- inspraaknota -
Afvalplan Deventer 2003 - 2008
“SAMEN AAN DE SLAG VOOR EEN SCHONERE STAD”
Datum: 18 maart 2003
Sector Stads- en Dorpsbeheer Gemeente Deventer
Leeswijzer
Dit rapport kan op twee manieren worden gelezen:
• Op hoofdlijnen: lees de tekstkaders bovenaan de pagina’s plus de
gearceerde kaders, tabellen en figuren
• Uitgebreid: lees de tekstkaders en de toelichting eronder
Inhoud
Paragraaf 1 Scenariokeuze
Paragraaf 2 Beleidsvisie en strategie Paragraaf 3 Visie en acties per
deelstroom
Paragraaf 4 Monitoring en evaluatie Paragraaf 5 Planning en fasering Paragraaf 6 Financiële paragraaf
Inleiding
Voor u ligt het afvalplan huishoudelijk afval 2003 – 2008 van de gemeente Deventer. Het plan betreft een uiteenzetting van het beleid dat de komende 5 jaar zal worden aangehouden met betrekking tot de inzameling van huishoudelijk afval. Naast een meerjarenbeleidsvisie en strategie bevat het plan realistische en uitvoerbare doelstellingen en concrete maatregelen waarmee we denken de doelstellingen te kunnen realiseren.
Totstandkoming afvalplan
Het afvalplan is in een drietal stappen tot stand gekomen1. Begonnen is met het opstellen van een projectplan (augustus 2002)2 en een keuzenota (december 2002)3. Op basis van de keuzenota hebben bewoners, belangenpartijen en uiteindelijk de raadscommissie RFO, aan de hand van een vijftal keuzescenario’s de afvalkoers voor de komende jaren bepaald. In onderliggend plan is het voorkeursscenario uitgewerkt tot een beleidsvisie en een concreet uitvoeringsplan.
Reikwijdte
Het afvalplan richt zich uitsluitend op de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval.
Straatreiniging (vegen en opruimen van zwerfvuil) is in het plan meegenomen voor zover het een direct gevolg is van het aanbieden en inzamelen van huishoudelijk afval (bijv.rotzooi rond
verzamelcontainers). De inzameling van bedrijfsafval valt buiten de reikwijdte van dit plan4. Thema: samen aan de slag voor een schonere stad
De ondertitel van dit plan luidt: “samen aan de slag voor een schonere stad”. Uit de bijeenkomsten die in het kader van de keuzenota zijn gehouden, blijkt dat bewoners de straatvervuiling als gevolg van de afvalinzameling als een groot probleem ervaren. De verantwoordelijkheid voor een schonere
afvalinzameling ligt echter niet alleen bij de gemeente maar ook bij de inzamelaars en de bewoners.
Betrokkenheid en actieve inbreng van een ieder zal nodig zijn om de doelen die in dit plan zijn weergegeven ook daadwerkelijk te halen. In dit plan zullen daartoe voorstellen worden gedaan.
Nog geen besluit over invoering van diftar
Tijdens de behandeling van de keuzenota in de raadscommissie RFO hebben de commissieleden in grote meerderheid te kennen gegeven de komende periode nog geen diftar (= tariefdifferentiatie) te willen invoeren in Deventer. Er bestaan nog teveel onzekerheden, met name financieel, om een verantwoord besluit te kunnen nemen. De commissieleden hebben aangegeven eerst het huidige voorzieningenniveau op orde te willen brengen (= voorwaarde voor succesvolle invoering van diftar) en pas daarna te besluiten over wel of niet invoeren van diftar.
1 Zie bijlage 1
2 B&W 13 augustus 2002
3 B&W 17 december 2002, Raadscommissie RFO 6 januari 2003
4 Bedrijven zijn zelf verantwoordelijk voor de afvoer van hun afval; hiervoor heeft de gemeente geen zorgplicht
Afvalplan 2003 - 2008
• Meerjarenbeleidsvisie
• Meetbare doelstellingen: wat willen we komende jaren bereiken?
• Concrete maatregelen: hoe gaan we dat doen?
• Planning en financiën: wanneer gaan we wat doen en wat kost het ?
Opbouw afvalplan
Het afvalplan bestaat uit zes paragrafen. In paragraaf 1 is weergegeven hoe de raadscommissie RFO heeft gekozen op de in de keuzenota gepresenteerde scenario’s. Het voorkeursscenario vormt het vertrekpunt van het afvalplan. In paragraaf 2 wordt het voorkeursscenario vertaald naar beleidsvisie, strategie, en meetbare doelstellingen. In paragraaf 3 wordt per afval(deel)stroom een visie gegeven en worden concrete maatregelen voorgesteld. Paragraaf 4 geeft weer hoe de monitoring en evaluatie van het afvalplan zal plaatsvinden. In paragraaf 5 worden de fasering en planning van de maatregelen gepresenteerd. In paragraaf 6 worden de financiële consequenties van het plan weergegeven.
Scenario 1 8%
Scenario 2 36%
Scenario 3
56% Scenario A
59%
Scenario B 41%
1. Scenariokeuze
Meer service en minder straatvervuiling tegen gelijkblijvende kosten
In de keuzenota afval is aan de raadscommissie RFO een vijftal keuzescenario’s voorgelegd,
waarmee de prioriteitstelling en de financiële speelruimte van het toekomstige afvalbeleid kon worden bepaald. Voor de prioriteitsstelling van het beleid kon worden gekozen tussen het verlagen van de afvalkosten (scenario1), het bevorderen van het milieuresultaat (scenario 2) of het verbeteren van het serviceniveau en straatbeeld (scenario 3). Voor de financiële speelruimte kon worden gekozen voor budgetneutraliteit (scenario A) of budgetverhoging (scenario B), met de kanttekening dat met budgetverhoging hogere ambities kunnen worden nagestreefd.
De commissie heeft zich in meerderheid uitgesproken voor scenario 3A. Ofwel de prioriteit van het toekomstige afvalbeleid moet worden gelegd op het verbeteren van het serviceniveau en straatbeeld.
De kosten van het (aanvullend) beleid zullen in eerste instantie moeten worden gedekt uit het huidige afvalbudget.
Wat wordt de nieuwe afvalkoers?
Milieu
Service/
straatbeeld Kosten
Keuzescenario’s
Scenario 1: Verlagen van de afvalkosten Scenario 2: Verbeteren van het milieuresultaat
A. onder voorwaarde van budgetneutraliteit
B. budget wordt met 5% verhoogd Scenario 3: Verbeteren van het serviceniveau
en straatbeeld
A. onder voorwaarde van budgetneutraliteit
B. budget wordt met 5% verhoogd
PvdA Scenario 2 CDA Scenario 1 / 3
VVD Scenario 3
ADB Scenario 3
Groen Links Scenario 2 / 3
D66 Scenario 3
SP Scenario 2 / 3
CU Scenario 3
PvdA Scenario B
CDA Scenario A
VVD Scenario A
ADB Scenario A
Groen Links Scenario B
D66 Scenario A
SP Scenario A
CU Scenario A
Scenariokeuze commissie RFO op basis van zetelverdeling in de raad
2. Beleidsvisie en strategie
Voorkeursscenario vertaald naar beleidsvisie
De keuze die door de raadscommissie RFO is gemaakt vormt de uitgangssituatie voor de beleidsvisie die hieronder is beschreven. Hiervoor maken we wederom gebruik van de afvaldriehoek. Per
invalshoek milieuresultaat, serviceniveau/ straatbeeld en kosten wordt aangegeven welke
beleidsuitgangspunten we volgen en wat we concreet (indien mogelijk in meetbare doelstellingen) willen bereiken.
Serviceniveau/ straatbeeld
De komende periode zal de prioriteit worden gelegd op het beheersbaar maken van de
zwerfvuilproblematiek in Deventer. Straatvervuiling is in sommige wijken en buurten van Deventer een groot probleem. Een belangrijke veroorzaker is de afvalinzameling, waarbij niet alleen de inzameling zelf straatvervuiling veroorzaakt, maar ook de wijze waarop afval wordt aangeboden. Door het verder verbeteren van het serviceniveau, zal het risico op zwerfvuil en straatvervuiling worden verkleind.
