten en
fijne zaden van een
nationaal overkoepelende
coöperatie. "Een baan die
praktisch alleen overdag
plaats vindt. In de
avonduren gebeurt vrijwel
niets. Daarvoor staan de
telexen op kantoor en die
vind je de volgende morgen
wel. Je k,ent de mensen
waarmee je in Amerika,
Afrika en Japan zaken doet.
Dat functioneert gewoon.
Wat dat betreft heb ik
overdag zeer duidelijk mijn
bezigheden op de zaak en
s
avonds . .. "
Om dat 's avonds draait dit interview. Henk Tijdens stopt veel tijd in de VVD. De schone illusie van zijn vrouw en hemzelf dat het na de verhuizing uit het Groninger Haren (waar hij afdelingsvoorzitter was en voorzitter van een ondercentrale) die VVD-activiteiten maar eens even op een laag pitje moesten, ging al de eerste dag in Borsele in rook op door een toeval. Zoals ook een toeval hem in Haren in de actieve politiek bracht. Smakelijk kan hij dat vertellen. "In Haren had ik het geluk of het ongeluk dat ik in een hoekhuis woonde. Voor de verkiezingen kwam een zeer
enthousiaste VVD-propagandist naar binnen stuiven en voor ik het wist, zat mijn hele huis aan de voor- en aan de zijkant met affiches volgeplakt. Zoveel, dat we niet meer door de ramen konden kijken. Elke dag kwam die propagandist even kijken en maar . weer bevestigen dat het zo'n mooi
punt was, want hij dacht: 'Die knul moet ze er nou niet afhalen ... 'Die afdeling Haren had de gewoonte om heel snel, in één nacht bij alle 500 leden die plakkaten af te leveren. Zodat in een goed uur, hUp, het oranje-blauw in de hele gemeente zat. Op zich al een reclamestunt." Kort daarop werd hij penningmeester van de Groninger afdeling. "In die periode moest ik met wissels langs de deur, zo van:' Alsjeblieft, mag ik even de centjes vangen.' Het had op zich de bekoring dat ik in de kortste tijd alle leden leerde kennen. Voor de rest vond ik het pokkenwerk en toen de
automatisering kwam, was ik vreselijk gelukkig." Zo begón het.
Zeeland
Henk Tijdens is een gezonde chauvinist. Zoals hij nergens zal
10
verbloemen dat hij een Groninger boerenzoon is, zo heeft hij ook Borsele lief en zijn huidige provincie Zeeland. Van het voornemen in zijn nieuwe woonplaats eens even afstand te nemen van de VVD kwam niets terecht. Het door hem geraadpleegde blauwe VVD-jaarboek en een gemeenteraadslid in Borsele zijn daar debet aan. Het raadslid, nieuwsgierig hoe die vreemde snoeshaan uit het Noorden aan zijn adres kwam om naar de scholen voor zijn kinderen te informeren, wilde op zijn beurt haring of kuit. "Ik heb het blauwe
Uaar)boek," verklaarde Henk. "Dan bent u dus ook actief in de partij ... " Kort samengevat: de eerste avond in Borsele ging Tijdens na aandrang éven kijken op de
VVD-afdelings-vergadering en kwam thuis als secretaris van de afdeling.
Twee jaar later werd hij voorzitter, bezocht in die functie ondercentrale-en kc-bijeondercentrale-enkomstondercentrale-en, kwam via Jack Asselbergs als secretaris in het kc-bestuur en volgde hem op als voorzitter. "Als secretaris heb ik landelijke ervaring op het gebied van secretariaatswerkzaamheden gekregen. Uit die tijd stamt mijn waardering voor dat gehele
gebied slechts 360.000 mensen wonen. "Evenveel als in Rotterdam-Zuid", zegt Henk Tijdens. De spaarzame veerbootverbindingen en de
gigantische omrijroutes vanwege het vele water hebben het bestuur uiterst efficiënt gemaakt. De dagelijkse bestuursvergaderingen beginnen om zes uur en om acht uur schaart zich dan het hele kc-hoofdbestuur rond de vergadertafel. "Dan kan iedereen weer rond half twaalf thuis zijn. We hebben boeiende en turbulente jaren gehad, omdat de VVD flink in de groei kwam. En dat heeft ons geen
windeieren gelegd. Qua organisatie betekent dat meer werk. We moeten wél gaan oppassen dat we niet verstranden in de papierrotzooi. Ik vraag me namelijk af wie nog alle mededelingen leest, alle
voorbereidingen van ( deel)congressen, alle instructies. Er komt een lawine van papier op ons af. Daar moeten we heel voorzichtig mee zijn!"
