Oost, west, waar is 't best?
26 September 2006
De werkzaamheid en werkloosheid in de RESOC’s
Meer en meer arbeidsmaatregelen beogen een aansturing vanuit het lokale beleidsniveau, via de Erkende Regionale Samenwerkingsverbanden (ERSV) die het subregionale socio-economisch overleg tussen sociale partners en de lokale overheden ondersteunen. Het is dan ook
belangrijk zicht te krijgen op de lokale arbeidsmarkten en hun onderlinge verschillen. In het Vlaams Gewest kan er als het ware een lijn van west naar oost getrokken worden waarbij West-Vlaanderen de beste resultaten voor werkzaamheid en werkloosheid kan voorleggen en waarbij Limburg er minder goed uitkomt. Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant en Antwerpen nemen de middenweg.
Onderstaande tabel positioneert binnen de verschillende ERSV’s elk Regionaal Economisch en Sociaal Overlegcomité (RESOC) ten opzichte van het Vlaams Gewest en dit wat betreft de werkzaamheidsgraad en de werkloosheidsgraad in het algemeen en van enkele kansengroepen.
Het ERSV Limburg is een bijzonder geval aangezien het beschouwd wordt als één RESOC. Om toch een beeld te krijgen van de regionale sterktes en zwaktes, werd RESOC Limburg verder opgedeeld in vijf streken.
Het ERSV West-Vlaanderen noteert globaal de beste scores voor de onderzochte arbeidsmarktindicatoren. Op bijna alle fronten leggen de West-Vlaamse RESOC’s betere cijfers voor dan gemiddeld in het Vlaams Gewest. Vooral Roeselare-Tielt scheert hoge toppen met een aandeel werkende 18-64-jarigen van 72,7% en een bijzonder lage werkloosheid van 5,4%. Het RESOC Brugge ligt met 47,5% werkende jongeren wel net onder het Vlaamse gemiddelde van 47,9%. De grote uitzondering in West-Vlaanderen wordt gevormd door het RESOC Oostende. Deze regio boekt op quasi alle indicatoren minder gunstige resultaten dan gemiddeld in Vlaanderen. Alleen de Oostendse jongerenwerkzaamheid (49,2%) overtreft het Vlaamse cijfer.
Het ERSV Oost-Vlaanderen legt eveneens een goed arbeidsmarktrapport voor. Wat de werkzaamheid betreft, zitten vooral de RESOC’s Zuid-Oost-Vlaanderen en Meetjesland goed met meer dan zeven op de tien werkende 18-64-jarigen. RESOC Gent doet het ook goed. Enkel de jongerenwerkzaamheid blijft hier met 47% iets achter op het Vlaams Gewest. Wat de werkloosheid betreft, kan het RESOC Gent het relatief positieve verhaal niet aanhouden: zowel globaal, als voor jongeren, ouderen en vrouwen noteert het minder gunstige cijfers dan het Vlaams Gewest. Vooral het aandeel werkzoekende jongeren is er bijzonder hoog (23,8%).
Goede cijfers worden ook in het ERSV Vlaams-Brabant teruggevonden. Beide RESOC’s van dit ERSV blijven boven het Vlaamse gemiddelde voor alle onderzochte indicatoren, behalve voor de jongerenwerkzaamheid. Het RESOC Halle-Vilvoorde telt 42,7% werkende jongeren. In het RESOC Leuven gaat het om 42,4%. Deze aandelen liggen ver onder het Vlaamse gemiddelde. De ouderen in de RESOC’s Halle-Vilvoorde en Leuven doen het daarentegen pakken beter en gooien hoge ogen met respectievelijke werkzaamheidsgraden van 53,3% en 51,4%.
In het ERSV Antwerpen wordt de rode draad minder vlot gevonden. Het RESOC Antwerpen kent op alle vlakken minder gunstige cijfers dan gemiddeld in het Vlaams Gewest. Vooral de jongeren hebben het er moeilijk, getuige een werkzaamheidsgraad van 44,7% en een
werkloosheidsgraad van 22,1%. Het RESOC Mechelen benadert de Vlaamse cijfers het meest. De afwijkingen ten aanzien van Vlaanderen, zowel in gunstige als minder gunstige zin, blijven beperkt. Dit gaat grotendeels ook op voor het RESOC Turnhout. Alleen wat betreft de jongerenwerkzaamheid onderscheidt Turnhout zich met 53,1% echt positief van het Vlaams Gewest.
Het ERSV Limburg valt tot slot op door haar algemeen zwakke scores. De Limburgse streken noteren allen een lager aandeel werkenden in de bevolking dan gemiddeld in het Vlaams Gewest (67,7%). Vooral het Maasland scoort met een werkzaamheidsgraad van 58,1% erg zwak. Ook bij de jongeren, ouderen en vrouwen komen de Limburgse streken niet boven het Vlaamse gemiddelde uit. Enkel Noord-Limburg (53,2%) en West-Limburg (48,6%) kunnen bij de jongeren iets betere cijfers voorleggen. De Limburgse werkloosheidscijfers zijn eveneens problematisch.
Vooral Midden-Limburg (12,1%) en het Maasland (11,6%) registreren een hoog aandeel werkzoekenden in de beroepsbevolking. Noord- Limburg is de enige streek die een globale en jongerenwerkloosheidsgraad kan optekenen die lager en dus gunstiger is dan gemiddeld in het Vlaams Gewest.
Meer cijfers en analyses over de lokale arbeidsmarkten vindt u in het WAV-rapport ‘Panorama van het subregionale landschap: de RESOC’s’.
Dit WAV-rapport is het tweede in de reeks ‘Acht is meer dan duizend. Eindrapportering van het Steunpunt WAV’.
© Steunpunt WSE - Parkstraat 45 bus 5303 - 3000 Leuven
T: +32 (0)16 32 32 39 | F: +32 (0)16 32 32 40 | steunpuntwse@econ.kuleuven.be Creatie: Kunstmaan - Smartlounge