• No results found

Advies nr 56/2014 van 5 november 2014 Betreft:

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Advies nr 56/2014 van 5 november 2014 Betreft:"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1/4

Advies nr 56/2014 van 5 november 2014

Betreft: Adviesaanvraag m.b.t. een voorontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot wijziging van het samenwerkingsakkoord van 9 december 2011 betreffende de dopingpreventie en -bestrijding in de sport (CO-A-2014-054)

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29;

Gelet op het verzoek om advies van de Franse Gemeenschap ontvangen op 13/10/2014;

Gelet op het verslag van de heer Yves Roger, verstrekt op 28 oktober 2014;

Brengt op 5 november 2014 het volgend advies uit:

. . . . . .

(2)

Advies 56/2014 - 2/4

I. CONTEXT

1. Op 9 december 2011 werd een samenwerkingsakkoord gesloten tussen de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende dopingpreventie en -bestrijding in de sport. Wat de Vlaamse Gemeenschap betreft werd hieraan bij decreet van 9 maart 20121 instemming gegeven.

2. Het samenwerkingsakkoord van 2011 heeft tot doel de doeltreffendheid van de dopingbestrijding in de sport op het Belgisch grondgebied te verbeteren evenals de harmonieuze implementatie van de Wereldantidopingcode, hierna de Code, te bewerkstelligen. Artikel 3, § 1, tweede lid van dit akkoord bepaalt dat elke akkoord sluitende partij een antidopingbeleid voert dat in overeenstemming is met de Wereldantidopingcode, aangenomen door het Wereldantidopingagentschap (WADA) op 5 maart 2003 en de latere wijzigingen ervan.

3. De Code werd op de Wereldantidopingconferentie van 15 november 2013 gewijzigd. De wijzigingen moeten met ingang van 1 januari 2015 worden toegepast waardoor een aanpassing van het samenwerkingsakkoord van 9 december 2011 zich opdringt.

4. Op 25 april 2014 verleende de Vlaamse regering haar principiële goedkeuring aan het voorontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot wijziging van het samenwerkingsakkoord van 9 december 2011 betreffende de dopingpreventie en -bestrijding in de sport.

5. De tekst van dit voorontwerp werd aan de Commissie voorgelegd die hierover haar advies nr.

50/2014 van 2 juli 2014 verstrekte.

1 Decreet van 9 maart 2012 houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 9 december 2011 tussen de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende dopingpreventie en -bestrijding in de sport.

(3)

Advies 56/2014 - 3/4

6. In dit advies onderstreepte de Commissie dat het begrip elitesporter verdwijnt en vervangen wordt door de begrippen “elitesporter van nationaal niveau” en “elitesporter van internationaal niveau”. Overigens werd in beide definities voor wat de elitesporters betreft de verwijzing naar olympische sporten geschrapt waardoor het aantal geviseerde sporters – en dus ook het aantal personen waarvan de gegevens kunnen worden verwerkt - potentieel toenam.

Bijgevolg beval de Commissie aan de lijst met sportdisciplines waarvoor verblijfsgegevens moeten worden meegedeeld aan te passen maar eveneens rekening te houden met de in haar advies geformuleerde opmerkingen. Deze kunnen als volgt worden samengevat:

 Een duidelijke definitie opstellen voor verblijfsgegevens (punt 12);

 De toepassing van de artikelen 21 en 22 van de WVP nauwgezet naleven (punt 13) alsook de regels inzake voorafgaande machtiging (punt 18);

 De uitzonderingen op de regel volgens welke de sporters van categorie D geen verblijfsgegevens moeten verstrekken beperken (punt 15);

 Een adequaat toegangs- en gebruikersbeheer voor de verblijfsgegevens uitwerken (punt 17).

7. Tevens verzocht de Commissie de auteurs van het toekomstige samenwerkingsakkoord om in de memorie van toelichting een aantal preciseringen aan te brengen waardoor de ratio legis en de proportionaliteit van de voorgestelde maatregelen wordt verduidelijkt (punten 20 en 21).

II. ONDERZOEK VAN HET ONTWERP

8. Aangezien de voor advies aan de Commissie voorgelegde tekst ongewijzigd is ten opzichte van het voorontwerp dat reeds voordien werd voorgelegd en aanleiding heeft gegeven tot het hogervermeld advies nr. 50/2014 van 2 juli 2014, kan enkel worden vastgesteld dat de auteurs van het ontwerp de hierboven herhaalde opmerkingen van de Commissie niet in het huidige ontwerp van samenwerkingsakkoord hebben verwerkt.

9. De Commissie neemt hiervan akte en acht het dan ook geenszins noodzakelijk opnieuw een advies uit te werken voor het huidige ontwerp waarvoor zij dan ook integraal verwijst naar haar advies nr. 50/2014 van 2 juli 2014 m.b.t. een voorontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot wijziging van het samenwerkingsakkoord van 9 december 2011 betreffende de dopingpreventie en -bestrijding in de sport.

(4)

Advies 56/2014 - 4/4

OM DIE REDENEN, De Commissie

Verwijst naar haar advies nr. 50/2014 van 2 juli 2014.

De Wnd. Administrateur, De Voorzitter,

(get.) Patrick Van Wouwe (get.) Willem Debeuckelaere

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De persoonsgegevens en informatie kunnen meegedeeld worden aan de buitenlandse politiediensten, aan de internationale organisaties voor gerechtelijke en

Nu wordt een ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschap houdende uitvoering van het Samenwerkingsakkoord van 23 mei 2013 tussen het Waalse

Voor de coherentie van artikel 12 met de opmerkingen van punt 16 aangaande artikel 10 van het ontwerp van besluit, herhaalt de Commissie dat de risico's voor de bescherming van

Artikel 8 van de wet van 8 augustus 1997 betreffende het Centraal Strafregister 1 bepaalt: " De Koning kan bij in Ministerraad overlegd besluit en na advies van de

De Commissie stelt vast dat deze procedure niet wordt gevolgd ingevolge de invoeging van een artikel 3, 5 de lid in de wet van 14 januari 2013 dat bepaalt

De Commissie brengt hierna dan ook advies uit over beide ontwerpen van ministerieel besluit (hierna ‘beide ontwerpen van MB’), rekening houdend met de informatie

Het ontwerp van koninklijk besluit voorziet in haar artikel 2, §2, dat de verzekeringstegemoetkoming voor het geheel van implantaten en invasieve medische

De Vlaamse Minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport verzocht de Commissie advies uit te brengen over het Voorontwerp van besluit van de