Initiatieven
Henk Tijdens is van mening dat dit ook geldt voor raads-, staten- en kamerleden. "Als je een bepaalde functie bekleedt, moet je voor jezelf keuzes maken. Je kunt niet alles nalopen en dat is wel eens frustrerend. Voor bestuurders in afdelingen, oc's, kc's en landelijk is het van 't zelfde laken een pak. We zijn allemaal goedwillende amateurs. We willen het graag professioneel doen, maar we zijn wel sterk geworden met en door die amateurs en daar moeten we het in de toekomst van hebben en houden. Die overbelasting merk je vooral in de afdelingsbesturen van kleinere plaatsen. De mensen zijn goedwillend, maar ze hebben niet het enthousiasme voor ál hetgeen van hen wordt gevraagd.
Kijk, de afdelingen willen zélf iets organiseren, de ondercentrales vinden dat ze regelmatig iets moeten
organiseren en de kamercentrales ook.
l n zo'n kleine regio zijn dan al drie instanties bezig. Die moeten dan al
oppassen dat ze elkaar niet voor de voeten lopen. Met daarbij de
activiteiten op landelijk niveau wordt het nog meer. Het cumuleert ... deelcongressen, landelijke bijeenkomsten, provinciale
bijeenkomsten. Dat alles leidt ertoe of brengt het gevaar met zich mee dat het allemaal niet bij te benen is. Met het gevolg dat de mensen niet helemaal In zijn, niet bijgesproken zijn, achter zichzelf aan moeten rennen. Dat frustreert. Dan krijgt men het gevoel dat men erbij hangt, niet meer mee kan doen. Dat heeft tot gevolg dat men het een paar jaar doet en dan zegt: 'Ik kap ermee!' Er moet ruimte blijven voor eigen initiatieven. Na de vcrkiezingen hebben we snelle bestuurswisselingen gekregen. Een aantal mensen heeft toen gezegd: 'Ik doe het tot de verkiezingen en dan stop ik.' Bovendien is toen een deel van een best uurs- naar een politieke functie overgegaan. Als dagelijks bestuur van de kamercentrale Zeeland zijn we nu al weer volop bezig met de
voorbereiding van de gemeenteraads-, staten- en Tweede-Kamerverkiezingen van 1986 en 1987. Het lijkt allemaal nog ver weg, maar de brieven naar de afdelingen met de vraag wie er straks geschikt zou zijn voor de
gemeenteraden en provinciale staten zijn de deur al uit."
Ondercentrales
Het dagelijks bestuur van de kc-Zeeland gaat dit najaar ook op bezoek bij alle zes de ondercentrales. Men is daar al mee begonnen. Henk Tijdens: "En ik denk tot grote tevredenheid van de ondercentrales, die dan de besturen van de afdelingen bijeen roepen. Daar zetten wij nog eens uiteen wat wij graag zouden willen. Op
zo'n moment ben je bezig in de sfeer van: Jongens, kom op ... er tegen aan! Weer bezig zijn met elkaar. Maar ieder zal voor zichzelf moeten invullen wat hij denkt te kunnen doen. Kunnen -denken- willen, dat zijn de drie dingen waar het om draait. En ieder zal dat op zijn eigen wijze doen. Dat is prima! Het gaat erom dat je met mensen te maken hebt, die ergens enthousiast voor zijn. Dan gaat het erom dat je ze niet te veel claimt of overvoert, datje zoveel papiermassa naar hen toe gaat schuiven en
bijeenkomsten gaat organiseren datje de mensen immuun gaat maken, zodat ze zeggen: We komen niet meer. We hebben in Zeeland 22 afdelingen. Als wij de ondercentrales bezoeken, propageren we heel sterk dat we als kc-bestuur eigenlijk een dienende taak hebben ten opzichte vandeoc's en afdelingen. Namelijk in die zin dat we graag willen bijdragen tot het functioneren en reilen en zeilen van die afdelingen en ze met raad en daad bij willen staan.
Wij onderstrepen heel sterk dat wij in deze regio een Eerste-Kamerlid (David Luteyn), een Tweede-Kamerlid (Jan te Veldhuis), een tiental statenledenen db-leden hebben, die alle zeer gaarne bereid zijn om op welke bijeenkomst van afdelingen- hoe klèin ook- te komen. Die afdelingen hoeven zich niet te generen om deze mensen te vragen een inleiding te komen houden. Daardoor is de vloedgolf van aanvragen voor spreekbeurten van statenleden ontstaan, maar ... láát ze maar komen en laat ze dat alsjeblieft vol blijven houden. Dat geldt ook voor David Luteyn en Jan te Veldhuis."
Positief-kritisch
Henk Tijdens heeft in de vele jaren dat hij actief in de VVD bezig is, zijn positief-kritische instelling ten aanzien van het functioneren van die VVD niet verloren. Integendeel. Zelf was hij anderhalf jaar lid van het hoofdbestuur. Het gevoel van onvrede
dat hij in die periode had over zijn functioneren steekt hij niet onder stoelen of banken.
