• No results found

Verslag SNP vogelreis Texel. Van 07 tot en met 10 september 2021 Verslag en foto s gemaakt door Herman Postma Foto s van anderen met naam erbij

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Verslag SNP vogelreis Texel. Van 07 tot en met 10 september 2021 Verslag en foto s gemaakt door Herman Postma Foto s van anderen met naam erbij"

Copied!
18
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

VOGELPARADIJS TEXEL

Op de Waddeneilanden is het licht anders, het ruikt er anders en het tempo is anders.

Texel is met een overtocht van 20 minuten, het snelst bereikbare eiland vanaf het vasteland.

TEXEL

Lengte : 20 km Breedte : 8 km Oppervlakte : 161 km² Fietspaden : 140 km Strandlengte : 30 km Inwoners : 13.550 (2019)

Geschiedenis

Eerste bewoners vanaf Middensteentijd, ca. 8000 jaar - 4500 jaar voor Christus.

Tot 1170 was Texel verbonden met het vasteland. De Allerheiligenvloed spoelde veel land weg naar zee, waardoor het een eiland werd.

1415. Het hele eiland Texel krijgt stadsrechten.

1630. Texel bestaat uit 2 eilanden. Zuidelijk Texel en noordelijk Eierland. In 1630 werd er een dijk tussen beide eilanden gemaakt.

16de en 17de eeuw. Texelse schapenkaas al wereldwijd bekend. De VOC schepen van Amsterdam, Enkhuizen en Hoorn vertrekken van de rede van Texel naar de Oriënt. Hierdoor veel werkgelegenheid op het eiland.

Het Waddeneiland Texel is het grootse eiland van Nederland met een oppervlakte van ca. 16.000 ha. Van die 16.000 ha. is 5.300 ha. natuurgebied. Het eiland mag zich al ruim een eeuw verheugen in grote belangstelling van vogelliefhebbers. Pioniers als Jac. P. Thijsse, Nol Binsbergen en G. J. van Oordt trokken erheen.

Schrijver, beeldend kunstenaar en natuurkenner Jan Wolkers woonde er vele jaren. In zijn Boekenweek geschenk Zomerhitte van 2005 schrijft hij over de Velduilen die in Nederland zeldzaam zijn en op Texel nog voorkomen. Een andere beroemde bewoner was Jac. P. Thijsse. Onderwijzer en natuurbeschermer.

Hij stond aan de basis van Natuurmonumenten.

P.S. In Friesland in 2014 ruim 50 broedparen Velduil als gevolg van de muizenplaag.

In 2019 ruim 75 broedparen Velduil als gevolg van weer een muizenplaag in Friesland.

2020, maar 1 of 2 broedparen van de Velduil. De muizenstand-/plaag was in een week bijna geheel verdwenen.

De Vogelwerkgroep Texel is actief op het eiland en organiseert vogeltellingen, waddentochten en lezingen. Het symbool van de werkgroep is de Blauwe Kiekendief. Deze prachtige soort is helaas een steeds zeldzamere roofvogel in Nederland, en hij heeft de Waddeneilanden hard nodig om voor ons land behouden te blijven.

Wie eenmaal een Blauwe Kiekendief zwenkend en zeilend boven de duintoppen heeft waargenomen zal dat beeld nooit vergeten.

Ieder jaar, tijdens mijn 8 wintertellingen van ganzen en watervogels, zie ik in mijn omgeving enkele overwinterende Blauwe Kiekendieven.

Op het eiland Texel bevinden zich 4 vogel trektelposten. De Tuintjes, Korverskooi, Westerslag en Hoornderslag.

Deze laatste twee zijn tevens zeetelposten. De Korverskooi is ook in gebruik als een ringbaan. De werkgroep doet nauwkeurig verslag van de activiteiten. Op 29 november 2012 werden gedurende zeven uur op de ringbaan 45 vogels geringd, verdeeld over vier soorten: Merel, Koperwiek, Pimpelmees en Vink. De weersomstandigheden waren als volgt: Wind NNO 3, bewolking 5/8, neerslag regen, temperatuur 5⁰C.

(2)

2 Op 3 mei van dat jaar werden op Westerslag de zeevogels geteld, en zie eens wat een resultaat: onder meer Roodkeelduiker, Bontbekplevier, Grote Stern, Zilverplevier, Visdief, Jan van Gent, Kanoet, Noordse Stern, Wintertaling, Drieteenstrandloper, Eidereend, Zwarte Zee-eend en Rosse Grutto.

Er zijn op Texel ruim 380 vogelsoorten gespot. Waarvan ca. 125 bijzondere soorten.

Vogelwerkgroep Texel produceert al vanaf 1997 jaaroverzichten van waargenomen vogels op het eiland.

Overzicht 2018 is wederom een lust voor het oog, dankzij de vele spetterend mooie foto’s, maar is ook inhoudelijk de moeite waard.

Alle 281 in 2018 vastgestelde vogelsoorten worden beschreven aan de hand van tellingen en ruim 177.000 losse meldingen, ingevoerd door 1982 vogelaars. Knappe prestatie om dat allemaal samen te vatten.

Het verslag, ook het nieuwe van 2020, is in de boekhandel te bestellen, of op Texel af te halen bij Vogelinformatie centrum in de Cocksdorp.

Texel heeft een rijke en dynamische geschiedenis. In 1170 werd het een eiland door de Allerheiligenvloed. De eerste menselijke sporen op het eiland dateren uit het Mesolithicum, 8000 - 4500 jaar voor Christus. In 1415 verkreeg Texel stadsrechten. Een hoogtepunt beleefde Texel in de 17e en 18e eeuw, toen de handelsschepen zich op de Reede van Texel lieten bevoorraden voor hun lange reizen. Een dieptepunt was de Opstand der Georgiërs in april/mei 1945, de laatste veldslag van de Tweede Wereldoorlog. Terwijl de rest van Nederland al was bevrijd, werd op Texel nog een bloedige strijd gevoerd tussen de Duitsers en in opstand gekomen

Georgische soldaten. Deze strijd wordt ook de Russenoorlog genoemd.

