• No results found

Vraag nr. 101 van 28 maart 1996 van de heer JOHAN MALCORPS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 101 van 28 maart 1996 van de heer JOHAN MALCORPS"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 101 van 28 maart 1996

van de heer JOHAN MALCORPS

Vlarem IIbis – Veranderingen aan bestaande inrichtin-gen

Ingevolge bepalingen van Vlarem IIbis, artikel 3.2.2.2., gelden integraal de voorschriften van dit besluit, met inbegrip van de vestigingsregels, wanneer na 1 januari 1993 vestigingsonderdelen van bestaande inrichtingen aanzienlijk werden of worden uitgebreid.

Na 1 januari 1993 werden nog milieuvergunningen afgeleverd voor het uitbreiden van onderdelen van milieubelastende inrichtingen in woonzones die, gelet op voornoemde vestigingsregels, geen aanspraak meer kunnen maken op de gevraagde milieuvergunning. Voor bepaalde afzonderlijke onderdelen van inrichtin-gen, onder andere afvalwaterzuiveringsinstallaties, bestaan geen specifieke vestigingsregels, omdat het in feite steeds onderdelen van inrichtingen zijn die onlos-makelijk verbonden zijn met een bepaalde milieutech-nische eenheid waarvoor dan wel vestigingsregels gel-den.

1. a) Is een na 1 januari 1993 afgeleverde milieuver-gunning voor uitbreiding nog geldig wanneer ze in strijd is met de bepalingen van artikel 3.2.2.2. van Vlarem II bis ?

b) Wanneer eventueel voornoemde milieuvergun-ning niet meer geldig zou zijn, is dan ook de bouwvergunning vervallen ingevolge bepalingen van artikel 57.1 van Vlarem I betreffende kop-peling van milieuvergunning en bouwvergun-ning ?

2. Kan er nog een bouwvergunning worden verleend voor de voornoemde uitbreidingen, wanneer toch nog na 1 januari 1993 een milieuvergunning zou zijn afgeleverd ?

3. Welke vestigingsregels zijn van toepassing bij uit-breiding van dergelijke onderdelen van inrichtingen ingevolge de bepalingen van artikel 3.2.2.2. van Vla-rem II bis ?

Antwoord

1. a) Milieuvergunningen die reglementair werden afgeleverd vóór de inwerkingtreding van de nieuwe titel II van het Vlarem, blijven geldig. Dit heeft uiteraard te maken met het vertrou-wens- en rechtszekerheidsbeginsel. Wanneer echter nu nog regularisatieaanvragen worden ingediend voor reeds bestaande situaties, moe-ten de bepalingen van artikel 3.2.2.2. van titel II van het Vlarem wel worden toegepast.

1. b) en 2. De bouwvergunningsproblematiek behoort tot de bevoegdheid van de Vlaamse minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening.

3. Alle vestigingsregels die gelden voor elke nieuwe inrichting en die worden vermeld in titel II van het Vlarem zijn van toepassing ingevolge de bepalingen van artikel 3.2.2.2.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hier- door zal het gebouw niet langer beschikbaar moe- ten zijn voor de dienst en het zal dan verkocht kun-

Milieumaatregelen – Financiële situatie bedrijven Is het inspecteurs en/of inspectrices van de administra- tie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer (Aminal) toegestaan bij het

Afwerken en publiceren van het kanton Oostende als eerste deel voor de reeks 16 n gewijd aan het arrondissement Oostende, met onderzoek naar de architectuur van

Er werd bij mijn diensten tot op heden geen melding gemaakt van een beslissing inzake het uitvoeren van onderhoudswerken aan het oude tramstation in Diksmuide. Monumenten

Op basis van een selectie door het Instituut voor Natuurbehoud en Ami- nal (administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbe- heer) werden, na gunstig advies van de Vlaamse Hoge

Het onderscheid in bewijswaarde tussen PV's inzake boszaken enerzijds en PV's anderzijds, is mijns inziens dan ook niet van die aard dat een uitbreiding van de speciale

d) De afdeling Waterwegen Kust onderzoekt de mogelijkheid om langs een van de strekdam- men van de Zeebrugse voorhaven een schiereiland aan te leggen ten behoeve van de

De administratie Milieu-, N a t u u r- , Land- en Wa t e r- beheer heeft per brief van 12 april 1994 de centrale Franse administratie verzocht de nodige informatie mee te delen