Tilburg University
Beleidsregel boeteoplegging Wav 2020 en het venijn dat in de staart zit
van Rijs, André; van Drongelen, Harry
Published in:
Over de Grens
Publication date:
2020
Document Version
Publisher's PDF, also known as Version of record
Link to publication in Tilburg University Research Portal
Citation for published version (APA):
van Rijs, A., & van Drongelen, H. (2020). Beleidsregel boeteoplegging Wav 2020 en het venijn dat in de staart
zit. Over de Grens , 2020(5), 22-23. [2020-0070].
General rights
Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain
• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal
Take down policy
If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.
N I E U W S E N A D V I E S V O O R O N D E R N E M E R S E N A D V I S E U R S
Dit artikel wordt u aangeboden door Over de Grens
Over de Grens is hét vakblad voor iedereen die op professioneel vlak te maken heeft met
grensoverschrijdend ondernemen, werken en wonen. Met Over de Grens blijft u op de hoogte van
ontwikkelingen en achtergronden op het gebied van sociale zekerheid, freelance werk, fiscaliteit,
pensioen, arbeidsrecht en vermogen. Internationale aspecten worden vanuit meerdere invalshoeken
en met een praktijkgerichte insteek behandeld.
Dit kunt u verwachten van Over de Grens:
• 10 keer per jaar het vakblad - digitaal en/of op papier
• maandelijkse nieuwsbrief met actuele ontwikkelingen
• toegang tot online database
• laatste vier vakbladen offline beschikbaar op tablet.
Kijk voor meer informatie of een (proef)abonnement op
https://www.futd.nl/vakblad/over-de-grens/abonneren/
© 2020 Rendement Uitgeverij. Alle rechten voorbehouden.
12 juni 2020
Pagina 22
Nummer 5
Harry van Drongelen1 en André van Rijs2
Beleidsregel
boeteop-legging Wav 2020 en het
venijn dat in de staart zit
2020-0070Bij besluit van 20 maart 2020
3is de Beleidsregel boeteoplegging Wet arbeid vreem
de-lingen 2017
4(Beleidsregel 1) integraal vervangen door Beleidsregel boeteoplegging Wet
arbeid vreemdelingen 2020 (Beleidsregel 2). Volgens de Minister van Sociale Zaken en
Werk gelegenheid is de aanleiding hiervoor dat Beleidsregel 1 ‘op een aantal punten
aan-passing en verduidelijking behoeft. Het betreft de artikelen 11 en 12, alsmede de specifieke
matigingsgronden.’ Maar is het bij een aanpassing en verduidelijking dan ook gebleven?
Verhoging boetenormbedragen aangepast
Bij de desbetreffende besluiten is een bijlage gevoegd met de zogenoemde boetenorm-bedragen. Zo is het boetenormbedrag voor het niet naleven van het in artikel 2 Wet arbeid
vreemdelingen5 (Wav) verbod een vreemdeling
te werk te stellen zonder vergunning € 8.000 voor rechtspersonen of daarmee gelijkgestelde6
niet zijnde een stichting of een zeg maar ‘goede doelen’-vereniging. Het boetenormbedrag voor het nalaten om de identiteit van een persoon van wie op grond van feiten en omstandigheden vast te stellen en de toezichthouder daarover te informeren is voor een natuurlijk persoon die handelt uit ambt, beroep of bedrijf € 4.000. Dat boetenormbedrag kan op grond van artikel 2 worden verhoogd met 50%. In Beleidsregel 2 is het aantal van de in Beleidsregel 1 aangegeven situaties verminderd met twee situaties, namelijk: (1) de situatie dat in de vijf jaar vooraf-gaand aan de overtreding eerder een over treding van de Wav door de werkgever of de feitelijk leidinggevende is vastgesteld, en (2) de vreemdeling ten aanzien van wie de overtreding is geconstateerd, geen rechtmatig verblijf in Nederland heeft.7
Matigingsgronden en -percentages
In artikel 11 Beleidsregel 1 is aangegeven dat in gevallen waar sprake is van een overtreding van artikel 2 lid 1 Wav de berekende bestuurlijke boete per overtreding met 25%, 50% of 75% kan worden gematigd afhankelijk van de aard en ernst van de overtreding, de mate van verwijt-baarheid en de evenredigheid. In Beleidsregel 2