ALGEMEEN

Waarom zijn er zoveel vogels op Texel. Het eiland ligt op de westelijke Europese vogeltrekroute vanuit Siberië en Scandinavië naar Afrika. Vogels kunnen volop “bijtanken“ op het voedselrijke Wad. Bovendien heeft Texel veel verschillend landschappen. Duinen, akkerland, weiland, bos, veel zoet en brak water meertjes en het Wad.

In juli, augustus en september zijn velen van ons enige tijd op vakantie. Ook veel vogelsoorten hebben in deze periode een sterke neiging om op reis te gaan. Het reizen van vogels begint eigenlijk in augustus-september.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat we juist in deze periode hier in Nederland veel meer soorten kunnen aantreffen.

De eerste Steltlopers komen dan al terug uit hun broedgebied. In augustus neemt het aantal trekvogels toe en in september en oktober is de herfsttrek op het hoogtepunt. Vele tienduizenden vogels trekken dan dagelijks over Texel naar het zuiden, soms in grote groepen zoals Spreeuwen. En één van de beste plekken om die herfsttrek te ervaren zijn de Eierlandse Duinen en het gebied rondom de Robbenjager. Hier komen de vogels van ver over zee aanvliegen en zien na een lange tocht vol gevaren eindelijk weer land. Daarom zijn er gedurende de herfst op de noordkop van Texel zoveel verschillende vogelsoorten te vinden.

Op een “superdag“ kan je soms meer dan 100 vogelsoorten zien. Het leuke van de herfsttrek is, dat je dan vogelsoorten kunt zien die je op Texel niet vaak aantreft. Met oostenwind kan je in september zomaar een dag hebben dat de bosjes in de duinen vol zitten met Bonte Vliegenvangers, Gekraagde Roodstaarten of Paapjes.

Iedere dag is anders.

De Eierlandse Duinen is onderdeel van het Nationale Park Duinen van Texel. De Tuintjes zijn de eerste bosjes die de vogels op hun trek vanuit het noorden tegenkomen. Vooral de vogels uit het noorden laten zich op weg naar het zuiden regelmatig zien. Eind juli 2017 werden in Friesland Zwarte Ooievaars waargenomen. Dit waren waarschijnlijk vogels uit Noord-Duitsland en Denemarken. Eind augustus landde zelfs een groepje van 6 op de Workumerwaard. Half juli dook er plotseling een vreemde reigerachtige op. De waarneemster maakte snel een foto. Het bleek een jonge Kwak te zijn, die zich goed wist te verschuilen in een boom. In deze periode zijn er ook enkele Roerdompen gezien in Friesland. Deze vogel broedt hier ook, maar trekt ook weg naar het zuiden.

(3)

3 Doortrekkende Draaihalzen, familie van de spechten, werden ook gezien. Zij trekken tot diep in oktober door.

Er werd voor het eerst sinds 1984 een exemplaar geringd in Friesland.

Nu de nachten kouder worden, trekken de boeren- en huiszwaluwen ook massaal weg. Terwijl de

Boerenzwaluwen wegtrekken, komen de noordelijke gasten naar ons land en trekken door naar het zuiden. De afgelopen weken zag ik een bladkoning. Ze zijn hier ieder jaar, maar de laatste jaren heb ik er niet één gezien.

Het vogeltje is iets kleiner dan de Tjiftjaf. Het valt vooral op door de dubbele vleugelstreep en de vrij lange roomkleurige wenkbrauwstreep. Het broedgebied van deze kleine zanger ligt in Rusland, vanaf de

Petsjorarivier ten westen van de Oeral tot diep in Siberië. Ze maken hun nest daar, op de grond in naald- en gemengde bossen. Het nest is van droog gras, mos, dode stukjes hout en haren.

De nestingang zit verscholen aan de zijkant, net zoals bij ons de Fitis en de Winterkoning hun nest maken.

Ik zag mijn eerste vlucht koperwieken, samen met merels.

Sommige vogels hebben het voorjaar soms op een vreemd tijdstip in de bol. Op Ameland zag iemand op 12 september 2016 een fazant van zijn nest af komen. Er lagen 11 eieren in het nest. Ik zag vorige week ook nog een zwarte roodstaart hier in het dorp. Maar net buiten het dorp nog ca. 30 zwaluwen op een binnenweg.

We hadden een wisselende zomer wat betreft temperatuur en neerslag. Ook al was niet iedereen blij met al het water, dat water hadden we nodig voor de landerijen en de natuur snakte sinds vorig jaar naar vocht.

De grondwaterstand is in 2021 weer goed aangevuld.

2020 was een goed broedjaar voor Tapuiten. In de Eierlandse Duinen broeden er dat jaar zo’n 50 broedparen.

Er werden ook dwaalgasten gezien. Een Groene Fitis werd gezien in het Krimbos. Deze vogel werd pas voor de tweede maal in Nederland gezien. Ook werd er een Havikarend gespot.

Op Texel heeft in 2021 een nieuwe vogelsoort voor Nederland gebroed. De Struikrietzanger. Ze hebben 3 jongen grootgebracht. Ze hebben in de Eierlandse Duinen gebroed. Deze vogel zingt vooral ’s nachts. Ze komen normaal voor in Noordoost-Europa en Azië. Het is een karekietachtige vogel. Van deze soort is dit het eerste broedgeval in Nederland.

