secretariaat@netbeheernederland.nl www.netbeheernederland.nl

(1)

Vereniging van Energienetbeheerders in Nederland

Utrechtseweg 310 6812 AR Arnhem Postbus 1156 6801 BD Arnhem Telefoon 026-356 95 00 Fax 026-442 83 20

secretariaat@netbeheernederland.nl www.netbeheernederland.nl

Hierbij ontvangt u namens de gezamenlijke netbeheerders een voorstel tot wijziging van de voorwaar- den zoals bedoeld in artikel 31, eerste lid van de Elektriciteitswet 1998 alsmede van artikel 12b, eerste lid, van de Gaswet. Het voorstel betreft in hoofdzaak wijzigingen in de Meetcode Elektriciteit en de Meetvoorwaarden Gas – RNB die nodig zijn voor de uitrol van de slimme meters per 1 januari 2012.

De overige wijzigingen betreffen met name de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas. De- ze wijzigingen zijn het directe gevolg van de voorgestelde wijzigingen in de Meetcode Elektriciteit en de Meetvoorwaarden Gas – RNB.

Aanleiding tot dit codewijzigingsvoorstel

Op 26 februari jongstleden is de “Wet van 26 februari 2011 tot wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet ter verbetering van de werking van de elektriciteits- en gasmarkt” gepubliceerd (Staats- blad 2011-130). In de wandelgangen staat deze wet bekend als de “wet marktmodel”. Het codewijzi- gingsvoorstel dat het directe gevolg is van dit wetsvoorstel, is circa tweeënhalf jaar geleden voorbereid en bevatte zowel de wijzigingen met betrekking tot de uitbreiding van de scope van de Informatiecode Elektriciteit en Gas, de omkering van de meetketen, het verplichte leveranciersmodel als de wijzigin- gen die nodig zijn voor de uitrol van de slimme meters en de sluiting van de metermarkt voor kleinver- bruikers. Er werd destijds van uitgegaan dat dit complete codewijzigingsvoorstel als één integraal pak- ket aan de Raad ter vaststelling zou worden aangeboden. Door de vertraging bij de parlementaire be- handeling van genoemde wet is er inmiddels een ander beeld ontstaan over de planning van de invoe- ring van de diverse onderdelen van het nieuwe marktmodel.

Voor het onderhavige voorstel is van belang dat het thans in de bedoeling ligt dat de kleinschalige uit- rol van de slimme meter start op 1 januari 2012 en dat dan tegelijkertijd de meter-

markt voor kleinverbruikers sluit. Pas in een later stadium (waarschijnlijk in 2013) Raad van Bestuur van de NMa

de heer mr. C.A. Fonteijn Postbus 16326

2500 BH DEN HAAG

Ons kenmerk N 2011-523

Behandeld door Johan Janssen

Telefoon 026 - 356 94 73

E-mail jjanssen@netbeheernederland.nl

Datum 4 juli 2011

Onderwerp Codewijzigingsvoorstel m.b.t. uitrol slimme meters

Geachte heer Fonteijn,

(2)

wordt de inwerkingtreding van de overige onderdelen van het nieuwe marktmodel verwacht. Eén en ander houdt in dat er geen sprake meer kan zijn van één integraal codewijzigingsvoorstel voor alle onderdelen van het nieuwe marktmodel. Gelet op de omvang van een dergelijk voorstel kan niet in redelijkheid verwacht worden dat er voor 1 januari 2012 besluitvorming door de Raad heeft plaatsge- vonden.

Daarom hebben wij er voor gekozen om het codewijzigingsvoorstel naar aanleiding van de “wet marktmodel” in twee delen op te splitsen. Het onderhavige voorstel betreft de wijzigingen in de Meet- code Elektriciteit en de Meetvoorwaarden Gas – RNB die nodig zijn voor de start van de kleinschalige uitrol van de slimme meters en de sluiting van de metermarkt voor kleinverbruikers. Besluitvorming hieromtrent kan ons inziens afgerond worden voor 1 januari 2012 zodat inwerkingtreding van de wijzi- gingen per 1 januari 2012 mogelijk is.

De overige wijzigingen naar aanleiding van de “wet marktmodel” volgen in een tweede voorstel dat wij gezamenlijk met de vereniging Nedu zullen indienen mede op grond van de nieuwe artikelen 53 e.v.

van de Elektriciteitswet 1998 en 21 e.v. van de Gaswet. Dat voorstel zal in belangrijke mate betrekking hebben op de Informatiecode Elektriciteit en Gas alsmede het verwijderen van bepalingen met betrek- king tot uitwisseling van (meet)gegevens uit de overige codes. Die wijzigingen zullen pas in werking moeten treden tegelijk met de inwerkingtreding van de bepalingen uit de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet met betrekking tot de omkering van de meetketen en de invoering van het verplichte leveran- ciersmodel (naar verwachting in 2013).

Omdat we bij het onderhavige voorstel zo nauw mogelijk wilden aansluiten bij het oorspronkelijke inte- grale voorstel, is voor zowel de Meetcode Elektriciteit als voor de Meetvoorwaarden Gas – RNB zo- veel mogelijk de in 2008 ontwikkelde structuur gevolgd. Dat betekent concreet dat de bepalingen die betrekking hebben op uitwisseling van (meet)gegevens, die thans verspreid staan over de verschillen- de hoofdstukken van deze codes, nu worden samengebracht in één nieuw, tijdelijk hoofdstuk (7). Dat tijdelijke hoofdstuk kan weer vervallen als de desbetreffende bepalingen worden overgeheveld naar de Informatiecode Elektriciteit en Gas.

Hoofdlijn van het codewijzigingsvoorstel

Aan de Meetcode Elektriciteit en de Meetvoorwaarden Gas – RNB wordt een hoofdstuk (3) toege- voegd waarin de spelregels voor de uitrol van de slimme meter zijn opgenomen. Verder is de structuur van de beide documenten aangepast, logischer gemaakt en geüniformeerd. Tenslotte zijn bepalingen aangepast in verband met de overgang van het beheer van de kleinverbruikmeetinrichtingen van de meetverantwoordelijke naar de netbeheerder.

Alle bepalingen die te maken hebben met de uitwisseling en / of bewerking van meetgegevens zijn in een apart hoofdstuk (7) samengevoegd. Deze bepalingen gaan t.z.t. naar de Informatiecode Elektrici- teit en Gas.

Inhoud van het codewijzigingsvoorstel

De codeteksten met de voorgestelde wijzigingen zijn opgenomen in de integrale versies van zowel de

Meetcode Elektriciteit (bijlage 2) als de Meetvoorwaarden Gas – RNB (bijlage 3). De met deze wijzi-

(3)

gingen samenhangende voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en in de Begrippen- lijst Gas zijn opgenomen in bijlage 1 bij deze brief.