Daarbij denken we aan het laagdrempeliger maken van voorzieningen, het vergroten van de
opslagcapaciteit van inzamelmiddelen, en het eenvoudiger maken van regels voor het aanbieden van afval. Speerpunten zijn de verbetering van de grofvuilregeling (halen en brengen) en de aanpak van de vervuiling rond de verzamelcontainers. Straatvervuiling is echter ook een mentaliteitsprobleem.
Gestreefd wordt naar het vergroten van de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het schoonhouden van de stad.
Beleidsvisie
• Prioriteit op verhogen serviceniveau en voorkomen van zwerfvuil.
• Bevorderen milieuresultaat zonder structureel kostenstijgend effect.
• Kosten beheersen door herschikking middelen en het nemen van efficiëncy- maatregelen
• Diftar: discussie hervatten in 2007
Doelstellingen
Verbeteren van het serviceniveau (= totaal aan middelen en diensten die aan de burger ter beschikking wordt gesteld) en de perceptie die burgers daarbij hebben. Taakstelling: 90%
van de bewoners is tevreden over de afvalinzameling in Deventer (nu 83%)
Minder zwerfvuil als gevolg van het aanbieden en inzamelen van huishoudelijk afval.
Taakstelling: SNS schoonheidsgraad 4 (= schoon) direct na inzameling (zie begrippenlijst)
Afvalvisie gemeente Deventer
Gemeente Deventer streeft naar een effectieve en doelmatige inzameling en verwerking van huishoudelijk afval, waarbij tenminste wordt voldaan aan de gemeentelijke zorgplicht en de wettelijke eisen en doelstellingen in het kader van het landelijk en provinciaal milieubeleid.
Het accent van het afvalbeleid voor de komende jaren zal zijn gericht op het verder vergroten van het serviceniveau en het voorkomen van straatvervuiling. De kosten hiervan worden in eerste instantie gedekt door het nemen van efficiencymaatregelen en het afstoten van ondoelmatige activiteiten. De afvalstoffenheffing zal hierdoor – afgezien van autonome kostenstijgingen en het 100% dekkend maken van de heffing – niet verder stijgen.
Milieuresultaat
Overeenkomstig het landelijk afvalbeleid en de gemeentelijke milieubeleidsvisie in ‘milieu in kaart’ blijft de gemeente Deventer afvalpreventie en afvalscheiding bevorderen ten behoeve van een beter milieuresultaat. De gescheiden inzameling in Deventer voldoet nog niet aan de landelijke doelstelling (score Deventer: 48% gescheiden afvalinzameling ten opzichte van de landelijke doelstelling van 53%. Dit betekent dat uiteindelijk 47% restafval mag overblijven). Dit is wel het streven, waarbij we ons in eerste instantie zullen richten op mogelijkheden op het gebied van afvalpreventie en
afvalscheiding die niet leiden tot structurele kostenstijging. Inzamelactiviteiten die ondoelmatig zijn, ofwel weinig of geen milieuresultaat opleveren maar wel hoge kosten met zich mee brengen, worden indien wettelijk mogelijk beëindigd. Naast het bevorderen van afvalscheiding, wordt gestreefd naar het beperken van de groei van de hoeveelheid afval die vrijkomt.
Kosten
Deventer streeft ernaar dat de kosten van de afvalverwijdering, en daarmee de afvalstoffenheffing, in de pas loopt met die van andere (vergelijkbare) gemeenten. Op dit moment is dat het geval, echter de heffing is nog niet volledig kostendekkend. De komende jaren zal de kostendekkendheid geleidelijk worden hersteld. Het verhogen van het serviceniveau en milieuresultaat – zoals hierboven beschreven – mag niet leiden tot een verhoging van de afvalstoffenheffing. Aanvullende voorzieningen dienen in eerste instantie te worden gefinancierd door het afstoten van taken die weinig milieuresultaat of service opleveren, en door het nemen van efficiencymaatregelen bij de huidige afvalinzameling.
Nu nog geen besluit over invoering van diftar
Deventer beschouwt tariefdifferentiatie als een instrument waarmee rechtvaardige kostentoerekening kan worden gerealiseerd en afvalpreventie en – scheiding kan worden gestimuleerd. De risico’s van toenemende straatvervuiling (door ontwijkgedrag) en de onzekerheden met betrekking tot de financiële consequenties voor de burgers zijn de voornaaste redenen om op dit moment nog geen beslissing te nemen over de invoering van diftar in Deventer. Dit betekent niet dat er definitief van af wordt gezien. Zoals aangegeven zal de komende periode fors worden ingezet op het op orde brengen van het voorzieningenniveau en het voorkomen van straatvervuiling/ ontwijkgedrag. Dit zijn tevens de randvoorwaarden voor succesvolle invoering van diftar. Voorgesteld wordt om in 2007 de discussie over de invoering van diftar in Deventer te hervatten. Onderwijl worden de ervaringen met diftar in vergelijkbare andere gemeenten (waaronder Apeldoorn) nauwgezet in de gaten gehouden, en worden in Deventer geen maatregelen uitgevoerd die de toekomstige invoering van diftar kunnen
belemmeren.
Doelstellingen
Bevorderen van afvalpreventie, waarbij de groei van het afvalaanbod niet groter is dan de toename van het aantal inwoners (= nulgroei);
Bevorderen van afvalscheiding en hergebruik conform de doelstellingen van het landelijk afvalbeheersplan (LAP), waarbij maximaal 47% restafval resteert.
Doelstellingen
100% kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing
Stijging van de afvalstoffenheffing, uitsluitend op basis van autonome kostenontwikkelingen
Beslispunt
De besluitvorming omtrent invoering van Diftar wordt uitgesteld tot 2007. Tot die tijd wordt gewerkt aan het verder op orde brengen van het voorzieningenniveau, hetgeen een belangrijke randvoorwaarde is voor succesvolle invoering van diftar.
Er zijn verschillende instrumenten ter beschikking om de doelstellingen die hiervoor zijn geformuleerd, te realiseren. De vier V’s zijn inmiddels een begrip in Deventer. Ze zijn eerder toegepast in het kader van “Deventer Schoon”, maar ook voor het beschrijven de afvalbeleidsstrategie vormt het een bruikbaar kader. De 4 v’s staan voor voorzieningen op orde brengen, voorlichting, verbaliseren, en verantwoordelijkheden afbakenen. Inzet van de juiste mix (ofwel een integrale inzet) leidt tot het beste resultaat.
Voorzieningen op orde brengen
Door optimalisatie van bestaande voorzieningen kan een sterke impuls worden gegeven aan het serviceniveau en/ of milieuresultaat. Deventer is van mening dat er binnen het bestaande
afvalinzamelsysteem nog voldoende mogelijkheden zijn om verbeteringen in het serviceniveau dan wel milieuresultaat te realiseren. De komende periode zal daarom primair worden gefocust op het optimaliseren van het huidige afvalinzamelsysteem, en niet op vernieuwing. Onder optimalisatie wordt verstaan, zowel het aanpassen als het beter uitvoeren van bestaande activiteiten (zie ook onder verantwoordelijkheden).
Voorlichting en communicatie
De huidige voorlichting en communicatie op het gebied van de afvalinzameling is sterk gericht op het inzamelsysteem zelf (wat, wanneer, hoe afval kan worden aangeboden) en slechts beperkt op de verantwoordelijkheid die bewoners hebben voor het schoonhouden van de woonomgeving (door afval volgens de regels aan te bieden) en het milieubewust omgaan met afval. Door meer de nadruk te leggen op het waarom van de afvalinzamelregels kan het draagvlak bij bewoners sterk worden vergroot. De komende periode zullen meer voorlichtingscampagnes en educatieve activiteiten worden gehouden, maar ook gerichte voorlichtingsacties (zie onder maatwerk). Daarnaast zal worden gewerkt aan de verbetering van de telefonische bereikbaarheid (één telefoonnummer voor afval).