Ik ga de maandag al naar Texel. Ik stap om 05.10 uur in de auto. De boot van 06.30 uur kan ik halen. Bijna over de afsluitdijk, zie ik aan de linkerkant allemaal rode lichten van een nieuw windmolenpark. We willen die dingen niet in onze eigen achtertuin, maar wel in de achtertuin verderop, zolang wij er geen “last“ van hebben.

Maar we willen er wel van profiteren en wel allemaal van het gas en de benzine af, dus is dit heel erg nodig.

De weersvoorspelling voor komende week is positief. Weinig tot geen regen verwacht.

Om 07.20 ben ik bij de eerste meertjes op Texel ten noorden van Oudeschild. Kieviten, eenden, en een Lepelaar die met zijn snavel door het water “maait“ om zijn ontbijt te bemachtigen.

Er komen een paar watersnippen naar beneden “vallen“. Watersnippen vliegen snel en zigzaggend in de lucht, en als ze een geschikte landingsplaats zien vallen ze bijna recht naar beneden, dan vind je ze moeilijk terug in de begroeiing.

(4)

4 Een Kievit met op de achtergrond een Oeverloper.

Er “zwemmen“ 8 Grutto’s in de plas. Gele kwikken op de kant, allemaal onderweg naar het verre zuiden.

Op naar “de Wilster“. Een vogelkijkhut bij Ottersaat. Op de wieken van de kleine poldermolen zit een Buizerd.

Er komt een Witgatje aanvliegen, boven de vaart. Er vliegen Putters, Bonte Strandlopers, eenden, Witte- en Gele Kwikstaarten. Wat KBV’tjes, oftewel Kleine Bruine Vogeltjes.

Kieviten, Bergeenden, Grauwe Ganzen, Wintertalingen, Drieteenstrandlopers, Nijlganzen, Kokmeeuwen,

Zwarte Kraaien, Kleine Strandlopers, een Kemphaan dame, Bontbekplevieren en nog enkele Grutto’s en al een paar Smienten. Die zijn vroeg. Een pink, dat is een koe van ca. 1 jaar oud, “knabbelt“ aan de hut.

Om ca. 09.00 uur sta ik bij een stuk bouwland – net ingezaaid met een grasmengsel - waar een Oeverloper op de slootrand loopt. Verderop zitten honderden Goudplevieren. Vlak daarbij zit een Watersnip ook aan de rand van het water. In de houding zoals op de foto hierboven zitten ze helemaal stil. De poten gebogen om zich klein en “onzichtbaar“ te maken.

Verder hier tegen de slootwal een groep Spreeuwen. Ze hebben nog hun gespikkeld verenkleed.

Bij het Wagejot een paar Grutto’s, Tureluur, meeuwen, Watersnip, Bergeenden, Boerenzwaluwen en Huiszwaluwen komen nog overvliegen, Wintertalingen, Kluten, Kauwtjes. Op het P bord zit een Torenvalk.

Verderop rij ik bij een oude zeedijk langs, de Eendrachtweg. In deze vaart zie ik een Waterhoentje met een aantal bijna volwassen jongen tussen het riet scharrelen. Op Texel heb ik bijna nooit Waterhoentjes gezien. Ze zijn ook schuw.

(5)

5 Verderop rij ik bij een oude zeedijk langs, de Eendrachtweg. In deze vaart zie ik een Waterhoentje met een aantal bijna volwassen jongen tussen het riet scharrelen. Op Texel heb ik bijna nooit Waterhoentjes gezien. Ze zijn ook schuw.

Zodra ze beweging zien “duiken“ ze het riet in. In deze brede vaart ook eenden die in de rui zijn. De woerden hebben dan alleen nog een gele snavel, en verder is hun verenkleed gelijk aan dat van een vrouwtjes eend. Ook enkele Futen in deze vaart. En een 6 tal Meerkoeten.

Naast de weg zijn stroken rondom landbouw percelen ingezaaid met een bloemmengsel.

Op de foto links een Spreeuw in 1ste jaar winterkleed. Veel lichte spikkels in een zwart verenkleed.

De kop en hals zijn licht beige van kleur.

Dag 1

Dinsdagmorgen is het prachtig mooi weer. De zon schijnt en een wolken loze hemel. Het kan niet beter deze week. Om 13.00 uur komt de veerboot vanuit Den Helder in de veerhaven “Het Horntje“ aan. Iedereen is er.

Nadat we de spullen, die we nodig hebben tijdens deze wandeling uit de bagage gehaald hebben, en de rest van de bagage in de bus is gezet, kunnen wij gaan wandelen. De bus gaat naar het hotel en zet daar de bagage af.

Vlak voor het duin blijven we staan bij een rozebottelstruik. We zien de aangevreten rozebottels, de

Groenlingen peuteren de zaadjes eruit. Ik zag er een paar wegvliegen. Vaak zie je de bottels opengepikt door vogels. Zelf zijn de bottels goed te gebruiken in jam, moes en compote. Je kunt er zelfs thee van zetten.

Op de foto van Richard zien we op de achtergrond de veerhaven “Het Horntje“. Rechts is de Mokbaai.

Het lijkt al een beetje eb te worden, want we zien de slikplaten vrijkomen. Het is mooi weer, de zon schijnt volop. Altijd lopen er Steenlopers langs de over. Op de overgang van water / slik naast de dijk. Daar zoeken ze naar voedsel. De Engelse naam voor dit beestje is Turnstone. Genoemd naar het eetgedrag/voedsel zoeken. Ze draaien alles om - steentjes, schelpen, zeewier enzovoorts - waar ze voedsel onder kunnen vinden.

(6)

6 Verderop zien we een Tapuit. Deze vogel, een holenbroeder, komt op Texel voor en gaat in de herfst naar het warme zuiden.

