• No results found

Vraag nr. 42 van 8 januari 1996 van de heer JOHAN MALCORPS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 42 van 8 januari 1996 van de heer JOHAN MALCORPS"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 42 van 8 januari 1996

van de heer JOHAN MALCORPS

Europees Ecologisch Netwerk – Implementatie

In 1993 kreeg de Europese samenwerking op natuurge-bied een krachtige impuls door de organisatie van de Eeconet-conferentie (Europees Ecologisch Netwerk) in Maastricht. Daar legde men de basis voor het gezamen-lijk ontwikkelen van een netwerk van natuurgebieden van Europese betekenis, met daartussen verbindingszo-nes. Daar werd ook de oprichting aangekondigd van een Europees Centrum voor Natuurbescherming, dat bruggen moet slaan tussen onderzoek en beleid in Europa.

Aansluitend op deze beslissing hebben op 16 juni laatstleden een 60-tal landen in Den Haag onder de vlag van het UNEP (United Nations Environment Pro-gram) een overeenkomst over het behoud van het trek-kend waterwild ondertetrek-kend. Tegelijk is een actieplan goedgekeurd, waarmee actief aan de bescherming van 172 soorten trekvogels kan worden gewerkt. De betrokken partijen hebben een strikt beschermingsregi-me afgesproken en zullen ook lokaties aanwijzen voor trekvogels, alsmede de bescherming, het beheer en het herstel van deze lokaties bevorderen. Dit moet uitein-delijk resulteren in het Eeconet. Verder zijn er afspra-ken gemaakt over onderzoek en onderwijs, het uitwis-selen van gegevens, faunavervalsing, samenwerking bij noodsituaties, duurzaam gebruik en financiële zaken. Ten slotte zal een technisch comité worden ingesteld dat zich zal bezighouden met wetenschappelijk en tech-nisch advies en het opstellen van aanbevelingen. 1. Heeft Vlaanderen de overeenkomsten mee

onder-tekend en ook het actieplan goedgekeurd ? Zo ja, welke beleidsopties zijn daaruit voortgevloeid en welke timing is daarvoor bepaald ?

2. Wat waren tot op heden de Vlaamse bijdragen aan het Eeconet ?

3. Heeft de minister ter gelegenheid van de conferen-ties van Maastricht en Den Haag ter zake met zijn federale en Waalse collega overleg gepleegd ? Zo ja, wanneer en met welke beleidsafspraken ? 4. Zijn in dit kader ook definitieve

beschermingsmaat-regelen afgesproken in verband met het integraal kustzonebeheer ? Zo ja, wat bevatten die maatrege-len en welke uitvoeringstermijn is daarin opgeno-men ?

5. Welke nieuwe lokaties en nieuwe beschermings-maatregelen of herstel van lokaties houden deze opties in ?

6. Welke beleidsopties zijn genomen inzake de toe-komstige uitvoering van het Eeconet, met name inzake onderzoek en onderwijs, uitwisselen van gegevens, faunavervalsing enzovoort ?

7. Heeft Vlaanderen zitting in het technisch comité ? Zo ja, op welke wijze en met welke bevoegdheden ? 8. Welke kredieten zijn in het verleden voor deze aan-gelegenheid ingeschreven op de begroting en voor welke bestuursdaden zijn ze aangewend ? Welke

kredieten zijn op de begroting uitgetrokken om in de eerstkomende jaren het Eeconet en het actieplan te realiseren, en voor welke beleidsmaatregelen zijn ze bestemd ?

Antwoord

1. Het verdrag werd door België geparafeerd in over-leg met de gewesten.

2. Voor Vlaanderen heeft het Instituut voor Natuur-behoud (IN) als wetenschappelijke instelling deel-genomen aan de Maastricht Conferentie 1993 met een presentatie over de Groene Hoofdstructuur en de Biologische Waarderingskaart als poster.

Eeconet zit nu nog in studie-/planningsfase en is als concept Paneuropees gericht.

Hierin heeft het Instituut voor Natuurbehoud geparticipeerd en doet het dit nog via :

– voorafgaand overleg als expert met de La n d-bouwkundige Universiteit Wageningen (dr. R. Jongman) voor de totstandkoming van het basis-concept en schetskaarten (zie publikatie : Bis-schoff N.T. & R.H.J. Jongman 1993. Develop-ment of Rural Areas in Europe : the Claim for Nature. Net. Sc. Counc. Gov. Policy. Preliminary & Background Studies V 79, SDU Publishers. The Hague) ;

– i nbreng i n workshops georganiseerd door ECNC en EEA die technische aspecten van Eeconet behandelde ;

– inbreng van Groene Hoofdstructuur Vlaanderen als methode en basisinformatie voor Eeconet. Het Instituut voor Natuurbehoud is ook een con-tactadres voor experts in verband met ecologische netwerken.

De speciale beschermingsgebieden van de "Europe-se habitatrichtlijn" als onderdeel van het toekomsti-ge Natura 2000-netwerk is vrij goed inpasbaar in Eeconet. Het Instituut voor Natuurbehoud heeft die voor Vlaanderen als ontwerp afgebakend voor het EEG Habitat Comité via Aminal en de Vlaamse Hoge Raad voor Natuurbehoud.

Besluit : Eeconet is op heden een concept voor een ecologisch netwerk dat in de toekomst moet worden uitgebouwd.

3. De contacten op deze Maastrichtconferentie bleven informeel en op beleidsondersteunend wetenschap-pelijk vlak.

4. In de door het Instituut voor Natuurbehoud voorge-stelde beschermingszones zijn uiteraard de duinge-bieden inbegrepen.

5. Eeconet is een toekomstig netwerk waarin ook niet-beschermde gebieden kunnen worden opgenomen, dit in tegenstelling tot de vereisten van de Europese richtlijnen Habitat en Vogelbescherming.

6. Het Instituut voor Natuurbehoud is betrokken bij de verdere wetenschappelijke voorbereiding van

(2)

Eeconet met betrekking tot de items "onderzoek" en "uitwisseling gegevens".

7. Vlaanderen heeft geen officiële z itting in het Comité.

8. De participatie van het Instituut voor Natuurbe-houd gebeurde met eigen kredieten voor weten-schappelijk onderzoek.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het onderzoek naar verstoring van flora door recreatie is voornamelijk gericht op de effecten van betreding.. Betreding heeft rechtstreekse effecten op de vegetatie (hoogte,

Natuurrapport 2005: toestand van de natuur in Vlaanderen: cijfers voor het beleid.. Instituut voor Natuurbehoud

Milieumaatregelen – Financiële situatie bedrijven Is het inspecteurs en/of inspectrices van de administra- tie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer (Aminal) toegestaan bij het

Er werd bij mijn diensten tot op heden geen melding gemaakt van een beslissing inzake het uitvoeren van onderhoudswerken aan het oude tramstation in Diksmuide. Monumenten

Buiten de afspraken die met de militaire overheid werden gemaakt voor het uitvoeren van de meest dringende beheerswerken, zoals onder andere maai- en in afwachting van

De administratie Milieu-, N a t u u r- , Land- en Wa t e r- beheer heeft per brief van 12 april 1994 de centrale Franse administratie verzocht de nodige informatie mee te delen

Op welke wijze worden die waarden onder de Belgische en Europese norm gebracht en wat zijn die normen voor het ogenblik.. Op welke wijze en tegen welke einddatum wordt

" Vermits het doel slechts verwezenlijkt kan wor- den mits het bekomen van verschillende toelatin- g e n , die door de erfpachtster binnen de drie maan- den na de ondertekening