"Ik denk- maar dat is puur privé- dat we naar een breder landelijk dagelijks bestuur moeten. Wat we nu van dat dagelijks bestuur verlangen is onmenselijk. Er moet een stukje professionalisering inkomen, maar alsjeblieft niet helemaal. Als we dat hebben, moet er meer naar het db worden gedelegeerd en daarnaast zouden dan zo eens per kwartaal of half jaar de voorzitters van de kamercentrales bijeen moeten komen. Nu roept men natuurlijk: 'Hij wil er zelf in', maar ik ben bereid om dan op te stappen. Het gaat om het
functioneren. De huidige constructie dagelijks bestuur- hoofdbestuur doorbreek je niet een-twee-drie. Gelukkig hadden de
hoofdbestuursleden voor een groot deel dezelfde gevoelens. Vandaar dat er toen een bijeenkomst is geweest in Wolfheze, waaruit de zogenaamde Wolfhezegroep is ontstaan, die zich bezig houdt met de reorganisatie van onder andere het hoofdbestuur. Nu ben ik ruim anderhalf jaar uit het hb en ik merk van die hele club niets meer. Dat heeft wel tot gevolg dat je op landelijke bijeenkomsten mensen tegen het lijf loopt, die dat onbehagen delen en ik ben ervan overtuigd dat een aantal db-leden weten wat zich afspeelt. Het is ook geen geheim dat de lijn die ik net schetste door velen wordt gedeeld. De drie voorzitters van Limburg, 's Hertogenbosch en Tilburg ontmoet ik eens per kwartaal. Deze lijnen hebben we gezamenlijk vastgelegd en die gaan we het db aanbieden."
Geleerd
Zelf beschouwt Henk Tijdens zijn bestuurlijke functies in de VVD als een periode waarvan hij heel veel heeft geleerd. Ervaring, die hem ook in zijn dagelijks werk te pas komt. Zijn visie is dat de partij vraagt én geeft: "De meeste kc-bestuurders declareren niet
en dan praat ik over bedragen van
f
5000,-tot somsf
15000,-per jaar. En áls ze dat wel doen, storten ze het vaak weer in de centrale- of afdelingskas".12
Wat de betaalde politieke functies betreft heeft hij ook een eigen visie. "Minister Rietkerk heeft gezegd dat die vergoedingen voor staten- en raadsleden wat naar beneden moeten. Ik weet dat men ook vanuit de VVD daar moeite mee heeft. Het gekke is, dat ik denk dat het best goed zou kunnen werken. Namelijk in die zin dat ook onze staten- en raadsleden eens moeten ophouden met op de punten en komma's te letten. Als je die mensen (zelf is hij voorzitter van de VVD-fractie Borsele) beter gaat betalen, gaan ze er meer tijd aan besteden en zich met ziekelijk kleine dingen bemoeien. Wanneer deze groep er minder geld voor krijgt, besteedt men er ook automatisch minder tijd aan en houdt men de lijnen in de gaten. Ik denk dat dát de kern is van het functioneren van staten- en raadsleden. Van liberalen verwacht ik dat ze ophouden met permanent stukken lezen en met al die
specialismen. Vandaar dat ik nooit in de Kamer zou willen met al die specialismen. Ieder heeft zijn eigen toko en ieder is een kleine
zelfstandige. Voor dit moet je bij de één zijn en voor een andere zaak weer bij een ander, maar daardoor wordt die lijn tegelijk slechts door één specialist bewaakt en dat is iets wat me mateloos irriteert en waar ik erg veel moeite mee heb. Ik denk dat we daar vanaf moeten.
Binnen onze club bestaat weleens de angst dat, wanneer je mensen niet goed betaalt, je ze niet krijgt. Dat betwijfel ik. Mensen die zich met politiek bezighouden, zijn gedrevenen. Dat zijn mensen die een stuk idealisme voor ogen hebben, die menen dat ze door hun invloed en ijdelheid- want dat zijn we allemaal- moeten
besturen. Dat neem je ze niet af. Of je ze nou veel of weinig betaalt: ze doen het tóch!"
Melkveehouderij
in onzekere situatie
De melkveehouderij in
Nederland maakt een zeer
ondoorzichtige periode
door. De invulling van de
Brusselse maatregelen is in
volle gang en maakt het voor
veel ondernemers
onmogelijk om een
bedrijfsplan voor de
komende jaren op te stellen.
Voor de buitenstaander is het al even ondoorzichtig. Men is mede daardoor geneigd met enig schouderophalen hiervan kennis te nemen indachtig het bekende gezegde: "als de pastoor niet meer vraagt, de boer niet meer klaagt, dan gaat het pas echt niet goed in Nederland".
Toch even de zuivelproblemen op een rij: Door structurele produktiegroei van de laatste jaren en door verlies van koopkracht in een aantallanden buiten de E.G. zijn er voorraden ontstaan. Ongeveer 80 %van de jaarproduktie van boter en magere
melkpoeder is in koelhuizen opgeslagen en hangt derhalve boven de markt.
Niettegenstaande dat, ontvangt de veehouder nog voor ongeveer 90 % van zijn produktie een goede prijs. Zonder Europees landbouwbeleid zou dit onmogelijk zijn. Vergelijkbare sectoren in het bedrijfsleven zijn mij niet bekend. Hieruit mag niet afgeleid worden dat het wat de veehouderij betreft dan toch wel wat meevalt; niets is minder waar.