Toe te voegen tekst is gekleurd en onderstreept. Te verwijderen tekst is gekleurd en doorgehaald. De verschillende gebruikte kleuren hebben daarbij de volgende betekenis:

• zwarte tekst is vigerende codetekst;

• wijzigingen uit voorstel N 2008-104 d.d. 03-07-2008 (dossier 103021 m.b.t. openbaarheid van de verbruiksprofielen) zijn blauw gemarkeerd;

• wijzigingen uit voorstel N 2010-371 d.d. 27-07-2010 (dossier 103570 m.b.t. comptabele meting op koppelpunten) zijn blauw gemarkeerd;

• wijzigingen uit voorstel N 2011-447 d.d. 08-02-2011 (m.b.t. aanpassing in de Tarievencode Elektri- citeit) zijn blauw gemarkeerd;

• wijzigingen uit ontwerpbesluit 103684/XX d.d. 04-05-2011 (m.b.t. verbetering gebruik klantstanden bij mutatieprocessen) zijn blauw gemarkeerd;

• wijzigingen uit het parallel lopende voorstel N 2011-471 (m.b.t. accountantsverklaring bij onbeme- ten aansluitingen) zijn rood gemarkeerd;

• wijzigingen uit het parallel lopende voorstel N 2011-509 (m.b.t. gecontracteerd transportvermogen en aansluitcapaciteit) zijn groen gemarkeerd;

• wijzigingen uit het onderhavige voorstel N 2011-523 (m.b.t. de uitrol van de slimme meters) zijn bruin gemarkeerd;

• wijzigingen uit het parallel lopende voorstel N 2011-321 zijn lichtblauw gemarkeerd.

Samenloop met andere wijzigingen in de Meetcode Elektriciteit

Omdat dit voorstel volledig parallel loopt met enkele andere wijzigingsvoorstellen waarbij ook de Meetcode Elektriciteit is betrokken (N 2011-471, N 2011-321 en N 2011-509) zijn de wijzigingen in de Meetcode Elektriciteit van deze vier voorstellen tezamen opgenomen in één gemeenschappelijke bij- lage met de integrale Meetcode Elektriciteit, waarin alle wijzigingen zijn opgenomen, maar wel met onderscheiden kleuren zoals hierboven vermeld.

De vier genoemde codewijzigingsvoorstellen worden separaat ingediend om ook een separate be- handeling door de Raad mogelijk te maken. Als de planning en de voortgang van de behandeling het toelaat, heeft het onze sterke voorkeur dat de besluiten over alle vier de betrokken voorstellen tegelij- kertijd in werking treden en wel op 1 januari 2012, zodat de Meetcode Elektriciteit per saldo maar één keer wijzigt.

Mocht gelijktijdige besluitvorming niet mogelijk zijn voor 1 januari 2012, dan dient besluitvorming over het onderhavige voorstel N 2011-523 inzake de uitrol van de slimme meters voorrang te krijgen omdat de wetsartikelen met betrekking tot de kleinschalige uitrol per 1 januari 2012 in werking zullen treden.

Toelichting op het codewijzigingsvoorstel

In verband met de ingrijpende veranderingen die het gevolg zijn van de invoering van het nieuwe me-

termarktmodel en de geplande uitrol van slimme meters is een aantal nieuwe begrippen geïntrodu-

(4)

ceerd en is gekozen voor een gewijzigde indeling van beide codes. Hieronder volgt eerste een toelich- ting op de bestaande en nieuwe begrippen.

Introductie nieuwe begrippen:

• Meetverantwoordelijke De meetverantwoordelijke komt in de plaats van de oude “erkende meetverantwoordelijke” met dien verstande dat de meetverantwoordelijke alleen nog maar voor- komt bij grootverbruikers. Met betrekking tot de eigenstandige rol van de meetverantwoordelijke bij gas is in 2008 discussie geweest met de NMa ter gelegenheid van de behandeling van dossier 102773. Hierna zal daarop in een aparte paragraaf specifiek worden ingegaan.

• MV-erkenner De MV-erkenner is de instantie die verantwoordelijk is voor het erkennen van meetverantwoordelijken. Door gebruik te maken van de term MV-erkenner bestaat er geen ondui- delijkheid meer over de vraag op grond van welke hoedanigheid de netbeheerder van het lande- lijk hoogspanningsnet wordt genoemd.

De regeling voor de erkenning van meetverantwoordelijken is thans opgenomen in een bijlage.

Er is gekozen voor een bijlage omdat de voor de erkenning noodzakelijke procedures in hoofd- zaak van een andere aard zijn dan de zaken die in de meetcode worden geregeld.

• Meterbeheerder Als gevolg van het nieuwe metermarktmodel is het beheer van de meter voor kleinverbruikaansluitingen ondergebracht bij de netbeheerder en voor grootverbruikaansluitingen bij de meetverantwoordelijke.

Omdat in een aantal gevallen taken en bevoegdheden worden neergelegd bij de beheerder van de meter, is het eenvoudiger om te spreken over “de meterbeheerder”. Daarmee wordt voorko- men dat er ingewikkelde constructies nodig zijn waarbij gesproken wordt over de netbeheerder in situaties waarbij sprake is van kleinverbruik en over de meetverantwoordelijke als er sprake is van grootverbruik.

Daar waar het nadrukkelijk over kleinverbruik of over grootverbruik gaat, wordt nog gesproken over netbeheerder respectievelijk meetverantwoordelijke.

• Meterplaatser De meterplaatser is een persoon die conform bijlage 3 van de Meetvoorwaar- den Gas – RNB en bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit door de MP-erkenner is erkend voor de werkzaamheden die verband houden met het plaatsen van dat deel van de slimme meetinrichting dat geplaatst wordt in het perceel van de aangeslotene.

In verband met de veiligheid, de goede werking van de meetinrichting en de noodzakelijke goede administratieve verwerking van de plaatsing worden er criteria gesteld aan de meterplaatser en zijn personeel. Deze criteria zijn vastgelegd in de genoemde bijlagen.

• MP-erkenner De MP-erkenner is de door de gezamenlijke netbeheerders aangewezen in- stantie die verantwoordelijk is voor de erkenning van meterplaatsers. Omdat het met name van belang is dat de netbeheerder vertrouwen heeft in de meterplaatser die immers werkzaamheden verricht aan het door de netbeheerder beheerde net, is er voor gekozen om de zogenaamde MP- erkenner aan te laten wijzen door de gezamenlijke netbeheerders.

• Telemetriegrootverbruikmeetinrichting De telemetriegrootverbruikmeetinrichting werd in het verleden aangeduid als “de dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichting”.

• Profielgrootverbruikmeetinrichting De profielgrootverbruikmeetinrichting behoeft niet op afstand

uitleesbaar te zijn. Dit is de meetinrichting de gebruikt mag worden voor grootverbruikaansluitin-

gen waarvan de aansluitcapaciteit kleiner is dan of gelijk aan 100 kVA respectievelijk de gemid-

delde jaarafname kleiner dan of gelijk aan 170.000 m

³

(n;35,17).

(5)

• Productie-meetinrichting De meetinrichting “op de klemmen van de generator” die gebruikt wordt om de brutoproductie te meten, wordt nu productiemeetinrichting genoemd.

• Meetgegevensverzameling Omdat het tot nu toe gebruikte begrip “datacollectie” door de gewij- zigde Wet een andere betekenis heeft gekregen, wordt in die situaties waar het gaat over het af- lezen of uitlezen van de meetinrichting het woord “meetgegevensverzameling” gebruikt.

Omdat in de oude codes de begrippen “data” en “meetgegevens” door elkaar werden gebruikt, is er voor gekozen om overal de term meetgegevens te hanteren.