Op het droge “Wad“ zitten veel Goudplevieren. Omdat we tegenlicht hebben zijn er donker lijkende exemplaren tussen. Vraag: waarom heet deze vogel Goudplevier? Zijn rugveren zijn goudkleurig. Aan het gedrag kun je vaak zien welke vogel het is. Bijvoorbeeld: een Goudplevier rent vrij ver/lang ca. 4- 5 meter om voedsel te zoeken. Een Kanoet loopt vooral kortere stukjes.

P.S. Begin december 2021 zijn er honderden Kanoeten, maar ook Wulpen en Scholeksters, dood aangespoeld op de oostelijke Waddeneilanden en de Friese en Groninger kust. Volgens deskundigen waren het duizenden, omdat de meeste op zee “verdwijnen“. De Waddenzee is een belangrijke pleisterplaats voor deze vogels.

Volgens deskundigen is voor 99% zeker de hoog pathogene vogelgriep H5N1 verantwoordelijk voor de sterfte.

Er vliegt een Wulp vlakbij ons langs. Bontbekplevieren rennen over de natte bodem op zoek naar voedsel.

Aalscholvers wapperen met hun uitgespreide vleugels om die te drogen. Aalscholvers hebben een slecht werkende stuit vetklier. Uit die vetklier komt een substantie die ze op de veren smeren. Alle watervogels hebben een dergelijke – maar beter werkende - vetklier waarmee ze hun veren waterdicht/waterafstotend maken. Bovendien zijn Aalscholvers de enige vogelsoort met massieve botten. Naast de Aalscholver een Grote Zilverreiger en een Kleine Zilverreiger.

Op de zeedijk vliegen de Grauwe Ganzen ons “om“ de oren.

We lopen verder over de zeedijk. Hier veel Texelse schapen, logisch natuurlijk. Deze schapen worden gehouden voor de vleesproductie. Wol is niet meer belangrijk als handels product, omdat wij geen wollen kleding willen dragen. De kosten voor het scheren van een schaap zijn hoger dan de opbrengst van de wol.

(7)

7 Bij het meertje de Petten veel eenden op het water. Veel Slobeenden. Op de eilandjes Kieviten en

Goudplevieren. Wintertalingen, ons kleinste eendje. Op een hokje een Zwarte Kraai, een Tapuit op een paaltje naast een weiland. Een buizerd op een hokje, maar wel ver.

In een geultje van de Petten een Groenpoot- ruiter. Zie foto Richard.

Maar die smeert hem al snel. Iets verderop zit er nog één. Ook een Graspieper en een Oeverloper.

Op de foto van Wilma een Bruin Zandoogje in het gras.

Hier ook Zandblauwtjes, een plantje met een trosje bloemen bovenop.

Om 15.00 uur wandelen we bij de vistrap langs, waar ook een Groenpootruiter in zit. Dit is een klein beekje, geschikt gemaakt om vooral Stekelbaarsjes de mogelijkheid bieden om vanaf zout water naar zoet water te

“migreren“.

Bij het hokje van Staatsbosbeheer blijven een aantal deelnemers achter omdat de “vermoeidheid“ toe slaat.

Op het droge Wad Bergeenden, Wulpen, Scholeksters, Kleine Zilverreiger, Grote Zilverreiger en duizenden Goudplevieren. Ook nog Grutto’s. Bonte Strandlopers en Kleine Strandlopers. Groenpoot Ruiters, Tureluurs.

We lopen naar de parkeerplaats op het einde van de weg.

Om 15.45 uur wandelen we terug, richting Den Hoorn. Vlak bij de Geul vliegen onverwachts 2 Fazanten uit de struiken. Als we over de duin wandelen bij het hokje enkele Roodborst tapuiten en Spreeuwen.

Om 16.00 uur zijn we bij het toiletgebouw op de camping. Even een sanitaire stop en de waterflesjes bijvullen.

Via de camping en door de hoofdingang van de camping naar Den Hoorn wandelen. Daar zitten we om 16.45 u aan onze heerlijke versnaperingen in “de Knip“.

Om 17.30 uur haalt Texel Tours ons op uit “de Knip“ met de “oude“ blauwe BLEU BIRD bus. 6 cilinders, 130 PK en pas ca 33 jaar. De bus is altijd gebruikt op een Amerikaanse basis in Duitsland.

Iets over 18.00 uur zijn we in het hotel. Iedereen krijgt een kamersleutel en kan zich even opfrissen. Ik ga met nog een paar deelnemers achter de zeedijk kijken, waar de Waddenzee is. Het is opkomend water.

Steenlopers langs de rand, Bontbekplevieren, Kanoeten, nu in een herfstkleedje wat valer is dan de zomerjurk.

We hebben vanmiddag 8,8 km gelopen. Meer dan ik dacht, maar de moderne apparaten kunnen alles

(8)

8 registreren. Na de warme maaltijd – tomatensoep, vis met rijst en wat groente - en als toetje een klein taartje met slagroom.

Dag 2

Om 06.45 uur sta ik voor het hotel. De naam van het hotel is te zien in een lichtbak.

Op de linker foto van Richard voor zonsopkomst, op de rechter foto van Wilma de zon net boven de horizon.

Op de zeedijk lopen schapen. Mooie silhouetten maken een schaap met 2 koppen en 8 poten.

Deelnemers die ook wat vroeger zijn kunnen alvast naar de zeedijk lopen. Ik wacht op de laatsten die mee gaan wandelen over de dijk. De zonsopkomst is weer fantastisch.

Veel Steenlopers, Witte kwikken, ganzen, meeuwen, kleine zangvogels op trek.

Bontbekplevieren vlakbij en een Torenvalk komt ons goedemorgen “wensen“. De Slobeenden ver weg. De twee Rotganzen op het Wad zijn zoutwaterganzen. Die verblijven altijd in de omgeving van de kust waar zout water is. Enkele Grutto’s op het Wad en Watersnippen.