Bij een gelijkblijven of licht stijgen
van het vaste kostenpakket vertaalt de produktie-inkrimping van ongeveer 1 0 % zich rechtstreeks in het inkomen. Dit betekent voor de gemiddelde veehouder een daling van 20% van het verteerbaar inkomen en 40 %van het arbeidsinkomen.
In alle redelijkheid kan worden gesteld, dat deze aanslag niet geheel op rekening van het ondernemersrisico kan komen.
Er waren immers geen alternatieven. Het Europees landbouwbeleid laat geen ruimte voor individueel marktgericht handelen, terwijl de politieke besluitvorming langzamer vcrloopt dan de marktsituatie rechtvaardigt. Dit is naast veel goede dingen één van de kwalijke kanten van de Brusselse politiek.
Ook in het verleden door de overheid geïnitieerde maatregelen, die produktiestimulerend werkten, rechtvaardigen overheids-medeverantwoordelijkheid. Deze medeverantwoordelijkheid zal bij de landbouwbegroting zijn invulling vinden via een voorstel tot lastenverlichting. Nu reeds onder gerechtvaardigde druk van het bedrijfsleven is bekend geworden, dat er aanzienlijke bedragen zijn
uitgetrokken voor het zgn. opkopen van melk. Hoewel we algemeen kunnen instemmen met deze voorstellen hebben wij nog wel de nodige zorgen over de uitwerking. Deze opkoopregeling heeft tot gevolg, dat huidige weidegronden uit de produktie worden genomen. Daar mag dan geen melk meer geproduceerd worden. Dat kan betekenen, dat deze
Piet Blauw
maatregel marktverstorend in andere sectoren zal gaan werken, omdat er produkties gaan plaats vinden, waar al genoeg van is.
Voordeel van deze opkoopregeling is dat er meer aandacht kan komen voor een individuele benadering, op basis van redelijkheid en billijkheid, omdat de opgekochte quota's weer
toegewezen worden aan de zgn. knelsituaties. Deze mogelijkheid was voor kort in onvoldoende mate aanwezig. Hoewel men aan de zijde van het Ministerie zich zeer inspant om tot een zo rechtvaardig mogelijke invulling van superheffing te komen, toont de praktijk iedere dag opnieuw schrijnende situaties. Bijvoorbeeld daar waar het de aankomende en jonge ondernemer betreft. Of de zittende ondernemer met een investering in de laatste jaren van meerdere miljoenen guldens per bedrijf. Nu er 10% produktie ingekrompen moet worden, komen de rente en aflossingsverplichtingen in de knel.
Geen oplossing
De VVD-fractie heeft er nooit een geheim van gemaakt, dat zij in de totstandkoming van de superheffing geen structurele oplossing zag. Wij zien het als een pas op de plaats om daarna weer tot meer perspectief-biedend beleid te komen. Een beleid waar meer ruimte is voor de
individuele ondernemer. Of dit te realiseren is, is mede afhankelijk van
de sector zelve, omdat een normale marktverhouding- dus een afbouw van de voorraden- een essentiële voorwaarde is voor nieuw beleid. Mede vanuit deze optiek zullen wij de ontwikkeling rond de superheffing kritisch, ja zeer kritisch, maar wel loyaal ten opzichte van de beide bewindslieden op landbouw, blijven volgen.
Ook zullen wij dit nieuwe beleid blijven toetsen aan het regeerakkoord. De vraag hoe deze detailuitwerking (ambtenaren gaan met de duimstok in de bagage de boer op) van de totale regeling zich verhoudt tot de intentie om tot deregulering te komen is inmiddels gesteld. Het mag toch niet zo zijn, dat het wel en wee van de onderneming in hoofdzaak wordt beoordeeld op basis van centimeters stalruim te.
Samengevat: Er is nu sprake van een karrevracht problemen, welke zich nog mistig voortbeweegt. Het is van het grootste belang dat op korte termijn duidelijkheid komt voor de ondernemer. Het realiseren van betere marktverhoudingen is voor Nederland een algemeen economisch belang, omdat bij een doorgaande aantasting van de politieke en maatschappelijke acceptatie van het gemeenschappelijk landbouwbeleid de export steeds meer hinder zal gaan ondervinden van de toenemende renationalisatie. Mede met het oog op het voorgaande, blijft de superheffing voor ons een paardemiddeL
P.M. Blauw•
VVD- Tweede Kamerlid
Rectificatie Beschrijvings.
brief 15 december 1984
In de toelichting bij bijlage b (blz. 6, middenkatern) wordt ten onrechte vermeld dat de JOVD bij het invoeren van art. 79 hr. de mogelijkheid zou krijgen rechtstreeks moties en amendementen in te dienen ter behandeling op de Algemene Vergadering van de VVD. Art. 46 hr. staat dit in de weg.