Meetverantwoordelijkheid bij gas

Bij de behandeling van dossier 102773 in 2008 heeft de NMa het signaal afgegeven dat de rol van meetverantwoordelijke bij gas juridisch gezien bij nader inzien minder gewenst is, gelet op de verschil- len tussen de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet terzake. De gezamenlijke netbeheerders hebben destijds aangegeven het op dat moment lopende dossier niet met die discussie te belasten, maar er op terug te zullen komen bij de voorstellen met betrekking tot het nieuwe marktmodel. Vandaar dat hier nu nader op zal worden ingegaan.

Het destijds geopperde bezwaar van NMa tegen het gebruik van de meetverantwoordelijke gas als zelfstandige rol betrof met name de wettelijke verankering daarvan. De rol van meetverantwoordelijke is in 2003 door de toenmalige DTe geïntroduceerd voor elektriciteit als een afgeleide verantwoorde- lijkheid van de wel in de Elektriciteitswet 1998 vastgelegde programmaverantwoordelijkheid. De rede- nering was kort samengevat dat de Elektriciteitswet 1998 voorschrijft dat elke afnemer programma- verantwoordelijkheid draagt en dat deze verantwoordelijkheid per saldo uitsluitend uitgevoerd kan worden als de afnemer ook meetverantwoordelijkheid heeft. De meter- en meetmarkt zijn immers vrije markten, waardoor het ter beschikking stellen van een meetinrichting en het collecteren van meetge- gevens geen exclusieve taak van de netbeheerder is, terwijl anderzijds niet ter discussie staat dat op elke aansluiting gemeten moet worden om de programmaverantwoordelijkheid na te komen.

Bij de totstandkoming van de gascodes in 2004/2005 is dezelfde methodiek overgenomen, zonder dat daar op dat moment nader over is gediscussieerd. Op dat moment kende de Gaswet echter niet het fenomeen programmaverantwoordelijkheid, terwijl de enigszins vergelijkbare rol van de shipper in de Gaset niet gedefinieerd was. Daarmee is het bij nader inzien door NMa geopperde bezwaar tegen het zelfstandige gebruik van meetverantwoordelijkheid en meetverantwoordelijke binnen het op dat mo- ment geldende wettelijke kader verklaarbaar en begrijpelijk.

Inmiddels is het wettelijke kader terzake gewijzigd. Door wijziging van de Gaswet kennen we voor gas sinds 1 april 2011 ook het verschijnsel programmaverantwoordelijkheid en de rol programmaverant- woordelijke. Per 1 januari 2012 zal de Gaswet opnieuw wijzigen, waardoor voor kleinverbruikers de metermarkt sluit. Voor gasgrootverbruikers is er derhalve per 1 januari 2012 een identiek juridisch ka- der als voor elektriciteitsgrootverbruikers ten aanzien van de programmaverantwoordelijkheid en de meetverantwoordelijkheid. Daarmee kan het gebruik van de rol meetverantwoordelijke binnen de gas- codes op dezelfde manier juridisch onderbouwd worden als in 2003 door de toenmalige DTe voor elektriciteit is gedaan. Kort samengevat:

Elke afnemer, niet zijnde een kleinverbruiker, draagt op grond van de Gaswet programmaverantwoor-

delijkheid op zijn aansluiting. Om die programmaverantwoordelijkheid te kunnen nakomen (zelf of door

(6)

overdracht aan een andere erkende programmaverantwoordelijke) zal er op de aansluiting gemeten moeten worden volgens de specificaties uit de Meetvoorwaarden Gas. Omdat de metermarkt voor grootverbruikers vrij domein is, is de meetverantwoordelijkheid een verantwoordelijkheid die primair bij de afnemer zelf wordt neergelegd. De afnemer kan deze verantwoordelijkheid zelf op zich nemen door zich te kwalificeren als erkende meetverantwoordelijke. Hij kan er ook voor kiezen – en dat zal in ver- reweg de meeste gevallen ook gebeuren – om deze verantwoordelijkheid over te dragen aan een ge- specialiseerd meetbedrijf dat zich als erkende meetverantwoordelijke heeft gekwalificeerd.

In formele zin zijn en blijven zowel de Meetcode Elektriciteit als de Meetvoorwaarden Gas onderdeel van de voorwaarden die betrekking hebben op de relatie tussen de netbeheerder en de op diens net aangesloten afnemer. Onderdeel van die voorwaarden is dat alle taken met betrekking tot meten en meetgegevens uitgevoerd worden namens de desbetreffende afnemer door een daartoe gekwalifi- ceerde (erkende) partij, te weten de meetverantwoordelijke.

Nieuwe indeling

Bij de indeling is in de hoofdstukken 4 en 5 steeds geprobeerd om onderscheid te maken tussen de verschillende soorten meetinrichtingen. Artikelen die betrekking hebben op alle soorten meetinrichtin- gen zijn in algemene paragrafen opgenomen.

Nieuwe hoofdstukken en bijlagen

In het nieuwe hoofdstuk 2 is aangegeven welk soort meetinrichting er in een gegeven situatie moet (of kan) worden geplaatst. Verder is aangegeven wie de meterbeheerder is.

In hoofdstuk 3 worden de procedures beschreven voor prioriteitsplaatsing en plaatsing door derden (van slimme meters).

Bij de plaatsing van de slimme meter door een ander dan de netbeheerder is er vanuit gegaan dat de daadwerkelijke werkzaamheden uitgevoerd worden door een bedrijf dat aantoonbaar in staat is om deze werkzaamheden zodanig uit te voeren dat:

• er geen gevaarlijke situaties ontstaan;

• de goede werking van de slimme meter wordt gewaarborgd;

• de administratieve afhandeling van de meterwissel zonder problemen kan worden uitgevoerd.

Er is daarbij gekozen voor een model dat min of meer vergelijkbaar is met het model voor de meetver- antwoordelijke. De “ander dan de netbeheerder” is verantwoordelijk voor de plaatsing, maar mag deze werkzaamheden alleen zelf uitvoeren als hij hiervoor erkend is. Is hij dit niet dan kan de plaatsingsver- antwoordelijkheid worden overgedragen aan een meterplaatser die hier voor erkend is.

De wijze waarop de erkenning van de meterplaatser plaatsvindt is vergelijkbaar met die van de erken- ning van de meetverantwoordelijke en is vastgelegd in bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit, die identiek is aan bijlage 3 van de Meetvoorwaarden Gas – RNB.

Omdat het met name van belang is dat de netbeheerder vertrouwen heeft in de meterplaatser die im-

mers werkzaamheden verricht aan het door de netbeheerder beheerde net, is er voor gekozen om de

zogenaamde MP-erkenner aan te laten wijzen door de gezamenlijke netbeheerders.

(7)

De oude bijlagen 1 tot en met 12 van de Meetcode Elektriciteit zijn samengevoegd in de nieuwe bijla- ge 1

De oude bijlage 13 van de Meetcode Elektriciteit is hernummerd in bijlage 3

De oude bijlagen 14 en 15 van de Meetcode Elektriciteit worden t.z.t. verplaatst naar de Informatieco- de.

In de nieuwe bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en bijlage 3 van de Meetvoorwaarden Gas - RNB zijn de erkenningsregelingen voor meterplaatsers en voor meetverantwoordelijken opgenomen.