Ook nog een Groenpootruiter.

Lepelaars vliegen laag over het Wad. Ook een éénzame Bosruiter. Deze vogel is op reis naar Zuid Europa of zelfs nog Afrika.

Vaak wordt de vraag gesteld “Hoe ver vliegt een vogel aan één stuk naar het overwintering gebied of terug.

Een mannetje Rosse Grutto – een aparte ondersoort - met een zender en met 3 gekleurde pootringen, vertrok op 16 september 2020 vanuit Alaska in Zuid Westelijke richting. Op 27 september had hij een record afstand gevlogen. Bij aankomst in een baai ten oosten van Auckland, Nieuw-Zeeland, had hij een record verpulverd:

12.854 km non stop vliegen zonder te rusten, eten of drinken! Voor meer info, kijk op de website van het Global Flyway Netwerk. Normaal weegt een Rosse Grutto ca 300 gram.

Vlak voor vertrek ruim 530 gram, allemaal reserve brandstof in de vorm van vet om de tocht te volbrengen. De organen – lever en maag - krimpen en de spieren groeien.

Hoe trekvogels zich oriënteren, en navigeren over de wereld, is nog altijd een zeer groot mysterie.

Na het ontbijt zitten we buiten op de bus te wachten die ons naar het begin van de wandeling gaat brengen bij De Koog. Er vliegt een Regenwulp over, te herkennen aan het geluid. Meestal is het een klein groepje die samen op trek zijn naar het zuiden. Deze vogels broeden niet in Nederland.

De wandeling begint bij het hek waar de toegang is naar “de Nederlanden“. Aan de schapenboet, aan één kant afgeplat, hangt een torenvalken kast. Veel vogels maken zelf elk jaar een nieuw nest. Maar Uilen en sommige valken maken zelf geen nest. Ze zoeken een plek waar wat zachte “rommel“ ligt en maken daarin een kuiltje

(9)

9 waarin ze de eieren leggen. In deze kast leg je zand, een graszode of grof zaagsel/spaanders. Bovendien voor de opening enkele latjes rechtop zetten om te voorkomen dat er andere grote vogels zoals Kauwtjes of Nijlganzen in gaan broeden.

Deze Schapenboet – in vroeger dagen een opslagplaats voor boeren gereedschap – is nu een officiële trouwlocatie van Texel. Hier is ook een Tuunwal te zien.

Tuunwal

Een tuunwal is een onbegroeide wal van graszoden, gebruikt als perceelafscheiding. Omdat de Hoge Berg een helling had, bleef er niet genoeg water in de sloten staan om de dieren tegen te houden, daarom werden tuunwallen aangelegd. Het fraaiste voorbeeld van een tuunwallen landschap is te zien op Texel, rond de Hoge Berg, de keileembult die de kern van het eiland uitmaakt. Met ruim 15 meter is de Hoge Berg het hoogste punt van Texel.

De meeste tuunwallen zijn pas vanaf 1500 aangelegd, toen de gemeenschappelijke weide op de berg werd verdeeld. De nieuwe kavels werden omgeven door tuunwallen, wallen van graszoden, die overal gestoken konden worden. Op de meeste tuunwallen is tegenwoordig prikkeldraad of schrikdraad gezet om zo de schapen te beletten over de wallen heen te springen.

Dit was eerder niet nodig, omdat de boeren de schapen met een span lieten lopen, een touw gespannen tussen een voor- en achterpoot, of twee schapen aan één stuk touw. Bij de ruilverkaveling op Texel zijn veel

tuunwallen verdwenen.

Een gemiddelde tuunwal heeft een hoogte van ca. 1 meter; de breedte is aan de voet één meter en bovenop een halve meter. Tuunwallen zijn ook te vinden in andere gebieden met keileemhoogtes: op Wieringen, in Gaasterland en in het land van Vollenhove.

Wilt u meer weten van landschapselementen, kijk op www.leestekensvanhetlandschap.nl

Daarna komen wij bij een bordje met informatie over de Korvers eendenkooi.

Eendenkooien werden al in de middeleeuwen gebruikt om eenden voor consumptie te vangen. Dat was een privilege van de adel en koningen. In een eendenkooi is de kooiplas, zie tekening hieronder (1) een zoetwaterplas. Dit is de dagelijkse verblijfplaats van de makke- en staleenden. Aan de vorm en de bouw van de vangpijpen (2) is af te leiden waar de kooi ligt. Per provincie of gebied kreeg deze namelijk een andere vorm. Zo kan een vangpijp van het Gelderse type wel 100 meter lang zijn. Bij het Friese type is hij nooit langer dan 30 meter. Het vaak gebruikte spreekwoord “de pijp uitgaan “komt hier vandaan. Ook de stand van de schermen (3) is streekgebonden. Meestal worden de schermen van riet gemaakt, maar er zijn ook varianten van houten planken.

Aan het einde van de pijp bevindt zich het vanghokje (4), gemaakt van onbewerkt hout omdat de geur van bewerkt hout de eenden kan verjagen. Vlakbij het vanghokje ligt een kuil van zo’n halve meter diep, gemaakt van graszoden of turven: de spartelkuil (5). In de tijd dat er nog veel eenden werden gevangen, stopte de kooiker hier de gedode eenden in terwijl hij verder ging met jagen / eenden vangen. De kuilen worden nu niet

(10)

10 meer gebruikt. De borst (6) kan een aarden wal zijn of een scherm. Die ligt aan de korte kant van de kooiplas, tussen de vangpijpen.

