Vraag nr. 70
van 12 november 1997
van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH OCMW-lasten – Remgeld psychiatrie
Op 1 oktober 1997 treedt het koninklijk besluit in werking dat voorziet in de verhoging van het rem-geld in geval van ziekenhuisopname in de psychia-trie.
Verwacht kan worden dat tal van patiënten zullen kiezen voor ambulante hulpverlening.
Met de neveneffecten hiervan, namelijk zwaardere belasting van de gezinnen, mensen die langer ziek b l i j v e n , het ziekteverzuim, worden de V l a a m s e OCMW's geconfronteerd. Bepaalde patiënten haken gewoon af, waardoor zij verzeilen in de kansarmoede en eventueel in de criminaliteit. Daartegenover staat het enige voordeel, n a m e l i j k dat wordt bespaard in het federale budget. M a a r het financiële probleem wordt verschoven naar de OCMW's en lokale besturen.
De OCMW's zullen financieel moeten bijspringen om de grootste nood van de behoeftigen aan gezondheidszorg te lenigen, maar de financiële middelen zullen onvoldoende zijn. We komen dus in een situatie waar de gepaste dienstverlening b e s t a a t , maar om besparingsredenen niet meer toe-gankelijk is voor de meest behoeftigen in de s a m e n l e v i n g. Het OCMW kan overwegen om de betrokkenen opnieuw te laten opnemen in het psy-chiatrische ziekenhuis, maar dit betekent concreet dat het de verhoogde factuur betaalt.
Daarnaast moet er rekening worden gehouden met de neveneffecten van de kansarmoede. Hoe meer kansarmen in een gemeente, hoe meer criminali-t e i criminali-t , hoe meer middelen zullen moecriminali-ten worden geïnvesteerd in het veiligheidsbeleid.
Heeft de minister reeds contact opgenomen met zijn terzake bevoegde federale collega om deze verschuiving van federale naar lokale solidariteit ongedaan te maken ?
Welke maatregelen werden er eventueel getroffen ? N.B. : Deze vraag werd eveneens gesteld aan
mevrouw Wivina Demeester-De Meyer, Vlaams minister van Fi n a n c i ë n , B e g r o t i n g en Gezondheidsbeleid.
Antwoord
Ik dien erop te wijzen dat de aangehaalde pro-bleemstelling integraal een federale materie uit-m a a k t . Voor deze vraagstelling verwijs ik dan ook naar de bevoegde federale minister.
Terzake beschik ik bijgevolg niet over cijfers op Vlaams niveau die zouden kunnen aangeven welke implicaties deze wijziging voor de lokale besturen kan uitmaken.
Vanuit de OCMW's heb ik tot op heden nog geen signalen ontvangen die een bezorgdheid, s p e c i f i e k rond deze materie, weergeven.