In de nieuwe bijlage 5 van de Meetcode Elektriciteit zijn de schattingsregels opgenomen die ten ge- volge van voorstel N 2011-321 (verbetering allocatie en reconciliatie) worden geïntroduceerd.

Overige redactionele aanpassingen

data => meetgegevens

meetdata => meetgegevens

datacommunicatie => gegevensuitwisseling datacollectiepunt => dataverzamelpunt maar “databuffer” blijft “databuffer”

netaansluiting => aansluiting

Consequenties van het codewijzigingsvoorstel voor aangeslotenen en andere partijen

Dit voorstel heeft geen op zichzelf staande consequenties voor aangeslotenen of derden. De uitrol van de slimme meter is een direct gevolg van de wetswijziging ter zake. De consequenties daarvan voor afnemers en andere belanghebbenden zijn in het parlementaire traject uitvoerig aan de orde geweest.

Gevolgde procedure met het codewijzigingsvoorstel

Het voorstel is vastgesteld als voorstel van de gezamenlijke netbeheerders zoals bedoeld in artikel 32 van de Elektriciteitswet 1998 in een vergadering van de Taakgroep Marktfacilitering en regulering van de vereniging Netbeheer Nederland op 20 april 2011.

Vervolgens heeft het overleg met representatieve organisaties van partijen op de elektriciteits- en gasmarkt, zoals bedoeld in artikel 33 van de Elektriciteitswet 1998 plaatsgevonden in een vergadering van het Gebruikersplatform elektriciteits- en gasnetten op 30 juni 2011.

Het verslag van de vergadering van het GEN is thans nog niet vastgesteld en derhalve niet bijgevoegd bij dit voorstel. Om u in de gelegenheid te stellen dit voorstel zo spoedig mogelijk in behandeling te kunnen nemen ontvangt u het voorstel – mede gezien de vakantieperiode – reeds nu en zal het op dit voorstel betrekking hebbende deel van het GEN-verslag na vaststelling zo spoedig mogelijk worden nagezonden.

De in het kader van dit overleg ontvangen commentaren worden samengenomen in een commenta-

renmatrix. Per commentaar is daarin aangegeven op welke wijze het ontvangen commentaar is ver-

werkt of waarom het niet is verwerkt. Deze matrix kan pas worden gecompleteerd als het verslag van

de GEN-vergadering beschikbaar is. Dus ook de commentarenmatrix zal zo spoedig mogelijk worden

nagezonden.

(8)

Om u evenwel nu reeds inzicht te geven in de GEN-behandeling van dit voorstel, volgt hieronder een – niet door de betrokken partijen gefiatteerde – samenvatting van de ingebrachte punten en de wijze waarop die al dan niet in het voorstel zijn verwerkt. Het definitieve GEN verslag zal leidend zijn in de weergave van de discussie in het GEN.

Consequenties van het voorstel

Vemw heeft aangegeven in het voorstel de gebruikelijke paragraaf met consequenties voor aangeslo- tenen en andere partijen te missen. Aangegeven is dat dit voorstel zelfstandig geen consequenties heeft, maar dat deze voortvloeien uit de wetswijzigingen ter zake die op 1 januari 2012 in werking tre- den. In de parlementaire behandeling van de desbetreffende wetswijzigingen zijn de consequenties van de uitrol van de slimme meter uitvoerig ter sprake geweest. Volledigheidshalve zal dit alsnog in de brief worden opgenomen.

De slimme meter bij aansluitingen zoals bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Elektriciteitswet 1998 Vng heeft aangegeven het op prijs te stellen om nader bilateraal overleg te hebben met de netbeheer- ders over de toepassing van slimme meters bij aansluitingen van bijvoorbeeld openbare verlichting, rioolgemaaltjes, etc. Wij hebben toegezegd dat na de vakantieperiode zo spoedig mogelijk op te pak- ken.

Aanduiding van de wijzigingen in de Begrippenlijsten

Bij de wijzigingen in de Begrippenlijsten wordt in het conceptvoorstel nog verwezen naar de docu- mentkenmerken van het oorspronkelijke ongesplitste voorstel m.b.t. stroomopwaarts van 18 december 2008. Dit is aangepast.

Begrippen die letterlijk uit de Elektriciteitswet 1998 of de Gaswet komen

Er zijn kanttekeningen geplaatst bij de opname van bepaalde begrippen uit de Elektriciteitswet 1998 in de Begrippenlijst Elektriciteit. Bijvoorbeeld het algemene begrip “rekening” dat in de Elektriciteitswet 1998 een heel specifieke betekenis heeft gekregen. Hierop is aangegeven dat we vast willen houden aan het in 2005 door de afnemersorganisaties expliciet geuite verzoek om alle in de wet gedefinieerde begrippen letterlijk over te nemen in de Begrippenlijsten, ook al hebben de desbetreffende begrippen voor de codes geen directe betekenis. Voor gas is dat van het begin af aan gedaan waardoor nu al- leen de nieuwe in de Gaswet gedefinieerde begrippen toegevoegd hoeven te worden. Voor elektriciteit is dat niet altijd consequent gedaan, zodat daarvoor nu een inhaalslag plaatsvindt.

Begrippen als interludiumperiode en uitrolperiode

Doordat een deel van de uitrolspelregels nu en de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet zijn opgeno- men, worden deze begrippen in de codes niet meer gebruikt en kunnen ze dus ook uit de Begrippen- lijsten verdwijnen. De omschrijving van de niet op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting in de Begrippenlijst Gas was nog niet aangepast aan het Besluit op afstand uitleesbare meetinrichtingen.

Bewaartermijn en tekenbevoegdheid meterplaatsformulier

Energie-Nederland heeft gevraagd naar de bewaartermijn van de in McE / MvGR 3.3.8 bedoelde me-

terplaatsformulieren. Naar aanleiding daarvan is besloten om een bewaartermijn van twee jaar op te

nemen. In de genoemde periode zal er tenminste één periodieke jaarafrekening geweest zijn.

(9)

VA heeft aandacht gevraagd voor de tekenbevoegdheid van de aangeslotene waarbij de meetinrich- ting verwisseld wordt. Gelet op de doelgroep en de ervaringen daarmee bij geschillen in het verleden worden daar geen aanvullende eisen gesteld.

Overgangsbepalingen

De algemene overgangsbepalingen, zoals McE 6.3.1 en MvGR 6.3.1 en 6.3.2 zouden weg kunnen.

Voor de Meetcode Elektriciteit is de termijn van vijf jaar na de eerste inwerkingtreding reeds lang ver- streken en voor de Meetvoorwaarden Gas – RNB zal deze op 23 november 2011 verstrijken. Naar verwachting dus voor dat het besluit over de onderhavige wijzigingsvoorstellen in werking treden.

Dit is inderdaad het geval. Echter worden de genoemde bepalingen soms ook toegepast op later aan- gebrachte wijzigingen in de codes. Geconstateerd is dat de redactie van bedoelde artikelen daar niet op is toegesneden. Als dat wel bedoeld is moet daarvoor een separaat wijzigingsvoorstel worden ge- schreven. Een dergelijke aanpassing gaat buiten de scope van het onderhavige voorstel.