is dit aangevuld met een verwijzing naar de specifieke matigingsgronden en -percentages die als uitgangspunt worden gehanteerd en die in een nieuwe bijlage II bij Beleidsregel 2 zijn opgenomen. In de inleiding van deze bijlage is aangegeven dat die matigingen kunnen worden toegepast, als sprake is van verminderde verwijtbaarheid of van een overtreding die minder ernstig van aard is. Daarbij geldt dat het percentage groeit naarmate de verwijtbaarheid afneemt of de overtreding als minder ernstig wordt beschouwd. Indien verschillende matigings gronden aan de orde zijn, worden deze bij elkaar opgeteld tot een maximum van 75%. De matigingsgronden worden dus niet afzonder-lijk toegepast, maar in onderlinge samenhang beschouwd. Alleen als een overtreding volledig niet verwijtbaar is, wordt gematigd met 100%. In dat geval wordt van boeteoplegging afgezien.8
Waarschuwing voldoende
In artikel 12 is een aantal gronden en situaties omschreven waarin wordt afgezien van het geven van een boete en wordt volstaan met een waarschuwing. Eén van deze gronden betreft de overschrijding van de toegestane arbeidsduur bij de tewerkstelling van een student. Met de implementatie van richtlijn (EU) 2016/8019 met
ingang van 23 mei 2018, is de maximaal toe-gestane arbeidsduur van studenten van buiten de EER verhoogd van tien naar zestien uur per week.10 De maximaal toegestane arbeidsduur in
12 juni 2020
Nummer 5
Pagina 23
bedragen en het tijdvak van vier weken waar-binnen de overschrijding plaatsvindt moet aan-eengesloten zijn.11 Daarnaast is in artikel 12 lid 2
onderdeel c Beleidsregel 2 verduidelijkt dat in de situatie dat de werkgever de illegale tewerk-stelling zelf voortijdig heeft beëindigd, de zoge-noemde ‘vrijwillige inkeerregeling’. De minister van SZW geeft in de toelichting aan dat met ‘voortijdig’ wordt bedoeld: voordat controle van de Inspectie SZW of een andere instantie belast met het toezicht op de naleving van de Wav heeft plaatsgevonden. Ook is verduidelijkt dat een termijn van één maand geldt. Hiermee is gekozen voor het gebruiken van een vaste tijds-eenheid om de onduidelijkheid te voorkomen dat bij verschillende loonperiodes - waarvan in Beleidsregel 1 is uitgegaan - uiteenlopende termijnen gelden. Daarbij is toegevoegd dat deze termijn van een maand gaat lopen na aanvang van de werkzaamheden.12 En daar zit nu net het
venijn. Het was in Beleidsregel 1 ‘uiterlijk binnen een termijn van één loonperiode’, dat is in Beleidsregel 2 gewijzigd in ‘binnen een termijn van één maand na aanvang van de werkzaam-heden’. Dat maakt dat deze zogenoemde vrijwil-lige inkeerregeling eigenlijk tot een min of meer dode letter, omdat het niet zo zeer gaat om ‘de aanvang van de werkzaamheden’, maar om ‘het besef bij de werkgever’ (in de zin van artikel 1 onderdeel b Wav) dat er iets verkeerd is (gegaan); het gaat ten slotte om een vrijwillige
inkeer-regeling! De oude vrijwillige inkeerregeling was gekoppeld aan de matiging van 75% en dat was voor veel werkgevers reden om de illegale tewerkstelling te beëindigen en daarvan melding te maken. Nu zullen zij het veelal op (moeten) laten aankomen op een toevallige ontdekking door de toezichthouder. Dat kan toch niet de bedoeling zijn.
Noten:
1. Mr. dr. J. van Drongelen is (emer.) universitair hoofdocent bij de Vakgroep sociaal recht en sociale politiek van de Universiteit van Tilburg en (gepens.) senior wetgevingsjurist bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
2. Mr. A.D.M. van Rijs is docent bij de vakgroep sociaal recht en sociale politiek van de Universiteit van Tilburg.
3. Zie besluit van 20 maart 2020 tot vaststelling van de Beleidsregel boeteoplegging Wet arbeid vreemdelingen 2020, Stb. 2020, 18106. 4. Zie besluit van 26 juni 2017, Stb. 2017, 37085.
5. Zie wet van 21 december 1994, Stb. 1994, 959.
6. In de Tarieflijst (art. 2 lid 1 en art. 15a Wav) is sprake van ‘Overige rechtspersonen of daarmee gelijkgestelden’. Dat moet zijn ‘gelijk-gestelde’ omdat het niet gaat om natuurlijke personen.
7. Als uitvloeisel van ABRvS 3 oktober 2018, ECLI:NL:RSV:2018:3216. Zie toelichting Stcrt. 2020, 18106, p. 7.
8. Zie Stcrt. 2020, 18106, p. 5.
9. Zie richtlijn (EU) 2016/801 van het Europees parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrij-willigerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten (herschikking), PbEU 2016 van 21 mei 2016, L 132, p. 21-57.
10. Zie regeling van 19 april 2018 tot wijziging van de Regeling uitvoering Wet arbeid vreemdelingen 2014 in verband met de implementatie van richtlijn (EU) 2016/801 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 (PbEU 2016, L 132), Stcrt. 2018, 23392.