Verbaliseren
Naast het op orde brengen van de afvalvoorzieningen en het verbeteren van de voorlichting en communicatie zal intensiever worden gehandhaafd op de naleving van de afvalregels, zoals deze zijn neergelegd in de APV. Tot dusver is de handhaving vooral gericht op de afhandeling van klachten en meldingen. Er zal vooral meer inzet van handhavingscapaciteit plaatsvinden ten aanzien van structurele overlastlocaties, door het houden van handhavingsacties, ondersteund door gerichte voorlichting en communicatie.
Verantwoordelijkheid nemen
Een schoner straatbeeld en een hoger milieuresultaat is niet alleen een verantwoordelijkheid van de gemeente, maar ook van de afvalinzamelaars en de inwoners van Deventer. Sterker nog, het verkrijgen van een schonere straat en meer afvalscheiding lukt de gemeente nooit alleen, daar is de medewerking van alle betrokkenen bij nodig.
Strategie: de 4 V’s
• Voorzieningen op orde brengen:
optimaliseren, niet vernieuwen
• Voorlichting en communicatie: meer nadruk op eigen verantwoordelijkheid
• Verbaliseren: naast afhandeling klachten, meer preventieve handhavingsacties.
• Verantwoordelijkheid nemen
Voorzieningen treffen
Voorlichten en communiceren
Verbaliseren
Verantwoordelijk- heden
In het hieronder weergegeven kader zijn de verantwoordelijkheden van de verschillende partijen weergegeven.
Gesteld kan worden dat aan de invulling van bovengenoemde verantwoordelijkheden door de verschillende betrokken partijen nog een hoop kan worden verbeterd. Door elkaar meer aan te spreken op elkaar’s verantwoordelijkheden, maar vooral ook door zelf verantwoordelijkheid te nemen, kan een flinke stap worden gezet in de kwaliteitsverbetering van de (gescheiden) afvalinzameling.
Alleen samen komen we tot resultaat.
Gebiedsgericht maatwerk
Veel knelpunten en problemen die bewoners ondervinden, gelden specifiek voor bepaalde wijken of delen van wijken. Deze kunnen dan ook het beste per wijk worden opgelost. Bij wijkgericht maatwerk kan worden gedacht aan wijkopruimdagen, wijkgerichte voorlichting- en handhavingsacties m.b.t.
overlastlocaties, etc. Bij maatwerk worden voorzieningen, voorlichting en verbalisering afgestemd op de behoeften in de wijk. Maatwerk In het volgende hoofdstuk zijn ideeën daaromtrent nader
uitgewerkt.
Een schone stad, afvalscheiding en -preventie is een gezamenlijke taak van bewoners, afvalinzamelaars en gemeente. Ieder met z’n eigen verantwoordelijkheden:
Bewoners: Bewoners produceren huishoudelijk afval, zijn verantwoordelijk voor het beperken ervan, en het conform de regels (gescheiden) aanbieden van afval aan de inzamelaars. Hiermee kunnen bewoners zelf een flinke bijdrage leveren aan een schonere leefomgeving en een hoger milieuresultaat (en daarmee aan een lagere afvalstoffenheffing)
Gemeente: De gemeente heeft de (eind)verantwoordelijkheid voor de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval en de voorlichting/ communicatie daarover. De zorgplicht is vastgelegd in de Wet milieubeheer. De gemeente dient ondermeer zorg te dragen voor afdoende voorzieningen voor het (gescheiden) inzamelen van huishoudelijk afval. Zorgplicht betekent niet dat je als gemeente zelf moet inzamelen. Zij mag het werk ook uitbesteden aan afvalinzamelaars, waarbij zij zelf wel de regie en
aansturing dienen te houden. Deventer heeft de afvalinzameling uitbesteed aan Circulus, Sallcon en het Goed. Per inzamelaar is contractueel vastgelegd welke activiteiten en prestaties (kwaliteitsniveaus) moeten worden geleverd en welke vergoeding hiervoor wordt betaald. De gemeente is verantwoordelijk voor de controle en toezicht op de naleving van de contracten. Daarnaast verleend de gemeente aan inzamelaars (scholen en verenigingen) vergunningen voor inzameling van papier en textiel.
Afvalinzamelaars: De afvalinzamelaars zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de afvalinzameling, overeenkomstig hetgeen contractueel tussen de gemeente en hen is vastgelegd, en hetgeen in de vergunningen aan voorschriften is opgenomen.
3. Visie en acties per deelstroom
Bebouwingstype bepalend voor keuze inzamelsysteem
Voor de bestaande bouw in Deventer is het bebouwingstype bepalend voor de wijze waarop rest- en gft-afval wordt ingezameld: bij laagbouw met minicontainers, bij hoogbouw met inpandige
containerruimten dan wel verzamelcontainers, en in de binnenstad met stadsemmers. Voorgesteld wordt om deze richtlijn ook te hanteren voor nieuwbouw (in- en uitbreidingen) en renovatiebouw, met dien verstande dat verzamelcontainers bij nieuw te realiseren hoogbouw zoveel mogelijk ondergronds worden gebracht. Voor laagbouw wordt bij voorkeur uitgegaan van minicontainers5. Een leidraad voor de systeemkeuze bij nieuwbouw en renovaties is opgenomen in bijlage 2.
In een aantal nieuwbouwwijken, waaronder De Vijfhoek en Raambuurt, is de afgelopen jaren geëxperimenteerd met ondergrondse containers voor zowel laag- als hoogbouw. Afgezien van de stedenbouwkundige voordelen (fraaier straatbeeld) hebben deze experimenten niet tot de gewenste resultaten geleid. De kwaliteit en opbrengst van het gft-afval vallen tegen (hierin staat Deventer niet alleen; ook in andere gemeenten zijn de ervaringen slecht), de exploitatie- en onderhoudskosten zijn beduidend hoger dan die van minicontainers, en de tevredenheid van burgers over het systeem is laag6. Ondergrondse containers worden nog wel als alternatief gezien voor bovengrondse
verzamelcontainers bij hoogbouw.
Voor een groot aantal nog te realiseren in- en uitbreidingen en renovaties (waaronder De Vijfhoek) is in de ontwerpfase reeds rekening gehouden met ondergrondse containers bij laagbouw. Hiervoor zullen maatwerkplannen worden gemaakt, waarbij op straat/ buurtniveau zal worden bezien of de keuze voor ondergrondse containers kan worden herzien, en wat hiervoor de alternatieven kunnen zijn. In de maatwerkplannen zal rekening worden gehouden met de schaalgrootte waarop
inzamelsystemen worden toegepast, om te voorkomen dat de kosten per huishouden te ver oplopen.
5 In bijzondere gevallen kan vanuit stedebouwkundig oogpunt worden gekozen voor ondergrondse containers bij laagbouw. Zie hiervoor de leidraad in bijlage 2.
6 Zie de informatienotitie behorende bij de keuzenota (B&W, 17 december 2003)
Restafval en gft-afval
• Bebouwingstype bepalend voor keuze inzamelsysteem bij nieuwbouw
• Aanpak vuil naast verzamelcontainers
• Stoppen gft-inzameling bij hoogbouw
• Onderzoek naar ondergrondse containerisering binnenstad met baz- schoon
Beslispunt
Vaststelling van de leidraad voor systeemkeuze afvalinzameling bij nieuw- en renovatiebouw, zoals opgenomen in bijlage 2. In deze leidraad bepaalt het bebouwingstype de wijze waarop de afvalinzameling wordt vormgegeven. Bij laagbouw met tuin worden bij voorkeur minicontainers toegepast, bij hoogbouw inpandige containerruimten, dan wel ondergrondse containers
Beoogd resultaat: een effectieve en doelmatige afvalinzameling (afvalvisie gemeente Deventer) met een zo hoog mogelijk serviceniveau en milieuresultaat tegen zo laag mogelijke kosten
Maatregel 1 (voorzieningen op orde brengen) Opstellen van maatwerkplannen voor systeemkeuze bij nieuwbouwwijken (waaronder De Vijfhoek) waar de ontwerpfase reeds is afgerond en geen rekening is gehouden met de leidraad.