Hotel Restaurant-Auberge
De Campveerse Toren
Kaai 2, 4351 AA Veere Telefoon01181-291
... om luyden van qualiteit en andere passanten te logeeren en tracteeren op costelijke spij-zen van zee, vee en veldt." alle dagen geopend
T-shirts, sweaters, trainingspakken, bedrukt vanaf 15 stuks
poppelaanstekers bedrukt stickers, relatie-art., buttons, petjes
RYKO HANDELSONDERNEMING
Postbus 383 - Spoorlaan 393 -Tilburg -Tel. 013 - 435809
VERGEET NOOIT MEER
Slecht
namen, gezichten, data,
getallen, adressen,
ge
he
?
afspraken, jubilea, enz.
·ugen
t~Ontdek het geheim •
{I
i\11~:~eeue;e~z=~s~~~ ~~a~~~~~~~ ~n~~~~~~r?~~!;~fd.
VD~ (~
u o.a. vreemde aan 2060 VE Bloemendaal ('-I (p . .."~,,
ta en veel sneller leert! astzegel is niet nodig , "' ~
"Jn
't
&ilbtrbups"
Haven 1 + 5- Schoonhoven, tel.: 01823- 2651
Hwr vtndt u de grootste collecttP
hedendaags zilveren s1er a den en gebrUiksvoorwerpen van Nederland
Enorme collectte zilveren brood- en
bonbonmanden
Onzr ecielsmeden verzorgen al uw vakkundtge goud en Z//verrestauratws An vewheungAn
SPECIALITEITEN RESTAURANTdJI
"Het Kasteel van Rhoon"
..
à la carte Restaurant •
-Tevens
z~len
voor recepties, diners, .·~/-
lil•
vergadenogen 14 L~J ' ~
S.G. Abel- Dorpsdijk 63, Rhoon- Tel. (01890) 8896-8884
LIJST VAN ADVERTEERDERS
Restaurant La Cloche, Leiden
I
De Campveerse Toren, VeereI
Van Dijk Modehuis Waalwijk b.v., WaalwijkI
Willic Egbers, ArnhemI
Elba b.v., WestbroekI
Hotel Erenstein, KerkradeI
St. Internaat Ter Apel, Ter ApelI
Hypotheek Centrum voor Academici, RotterdamI
In 't Silverhuys Juwelier Rikkoert, SchoonhovenI
I. V.M. Bouwverbetering b.v., ArnhemI
René .lanssen, WijchenI
Memoschool, HaarlemI
Lincoln Stock Pro-motions, AmsterdamI
Meijer van Dam Vastgoed b.v., Ooster-houtI
Hotel Pecrboom, EpenI
Het Kasteel van Rhoon, RhoonI
Rijko Handelsonderneming, TilburgI
Schuytvlot, MontfoortI
Theresia P.C., AmsterdamI
Parkflat De Valkenburcht, Ooster-beekI
De Waaijcr & Partners b.v., ArnhemStuderen aan
de keukentafel
Tussen alle uitroeptekens die zijn geplaatst bij de totstandkoming van de Open Universiteit past ook hier en daar een vraagteken. Vrouwen vormen een belangrijke doelgroep bij dit voor Nederland nieuwe afstandsonderwijs maar de toekomst zalleren in hoeverre hiermee de bestaande drempel naar hoger onderwijs is geslecht. Bewust heeft men bij de Open Universiteit gekozen voor een geïntegreerde aanpak: geen afzonderlijke op vrouwen afgestemde studies maar neutrale leerstof aangepast aan de opvattingen en methodieken van deze tijd. Omdat de vooropleiding van vrouwen en hun studie-ervaring vaak niet zullen aansluiten op het
geadviseerde opleidingsniveau van de Open Universiteit zal in navolging van de Britse Open University getracht worden te komen tot een soort instudeer-mogelijkheid waarbij regionale consulenten beginnende studenten met raad en daad terzijde staan. Ook contactgroepen van studenten onderling behoren tot de mogelijkheden. Daarnaast zijn de consulenten in de regionale
studiecentra (overwegend vrouwen) er op getraind vrouwelijke studenten te stimuleren en te helpen bij hun keuze en hen praktisch maar ook moreel te ondersteunen bij de problemen die zich voor en tijdens de studie kunnen voordoen.
Doorzetters
Die problemen kunnen liggen op het vlak van kinderopvang, studietijd, concentratie, studieruimte en andere persoonlijke omstandigheden. Of het allemaal voldoende is om de vele hindernissen te nemen die een
individuele studie in de weg staan is de vraag.