Invoeders van gas

Naar aanleiding van een opmerking van de VGGP is aangegeven dat paragraaf 2.3 van de Meet- voorwaarden Gas – RNB niet alleen op verbruikers maar ook op invoeders betrekking heeft. Dit blijkt uit de woorden “een aansluiting” en uit de verwijzing naar de categorieën GIN en GIS. verder is toege- licht waarom voorgeschreven is dat de meetinrichting “in” het overdrachtspunt van de aansluiting moet zijn gesitueerd.

Grondtemperatuurmethode

Naar aanleiding van een opmerking van Energie-Nederland is toegelict dat het gebruik van de grond- temperatuurmethode los staat van de discussie over de administratieve temperatuurcorrectie. De aan- vankelijk voor laatstgenoemd issue voorgestelde wijziging van B1.3.5 is thans weggelaten. Daarom- trent komt op een later tijdstip een separaat codewijzigingsvoorstel.

Implementatie van het codewijzigingsvoorstel

Zoals hierboven onder het kopje “Samenloop…” al is aangegeven, heeft het onze voorkeur als de in dit voorstel voorgestelde wijzigingen tegelijk inwerking treden met de drie parallel lopende voorstellen waarbij de Meetcode Elektriciteit betrokken is. Gegeven het wettelijk bepaalde moment van de start van de uitrol van de slimme meter is dat uiterlijk op 1 januari 2012.

Uiteraard zijn wij graag bereid dit voorstel nader toe te lichten. U kunt daarvoor desgewenst contact opnemen met de heer Johan Janssen van ons bureau (gegevens zie briefhoofd).

Met vriendelijke groet,

B.I.M. van der Cammen

directeur

(10)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

Begrippenlijst Elektriciteit:

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Onderstaande begrippen dienen voor gebruik in samenhang met de voorwaarden op grond van de

artikelen 27, 31 en 54 van de Elektriciteitswet 1998.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Begrippen die in de Elektriciteitswet 1998 zijn gedefinieerd, zijn in deze Begrippenlijst Elektriciteit letterlijk overgenomen en herkenbaar door een * achter het begrip.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Begrippen in deze Begrippenlijst Elektriciteit die ook in de Begrippenlijst Gas voorkomen met een volledig identieke begripsomschrijving, zijn herkenbaar door een

⁺

achter het begrip.

Besluit 00-011; inwerking: 15-04-2000.

Besluit 102472/8; inwerking: 11-03-2007.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Aangeslotene

Een natuurlijk persoon of rechtspersoon ieder, die beschikt over een aansluiting op een net, dan wel degene die om een aansluiting heeft verzocht .

Besluit 00-011; inwerking: 15-04-2000 Voorstel N 2011-509: 04-07-2011

Aansluitcapaciteit

Het transportvermogen van de netaansluiting zoals door een potentiële aangeslotene is aange- vraagd en waarvoor het aansluittarief wordt betaald. De aanduiding van de grootte van de aanslui- ting, uitgedrukt in het maximale schijnbare vermogen [uitgedrukt in kVA of MVA] van de aansluiting dat met de aangeslotene is overeengekomen. In geval van aansluitingen kleiner dan of gelijk aan 3x80A, aangesloten op een laagspanningsnet, wordt de grootte van de aansluiting doorgaans aangeduid met de doorlaatwaarde die overeen komt met de aansluitcapaciteit, uitgedrukt in het aantal ter beschikking gestelde fasen maal de nominale waarde van de overstroombeveiliging per fase.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Aansluiting *

Eén of meer verbindingen tussen een net en een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, on- derdelen a tot en met d e, van de Wet waardering onroerende zaken, dan wel tussen een net en een ander net op een ander spanningsniveau.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Aansluitingenregister

Een register, ingericht en beheerd door de netbeheerder voor de aansluitingen op zijn net, waarin per netaansluiting die gegevens zijn vastgelegd die nodig zijn voor de communicatie tussen netbe- heerders en marktpartijen aangaande programmaverantwoordelijkheid, de facilitering van het switchproces de mutatieprocessen, de uitvoering van het leveranciersmodel en de productie van duurzame elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Afnemer *

Een natuurlijk persoon of rechtspersoon ieder die beschikt over een aansluiting op een net.

Besluit 100871/5; in werking: 13-07-2002.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Avondtarief

De tariefcategorie, zoals bedoeld in 3.7.14 van de Tarievencode Elektriciteit, waarbij de meetinrich- ting onderscheidbaar het verbruik op een netaansluiting in de laaguren en in de normaaluren regi- streert en de aangeslotene dienovereenkomstig wordt afgerekend en waarbij het schakelmoment van normaaluren naar laaguren omstreeks 21:00 uur valt en van laaguren naar normaaluren om- streeks 07:00 uur valt.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Bedrijfstijd (BT)

Het standaardjaarverbruik van een afnemer op een netaansluiting bij gestandaardiseerde condities en op basis van een genormaliseerd jaar gedeeld door het op die aansluiting gecontracteerd transportvermogen of het vermogen dat overeenkomt met de doorlaatwaarde van die aansluiting.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Berekend verbruik (BV)

Het saldo van de energie-uitwisseling op netaansluitingen, niet zijnde netkoppelingen, conform 3.1.1 sub b of c van de Meetcode Elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Beschermde afnemer

Een afnemer die beschikt over een aansluiting op een net met:

- een totale maximale doorlaatwaarde van meer dan 3*80 A en een beschikbaar gesteld elek- trisch vermogen van ten hoogste 2 MW per aansluiting gedurende de periode tot en met 31 de- cember 2001, of

- een totale maximale doorlaatwaarde van ten hoogste 3*80 A gedurende de periode tot en met

(11)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

31 december 2006.

Besluit 00-011; in werking: 15-04-2000.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Beschermde producent

Een beschermde afnemer die elektriciteit, door hem opgewekt met een productiemiddel, zoals omschreven in artikel 51 van de Wet, teruglevert aan de vergunninghouder.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Biomassa *

De biologisch afbreekbare fractie van producten, afvalstoffen en residuen van de landbouw – met inbegrip van plantaardige en dierlijke stoffen –, de bosbouw en aanverwante bedrijfstakken, als- mede de biologisch afbreekbare fractie van industrieel en huishoudelijk afval.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Black-start-voorziening *

De voorziening die benodigd is om bij een spanningsloos net de eigen energievoorziening van een productielocatie onder spanning te brengen, waarna de productie van elektriciteit kan worden her- vat.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Comptabele meetinformatie

Meetinformatie die volgt uit meetinrichtingen zoals bedoeld in de Meetcode Elektriciteit en die ge- bruikt wordt voor de verrekening van geleverde diensten.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Comptabele meetinrichting

Een meetinrichting ten behoeve van de verrekening.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Duurzame elektriciteit *

Elektriciteit die is opgewekt op een wijze zoals bedoeld in artikel 53 lid 2 sub e van de Wet Elektri- citeit, opgewekt in productie-installaties die uitsluitend gebruikmaken van hernieuwbare energie- bronnen, alsmede elektriciteit die is opgewekt met hernieuwbare energiebronnen in hybride pro- ductie-installaties die ook met conventionele energiebronnen werken, met inbegrip van elektriciteit die is opgewekt met hernieuwbare energiebronnen en die wordt gebruikt voor accumulatiesyste- men, en met uitzondering van elektriciteit die afkomstig is van accumulatiesystemen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Economische eigendom *