Minder zwerfvuil als gevolg van afvalinzameling
Zoals eerder aangegeven vormt de aanpak van de vervuiling als gevolg van de aanbieding en inzameling van (rest)afval een belangrijk speerpunt in dit afvalplan. Hiervoor worden de volgende maatregelen voorgesteld7:
Aanpak overlastlocaties
Een groot knelpunt doet zich voor bij verzamelcontainers (vooral in de Rivierenbuurt en
Keizerslanden) waar structureel afval wordt bijgeplaatst. Oorzaken hiervan zijn tekortschietende opslagcapaciteit en het gebruik door onbevoegden waardoor de containers overlopen. Een andere oorzaak betreft het grofvuil dat naast de containers wordt geplaatst.
Voor deze problemen worden zowel lange termijn oplossingen aangedragen die gericht zijn op het voorkomen van bijplaatsen van afval, als korte termijn oplossingen die gericht zijn op het voorkomen van verdere verspreiding/ uitbreiding van de vervuiling:
7 Alle maatregelen in het afvalplan zijn gecategoriseerd naar de 4 V’s: voorzieningen op orde brengen, voorlichten, verbaliseren, verantwoordelijkheid nemen. Zie beleidsstrategie in paragraaf 2
Maatregel 6 (voorzieningen op orde brengen) Verhogen van de opslagcapaciteit en/ of ledigingfrequentie van verzamelcontainers die structureel overstromen. De gemeente heeft deze taak reeds contractueel neergelegd bij Circulus. In periodieke schouwrondes wordt gecontroleerd of Circulus deze taak naar behoren uitvoert.
Maatregel 8 (voorlichting en verbaliseren) Voorlichting- en handhavingsacties gericht op de naleving van de van de aanbiedregels. De gemeente komt najaar 2003 met een concreet voorlichting- en handhavingsplan, met daarin opgenomen de doelen, middelen en planning van de acties. (zie maatregel 29)
Maatregel 7 (voorzieningen op orde brengen) Het laagdrempeliger maken van de grofvuilregeling. Zie verdere uitwerking maatregelen 20 t/m 24 Maatregel 2 (voorzieningen op orde brengen) Verbeteren van de nazorg van de afvalinzameling. Direct opruimen van gemorst afval zodat verdere verspreiding door de buurt wordt voorkomen. De gemeente heeft deze taak reeds contractueel neergelegd bij Circulus. In periodieke schouwrondes wordt gecontroleerd of Circulus deze taak naar behoren uitvoert.
Maatregel 3 (voorzieningen op orde brengen) Na lediging netter terugplaatsen van inzamelmiddelen (minicontainers en stadsemmers). De gemeente heeft deze taak reeds contractueel neergelegd bij Circulus. In periodieke schouwrondes wordt
gecontroleerd of Circulus deze taak naar behoren uitvoert.
Maatregel 4 (voorlichting en verbaliseren) Voorlichting- en handhavingsacties gericht op de naleving van de aanbiedregels (geen afval naast- of op containers plaatsen, mogelijkheden om ruimte te besparen, nl. meer afval scheiden). De gemeente komt najaar 2003 met een concreet voorlichting- en handhavingsplan, met daarin opgenomen de doelen, middelen en planning van de acties (zie maatregel 29).
Maatregel 5 (verantwoordelijkheid nemen) Stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid van bewoners om buurt schoon te houden en afval volgens de regels aan te bieden. Met bewoners, Wijkaanpak en Cambio zal worden bezien op welke wijze bewonersparticipatie kan worden gestimuleerd, en hoe daarbij eventueel kan worden aangehaakt bij de Deventer Schoonfamilie
Beoogde resultaten:
Serviceniveau/ straatbeeld + (minder zwerfvuil op straat)
Milieuresultaat o / + (mogelijk positief neveneffect op afvalaanbod/ afvalscheiding) Kosten + (lagere opruimkosten zwerfvuil)
Voorlichtingscampagne gemeente Arnhem
Onderzoek afvalinzameling binnenstad
In het kader van de keuzenota is geconstateerd dat de stadsemmers in de binnenstad veel problemen opleveren, die niet makkelijk zijn op te lossen. Op de inzameldagen blijven de stadsemmers veelal de hele dag op de openbare weg staan, hetgeen niet ten goede komt aan het straatbeeld. Zeker niet in de winkelstraten die dagelijks door veel mensen bezocht worden. Een andere klacht die vaak gehoord wordt is dat de emmer te klein, waardoor veel afval naast de emmers wordt aangeboden. Voor de afvalinzamelaar brengt de stadsemmerinzameling bovendien arbo-technische problemen met zich mee.
Gezocht zal moeten worden naar een alternatief inzamelsysteem. Gedacht wordt aan ondergrondse containers, waar eventueel ook ondernemers en winkeliers (tegen betaling) gebruik van kunnen maken. Alvorens voor een dergelijk systeem kan worden besloten dient eerst de ruimtelijke en financiële haalbaarheid te worden onderzocht.
Maatregel 9 (voorzieningen op orde brengen) Zo snel mogelijk verwijderen van bijgeplaatst afval, opdat nog meer afval wordt bijgeplaatst of het afval wordt verspreid door de wijk. De gemeente heeft deze taak reeds contractueel neergelegd bij Circulus. Bij lediging dient de aanbiedlocatie schoon te worden achtergelaten. In periodieke schouwrondes wordt gecontroleerd of Circulus deze taak naar behoren uitvoert.
Maatregel 11 (voorzieningen op orde brengen) Met de werkgroep Buurt Aan Zet-Schoon worden de mogelijkheden van alternatieve inzamelsystemen (w.o. ondergrondse containers) onderzocht voor de binnenstad. Uit dit onderzoek zal moeten blijken welke systemen ruimtelijk en financieel haalbaar zijn.
Beoogde resultaten:
Serviceniveau/ straatbeeld + (minder vuil om en rond verzamelcontainers)
Milieuresultaat o / + (mogelijk positief neveneffect op afvalaanbod/ afvalscheiding) Kosten + (lagere opruimkosten zwerfvuil)
Maatregel 10 (voorzieningen op orde brengen) Extra schoonmaken van verzamelcontainers gedurende de zomermaanden (maatwerk: alleen waar nodig)
Stoppen met gescheiden gft-inzameling bij hoogbouw
Gescheiden inzameling van groente-, fruit- en tuinafval (gft) blijft in Deventer gehandhaafd zolang de opbrengst en kwaliteit van het gft-afval voldoende is en er sprake is van een doelmatige
inzamelactiviteit. Bij de laagbouw waar het gft-afval met minicontainers wordt ingezameld is dat het geval. Bij de hoogbouw waar gft-afval via groene verzamelcontainers wordt ingezameld is dat niet het geval. Deze activiteit zal worden beëindigd8.
In de binnenstad waar het gft-afval wordt ingezameld met stadsemmers is de doelmatigheid van de inzameling twijfelachtig. Een sorteeranalyse zal moeten uitwijzen of de kwaliteit van het gft-afval voldoende is voor compostering. In afwachting daarvan zal voorlopig worden doorgegaan.
De voorlichting bij deze maatregel is van doorslaggevend belang. Niet alleen naar de bewoners waar de gft-inzameling wordt gestopt, maar vooral naar de bewoners waar de gft-inzameling wordt
gecontinueerd (laagbouw en binnenstad). Zij moeten gemotiveerd blijven om gft-afval gescheiden te houden.