Het is nu eenmaal niet altijd
Anita Wagernakers
vrouvven
eenvoudig een eigen plek in huis te vinden en tijd voor jezelf te claimen zonder voortdurend te worden afgeleid door kinderen en allerlei huiselijke beslommeringen. Wie denkt een universitaire studie te kunnen volbrengen tussen de boodschappen en de afwas door zal bedrogen uitkomen. Vrouwen met huishoudelijke en gezinstaken zullen zich terdege moeten realiseren dat leren op afstand een planmatige aanpak vereist. Weliswaar bestaat met de OU de mogelijkheid je eigen studietempo en cursuspakket te bepalen maar de resultaten zullen afhangen van de mate van zelfdiscipline en
doorzettingsvermogen die de student weet op te brengen. Alleen doorzetters halen de eindstreep. Overigens toont onderzoek aan de Engelse Open
University aan dat vrouwen verhoudingsgewijs uiteindelijk iets betere studieresultaten behalen dan mannen. Welligt hun studietempo Jager. De grootste hobbel die vrouwen moeten passeren blijkt de stap van informeren tot inschrijving. Vrouwen schatten hun capaciteiten in de regel te laag in en wegen hun kansen van slagen zorgvuldig af alvorens aan zo'n eenzaam avontuur als een studie op afstand te beginnen. Hun motivatie is ook meer gericht op het verbreden van hun algemene ontwikkeling en gevoed door een behoefte aan zelfontplooiing terwijl de praktische mogelijkheid tot het verkrijgen van werk vaak pas later een rol gaat spelen.
Meer contact
Van de 12.000 begin september ingeschrevenen bij de OU heeft 70%
op dit moment een baan; 8 à 9 %is
werkzaam in de huishouding; 66 % is van het mannelijk, 34 %van het vrouwelijk geslacht.
Omdat van elke studierichting bij de start van de OU nog een beperkt aantal cursussen voor inschrijving openstaat (de overige cursussen komen beschikbaar in de komende maanden en jaren) vallen uit deze
============:m:3:::m:::::m::::
.----
...
()
cijfers nog geen definitieve conclusies te trekken. Een voorspelbaar feit is dat er nog voornamelijk traditioneel gekozen wordt. Vrouwen tonen meer belangstelling voor de sociale en culturele wetenschappen, mannen voor de economische en technische wetenschappen.
Bij vrouwen zal het er dan ook nog op aankomen vaardigheden te
ontwikkelen die hen in staat stellen het geleerde praktisch te benutten. Kennis alleen is niet voldoende. Wellicht kan daaraan door een intensiever contact met consulenten en medestudenten aandacht worden gegeven. Verder verdient het aanbeveling bij de studiekeuze rekening te houden met latere kansen op de arbeidsmarkt. De beste mogelijkheden bieden
waarschijnlijk de technische wetenschappen.
Vanuit socialistische hoek is bezwaar geuit tegen de hoge studiekosten voor
de OU (j 138,- per cursuseenheid van
I OOstudie-uren) en tegen het feit dat geen voorrang is verleend aan allerlei vormen van basiseducatie in verband met de onderwijsachterstand van vrouwen. De Open Universiteit is onderdeel van een samenhangend geheel aan voorzieningen voor volwasseneneducatie. Evenzeer als de Open School en de "Moeder"-MAVO in een behoefte aan scholing en vorming voorzien vult de OU een leemte in het totale onderwijsaanbod voor volwassenen. Liberalen zullen blij zijn dat met de Open Universiteit meer mensn de kans krijgen hoger onderwijs te volgen, primair voor eigen ontwikkeling maar tegelijkertijd ten gunste van onze samenleving indien de opgedane kennis in praktijk wordt gebracht. Voor vrouwen een uitdaging die, mits de consequenties goed zijn overdacht, alle kans van slagen heeft. Wie meer wil weten over
studiemogelijkheden bij de Open Universiteit kan schrijven naar: Open Universiteit, Valkenburgweg 167, 6419 AT Heerlen (tel. 045- 762888).
Uit de Tweede Kamer
TBR'---'
strafrechtelijkeO
maatregel
I
I
De Tweede Kamer boog zich half september over een herziening van bepalingen in de wet over de
maatregel van terbeschikkingstelling. Voer voor juristen. Voor leken, zoals bij veel wetswijzigingen, zeer technisch.
Benk Korthals, jurist, en
woordvoerder op dit gebied van de VVD-fractie gaf de liberale visie op deze strafmaatregel weer. Uit zijn inbreng aan het debat het volgende: "De principiële grondslag voor de ter beschikkingstelling ligt in de
handhaving van de rechtsorde. De ter beschikkingstelling is primair een strafrechterlijke maatregel, waarbij zowel wordt gereageerd op schending van de rechtsorde als wordt getracht nieuwe strafbare feiten te voorkomen. Daarenboven is deze strafrechterlijke reactie ook gericht op
gedragsbeïnvloeding en resocialisatie."
Over de rechten van mensen die ter beschikking van de regering worden gesteld zei hij: "De VVD gaat uit van het zelfbeschikkingsrecht van het individu en het recht om zelf te kunnen beschikken over eigen lichaam en geest. Het recht van
onaantastbaarheid van het menselijk lichaam en het recht van eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer, zoals opgenomen in de grondwet, zijn daarvan een uitvloeisel. Iedere inbreuk daarop vereist een wettelijke basis en regeling. Deze is in het vooruitzicht gesteld. Daarin zal de materiële rechtspositie worden vastgelegd." Hij pleitte voor een spoedige regeling hiervan. Het gaat hier dan niet alleen over de rechten
Benk Korthals
van de gedetineerden, zoals een behandelingsplan, recht op
informatie, toestemmingsprincipe en de mogelijkheid tot beklag, maar ook om de kwaliteit van de behandeling. Zo noemde Benk Korthals de berichten uit het verleden over onaanvaardbare toestanden rondom opneming en behandeling van patiënten.