De wal tussen de kooiplas en het scherm wordt zitwal (7) genoemd, of ook wel saad of sating. Dit is een rustbank voor de tamme- en staleenden. Het kooibos (8) schermt de kooiplas af van de omgeving en zorgt voor rust in de kooi. Rondom de kooiplas, achter de schermen, ligt het kooipad (9).

De kooiker gebruikt dit pad om bij de pijpen te komen. Om het kraken van de takjes te voorkomen, houdt de kooiker het pad zo schoonmogelijk. In een mak- of wenhok (10) laat de kooiker de staleenden tam worden.

Hiervoor houdt hij de eendennesten in de kooi goed in de gaten. Zodra er jonge eendjes zijn, lokt hij moeder met kroost het hok in. Tegenwoordig mag dit niet meer. In veel kooien is nog een kooihuisje aanwezig.

Hierin slaat de kooiker het eenden voer op. En hondenvoer voor zijn Kooikerhondje. Hij schuilt er bij slecht weer, en houdt zijn kooijournaal bij. Een dagboek waarin alles wordt genoteerd wat van belang is voor de vangst, van het weer tot aantallen nieuwe vogels op de plas. Vroeger was het niet ongewoon dat hij in het kooihuisje leefde. Kijk op deze site als u meer wilt weten. www.leestekensvanhetlandschap.nl/eendenkooi In Friesland, bij het dorp Hallum, is een eendenkooi al 400 jaar in gebruik.

Er vliegen kleine vogels boven de duinen. 7 Putters. Weegbree bloeit nog, ook Kamferfoelie, Munt en Wilgenroosje. Onderweg wat Wilde Eenden en verderop een groep ganzen. Een Scholekster in het weiland heeft een vergroeide poot. De poot steekt recht achteruit, maar zolang hij/zij voedsel kan vinden en rovers kan ontwijken zal hij/zij wel overleven.

De Echte Koekoeksbloem – foto - bloeit nog paars. Normaal is de bloei in het voorjaar, maar in de herfst treed vaak nabloei op.

Het Heelblaadje – geel - ruikt wat naar zeep en/of vruchten. De Wadden is de noordelijkste groeigrens. Vee lust deze plant niet. De naam wijst op

medicinaal gebruik, maar hierover is weinig bekend.

(11)

11 Bij het bosje met de Grove dennen bloeien Kattenstaarten. Hier even picknicken.

Maar, wat zit er voor lekkers in de tas ?

Er vliegen houtduiven en vlinders. Ook nog een paar kikkers.

Foto Richard.

Ook enkele kleine libelle soorten vliegen hier. Holenduiven en Tapuiten achter in het weiland naast de oude gierton, die nu als water

voorraadvat dient. Lidrus en Boterbloemen. Alle Boterbloemen worden niet door vee gegeten. Er vliegen kleine vogels voorbij. Iemand zegt Veldleeuweriken. In de verte een groep Spreeuwen.

Verderop, bij de brug laat een Tjiftjaf een contact roep horen. De Galloway runderen zijn erg mak. Geschikt om hier vrij rond te lopen waar ook veel mensen komen. Alleen als er jonge kalveren zijn moet je wel oppassen dat de moeder het kalf verdedigd en soms mensen “wegjaagt“.

Foto’s van Kees, en Kees weet de namen van enkele voor mij onbekende plantjes. Het paarse Strandduizendguldenkruid bloeit nog volop.

De Parnassia ken ik wel, een mooie uitvergrote foto van Kees laat een mooie witte kelk zien.

Een Ekster ver weg en enkele mezen.

12.10 uur zijn we bij de Slufter en om 12.45 bij het restaurant net achter de duinen. Hier maar even bijkomen van alle indrukken en de wandeling. Koffie met appelgebak en slagroom, of wat andere lekkere dingen.

Ik bel Jos en die brengt ons straks naar de mooie winkel in De Cocksdorp. Het is 23/24 ⁰C. Lekker warm voor de tijd van het jaar. Er vliegen regelmatig Lepelaars over als we buiten in de zon zitten. Jos haalt ons rond 13.30 uur op.

In de winkel van José en Marc in De Cocksdorp kijken velen hun ogen uit. Dit Vogelinformatie centrum is een

“walhalla“ voor natuurliefhebbers. Je krijgt er veel informatie en er zijn veel leuke en interessante zaken te koop.

(12)

12 Om 14.45 uur wandelen we richting zee, waar het nieuwe gemaal het water naar zee pompt. We lopen aan de buitenkant van de dijk.

Een zilvermeeuw verorbert een prooi. De resten van een grote vis. Honderden Kanoeten zitten dichtbij. Een grote groep Spreeuwen boven het Wad. Kleine Strandlopers, onze kleinste plevier – zwarte poten en zwarte snavel – lopen al voedsel zoekend op het Wad. Plotseling vliegen alle Kanoeten op. Ze zijn ergens van geschrokken. Meestal is dit een Slechtvalk die een prooi zoekt. Ik kan die niet vinden, dus oorzaak onbekend.

Vlakbij een Wulp. Ook nog 2 IJslandse Grutto’s.

Bij Kaap Noord willen we koffie halen, maar ze zijn dicht – zoals op het papier staat:

“ We zijn gesloten vanwege personeelstekort“.

We blijven hier buiten zitten. We hebben

genoeg beweging gehad. Jos haalt ons op bij Kaap Noord en we zijn om 16.50 uur bij ons hotel. We kunnen nu rustig buiten op het terras wat genieten.

Om 19.00 uur gaan we de vogellijst invullen.

Dag 3

Donderdagmorgen gaan we met een klein groepje van de zonsopkomst genieten. De zon komt weer heel mooi boven de horizon.

