Vraag nr. 124 van 21 januari 1998
van de heer MARCEL LOGIST
Gehandicapten – V l a a m s - Waals samenwerkingsak-koord
Op 7 april 1995 keurde de Vlaamse regering het samenwerkingsakkoord goed tussen de V l a a m s e Gemeenschap en het Waals Gewest betreffende de tenlasteneming van de kosten van de opname en van de sociale en professionele integratie van per-sonen met een handicap.
Met betrekking tot de tewerkstelling in beschutte werkplaatsen bepaalt het akkoord dat de partij die de beschutte werkplaats erkent alle kosten van de tewerkstelling betaalt, overeenkomstig haar eigen w e t g e v i n g. Op die manier zouden beschutte werk-plaatsen in Vlaanderen toch kunnen worden gesubsidieerd voor de tewerkstelling van gehandi-capte personen uit het Waals Gewest en omge-keerd.
Het akkoord dient echter wel bij decreet te worden goedgekeurd alvorens het in werking kan treden. Tot op heden is dat nog niet gebeurd.
Naar schatting enkele honderden personen zouden van deze regeling kunnen gebruikmaken. B o v e n-dien geldt deze regeling wederzijds, zodat de bud-gettaire weerslag ervan beperkt is. Voor de betrok-ken gehandicapte personen langs weerszijden van de taalgrens is het echter bijzonder belangrijk dat een oplossing wordt gevonden. Het uitblijven ervan zet een rem op hun toch al beperkte tewerk-stellingsmogelijkheden.
Wat is de huidige stand van zaken van dit dossier ? Staat de Vlaamse regering nog achter dit samen-werkingsakkoord ? Klopt het dat een verschillende interpretatie door de Vlaamse Gemeenschap en het Waals Gewest het struikelblok is ?
Welke stappen heeft de Vlaamse regering onderno-men om de toestand te deblokkeren en tot een oplossing te komen voor dit voor de betrokken gehandicapten urgente probleem ?
Binnen welke termijn kan dit gebeuren ?
Antwoord
De Vlaamse regering nam het voorontwerp van decreet tot goedkeuring van het vermelde
samen-werkingsakkoord van 7 april 1995 niet aan om vol-gende redenen :
– het advies van de Raad van State van 12 okto-ber 1995 over het voorontwerp van het Wa a l s decreet tot goedkeuring van datzelfde samen-werkingsakkoord, wees op verscheidene ondui-delijkheden en adviseerde tekstaanpassingen ; – de Nederlandse en de Franse versie van de
memorie van toelichting bij de respectieve voorontwerpen van goedkeuringsdecreet waren uiteenlopend en tegenstrijdig ;
– er bleef een discriminatie mogelijk tussen de gehandicapte personen uit de beide deelgebie-den met betrekking tot de toegangscriteria voor de beschutte werkplaatsen en voor de beroeps-opleiding.
De Vlaamse regering gaf mij opdracht hierover opnieuw te onderhandelen met mijn Waalse colle-ga bevoegd voor het gehandicaptenbeleid.
Deze onderhandelingen staan nu reeds zo ver dat w e, na een vijftal werkvergaderingen, de laatste hand leggen aan een voor beide partijen aanvaard-bare tekst (voorakkoord) die ik eerstdaags binnen een interkabinettenwekgroep wil bespreken en eerlang zal voorleggen aan de Vlaamse regering. Overigens wordt erover gewaakt dat beide partijen een eensluidende memorie van toelichting bij het decreet neerleggen.
Ik meen dat het mogelijk moet zijn het nieuwe samenwerkingsakkoord nog dit jaar te laten toe-p a s s e n , indien het bij decreet door beide toe-partijen tijdig wordt goedgekeurd.
Ten slotte kan ik meedelen dat het nog voor te leg-gen ontwerp van akkoord voorziet in een oplossing voor het tewerkstellen van personen met een han-dicap in een beschutte werkplaats in het ander gewest.