Verbetering
In tegenstelling tot het toenemend aantal personen dat een
gevangenisstrafkrijgt opgelegd, neemt het aantal mensen dat ter beschikking van de regering wordt gesteld af. Benk Korthals vroeg zich af of dit komt, omdat men bij de betreffende instellingen gebrekkige beveiligingssystemen heeft. Daarnaast vroeg hij zich af of dit misschien komt vanwege plaatsgebrek of omdat de kosten te hoog zijn. Mocht
16
dit het geval zijn, dan vindt de VVD-Tweede-Kamerfractie dat hier iets aan moet worden gedaan.
In de wijziging van de wet over de berechting en behandeling van geestelijk gestoorde delinquenten wordt nu onder meer bepaald dat niet iedere rechter de maatregel TBR kan opleggen. (Een politierechter of een kantonrechter mag dit bijvoorbeeld niet meer.) Bovendien kan TBR alleen nog worden opgelegd bij zware misdrijven, wordt de TBR in principe aan een maximumduur gebonden en hoeft de rechter als hij TBR oplegt hiernaast geen gevangenisstraf meer op te leggen. De VVD kan zich in de nieuwe wet vinden.
De VVD-fractie vindt het wel van het allergrootste belang dat de materiële rechtspositie van de ter beschikking gestelden spoedig wordt geregeld.
Bejaarden niet!
I
betuttelen
I
I
Het lijkt momenteel of onze
samenleving alleen oog heeft voor de jongeren in onze maatschappij. Is iemand bejaard dan telt hij of zij minder mee. Een vreemde instelling, want iedereen hoopt immers oud te worden. Bovendien is de huidige bevolkingssamenstelling zo opgebouwd dat het aantal ouderen straks enorm toeneemt. De VVD onderkent deze problematiek en liet zich hierover uit in een Kamerdebat over een wijziging van de Wet op de Bejaardenoorden. Woordvoerster Erica Terpstra liep nog niet zo lang geleden zelfs stage in een
nodig, zoals hulp bij maaltijden en een goed alarmeringssysteem. Deze hulp moet er komen."
Als mensen op een gegeven moment niet meer zelfstandig kunnen leven, moeten zij een zo groot mogelijke vorm van vrijheid blijven houden. Hierover zei Erica Terpstra in de Tweede Kamer onder meer: "De VVD is van mening dat de mate van individuele vrijheid van burgers, ook als zij in een bejaardenoord wonen, niet afhankelijk mag en kan zijn van de mogelijke verschillende provinciale opvattingen. Wij hebben dan ook de behoefte de wet op dit punt aan te scherpen." Zij diende hierop een amendement (wetswijziging) in. Hierin staat dat provinciale verordeningen en regels in
bejaardentehuizen geen beperkingen mogen opleggen aan het recht van
Erica Terpstra
bewoners om hun leven naar eigen inzicht in te richten. De mensen moeten zelf kunnen uitmaken wat zij wel of niet mogen doen. Dit mag natuurlijk niet ten koste gaan van de normale spelregels die met andere mensen, zoals buren, bestaan. Erica Terpstra: "De persoonlijke vrijheid dient niet alleen getolereerd, maar ook actief beschermd te worden!" Het CDA wilde zich tijdens de
kamerbehandeling niet meteen achter dit zogenaamde anti-betuttelings voorstel scharen. Toch mag worden vcrwacht dat voor dit liberale voorstel, al dan niet met steun van het CDA, een Kamermeerderheid valt te halen.
Klachtrecht
Samen met het CDA diende de VVD wel een amendement in om het zogenaamde klachtrecht van
bewoners in verzorgingstehuizen beter te regelen. Beide partijen vragen om een bemiddelingsinstantie die de huidige leemte opvult tussen het bestaande overheidstoezicht en de mogelijkheid tot ingrijpen van de gewone rechter. Volgens deze wetswijziging moet in elke provincie een geschillencommissie in het leven worden geroepen om te bemiddelen bij geschillen en de klachten van
bewoners van bejaardenoorden te behandelen. Deze commissies worden benoemd door het provinciebestuur en de gezamenlijke organisaties van bewonerscommissies en die van bejaardenoorden hebben elk het recht om voor eenderde van het vastgestelde aantalleden een voordracht te doen. Ook deze commissies zijn een goede stap op weg naar het zelf op kunnen komen van de belangen van de bewoners in verzorgingstehuizen. Frank de Grave
LegitimatieplichtO
spaarbewijzen
I
I
in strijd met!