Het is hoog water, en dan zie je niet veel vogels op het Wad. Zodra het eb is, komen er miljoenen vogels foerageren. Aan de rand van de dijk wat Steenlopers. In het hek op de dijk zitten korte ronde kunststof buizen om de hazen bij hoog water de gelegenheid te geven om aan de verdrinkingsdood te ontsnappen.

Op de landaanwinning werken van vroeger ligt een dode Zeehond. Die zie je vaak zwemmen in de Waddenzee. Als het hoog water is komen ze zelfs vlak bij de dijk. Ook in de haven van Oude Schild zie je ze regelmatig zwemmen.

De gele Kwikstaart zie ik dit jaar veel minder dan andere jaren. Wel overvliegende ganzen.

(13)

13 Utopia.

Enkele Slobeenden. Die hebben een brede snavel waarmee ze hun voedsel zeven.

Aan de zijkanten zitten lamellen die “ongerechtigheden“ buiten de deur houden, eruit zeven.

Aan de binnenkant van de dijk wandelen we langs het natuurterrein Utopia. Een Zwarte Zwaan, veel eendesoorten, Smienten, ganzen en een enkele Lepelaar. Utopia is tussen 2009 en 2011 aangelegd.

Het is 28 ha. groot en bestaat uit ondiep water en eilanden. Het is eigendom van Natuurmonumenten.

Het is een belangrijk broedgebied voor Grote stern, Visdief, Noordse Stern en Dwergstern. Daarnaast broeden er Bontbekplevieren, Kluten, Wilde eenden, Tureluurs en Kuifeenden. Vaak komen hier trekvogels een hapje eten. Hier heb je grote kans op Watersnippen. Die kruipen bij harde wind in de luwte van riet en hoge walkanten.

Een paar Rotganzen. Ook hier vlak bij zee/zout water.

Na het ontbijt stappen we allemaal op de fiets. De ene op een elektrische en sommigen op een gewone.

We bekijken de oude sluis naar zee en hoe ze die constructie gemaakt hebben. Bij de propeller van het

neergestorte vliegtuig in de Tweede wereldoorlog zit in het meertje een Nijlgans met 3 kleine pullen. Die zullen het nog moeilijk krijgen de komende tijd.

(14)

14 Even verderop is het Wagejot. Een plas met veel vogels. Een groepje Spreeuwen, Watersnippen, meeuwen.

Een Scholekster en een jonge Mantelmeeuw. Bij grote meeuwen duurt het 4 jaar voordat ze hun volwassen jurk aan hebben. Een Watersnip komt overvliegen. Wel/geen Watersnip? Ja toch. Ze maken geluid als ze opvliegen en daarna vliegen ze zigzaggend door de lucht. Ganzen op het water.

Foto Lies

Verderop is een net ingezaaid stuk bouwland. Het gras komt net een beetje op. Hierop foerageren veel goudplevieren. Er komen Goudplevieren overvliegen. Je kunt deze vogel ook herkennen op de manier waarop hij / zij voedsel zoekt. Stukje lopen en stilstaan, stukje lopen en stilstaan. De naam komt van de goudkleurige veren op de rug. In de zomer hebben ze een zwarte buik. Nu zijn er nog enkele vogels met zwart op de buik.

Vanaf hun voorhoofd hebben ze – op elke zijkant - een witte strook veren in de vorm van een vraagteken. Ze broeden in Noord Europa/IJsland. Goudplevieren zijn altijd in grote groepen hier in Nederland vanaf begin september. De neef van de Goudplevier, de Zilverplevier is altijd alleen of in heel kleine groepjes van 5-6 vogels. Er zitten ook Kieviten tussen en Zwarte Kraaien. Kieviten hebben iriserende kleuren. Ook bruin, groen en zwart hebben ze op de veren.

Vlak voor het nieuwe gemaal fiets ik even snel vooruit om een foto van de deelnemers op de fiets te maken.

Oudeschild komt in zicht en we ruiken de koffie en…… We gaan naar De Compagnie. Die opent net de deur voor ons. De koffie met lekkere koek smaakt heerlijk.

In de haven ligt een luxe cruiseschip met de naam Charles Dickens. 110 meter lang en kan 152 passagiers meenemen.

We fietsen over de nieuwe Prins Hendrik zanddijk aan de oostkant van Texel. Hier zijn ook nieuwe duinen gemaakt. In een meertje zitten meeuwen, Watersnippen, Gele Kwikstaarten. Vlak voor de veerhaven en het NIOZ, op het strand een stuk of 50 visdiefjes.

(15)

15 We fietsen naar de Mokbaai.

Opeens roept Marianne “een groot wespennest rechts“. In een boom hangt een wespennest zo groot als een voetbal.

De wespen kruipen in en uit hun nest. We kunnen zonder steken van de wespen wat foto’s maken. De wespen hebben enkele wilgentakjes gebruikt om hun nest aan op te hangen.

De takjes met bladeren steken nog uit het nest naar buiten.

Wespen waren de eerste

“papiermakers“ op deze aardbol.

We fietsen naar de uitkijkheuvel achteraan de weg die tussen de beide Horsmeertjes is. Op deze plek kunnen we even lunchen en tegelijk over het meer loeren naar allerlei vogels.

Hier Slobeenden, Wintertalingen, Dodaars, Smienten, meeuwen, Aalscholvers, Kuifeenden, ganzen, Tafeleenden, Grote Zilverreiger, Geoorde Fuut.

Deze vogel is heel veel onder water, en daarom lastig te zien. Krakeenden, Nijlganzen. Om 14.00 uur zijn we bij de ijscokar, waar de eigenaresse altijd zit te breien en haken. Een ijsco gaat er altijd in en we hebben even pauze. We gaan langzaam terug richting ons hotel. Onderweg nog een heel lichte buizerd op een hek.

We komen ook een nieuw klein natuurgebiedje voorbij. Hier Kneutjes en een Gele Kwikstaart.

