• No results found

Vraag nr.1van 13 juni 2003van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.1van 13 juni 2003van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 1 van 13 juni 2003

van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Voorkooprecht – Vlabinvest

Het voorkooprecht zou een belangrijk instrument kunnen zijn in het streven naar de handhaving van het Vlaams karakter van de Vlaamse rand rond Brussel en in de strijd tegen de sociale verdringing van de lokale bevolking.

Dit streven wordt bemoeilijkt doordat V l a b i n v e s t terzake geen begunstigde is.

Wordt eraan gedacht om Vlabinvest de volle be-voegdheid te geven om gebruik te maken van het voorkooprecht ?

Antwoord

Vraagsteller heeft gelijk wanneer hij stelt dat V l a-binvest zelf momenteel over geen voorkooprecht beschikt.

Dit neemt niet weg dat Vlabinvest wel gebruik-maakt van de thans bestaande voorkoopregeling en wel op volgende wijze.

In het licht van de samenwerking tussen verschil-lende overheidsactoren wordt V l a b i n v e s t , via de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij, in kennis ge-steld van de diverse verkoopaanbiedingen binnen de Vlaamse rand rond Brussel waarbinnen zij werkzaam is.

Alle aanbiedingen worden door Vlabinvest syste-matisch onderzocht op prijs/kwaliteit en mogelijk-heid tot het oprichten van huisvestingsprojecten. Hierbij vervult Vlabinvest enkel een informatieve rol (zij heeft namelijk zelf geen voorkooprecht) door de plaatselijke sociale huisvestingsmaatschap-pij ervan op de hoogte te brengen dat er zich een interessante aanbieding binnen het voorkooprecht voordoet en dat hierop, in samenwerking met V l a-b i n v e s t , een interessant woonproject zou kunnen gerealiseerd worden.

Vlabinvest oefent dus het voorkooprecht uit via een samenwerking met de plaatselijke sociale huis-v e s t i n g s m a a t s c h a p p i j e n , die wel begunstigde zijn, in eerste rang overigens, van het voorkooprecht. Dit alles neemt niet weg dat de sociale huisves-tingsmaatschappij volledig autonoom beslist en dat

zij al dan niet haar voorkooprecht uitoefent en dat, met andere woorden, Vlabinvest volledig is overge-leverd aan de bereidheid van de SHM tot samen-werking.

En hier rijzen soms problemen in het licht van : – de wens van de SHM om haar projecten over

heel haar grondgebied te spreiden, en niet enkel binnen het Vlabinvest-werkgebied ;

– de zwakke financiële draagkracht van de sociale huisvestingsmaatchappij ;

– de onzekerheid over het gunstig advies be-treffende een bouwvergunning binnen de zes fa-ciliteitengemeenten,

Daarom heeft V l a b i n v e s t , via een nota aan mijn voorganger in het kader van een reeks voorstellen tot verbetering van haar werking en in lijn met de voorstelling inzake Beter Bestuurlijk Beleid, g e-suggereerd om haar om te vormen tot een op basis van de Vlaamse Wooncode erkende specifieke so-ciale huisvestingsactor, zodat Vlabinvest onder meer op autonome wijze zou kunnen gebruik-maken van de mogelijkheden geboden door het voorkooprecht.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Naar verwachting gaan dit jaar ook 50 procent minder Nederlanders op vakantie in eigen land, dat zijn er 12,5 miljoen.. In totaal komen naar verwachting dus 24,5 miljoen minder

26, 32, 33 Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. reparatie 2. 31 VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE

1) Losse vouchers activerende didactiek en samenwerkend leren worden aangeboden door de ASG Academie voor alle ASG-scholen. 2) Jaarlijks wordt een 24 uurs daltonconferentie

1.7 De leraar begeleidt zijn leerlingen en geeft waar nodig sturing, op zo'n manier dat de leerlingen zich vaardigheden eigen kunnen maken om de leerdoelen te behalen en de taak

De leerkrachten zijn in alle groepen zeer wel in staat om de leerlingen de ruimte te bieden die ze nodig hebben om zelfstandig te kunnen werken.. In alle groepen

Als deze twee gerealiseerd zijn, dan willen we ons gaan richten op doelenborden zodat ook de leerdoelen voor de leerlingen inzichtelijk worden en we daarin kunnen differentiëren.

Bij uitkeringsovereenkomsten is het uitvoerbaar om de indicatieve gevolgen voor het pensioeninkomen en de indicatieve hoogte van de afkoopwaarde te tonen als een (gewezen)

‘flexplekken’ willen we in kaart gaan brengen welke ruimtes wij hebben zodat het voor de leerlingen en de leerkrachten nog duidelijker is van welke ruimte in school er gebruik