Het krachtens een rechtsverhouding gerechtigd zijn tot alle rechten en bevoegdheden ten aanzien van een goed, met uitzondering van het recht op levering, en het gehouden zijn om alle verplich- tingen ten aanzien van dat goed voor zijn rekening te nemen en daarmee het volledige risico van waardeverandering of tenietgaan van het goed te dragen, zonder dat het goed geleverd is.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Enkeltarief

De tariefcategorie, zoals bedoeld in 3.7.14 van de Tarievencode Elektriciteit, waarbij alle verbruik op een netaansluiting wordt afgerekend volgens één tarief.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Garantie van oorsprong voor duurzame elektriciteit *

Gegevens op een rekening die betrekking hebben op duurzame elektriciteit en waarmee wordt aangetoond dat een producent met zijn installatie een hoeveelheid duurzame elektriciteit heeft opgewekt.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Garantie van oorsprong voor elektriciteit opgewekt in een installatie voor hoogrenderende warmtekrachtkoppeling *

Gegevens op een rekening die betrekking hebben op elektriciteit opgewekt door middel van hoog- renderende warmtekrachtkoppeling, waarmee wordt aangetoond dat een producent met zijn instal- latie een hoeveelheid elektriciteit door middel van hoogrenderende warmtekrachtkoppeling heeft opgewekt en op een net heeft ingevoed.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Garantiebeheerinstantie *

De op grond van artikel 73, tweede lid, van de Wet aangewezen instantie.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Geautoriseerde meterstand

Een door een erkende meetverantwoordelijke gevalideerde en valide bevonden meterstand.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Groenproducent

Een aangeslotene die duurzame elektriciteit opwekt èn bij de netbeheerder een verzoek heeft

ingediend zoals bedoeld in lid 1 van artikel 2 van de Regeling groencertificatengaranties van oor-

(12)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

sprong voor duurzame elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Groenverklaring

Een verklaring conform de bijlage bij de Regeling groencertificatengaranties van oorsprong voor duurzame elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Grootverbruikaansluiting

Een aansluiting met een totale maximale doorlaatwaarde groter dan 3x80A of een aansluiting zo- als bedoeld in artikel 1, lid 2 of lid 3, van de Wet.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Handelaar *

Een organisatorische eenheid die zich bezighoudt met het sluiten van overeenkomsten betreffende de koop en verkoop van elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Hernieuwbare energiebronnen *

Wind, zonne-energie, aardwarmte, golfenergie, getijdenenergie, waterkracht, biomassa, stortgas, rioolwaterzuiveringsgas en biogas.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Installatie voor hoogrenderende warmtekrachtkoppeling *

Installatie voor de opwekking van elektriciteit door middel van warmtekrachtkoppeling in de zin van artikel 3, onderdeel a, van richtlijn 2004/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 11 februari 2004 inzake de bevordering van warmtekrachtkoppeling op basis van de vraag naar nuttige warmte binnen de interne energiemarkt en tot wijziging van richtlijn 92/42/EEG (PbEG L 52), die voldoet aan bijlage III bij deze richtlijn.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Kleinverbruikaansluiting

Een aansluiting met een totale maximale doorlaatwaarde kleiner dan of gelijk aan 3x80A niet zijn- de een aansluiting zoals bedoeld in artikel 1, lid 2 of lid 3, van de Wet.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Klimaatneutrale elektriciteit *

Elektriciteit, opgewekt in een productie-installatie waarin waterstof of elektriciteit wordt geprodu- ceerd uit fossiele energiedragers, waarbij de koolstof of kooldioxide die vrijkomt bij het omzettings- proces, nuttig wordt toegepast of blijvend in de ondergrond wordt opgeslagen, en waarvoor een bij ministeriële regeling omschreven verklaring is verkregen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Laagtarief

Het tarief, uitgedrukt in ct/kWh, voor het gebruik van het net gedurende vooraf door de regionale netbeheerder bepaalde uren tijdens welke gemiddeld een lagere belasting van het net voorkomt.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Laaguren

Uren van de dag waarvoor het laagtarief geldt , in geval van een meetinrichting met dubbel tel- werk, de met het net uitgewisselde elektrische energie wordt geregistreerd door het laagtelwerk.

Deze periode wordt ook wel aangeduid als “off-peak”.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Landelijk hoogspanningsnet *

De netten die bestemd zijn voor transport van elektriciteit op een spanningsniveau van 110 kV of hoger en die als zodanig worden bedreven, alsmede de landsgrensoverschrijdende netten op een spanningsniveau van 500 V of hoger.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Leverancier *

Een organisatorische eenheid die zich bezighoudt met het leveren van elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Leveringszekerheid *

Het vermogen van een net om elektriciteit te leveren aan afnemers.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meetbedrijf *

Een organisatorische eenheid die zich bezighoudt met het collecteren, valideren en vaststellen van meetgegevens betreffende elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meetinrichting *

Een inrichting die alle componenten, software, etcetera omvat, die nodig zijn voor het registreren

van de uitgewisselde elektrische energie en eventueel blindenergie, tot en met het punt waar de

informatie wordt gegenereerd die gebruikt wordt voor de eigenlijke verrekening. Het gehele sa-

(13)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

menstel van apparatuur dat ten minste tot doel heeft de uitgewisselde elektriciteit te meten.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meetverantwoordelijke

⁺

Een persoon die meetverantwoordelijkheid uitoefent en die daarvoor conform bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en/of bijlage 3 van de Meetvoorwaarden Gas – RNB is erkend.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meetverantwoordelijkheid

De verantwoordelijkheid van de aangeslotene voor het aanwezig zijn op de netaansluiting van een op grond van hoofdstuk 2 van de Meetcode Elektriciteit vereiste meetinrichting, meetinrichtingen in het kader van de eigen opwekking en meetinrichtingen in het kader van de Wet milieukwaliteit elektriciteitsproductie, alsmede voor het correct en tijdig (doen) vaststellen en (doen) doorgeven van de in artikel 1.1.1 van de Meetcode Elektriciteit bedoelde meetgegevens op grond van hoofd- stuk 5 van de Meetcode Elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meterbeheerder

⁺

Een organisatorische eenheid die verantwoordelijk is voor ontwerp, plaatsing, beheer, onderhoud en verwijdering van de meetinrichting.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meterplaatser

⁺

Een persoon, niet zijnde een netbeheerder, die conform artikel 26ad, lid 6 of artikel 26ae, lid 7 van de Elektriciteitswet 1998 of artikel 13d, lid 6, of artikel 13e, lid 7, van de Gaswet, op verzoek van een kleinverbruiker een meetinrichting plaatst bij een kleinverbruikaansluiting en die daarvoor con- form bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en/of bijlage 3 van de Meetvoorwaarden Gas – RNB is erkend.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

MP-erkenner

⁺

De instantie die conform bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en bijlage 3 van de Meetvoorwaar- den Gas – RNB door de gezamenlijke netbeheerders is aangewezen om de meterplaatsers te erkennen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

MV-erkenner

⁺

De instantie die conform bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en bijlage 3 van de Meetvoorwaar- den Gas – RNB is aangewezen om de meetverantwoordelijken te erkennen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Nachttarief

