EEG during memory activation: a study of early functional
brain changes in Alzheimer's disease and Huntington's
disease
Hiele, K. van der
Citation
Hiele, K. van der. (2007, November 29). EEG during memory activation: a study of early functional brain changes in Alzheimer's disease and
Huntington's disease. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/12468
Version: Not Applicable (or Unknown)
License: Licence agreement concerning inclusion of doctoral thesis in the Institutional Repository of the University of Leiden
Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/12468
Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable).
Stellingen
1. Bij patiënten met milde cognitieve stoornissen is het elektro- encefalogram (EEG) tijdens geheugenactivatie gevoeliger voor veranderingen dan het EEG tijdens conventionele rustcondities. (dit proefschrift)
2. Bij patiënten in de preklinische fase van de ziekte van Huntington is het EEG tijdens geheugenactivatie gevoeliger voor veranderingen dan het EEG tijdens rust met de ogen dicht. (dit proefschrift)
3. EEG en MRI maten, elk geassocieerd met verschillende cognitieve functies, vullen elkaar aan in de voorspelling van psychomotorische snelheid. (dit proefschrift)
4. De combinatie van EEG- en cognitieve maten levert een betere voorspelling van toekomstig cognitief functioneren op dan één van deze maten alleen. (dit proefschrift)
5. Elektromyografische (EMG) activiteit in het EEG van ouderen zonder cognitieve stoornissen, patiënten met milde cognitieve stoornissen en patiënten met de ziekte van Alzheimer is niet uitsluitend als storing te beschouwen: meer EMG-activiteit in frontale en temporale gebieden gaat gepaard met verminderd cognitief functioneren en meer depressieve gevoelens. (dit proefschrift)
6. De heilige graal van de vroege diagnostiek van dementie zal waarschijnlijk niet bestaan uit één enkele maat, verkregen uit het EEG, de MRI of een neuropsychologisch onderzoek, maar uit een combinatie van bevindingen van verschillende terreinen.
7. EEG onderzoek in het kader van de vroege diagnose van de ziekte van Alzheimer zal waarschijnlijk nooit een ideale test opleveren aangezien de overgang van ‘normale’ naar ‘pathologische’
veroudering een continuüm betreft. Vermoedelijk geldt deze voorspelling ook voor andere diagnostische instrumenten.
8. Bij de ziekte van Alzheimer is er niet zonder meer sprake van een geleidelijke afname van hersenactiviteit, maar kan er, als uiting van neurale compensatie, juist ook sprake zijn van verhoogde activiteit.
(Stern Y. Cognitive reserve and Alzheimer Disease. Alzheimer Dis Assoc Disord 2006;20:S69-S74)
9. De uitdagingen en invloeden waaraan men wordt blootgesteld tijdens het leven, zoals opleiding, beroep en hobby’s, bepalen mede de cognitieve reserve die als verdediging dient tegen de schadelijke effecten van de ziekte van Alzheimer. (Stern Y. Cognitive reserve and Alzheimer Disease. Alzheimer Dis Assoc Disord 2006;20:S69- S74)
10. De waarneming dat een groot deel van de 'EEG-activiteit' boven 20 Hz verdwijnt bij verslapping van de proefpersoon roept vragen op betreffende de betrouwbaarheid van onderzoeken die gamma- activiteit relateren aan cognitieve functies. (Whitham et al. Scalp electrical recording during paralysis: Quantitative evidence that EEG frequencies above 20 Hz are contaminated by EMG. Clin Neurophysiol 2007;118:1877-88)
11. Het meten van ‘het geheugen’ is minstens even complex als de definitie van het geheugen.
12. Vergrijzing is geen ramp, geen grijze tsunami, want een ramp komt onverwacht. (‘Het Methusalem Mysterie’, afscheidsrede prof.dr. D.L.
Knook, Leiden, 21 april 2006)
13. ‘Geluk is een goede gezondheid en een slecht geheugen’.
(www.mijnmooisteherinnering.nl, spreuk op de scheurkalender van een patiënt met de ziekte van Alzheimer)