Om 15.15 uur zitten we weer aan een versnapering in De Waal. Sommigen zijn al naar het hotel gefietst. Om 16.45 uur zijn we bij het hotel. We hebben ruim 45 km gefietst. Gelukkig waren er die gebruik maakten van een elektrische fiets. Zelfs de oudste deelneemster van 82 jaar was blij dat ze een elektrische fiets kon gebruiken.

Ze had nog nooit op een elektrische fiets gezeten en was blij dat ik haar “omgepraat“ had.

Want vooraf had ze gezegd “ik ga niet de dag mee fietsen“. Zo kun je iemand blij maken.

(16)

16 Als we buiten op het terras van het hotel een versnapering nemen zien we een Zanglijster van de bessen in de boom snoepen.

‘s Avonds weer de vogellijst invullen. Kees wint de hoofdprijs. Een jaarabonnement op het Vogeljaar. Sandra was eervolle tweede en Eva, 82 jaar derde. We hebben 72 vogelsoorten gezien.

Dag 4

We staan om 07.00 uur weer boven op de zeedijk. Er wandelen al meer natuur genieters. Het is bewolkt en nog schemerig. Het water is nog ver weg. Op ca. 400 meter liggen donkere oesterbanken op het Wad.

Op de donkere foto hierboven de weerspiegeling van de opkomende zon in het Waddenslik. Voor, op de droge Wad bodem veel vogels. Het water komt snel richting kust. De oesterbanken verdwijnen snel onder water. Zelf woonde ik aan de Waddenzee en weet hoe verraderlijk snel het water op komt zetten. Altijd opletten geblazen.

De vogels lopen voor het water uit om niet te “verdrinken“. Zodra het water er is, kunnen ze ook geen voedsel meer uit de bodem halen.

Lepelaars lopen tussen de meeuwen. Nu zie je ook hoe groot of klein de vogels zijn. Je kunt ze vergelijken. De Lepelaar lijkt heel groot, maar alleen de poten en snavel zijn lang. Het lichaam is niet groter dan dat van een grote meeuw. Nog een groep van ca. 40 Brandganzen. Die ganzen broeden al een aantal jaren in Nederland.

Half mei zitten in de Friese kwelders buitendijks en in Noord- Oost Friesland meer dan 100.000 Brandganzen.

(17)

17

’s Morgens om 07.35 uur loeren naar vogels op het Wad.

Er wordt gevraagd of je hier Bosruiters ziet. Niet zo vaak, omdat Bosruiters bij voorkeur bij zoet water verblijven en voedsel zoeken. Ver weg zien we toch een Bosruiter in de ondiepe waterplassen van Utopia.

Rotganzen, Krakeenden, Lepelaars, Tapuit, Watersnippen, Meerkoeten in de wateren van Utopia.

Vraag: Hoe ver kan een vogel non-stop vliegen?

Het stukje over de afstand die een Rosse Grutto vanuit Alaska vloog, staat eerder in het verslag.

Op de terugweg naar het hotel zien we in Utopia: Rotganzen, Watersnippen, Bontbekplevieren, Bonte Strandlopers vliegen over, Kleine Strandloper, Grauwe Ganzen, veel Witte Kwikstaarten, Tureluurs, Smienten, Wilde eenden, Wintertalingen, Nijlganzen, Slobeenden.

Na het ontbijt gaan we nog eens langs de zeedijk wandelen. Utopia is altijd interessant wat betreft vogels. De Bergeenden dalen vaak heel snel als ze naar beneden “vallen“ door hun vleugels te kantelen in de lucht.

Ganzen doen dat ook op deze manier.

Bergeenden maken weinig geluid. Het lijkt wel wat op zachtjes “knorren“. Bij het hotel hoor ik een Tjiftjaf geluid maken en een Grote Bonte Specht zit op de stam van een boom te hameren.

Op de weg naar de boot zie ik enkele zwanen ruzie maken.

(18)

18 Met een sfeerfoto vanuit de vogelkijkhut: de WYLSTER “sluit ik mijn verhaal.

Op de wiek die omhoog staat een Buizerd. Foto gemaakt op maandagmorgen.

Met dank voor de prettige korte “vakantie“ samen. En hopelijk tot ziens.

Herman Postma

Foto Wilma

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Groot-Brittannië nam tijdens de conferentie en passant Cyprus nog even in bezit, uiteraard tegen de wil van de Turkse sultan, maar de omstandigheden waren dusdanig, dat die niet

Mijn broer Alain had na de middelbare school geen zin om verder te studeren en vertrok meteen naar New York om daar werk te zoeken?. Dankzij de connecties van mijn

- Mocht je ze niet zien, dan kun je op mediafilter klikken en alle datums selecteren of de maand, de laatst toegevoegde foto’s komen bovenaan te staan.. - Je kunt bij de

• Bovenaan het scherm staat een menubalk met verschillende knoppen, zoals Bewerken, Selectie, Aanpassen en Filter.. • Onder de menubalk staat een reeks knoppen, verdeeld over

Het was niet mogelijk om het project in de volle  breedte uit te voeren. Dat werd o.a. veroorzaakt 

En daaraan werken we alweer met vernieuwde moed, want onze kalender staat al weer op papier, en zo te zien zal die opnieuw extra gevuld zijn!. Er blijven alleen nog de beurzen

We willen wel verklappen, dat er een aantal dieren gekozen zijn voor een toch wel positieve plaatsing in de rangorde die qua foto daar eigenlijk niet voor in aanmerking kwamen. Dat

De Nederlandse, in Zuid-Afrika woonachtige modefoto- graaf irza Schaap (49) voegt zich met haar fotoboek Plastic Ocean in de traditie de donkere zijde van het be- staan tot kunst