De tariefcategorie, zoals bedoeld in 3.7.14 van de Tarievencode Elektriciteit, waarbij de meetinrich- ting onderscheidbaar het verbruik op een netaansluiting in de laaguren en in de normaaluren regi- streert en de aangeslotene dienovereenkomstig wordt afgerekend en waarbij het schakelmoment van normaaluren naar laaguren omstreeks 23:00 uur valt en van laaguren naar normaaluren om- streeks 07:00 uur valt.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Net *

Eén of meer verbindingen voor het transport van elektriciteit en de daarmee verbonden transfor- mator-, schakel-, verdeel- en onderstations en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Netaansluiting

Elke verbinding of elk samenstel verbindingen van een aansluiting, waarbij de elektrische installa- tie achter deze verbinding of samenstel verbindingen gescheiden is en blijft van andere elektrische installaties en wordt geïdentificeerd door een eigen EAN code.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Netbeheerder *

Een vennootschap die op grond van artikel 10, 13 of 14 van de Wet is aangewezen voor het be- heer van één of meer netten.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Niet op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting

⁺

Een meetinrichting die niet voldoet aan het Besluit op afstand uitleesbare meetinrichtingen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Nominaal meetvermogen

Het schijnbaar vermogen, overeenkomstig het bepaalde in B163.1.1.2.1 tot en met B163.1.1.2.4

van de Meetcode Elektriciteit, te berekenen uit de nominale primaire spanning van de spannings-

transformatoren en de nominale primaire stroom van de stroomtransformatoren.

(14)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Normaaltarief

Het tarief, uitgedrukt in ct/kWh, voor het gebruik van het net gedurende vooraf door de regionale netbeheerder bepaalde uren tijdens welke gemiddeld een hogere belasting van het net voorkomt.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Normaaluren

Uren van de dag waarvoor het normaaltarief geldt , in geval van een meetinrichting met dubbel telwerk, de met het net uitgewisselde elektrische energie wordt geregistreerd door het normaaltel- werk. Deze periode wordt ook wel aangeduid als “peak”.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Notificatierichtlijn *

Richtlijn nr. 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PbEG L 204).

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Onbemeten aansluiting

Een aansluiting waarbij op grond van 2.1.3.5 of 2.1.3.8 van de Netcode Elektriciteit geen meetin- richting aanwezig is.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Onze Minister *

Onze minister van Economische Zaken.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting

⁺

Een meetinrichting die voldoet aan het Besluit op afstand uitleesbare meetinrichtingen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Operationele netwerkveiligheid *

Het vermogen van het landelijk hoogspanningsnet om in voorzienbare omstandigheden operatio- neel te blijven.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Overdrachtspunt

Het tussen de netbeheerders onderling of de netbeheerder en de aangeslotene overeengekomen of door de aangeslotene aangewezen fysieke punt waar respectievelijk een scheiding tussen de aansluiting van twee netten onderling of tussen de aansluiting van een net en de installatie van de aangeslotene kan worden gerealiseerd.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Producent *

Een organisatorische eenheid die zich bezighoudt met het opwekken van elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Productiemeetinrichting

Een meetinrichting waarmee de hoeveelheid opgewekte elektrische energie op het overdrachts- punt van een productie-installatie wordt gemeten.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Profielcategorie (PC)

Eén van de categorieën volgens paragraaf 2 van bijlage 15 van de Meetcode Elektriciteit, waarbij netaansluitingen gecategoriseerd worden op basis van objectief vast te stellen kenmerken, zoals tariefcategorie, aansluitwaarde, schakeltijden, gecontracteerd transportvermogen en bedrijfstijd en waarbij voor elk van deze categorieën een eigen, voor de desbetreffende categorie kenmerkende reeks profielfracties wordt vastgesteld.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Profielgrootverbruikaansluiting

Een grootverbruikaansluiting waarvan de aansluitcapaciteit kleiner is dan of gelijk aan 100 kVA en waarbij de aangeslotene er voor gekozen heeft om een profielgrootverbruikmeetinrichting te (laten) plaatsen op het overdrachtspunt van zijn aansluiting.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Profielgrootverbruikmeetinrichting

Een meetinrichting die voldoet aan de in 4.3.3 van de Meetcode Elektriciteit genoemde eisen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Programmaverantwoordelijkheid *

De verantwoordelijkheid van afnemers, niet zijnde beschermde afnemers, en vergunninghouders

om energieprogramma’s met betrekking tot de productie, het transport en het verbruik van elektrici-

teit op te stellen of te doen opstellen ten behoeve van de netbeheerders en zich met inachtneming

van de voorwaarden, bedoeld in artikel 26 31, te gedragen overeenkomstig die energieprogram-

ma’s.

(15)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Raad van bestuur van de mededingingsautoriteit *

De raad van bestuur van de mededingingsautoriteit, genoemd in artikel 2 van de Mededingingswet

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Referentienummer

⁺

Een door de verzendende partij aan een bericht toe te kennen nummer waarmee het bericht en een eventuele reactie daarop in zijn administratie traceerbaar is.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Rekening *

Staat waarop een tegoed van garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit of garanties van oorsprong voor elektriciteit opgewekt in een installatie voor hoogrenderende warmtekrachtkoppe- ling kan worden geboekt in het elektronische systeem voor het uitgeven en innemen van garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit of garanties van oorsprong voor elektriciteit opgewekt in een installatie voor hoogrenderende warmtekrachtkoppeling dat in stand wordt gehouden door de garantiebeheerinstantie en waarmee wordt bijgehouden voor welke hoeveelheid duurzame elektri- citeit garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit of garanties van oorsprong voor elektrici- teit opgewekt in een installatie voor hoogrenderende warmtekrachtkoppeling zijn verstrekt en aan wie de garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit of garanties van oorsprong voor elektri- citeit opgewekt in een installatie voor hoogrenderende warmtekrachtkoppeling op enig moment toekomen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Richtlijn *

Richtlijn nr. 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en houdende intrekking van richtlijn nr. 96/92/EG (PbEG L 176).

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Standaardjaarverbruik (SJV)

Het verwachte jaarverbruik van een afnemer kleinverbruiker of een profielgrootverbruiker op een netaansluiting bij gestandaardiseerde condities en op basis van een genormaliseerd jaar.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Systeemdiensten *

De diensten die de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet uitvoert om het transport van elektriciteit over alle netten op een veilige en doelmatige wijze te waarborgen, om grootschalige storingen onderbrekingen van het transport van elektriciteit op te lossen, en om de energiebalans op alle netten te handhaven of te herstellen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Tariefcategorie (TC)

Eén van de categorieën volgens 3.7.1 van de Tarievencode Elektriciteit, waarbij binnencategorie f:

“LS” nog worden onderscheiden de categorieën enkeltarief, avondtarief en nachttarief van aange- slotenen met een meetinrichting met enkeltelwerk, aangeslotenen met een meetinrichting met dubbel telwerk die omstreeks 21:00 uur omschakelt van normaal- of totaaltelwerk naar laagtelwerk en aangeslotenen met een meetinrichting met dubbel telwerk die omstreeks 23:00 uur omschakelt van normaal- of totaaltelwerk naar laagtelwerk.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Telemetriegrootverbruikaansluiting

Een grootverbruikaansluiting die geen profielgrootverbruikaansluiting is.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Telemetriegrootverbruikmeetinrichting

Een meetinrichting die voldoet aan de in 4.3.4 van de Meetcode Elektriciteit genoemde eisen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Totale netinvoeding (TNI)

Het saldo van de energie-uitwisseling op de netkoppelingen gemeten conform 32.1.1 sub a van de Meetcode Elektriciteit.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Vergunninghouder *

Een houder van een leveringsvergunning als bedoeld in artikel 37 95a van de Wet.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Verordening *

Verordening nr. 1228/2003 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van

26 juni 2003, betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende

handel in elektriciteit (PbEG L 176).