8 In het belang van de doelmatige verwijdering mogen gemeenten bij verordening bepalen dat gft-afval in een gedeelte van het gemeentelijk grondgebied niet gescheiden wordt ingezameld. Hieraan zijn twee voorwaarden verbonden: er moet voldaan zijn aan de toetsingscriteria van het Afval Overleg Orgaan, en de gemeente dient een zorgvuldige besluitvormingsprocedure te volgen: d.w.z. inspraak, raadsbesluit en melding aan de Regionale Inspecteur Milieuhygiëne van het ministerie van VROM.
Maatregel 12 (voorzieningen op orde brengen) Gescheiden inzameling van groente-, fruit- en tuinafval (gft) met verzamelcontainers bij de hoogbouw wordt beëindigd.
Beoogde resultaten:
Serviceniveau/ straatbeeld: - (minder service voor bewoners die graag gft willen scheiden) Milieuresultaat: o / - (het beperkte milieurendement wordt beëindigd)
Kosten: + (beëindiging levert kostenbesparing op)
Intensivering inzameling droge componenten
Gestreefd wordt naar een verdere intensivering van de gescheiden inzameling van droge
componenten. Meer scheiding van de droge componenten levert niet alleen een hoger milieuresultaat op, maar ook een besparing van de kosten. Voor de komende periode worden – overeenkomstig het landelijke afvalstoffenbeleid - de volgende scheidingspercentages per component nagestreefd:
Ter bevordering van de gescheiden inzameling wordt voorgesteld een stadsbrede motivatiecampagne te houden, met name gericht op het waarom van de gescheiden afvalinzameling (milieubelang, maar ook laag houden van afvalstoffenheffing). Daarnaast zal een aantal voorzieningen (glasbakken, textielinzameling) worden geoptimaliseerd (zie maatregelen 17 t/m 19).
Naast bovenstaande milieutaakstellingen streeft Deventer naar het verminderen van de straatvervuiling als gevolg van de droge componenteninzameling.
Verbeteren huis-aan-huis inzameling Sallcon
De tweewekelijkse huis-aan-huis inzameling door Sallcon zal worden gecontinueerd. In ieder geval voor glas, oud papier en blik. De inzameling van textiel door Sallcon zal worden beëindigd, omdat de kwaliteit van het textiel onvoldoende is voor hergebruik9. De vrijkomende ruimte op het
inzamelvoertuig zal worden benut voor de opslag van andersoortig afval (vervuiling) dat bij de droge componenten wordt aangeboden.
9 Het textiel wordt veelal de dag voorafgaande de inzameling buitengeplaatst waardoor weer en wind de kwaliteit van het aangeboden goed aantast.
Droge componenten glas, papier, textiel en blik
• Motivatiecampagne ter bevordering van de gescheiden inzameling droge componenten
• Meer aandacht voor voorkomen
straatvervuiling huis-aan-huis inzameling Sallcon
• Meer glasbaklocaties, met name in binnenstad
• Frequenter ophalen textiel door chari’s
Taakstellingen:
Scheidingspercentage voor glas: 90%
Scheidingspercentage voor papier: 85%
Scheidingspercentage voor textiel: 50%
Voor blik is geen landelijke taakstelling geformuleerd.
Maatregel 13: (voorlichting en communicatie) Uitvoeren van motivatiecampagne ter bevordering van gescheiden inzameling droge componenten.
Hiervoor zal een subsidie worden aangevraagd bij de NOVEM in het kader van de Aanpak Milieudrukvermindering 2003 (in combinatie met maatregelen 22 en 27).
Eind 2003 loopt het contract met Sallcon af. Najaar 2003 zal worden gewerkt aan een nieuw contract, waarbij nadrukkelijk ook de nazorg – ofwel het schoon opleveren van de straat - zal worden
meegenomen. Concreet betekent dit dat Sallcon indien nodig zelf het naronden verzorgt, achter de inzamelwagen aan.
Vaker ophalen van textiel aan huis door charitatieve instellingen
De textielinzameling door de charitatieve instellingen zal worden geïntensiveerd door de
ophaalfrequentie te verhogen van 4 naar 6 keer per jaar. Daarnaast zal waar mogelijk het aantal textielcontainers worden uitgebreid.
Meer glasbakken
In aanvulling op de huis-aan-huis inzameling van Sallcon staat op een 28-tal locaties in de stad glascontainers, voornamelijk bij winkelcentra. In de binnenstad is het aantal glasbaklocaties te laag.
De komende periode zal een aantal nieuwe locaties worden gecreëerd. Ook zullen de reeds afgeschreven glascontainers worden vervangen door nieuwe containers.
Maatregel 18: (voorzieningen op orde brengen) Uitbreiden aantal glascontainerlocaties, met name in de binnenstad
Maatregel 17: (voorzieningen op orde brengen) Uitbreiden ophaalfrequentie textiel door charitatieve instellingen naar 6 keer per jaar.
Waar nodig bijplaatsen van textielcontainers
Maatregel 15:: (voorzieningen op orde brengen) Opstellen van een nieuw contract met Sallcon, waarin niet alleen de inzamelactiviteit zelf maar ook de nazorg (schoon opleveren van de ingezamelde straten, netjes terugplaatsen van de inzamelmiddelen) wordt opgenomen.
Maatregel 14: (voorzieningen op orde brengen) Stoppen met het gescheiden inzamelen van textiel door Sallcon.
Maatregel 19 (voorzieningen op orde brengen) Vervanging van de reeds afgeschreven bovengrondse glascontainers door (ondergrondse) containers.
Hiervoor zal voorjaar 2004 een concreet voorstel worden gedaan.
Maatregel 16 (voorlichting en verbaliseren) Voorlichting- en handhavingsacties gericht op de naleving van de van de aanbiedregels. De gemeente komt najaar 2003 met een concreet voorlichting- en handhavingsplan, met daarin opgenomen de doelen, middelen en planning van de acties. (zie maatregel 29)
Beoogde resultaten:
Serviceniveau/ straatbeeld: + (meer service en minder zwerfvuil) Milieuresultaat: + (meer afvalscheiding droge componenten)
Kosten: + (afvalscheiding droge componenten levert kostenbesparing )
De komende periode zal fors worden ingezet op het gebruiksvriendelijker maken en tegelijkertijd betaalbaar houden van de grofvuilregeling. De huidige grofvuilregeling wordt door veel bewoners als niet gebruiksvriendelijk ervaren. Na telefonische aanmelding moet veelal te lang worden gewacht voordat het grofvuil wordt opgehaald, en op het overlaadstation moet worden betaald. Vooral bewoners die weinig opslagruimte thuis hebben plaatsen hun grof huisafval om die reden naast de verzamelcontainer, met alle vervuiling van dien.
Brengen van grof huisafval wordt gestimuleerd
Het op afroep laten ophalen van grof huisafval, het overlaadstation, en het (illegaal) plaatsen van grof huisafval naast de verzamelcontainer zijn communicerende vaten. De bewoner kiest veelal de makkelijkste en goedkoopste wijze. Vanuit milieu- en kostenoverwegingen verdient de inzameling op het overlaadstation echter de voorkeur. De verwijderingskosten per ton huisafval ingenomen op het overlaadstation zijn lager dan die voor het ophaalsysteem, en er is een vergaande afvalscheiding mogelijk. Bovendien is het overlaadstation gebruiksvriendelijk: men kan grof huisafval aanleveren wanneer het uitkomt. Het gebruik van het overlaadstation zal daarom worden gestimuleerd: enerzijds door het overlaadstation financieel aantrekkelijker te maken dan het ophaalsysteem, anderzijds door de openingstelling te verruimen, en meer gerichte voorlichting te geven (met name in wijken waar grof afval structureel naast de verzamelcontainer wordt geplaatst).