I
privacy/
I
In het verleden wisselden veel mensen spaarbewijzen aan toonder in bij banken, zonder de ontvangen rente hierover op te geven aan de belastingdienst. Dit was mogelijk, omdat deze spaarbewijzen naamloos zijn. De houder bleef anoniem. Aan deze vorm van belastingontduiking moet een einde komen. Dat vond de Tweede Kamer al een aantal jaren geleden. In 1981 werd daarom vanuit de Kamer aangedrongen op een gedragslijn voor deze niet op naam gestelde spaarbewijzen. Sinds die tijd houden banken op zogenaamde
registratienota's de nummers van de spaarbewijzen aan toonder bij. Het gevolg daarvan is dat de afzet van nieuwe spaarbewijzen zeer fors is gedaald.
De regering heeft destijds toegezegd dat de Tweede Kamer bericht zou krijgen of door deze nieuwe opzet de belastingontduiking inderdaad is gedaald. Dit regeringsrapport is voorlopig nog niet gereed. Toch stond dit onderwerp ter discussie in de Tweede Kamer. VVD-woordvoerder Frank de Grave meende dat een kamerbehandeling eigenlijk overbodig was: "Waarom opnieuw hierover discussiëren en eventueel nieuwe regels maken, terwijl nog niet is aangetoond dat het huidige systeem met registratienota's niet werkt?" Tijdens de behandeling in de Kamer drong met name de Partij van de Arbeid aan op een legitimatieplicht voor mensen die dit soort
spaarbewijzen kopen. Pikant detail: PvdA-woordvoerder Hans Kombrink was destijds als staatssecretaris tegenstander van het invoeren van een legitimatieplicht. De
VVD-woordvoerder was het met het huidige PvdA-standpunt volledig oneens: "De bestrijding van de belastingfraude geniet hoge prioriteit, zowel bij het Kabinet als ook bij deze Kamer. Maar feit is dat nog niet bekend is in hoeverre het verzwijgen van rente-opbrengsten van spaarbewijzen aan toonder voor de fiscus na het
inwerkingtreden van de overeenkomst ( registratienota's door de banken zelf bijgehouden) is gedaald. Bovendien is de afzet van nieuwe niet op naam gestelde spaarbewijzen inmiddels fors gedaald." Uit dit laatste valt af te leiden dat niet-bona-fide
belastingplichtigen deze vorm van belastingontduiking niet meer zien zitten. Frank de Grave vindt wel dat als uit het toegezegde rapport van de regering zou blijken dat nog steeds mensen misbruik maken van de spaarbewijzen, wettelijke maatregelen nodig kunnen zijn. Over de huidige regeling van de banken zei de VVD-woordvoerder: "Voor de VVD-fractie staat centraal dat het bankwezen
functioneert in een uiterst gevoelig spanningsveld waarbij de
vertrouwelijkheid van de relatie bank-cliënt een essentiële rol vervult. Deze vertrouwensrelatie dient slechts in uitzonderingssituaties, indien grote belangen dat vergen, te worden opengebroken." De VVD-fractie vindt dat pas sprake is van een groot belang als het gaat om een duidelijke vorm van fraudebestrijding. Overigens is de invoering van een legitimatieplicht voor de VVD niet onbespreekbaar. De privacy van de burger moet dan wel voorop blijven staan. De VVD heeft daarom destijds wel gevraagd om een notitie van het Kabinet over de voor-en nadelvoor-en van het evvoor-entueel instellvoor-en van een legitimatieplicht. In het geval van de spaarbewijzen blijft de VVD-fractie (voorlopig) tegen. Immers, de invoering van deze maatregelligt voor grote groepen Nederlanders erg gevoelig.
Met de toegezegde steun van het CDA zal de legitimatieplicht van
spaarbewijzen niet wettelijk worden vastgelegd.
Miehiel Krom •
14 september 1984
'] In tegenstellingtot
'!
eerdere publikaties zal'1 het eerste nummer Win
1 :
!.. Vrijheid& Democrat{eln 1985 verschijnen
op
22
januari. De overige data, J blijven conform de liJst
1 die geplaatst is .in hel ·
·.I partijblad van5 juni
J
1985.
:: : : ~ : ~ ~ : : ~ : : :
18
Jaarboek
'84
Het Jaarboek '84 is verschenen! In deze uitgave zijn thans ook opgenomen de regeling VVD-Thorbeckepenning, de op 20 februari 1984 door het hoofdbestuur goedgekeurde statuten van de Organisatie Vrouwen in de VVD, de op 29 augustus 1983 door het hoofdbestuur goedgekeurde statuten van de Groep Nederland van de Liberale Internationale, de richtlijnen voor Vrijheid en Democratie, het voorlopig reglement op de kandidaatstelling voor leden van het Europees Parlement, het Liberaal Appèl van Rome, 1981 en een herziene versie van de statuten van de Liberale Internationale. Kortom alle essentiële zaken die elk kaderlid wenst na te slaan.
Inmiddels zijn twee exemplaren van dit Jaarboek toegezonden aan secretarissen van
afdelingen en centrales. Belangstellenden kunnen deze nieuwe uitgave bestellen door overmaking van een bedrag van