(16)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Verwant bedrijf *

Een verbonden onderneming in de zin van artikel 41 van de zevende richtlijn nr. 83/349/EEG van de Raad van 13 juni 1983 op de grondslag van artikel 44, tweede lid, onderdeel g, van het Verdrag betreffende de geconsolideerde jaarrekening, of een geassocieerde onderneming in de zin van artikel 33, eerste lid, daarvan of een onderneming die aan dezelfde aandeelhouders toebehoort.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Vrije afnemer

Een afnemer niet zijnde een beschermde afnemer.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Warmtekrachtkoppeling *

De gecombineerde opwekking van warmte en elektriciteit of mechanische energie door verstoking van een brandstof, waarvan de warmte nuttig gebruikt wordt, anders dan voor de productie van elektriciteit.

Begrippenlijst Gas:

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Begrippen in deze Begrippenlijst Gas die ook in de Begrippenlijst Elektriciteit voorkomen met een volledig identieke begripsomschrijving, zijn herkenbaar door een

⁺

achter het begrip.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Aansluiting *

Eén of meer verbindingen tussen een gastransportnet en een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met d e, van de Wet waardering onroerende zaken.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Afnamecategorie

De aanduiding van de wijze waarop de allocatie voor de desbetreffende aangeslotene plaatsvindt, te weten:

a. ofwel door middel van de verbruiksprofielen, aangeduid met G1A, G2A of G2C,

b. ofwel door middel van dagelijkse uitlezing van een telemetriegrootverbruikmeetinrichting, aangeduid met GXX,

c. ofwel door middel van uurlijkse uitlezing van een telemetriegrootverbruikmeetinrichting, aan- geduid met GGV.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Centraal Systeem Stuursignaal (CSS):

Systeem van de netbeheerder van het landelijk gastransportnet waarin de verwerking van de uur- lijkse data volgens 7.1.2.11 van de Meetvoorwaarden Gas - RNB wordt uitgevoerd.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Comptabele meetdata

Meetgegevens betreffende aansluitingen op een regionaal gastransportnet die zijn gevalideerd en vastgesteld door een erkende meetverantwoordelijke en op basis waarvan gealloceerd en gefactu- reerd kan worden.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Grootverbruikaansluiting

Een aansluiting met een totale maximale capaciteit van groter dan 40 m

³

(n) per uur .

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Jaarverbruik

Het verwachte verbruik (uitgedrukt in m

³

(n; 35,17)) op een telemetriegrootverbruikaansluiting met afnamecategorie GGV in een jaar met gemiddelde klimaatcondities.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Kleinverbruikaansluiting

Een aansluiting met een totale maximale capaciteit van ten hoogste 40 m

³

(n) per uur, zoals be- doeld in de Wet artikel 43, lid 1.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meetbedrijf *

Een organisatorische eenheid die zich bezighoudt met het collecteren, valideren en vaststellen van meetgegevens betreffende gas.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Meetinrichting *

Het gehele samenstel van apparatuur dat ten minste tot doel heeft het uitgewisselde gas te meten.

Concept voorstel N 2008-204 v. 18-12-2008

Meetverantwoordelijke

⁺

Een persoon die meetverantwoordelijkheid uitoefent en die daarvoor conform bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en/of bijlage 3 van de Meetvoorwaarden Gas – RNB is erkend.

Meterbeheerder

⁺

Een organisatorische eenheid die verantwoordelijk is voor ontwerp, plaatsing, beheer, onderhoud en verwijdering van de meetinrichting.

Meterplaatser

⁺

Een persoon, niet zijnde een netbeheerder, die conform artikel 26ad, lid 6 of artikel 26ae, lid 7 van

(17)

Bijlage 1 Voorgestelde wijzigingen in de Begrippenlijst Elektriciteit en de Begrippenlijst Gas

de Elektriciteitswet 1998 of artikel 13d, lid 6, of artikel 13e, lid 7, van de Gaswet, op verzoek van een kleinverbruiker een meetinrichting plaatst bij een kleinverbruikaansluiting en die daarvoor con- form bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en/of bijlage 3 van de Meetvoorwaarden Gas – RNB is erkend.

MP-erkenner

⁺

De instantie die conform bijlage 4 van de Meetcode Elektriciteit en bijlage 3 van de Meetvoorwaar- den Gas – RNB door de gezamenlijke netbeheerders is aangewezen om de meterplaatsers te erkennen.

Niet op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting

⁺

Een meetinrichting die niet voldoet aan het Besluit op afstand uitleesbare meetinrichtingen.

Onbemeten aansluiting

Een aansluiting waarbij op grond van 2.1.2.4 van de Aansluit- en transportvoorwaarden Gas – RNB geen meetinrichting aanwezig is.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting

⁺

Een meetinrichting die voldoet aan het Besluit op afstand uitleesbare meetinrichtingen.

Profielgrootverbruiker

Een afnemer met een aansluitcapaciteit groter dan 40 m

³

(n)/uur die niet beschikt over een dage- lijkse of uurlijkse afstanduitlezing van de meetinrichting op zijn aansluiting, en op grond van de Meetvoorwaarden Gas - RNB daar ook niet over hoeft te beschikken. Een verbruiker met een pro- fielgrootverbruikaansluiting.

Profielgrootverbruikaansluiting

Een grootverbruikaansluiting met de afnamecategorie G2C, zoals bedoeld in paragraaf 4.3.1 van de Allocatievoorwaarden Gas.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Profielgrootverbruikmeetinrichting

Een meetinrichting die voldoet aan de in 4.3.3 van de Meetvoorwaarden Gas - RNB genoemde eisen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Standaardjaarverbruik (SJV)

Het verwachte jaarverbruik (uitgedrukt in m

³

(n; 35,17)) van een kleinverbruiker of een profielgroot- verbruiker op een aansluiting in een standaard jaar (dat wil zeggen een jaar met gemiddelde kli- maatcondities).

Telemetriegrootverbruikaansluiting

Een grootverbruikaansluiting met de afnamecategorie GXX of GGV, zoals bedoeld in paragraaf 4.3.1 van de Allocatievoorwaarden Gas .

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011

Telemetriegrootverbruiker

Een afnemer met een aansluitcapaciteit groter dan 40 m

³

(n)/uur die beschikt over een dagelijkse of uurlijkse afstanduitlezing van de meetinrichting op zijn aansluiting, of op grond van de Meetvoor- waarden Gas - RNB daar dient te beschikken. Een verbruiker met een telemetriegrootverbruikaan- sluiting

Telemetriegrootverbruikmeetinrichting

Een meetinrichting die voldoet aan de in 4.3.4 van de Meetvoorwaarden Gas - RNB genoemde eisen.

Voorstel N 2011-523: 04-07-2011