Grof afval en bruikbaar huisraad
• Doel: laagdrempelig en betaalbare grofvuilregeling
• Herinvoering vrije stort en ruimere zaterdagopenstelling overlaadstation
• Invoering tarief voor ophalen
• Het Goed beperkt zich tot inname herbruikbaar goed; Circulus haalt grof huisafval op
Taakstellingen:
75% van het grof huisafval wordt naar het Overlaadstation gebracht (thans 41%)
75% van het grof huisafval wordt gescheiden afgevoerd voor hergebruik (landelijke taakstelling LAP)
Maatregel 20: (voorzieningen op orde brengen) Invoering van het (beperkt) gratis aanbieden van grof huisafval op het overlaadstation. Om te voorkomen dat bedrijven of bewoners uit buurgemeenten onbevoegd gebruik gaan maken van het overlaadstation, wordt een identificatie- en registratiesysteem (pasjes of kentekenregistratie) ingevoerd.
Maatregel 21: (voorzieningen op orde brengen) Verruiming van de zaterdagopenstelling van het overlaadstation tot 15.00 uur
Maatregel 22: (voorlichting en communicatie) Uitvoeren van motivatiecampagne ter bevordering van gescheiden brengen van grof huisafval naar het overlaadstation. Hiervoor zal een subsidie worden aangevraagd bij de NOVEM in het kader van de Aanpak Milieudrukvermindering 2003 (in combinatie met maatregelen 13 en 27).
Verhuizing overlaadstation
Het overlaadstation dat thans is gevestigd op de Schonenvaarderstraat wordt verplaatst naar de Westfalenstraat. De nieuwe locatie krijgt zowel een overslag- als opslagfunctie (brengdepot voor grof afval en kca-afval). In het licht van de doelstelling om meer grof afval via het overlaadstation in te zamelen, zal de capaciteit van het brengdepot worden vergroot. Najaar 2003 zullen de concrete plannen daaromtrent worden gepresenteerd.
Invoering tarief voor laten ophalen grof afval
Om bewoners te stimuleren hun afval gescheiden naar het overlaadstation te brengen zal voor het ophalen van grof afval een voorrijdtarief worden geheven van € 10,- per keer (maximaal 1 kuub afval per keer). De verwerkingskosten van het ingezamelde afval worden via de afvalstoffenheffing verrekend.
Het Goed haalt huisraad op, Circulus verzorgt de inzameling van grof afval
Op dit moment wordt het ophalen van grof afval gecombineerd met de inzameling van bruikbaar huisraad door kringloopbedrijf Het Goed. Gezien de slechte opbrengst en kwaliteit van het aangeboden huisraad en de zware arbeidsomstandigheden voor het kringlooppersoneel bij het inzamelen en nascheiden van grof huisafval, zal met deze gecombineerde ophaalservice worden gestopt. Het Goed zal zich uitsluitend richten op de inzameling van bruikbaar huisraad. De inzameling van grof afval zal worden overgelaten aan Circulus.
Maatregel 24: (voorzieningen op orde brengen) Stoppen met het gelijktijdig ophalen van grof afval en bruikbaar huisraad door kringloopbedrijf het Goed De inzameling van grof afval wordt overgelaten aan Circulus. Kringloopbedrijf Het Goed verzorgt uitsluitend de inzameling van bruikbaar huisraad
Maatregel 23: (voorzieningen op orde brengen) Invoering van een voorrijdtarief voor het laten ophalen van grof huisafval
Beoogde resultaten:
Serviceniveau/ straatbeeld: + (meer service en minder zwerfvuil)
Milieuresultaat: + (meer afvalscheiding door gescheiden aanleveren op overlaadstation)
Kosten: - (gederfde inkomsten overlaadstation worden deels gecompenseerd door besparing inzamelkosten (minder ophalen grof afval)
Chemocar op maat
In de keuzenota is geconstateerd dat de inzameling van klein chemisch afval en klein wit- en bruingoed met de chemocar niet goed werkt. Bewoners moeten een telefonische afspraak maken waarna het afval na 10 werkdagen wordt opgehaald. Om veiligheidsredenen moet het afval persoonlijk worden afgegeven, en dienen bewoners hiervoor thuis te blijven. Met de wijkaanpak/
wijkteams zal worden bezien hoe de inzet van de chemocar kan worden verbeterd, bijvoorbeeld door wekelijks op een vast punt te staan (halteplaats) of de chemocar meer in te zetten op plekken waar kca-afval veel vrijkomt (bijv. een net opgeleverde nieuwbouwwijk). Naast de chemocar blijft de mogelijkheid van het zelf wegbrengen naar het overlaadstation of de detailhandel bestaan.
Gescheiden inzameling luier- en incontinentiemateriaal?
Sinds enkele jaren bestaat er een nieuwe verwerkingsmethode voor luier en incontinentiemateriaal.
De firma Knowaste recyclet het afval tot hoogwaardig papier en plastic dat kan worden hergebruikt.
Een aantal gemeenten waaronder Arnhem en Groningen zamelt luiers en incontinentiemateriaal gescheiden in via de kinderdagverblijven en de afvalbrengstations, waar het afval gratis heen kan worden gebracht. De gescheiden inzameling en verwerking is niet duurder dan integrale inzameling en verbranding. Mensen met veel van dit soort afval kunnen op deze wijze ruimte besparen in de grijze minicontainer of stadsemmer.
Overige deelstromen
• Klein Chemisch Afval: meer maatwerk
• Proef met gescheiden inzameling luiers en incontinentiemateriaal
Maatregel 26: (voorzieningen op orde brengen) Met kinderdagverblijven en Ciculus de mogelijkheden onderzoeken van het gescheiden inzamelen en verwerken van luier- en incontinentiemateriaal
Maatregel 25: (voorzieningen op orde brengen) Optimaliseren van inzet chemocar voor de inzameling van klein chemisch afval
Beoogde resultaten:
Serviceniveau/ straatbeeld: + (meer service, minder volle minicontainer of stadsemmer) Milieuresultaat: + (meer afvalscheiding en hergebruik)
Kosten: o (maatregelen kunnen kostenneutraal worden ingevoerd)
Afvalpreventie
Om tegen te gaan dat het afvalaanbod meer groeit dan de toename van het aantal inwoners in Deventer, zal afvalpreventie door burgers worden gestimuleerd.
In het afgelopen jaar is per inwoner van Deventer 494 kg huishoudelijk afval geproduceerd, waarvan 48 kg grof huishoudelijk. Uitgaande van bovengenoemde doelstelling zou in het jaar 2007 niet meer dan 494 kg per inwoner geproduceerd mogen worden.
In de afgelopen jaren zijn diverse preventiemaatregelen uitgevoerd, zoals de verspreiding van ja/ nee stickers tegen ongewenst reclame drukwerk, promotie van thuiscompostering, etc. De komende periode zullen deze maatregelen (in meer of mindere mate) worden gecontinueerd. Daarnaast zal een motivatiecampagne worden gehouden, waarbij zoveel mogelijk zal worden aangehaakt bij het
landelijke preventieprogramma “duurzaam consumeren”.
Afvalpreventie
• Doorgaan met preventiemaatregelen zoals afgelopen jaren zijn uitgevoerd:
promotie van thuiscompostering, verspreiding van ja/ nee stickers tegen ongewenst reclamewerk, etc.
• Motivatiecampagne afvalpreventie/
landelijke campagne “duurzaam consumeren”
Maatregel 27:
Uitvoeren van motivatiecampagne ter bevordering van afvalpreventie. Hiervoor zal een subsidie worden aangevraagd bij de NOVEM in het kader van de Aanpak Milieudrukvermindering 2003 (in combinatie met maatregelen 13 en 22).
Optimalisatie telefonisch afvalmeldpunt
Op dit moment zijn er meerdere telefoonnummers voor afvalmeldingen, waarbij bewoners soms niet goed weten waar ze met welke klacht terecht moeten. In het kader van het Programma Publieke Dienstverlening zijn zogeheten thema-loketten in oprichting: één balie en één telefoonnummer per productveld. Voor openbare ruimte en afval zal een dergelijk loket op organisatorische en financiële haalbaarheid worden onderzocht.
