• No results found

Historische canon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene - ISAF (Afghanistan)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Historische canon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene - ISAF (Afghanistan)"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Historische canon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene

ISAF (Afghanistan)

In 2001, kort na de beruchte aanslagen op 11 september, verklaarden de Verenigde Staten de oorlog aan het terrorisme. Het eerste doelwit was het regime van de Taliban in Afghanistan. De fundamentalistische beweging zou onderdak bieden aan Osama Bin Laden en zijn Al Qa’ida. Op 7 oktober 2001 begon operatie Enduring Freedom met een reeks luchtaanvallen op trainingskampen van de Taliban. De operatie zette zich voort op de grond.

De val van het Taliban-bewind liet daarna niet lang op zich wachten.

Na jaren van oorlog was het land volledig ontwricht. Van een overheid, leger of politie was nauwelijks nog sprake. Het maatschappelijke leven was verlamd, de toekomst onzeker. Als het zo uitkwam schoot iedereen op iedereen: krijgsheren, criminelen, milities en ruziënde stammen.

Eind december 2001 werd de NAVO-geleide International Security and Assistance Force Afghanistan (ISAF) opgericht. ISAF moest orde scheppen in de chaos. ISAF moest veiligheid bieden, vertrouwen scheppen, overheden herstellen en

veiligheidsdiensten opbouwen. Uiteindelijk moest ISAF de Afghanen weer het vertrouwen geven om het zelf te doen, in vrijheid.

Nederland leverde in verhouding een flinke bijdrage aan de missie. Na inzet van eenheden in Kabul, Baghlan, Kunduz en Mazer-e-Sharif, werden in Regional Command South (RC-South) een brigadetaakgroep en luchtmachteenheden ontplooid. De taakgroep streek neer in de provincie Uruzgan, als Taskforce Uruzgan (TFU).

De operatie was bijzonder complex. Het optreden binnen de Afghaanse stammenmaatschappij en de samenwerking met de vele hulporganisaties vereisten vaker een diplomatieke dan een militaire benadering. Ook de inbreng van het Afghaanse leger en de politie verliep niet altijd gladjes. De TFU had hier dagelijks mee te maken. Het was een leerproces, met ups en downs. De veiligheidssituatie bleef evenwel uiterst kwetsbaar. Er moest vaak hard worden gevochten. De dreiging van geïmproviseerde explosieven (IED’s) werd steeds groter.

17 Pantserinfanteriebataljon leidde tweemaal de battlegroup van de TFU. De eerste keer, in 2006-2007 (BG-2), waren orde en rust in de

provincie ver te zoeken. De tweede keer, in 2010 (BG-10), bleek er veel ten goede gekeerd. De beide compagnieën van 17 Pantserinfanteriebataljon die aan andere battlegroups waren toegevoegd (BG-9 en 11) merkten dit ook. In elk geval waren de bases in het operatiegebied een stuk comfortabeler geworden, maar dat was voor een doorgewinterde militair slechts bijzaak. Het ging erom wat er ‘buiten de poort’ gebeurde. Het bleef er gevaarlijk. IED’s bezorgden de Nederlandse militairen, behalve oponthoud, veel leed. Aan de andere kant zagen de Fuseliers ook dat de Afghaanse politie en het leger inmiddels professioneler optraden. Ze zagen ook de effecten van de wederopbouw. Er was meer bedrijvigheid. De infrastructuur was verbeterd. Er waren schooltjes. Het was nog niet veel, maar de TFU boekte vooruitgang. Twee stappen vooruit, één stap achteruit, maar er was vooruitgang.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Commandanten van het Regiment Infanterie Johan Willem Friso (1950-heden).

Vooral voor het behoud van de enclave Chora voerden Nederlandse troepen in juni 2007 hevige strijd.. Terwijl de situatie rond Chora daarna verbeterde, nam de druk van

De bouw van de kazerne begon eind jaren dertig, toen de dreiging van nazi-Duitsland sterk toenam en het Nederlandse leger halsoverkop werd uitgebreid om die dreiging het hoofd

Commandanten van de Koninklijke Nederlandse Brigade Prinses Irene (1941-1945). 11 jan 1941 - 31 aug 1941

· Het wapen der Militaire Luchtvaart in Nederland (waarvan de traditie door de Koninklijke Luchtmacht wordt voortgezet). · Het wapen der Militaire Luchtvaart van het

Het Duitse leger bleek veel te sterk, niet alleen voor Nederland, maar ook voor België, Frankrijk en Groot-Brittannië, dat zijn bondgenoten te hulp was geschoten.. Via een

Vanaf de jaren 60 kende de infanterie 2 pantservoertuigen: het wielvoertuig de DAF YP 408 en het rupsvoertuig AMX.. De AMX bleek geen

17 Pantserinfanteriebataljon GFPI werd tijdens die rotatie vertegenwoordigd door de B-compagnie en een deel van de C- compagnie.. Er is al veel ervaring opgedaan in het gebied,