Voorlichtings- en handhavingsplan
De in dit plan genoemde maatregelen zullen duidelijk moeten worden gecommuniceerd naar bewoners en andere betrokken partijen. De afvalkalender die jaarlijks in december onder alle bewoners van Deventer wordt verspreid, is daarvoor een goed middel. Voor een aantal specifieke maatregelen, waaronder de beëindiging van gft-inzameling bij hoogbouw en de herziening van de grofvuilregeling, zal aanvullende voorlichting moeten plaatsvinden.
Voorlichting en handhaving zijn in dit plan op meerdere plaatsen genoemd als maatregel om de naleving van de aanbiedregels te verbeteren. Om de samenhang en afstemming van voorlichtings- en handhavingsacties te waarborgen zal een uitvoeringsplan worden opgesteld. Hierin zullen de doelen, middelen en planning van de acties worden beschreven.
Voorlichtingscampagne: “samen aan de slag voor een schonere stad”
Onderdeel van het voorlichtings- en handhavingsplan is een grote voorlichtingscampagne, waarmee het thema samen aan de slag voor een schonere stad (= werktitel) van het afvalbeleid zal worden uitgedragen. De campagne moet bewoners erop attent maken dat een schone stad en een beter milieu niet alleen een verantwoordelijkheid is van de gemeente, maar ook van bewoners zelf.
De motivatiecampagnes voor droge componenten (maatregel 13), grof huisafval (maatregel 22) en afvalpreventie (maatregel 27) zullen deel uitmaken van de campagne “samen aan de slag voor een schonere stad”.
Telefonisch meldpunt voorlichting en handhaving
• Haalbaarheidsonderzoek naar één telefoonnummer voor afvalmeldingen
• Voor de voorlichting- en
handhavingsactiviteiten wordt een actieprogramma opgesteld
• Voorlichtingscampagne: samen aan de slag voor een schonere stad
Maatregel 28: (voorzieningen op orde brengen) Haalbaarheidsonderzoek naar één telefonisch meldpunt voor openbare ruimte (w.o. afval)
Maatregel 29: (voorlichting en verbaliseren) Opstellen van een voorlichtings- en handhavingsplan, waarin doelen, middelen en acties in de tijd worden vastgelegd.
4. Monitoring en evaluatie
Medio 2007 beleid evalueren
Medio 2007 zal onderliggend beleidsplan worden geëvalueerd. Tezamen met bewoners en de afvalinzamelaars zal worden nagegaan in welke mate de genomen maatregelen tot het gewenste resultaat hebben geleid. Wat is in het jaar 2007 het bereikte serviceniveau en milieuresultaat en hoe verhouden die tot de kosten? Zijn in dat jaar de doel- en taakstellingen gerealiseerd die in dit plan zijn geformuleerd?
Het milieuresultaat zal worden gemeten en geëvalueerd aan de hand van het afvalaanbod per inwoner, het hergebruikpercentage (= het percentage gescheiden ingezameld huishoudelijk afval) en aan de hand van scheidingspercentages per afvalcomponent. Voor het bepalen van de
scheidingspercentages per component zullen jaarlijks sorteerproeven worden uitgevoerd, waarbij tevens wordt nagegaan wat nog aan herbruikbaar afval in het restafval zit.
Het serviceniveau wordt enerzijds bepaald door de omvang van het dienstenpakket die aan de burgers wordt aangeboden, anderzijds door de perceptie die de burger daarbij heeft. Dit laatste zal worden gemeten door middel van het houden van een bewonersenquête (meten van
tevredenheidspercentage).
Het gerealiseerde milieuresultaat en serviceniveau zullen worden afgezet tegen de kosten per aansluiting. In de evaluatie van 2007 zal een benchmark worden opgenomen, waarin de kosten van de afvalverwijdering worden vergeleken met die van andere gemeenten.
Jaarlijks meten, schouwen en bijsturen
Jaarlijks zal een voortgangsrapportage worden opgesteld, met daarin de belangrijkste ontwikkelingen en tussenresultaten van het afvalplan (w.o. inzamelresultaten). Op basis hiervan kan indien nodig bijstelling plaatsvinden. In de voortangsrapportage kunnen ook de belangrijkste resultaten van de rondganggroepen worden opgenomen.
Voorgesteld wordt om voor het thema afval aan te sluiten bij de bestaande rondganggroepen van Wijkaanpak, waaraan alle betrokken partijen deelnemen. Doel van deze schouw is om gezamenlijk na te gaan in welke mate de maatregelen uit dit plan hebben geleid tot een schoner straatbeeld en minder vuil rond de verzamelcontainers.
Beleidscyclus Monitoring en evaluatie
• Jaarlijks meten, schouwen en bijstellen.
Resultaten worden jaarlijks vastgelegd in voortgangsrapportage
• Evaluatie afvalplan: medio 2007
• 2008: start nieuwe beleidscyclus
Beleid op- of bijstellen
Meten/
evalueren/
bijstellen
Beleid uitvoeren
Maatregel 31:
Jaarlijks rapporteren over de voortgang van de uitvoering van het afvalplan, en de reeds bereikte resultaten.
Maatregel 30:
Samen met rondganggroepen uitvoeren van buurtschouw, waarbij wordt nagegaan in welke mate de maatregelen hebben geleid tot een schoner straatbeeld en minder vuil bij verzamelcontainers
5. Planning en fasering
Maatregelen Voorbereidingsfase Besluitvorming Invoerdatum Restafval en gft-afval
1. Opstellen maatwerkplannen nieuwbouw 2. Verbetering nazorg afvalinzameling 3. Netter terugplaatsen van inzamelmiddelen 4. Voorlichting en handhaving intensiveren 5. Stimuleren eigen verantwoordelijkheid
bewoners
6. Verhogen opslagcapaciteit verzamelcontainers die overstromen 7. Herziening grofvuilregeling
8. Voorlichting en handhaving intensiveren t.a.v. overlastlocaties
9. Direct verwijderen bijgeplaatst afval naast vc’s
10. Extra wassen verzamelcontainers tijdens zomermaanden
11. Haalbaarheidsonderzoek afvalinzameling binnenstad
12. Beëindiging gescheiden gft-inzameling bij hoogbouw
najaar 2003 per direct per direct najaar 2003 najaar 2003 per direct zie maatregel 20 t/m 24
najaar 2003 per direct najaar 2003 i.o.m. BAZ-schoon
najaar 2003
voorjaar 2004 per direct per direct voorjaar 2004 voorjaar 2004
per direct
voorjaar 2004 per direct zomer 2004
i.o.m. BAZ jan 2004 Droge componenten
13. Motivatiecampagne droge componenten 14. Stoppen met gescheiden inzameling textiel
door Sallcon
15. Intensiveren nazorg inzameling Sallcon 16. Voorlichting en handhaving intensiveren
t.a.v. droge componenten inzameling 17. Verhogen ophaalfrequentie textiel door
charitatieve instellingen
18. Uitbreiden glascontainerlocaties 19. Vervangen afgeschreven glascontainers
voorjaar 2004 per direct najaar 2003 najaar 2003 najaar 2003 voorjaar 2004 voorjaar 2004
mei 2004 per direct jan 2004 voorjaar jan 2004 najaar 2004 najaar 2004 Grof afval
20. Invoering (beperkt) vrije stort op overlaadstation
21. Verruiming zaterdagopenstelling overlaadstation
22. Motivatiecampagne overlaadstation 23. betaald ophalen grofvuil
24. Grofvuilinzameling door Circulus i.p.v. Het Goed
najaar 2003 najaar 2003 najaar 2003 najaar 2003 najaar 2003
Voor uitwerking van maatregelen
19 t/m 23 wordt grofvuilplan
opgesteld, waarover in nov.
2003 door B&W zal worden besloten
jan 2004 jan 2004 jan 2004 jan 2004 jan 2004 Overige deelstromen
25. Optimaliseren inzet chemocar
26. Onderzoek gescheiden luierinzameling Afvalpreventie
27. Motivatiecampagne afvalpreventie najaar 2004 voorjaar 2005
Communicatie, voorlichting en handhaving 28. Onderzoek één telefoonnummer voor afval 29. Opstellen voorlichting- en handhavingsplan
najaar 2003 najaar 2003
jan 2004 jan 2004 Monitoring en evaluatie
30. Rondganggroepen uitbreiden met afval 31. Jaarlijkse voortgangsrapportage afvalplan
mei september De meeste maatregelen zullen najaar 2003 worden voorbereid en januari 2004 worden ingevoerd.
Voor de communicatie en voorlichting kan optimaal gebruik worden gemaakt van de afvalkalender die december 2003 wordt verspreid.
Voor de maatregelen 4, 8 en 16 zal een voorlichting- en communicatieplan worden opgesteld (=
maatregel 29). In dit plan zullen ook de motivatiecampagnes voor afvalpreventie (maatregel 27) en afvalscheiding (droge componenten, overlaadstation; maatregelen 13 en 22) worden uitgewerkt.
6. Financiële paragraaf
Maatregelen Eénmalige kosten
(in €)
Structurele kosten (in € per jaar)
Structurele kosten (in € per hh per jr) Restafval en gft-afval
1. Opstellen maatwerkplannen nieuwbouw 2. Verbetering nazorg afvalinzameling 3. Netter terugplaatsen van inzamelmiddelen 4. Voorlichting en handhaving intensiveren 5. Stimuleren eigen verantwoordelijkheid
bewoners
6. Verhogen opslagcapaciteit verzamelcontainers die overstromen 7. Herziening grofvuilregeling
8. Voorlichting en handhaving intensiveren t.a.v. overlastlocaties
9. Extra wassen verzamelcontainers tijdens zomermaanden
10. Direct verwijderen bijgeplaatst afval naast vc’s
11. Haalbaarheidsonderzoek afvalinzameling binnenstad
12. Beëindiging gescheiden gft-inzameling bij hoogbouw
0 0 0 75.000 15.000 15.000
12.500 0 0 10.000
5.000
0 0 0 0 0 0
0 1.700
0 0 -/- 35.000
0 0 0 0 0 0
0 0,05
0 0 -/- 0,94 Droge componenten
13. Motivatiecampagne droge componenten 14. Stoppen met gescheiden inzameling textiel
door Sallcon
15. Intensiveren nazorg inzameling Sallcon 16. Voorlichting en handhaving intensiveren
t.a.v. droge componenten inzameling 17. Verhogen ophaalfrequentie textiel door
charitatieve instellingen
18. Uitbreiden glascontainerlocaties 19. Vervangen afgeschreven glascontainers
50.000 0 0 12.500
0 0 0
0 -/- 5.000
0 0 0 0 0
0 -/- 0,14
0 0 0 0 0 Grof afval
20. Invoering (beperkt) vrije stort op overlaadstation
21. Verruiming zaterdagopenstelling overlaadstation
22. Motivatiecampagne overlaadstation 23. Betaald ophalen grofvuil +
24. Grofvuilinzameling door Circulus i.p.v. Het Goed
90.000 0 50.000
0 zie maatregel 23
362.500 20.500
0 - 172.000 zie maatregel 23
9,67 0,55 0 - 4,60 zie maatregel 23 Overige deelstromen
25. Optimaliseren inzet chemocar
26. Onderzoek gescheiden luierinzameling Afvalpreventie
27. Motivatiecampagne afvalpreventie 50.000 0 0
Communicatie, voorlichting en handhaving 28. Onderzoek één telefoonnummer voor afval 29. Opstellen voorlichting- en handhavingsplan
25.000 10.000
0 0
0 0 Monitoring en evaluatie
30. Rondganggroepen uitbreiden met afval 31. Jaarlijkse voortgangsrapportage afvalplan
0 0
0 0
0 0 TOTAAL
DEKKING
Dekking uit reserve afval
Subsidie NOVEM (ondervoor behoud van toekenning)
€ 420.000
€ 345.000 € 75.000
172.700 4,59
Toelichting op begroting
• In de begroting is uitgegaan van prijspeil 2003;
• De bedragen geven de mutaties weer ten opzichte van de afvalbegroting 2003;
• De maatregelen die betrekking hebben tot voorlichting en handhaving zijn hoofdzakelijk gedekt uit een eenmalige onttrekking uit de reserve tarieven verwerking huishoudelijk afval. De
structurele intensivering van voorlichting en handhaving wordt gedekt uit het bestaande budget, door slimmere inzet van de bestaande handhavingscapaciteit en voorlichtingsmiddelen
(maatwerk);
• Een aantal maatregelen is al contractueel weggezet naar de afvalinzamelaars (maatregelen 2, 3, 6, 10, 15), maar worden thans niet goed uitgevoerd (zie verantwoordelijkheden paragraaf 2). De extra controle op de naleving van de contractuele verplichtingen zal binnen de bestaande formatie van Sector Stads en Dorpsbeheer worden ingevuld;
• Voor de motivatiecampagnes m.b.t. droge componenten (maatregel 13), het overlaadstation (maatregel 22), en afvalpreventie (maatregel 27), wordt een subsidie aangevraagd in het kader van de Subsidieregeling Milieudrukvermindering van de NOVEM. De subsidie bedraagt maximaal 50% van de totale kosten (€ 75.000,-). Indien de subsidie door NOVEM niet wordt gehonoreerd, zal de opzet van de campagnes worden beperkt.
Consequenties voor de afvalstoffenheffing
Zoals de begroting aangeeft heeft het totaalpakket aan maatregelen die in dit afvalplan is voorgesteld een kostenverhogend effect van € 4,60 per huishouden. Dit betekent een stijging van 2% op de huidige afvalstoffenheffing. De afvalinzameling en – verwerking wordt beïnvloed door een aantal uitgaven en inkomsten waarvan de ontwikkeling door de gemeente niet of maar zeer beperkt is te beïnvloeden. Het betreft onder meer de afvalverwerkingskosten (= afhankelijk van de hoeveelheid aangeboden afval), de kosten van het gemeentelijk kwijtscheldingsbeleid, etc. Daarnaast dient ook rekening te worden gehouden met prijsindexering. In onderstaand kader wordt hiervan een indicatie gegeven:
Van een aantal maatregelen in het afvalplan zijn de financiële consequenties nog niet bekend en om die reden niet opgenomen in het plan. Nader onderzoek zal nodig zijn om duidelijkheid hierover te verkrijgen. De maatregelen zijn:
1. Verhuizing overlaadstation naar de Westfalenstraat. In het najaar zal een concreet voorstel omtrent de bouw en inrichting worden voorgelegd aan het bestuur en de commissie RFO, met daarbij de financiële consequenties. Verwacht wordt dat de verhuizing een structurele verhoging van de afvalstoffenheffing met zich meebrengt van circa 2%.
2. Vervanging glasbakken door ondergrondse containers (maatregel 19). Voorstel daartoe wordt gedaan in het voorjaar van 2004. Aanschaf en plaatsing van de ondergrondse containers zouden eenmalig kunnen worden gedekt door een onttrekking uit de reserve tarieven verwerking
huishoudelijk afval (zie volgende pagina).
3. Herziening afvalinzameling binnenstad / eventueel invoeren ondergrondse containers (maatregel 11). Voorstel wordt uitgewerkt in overleg met BAZ-schoon. Aanschaf en plaatsing van de
ondergrondse containers zouden eventueel eenmalig kunnen worden gedekt door een onttrekking uit de reserve tarieven verwerking huishoudelijk afval (zie volgende pagina)
Niet beïnvloedbare effecten
Tariefeffect Toename afval per inwoner (afhankelijk van welvaartsontwikkeling en preventiebeleid) 1 – 3%
Toename huishoudens (kostenstijging wordt gedekt door meeropbrengsten afvalstoffenheffing) 0%
Prijsindexering ca. 3%