• No results found

De Afghaanse papaverteelt, zegen en zonde : een analyse naar het falende papaver bestrijdingsbeleid in Afghanistan

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De Afghaanse papaverteelt, zegen en zonde : een analyse naar het falende papaver bestrijdingsbeleid in Afghanistan"

Copied!
57
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

16/02/2012

Een analyse naar het falende papaver

bestrijdingsbeleid in Afghanistan

Arno de Jager (6158021) Politicologie

Silke van Daalen (6062245) Biologie

Roline Brunnekreeft (6137997) Psychologie

Jia Din Cai (6168914) Bedrijfskunde

Lucas Rutting & Kenneth Rijsdijk (Duurzaamheid)

Eindopdracht Thema 3 – opdracht 5

T

HEMA

3: B

ETA

G

AMMA

B

ACHELO

R

D

E

A

FGHAANSE

PAPAVERTEELT

,

ZEGEN

EN

ZONDE

(2)

Abstract

In Afghanistan is er sprake van excessieve papaverteelt. Dit belemmert de duurzame economische ontwikkeling, levert een voedingsbodem voor terrorisme en houdt de wereldwijde heroine verslaving in stand. Het gevoerde bestrijdingsbeleid van de afgelopen jaren heeft gefaald. Dit interdisciplinaire onderzoek tracht de oorzaken en mogelijke oplossingen van de papaverproblematiek te analyseren met behulp van de volgende vier disciplines: politicologie, biologie, bedrijskunde en psychologie. Vele factoren beïnvloeden zowel de papaverteelt als elkaar, met een zeer complexe systeemanalyse als gevolg, waardoor op verchillende vlakken moet worden ingegrepen. De belangrijkste aspecten waar toekomstig bestrijdingsbeleid zich op moet richten zijn: corruptie bestrijding, micro-krediet verstrekking, afzwakken van de invloed van krijgsheren en versterken van de machtspositie van de staat, onderzoek naar en stimulatie van alternatief levensonderhoud voor Afghaanse papaverboeren en overige economische ontwikkeling. De uiteindelijke oplossing voor de

papaverproblematiek moet in den brede en op lange termijn toegepast worden, waarbij lokale culturen in ogenschouw worden genomen.

هرطق

هرطق

تسا

هدش

هتخاس

هناخدور

“A river is made drop by drop”

(3)

Inhoudsopgave

1. Inleiding

1.1. Historische achtergrond

1.2. Onderzoeksvraag

1.3. Relevante disciplines

2. Methode

2.1. Literatuuronderzoek en interviews

2.2. Analyse methodes

3. Resultaten

3.1. Actor analyse – culturele psychologie en motivatie

3.2. Het huidige beleid – politicologische inzichten

3.3. Resource and capabilities analyse – bedrijfskunde en ecologie

3.3.1. Agronomische en ecologische omstandigheden 3.3.2. Alternatieve gewassen

3.3.3. Randvoorwaarden – Ecologisch en bedrijfskundig inzicht 3.3.4. Schuldenproblematiek – bedrijfskundige inzichten

3.4. Vicieuze cirkel – politicologische en psychologische inzichten

3.5. Stakeholder mapping – Bedrijfskundige analyse

3.6. De integratie van het systeem – interdisciplinaire analyse

4. Discussie

5. Conclusie

6. Dankwoord

7. Literatuurlijst

8. Bijlagen

(4)

Afghanistan is een van de armste landen ter wereld, met een gemiddeld bruto binnenlands product (BBP) per hoofd van $575 (IMF, 2011). De gemiddelde levensverwachting in Afghanistan is slechts 45 jaar en ook andere sociale indicatoren behoren tot de slechtste ter wereld (CIA World Factbook, 2011). De lange periode van conflict in Afghanistan heeft niet alleen de economie lam gelegd, het heeft ook de effectiviteit van de staat ernstig aangetast en grote psychologische gevolgen gehad op de bevolking (Byrd & Ward, 2004; Miller et al., 2008).

Afghanistan is een binnenstaat met een oppervlakte van ongeveer 652.000 km2. Het totale gebied dat geschikt is voor landbouw omvat 8 miljoen hectare

waarvan slechts 4,5 miljoen hectare daadwerkelijk wordt bebouwd (Bos, 2005; Saba, 2001). 80 tot 85% van de Afghaanse bevolking verdient vandaag de dag de kost door landbouw en veeteelt (Kelly, 2003a). Het klimaat in Afghanistan is echter erg droog en dor, veel gebieden zijn bergachtig en irrigatiesystemen zijn onderontwikkeld of niet aanwezig (Byrd & Ward, 2004). Het land heeft geen kusten en bestaat voor 75% uit heuvels en bergen met in het zuiden en zuidoosten woestijnachtige gebieden. In deze gebieden valt geringe neerslag, minder dan 300 mm per jaar (Bos, 2005). Het grootste deel van de totale neerslag in Afghanistan valt in de gebergtes, in de vorm van sneeuw. De sneeuw smelt in de zomer en hydrateert de landbouwgebieden in de lagergelegen provincies (Bos, 2005). Onverwachte periodes van droogte zijn de belangrijkste oorzaak van mislukte oogsten (Borcherdt et al., 2008). Dit maakt het uitermate lastig om uit landbouw en veeteelt levensonderhoudende inkomsten te behalen.

Het telen van papaver geniet financiële superioriteit over andere gewassen die momenteel in Afghanistan verbouwd worden (Maletta, 2004; Afghanistan Opium Survey, 2011). In Afghanistan zijn boeren dan ook massaal overgestapt op het telen van papaver, waarvan de zaadbollen gebruikt worden om opium te produceren, hiervan wordt de zeer verslavende drug heroïne gemaakt. Afghanistan is op dit moment de hoofdleverancier van ’s werelds meest dodelijke drug, aangezien 93% van de heroïne in de wereld uit Afghanistan komt (UN Afghanistan Opium Survey,

(5)

Met een geschat aantal van 15 miljoen verslaafden en sterke verbanden met HIV/aids en criminaliteit kan heroïne als een van de meest gevaarlijke, verslavende en dodelijke drugsoorten worden beschouwd (Byrd & Ward, 2004). Voor de wereldgezondheid is het dus van belang om het aanbod van deze drug te doen verdwijnen. Ook verdienen organisaties als de Taliban, die vaak met terroristische activiteiten worden gelinkt, grote sommen geld aan deze illegale opiumeconomie (Ward, Mansfield, Oldham & Byrd, 2008). De Afghaanse papaverteelt financiert dus het wereldwijde terrorisme, en sinds de terroristische aanslagen van 11 september is er in de internationale gemeenschap erg veel aangelegen het terrorisme uit te bannen (Frieden, Lake & Schultz, 2010). Voor de westerse landen is het, om veiligheids- en gezondheidsredenen, belangrijk te zorgen dat de papaverteelt in Afghanistan drastisch afneemt. Voor de Afghanen zelf kan er op vele terreinen ook veel gewonnen worden door de papaverteelt in te perken.

De afgelopen jaren hebben aangetoond dat het beleid dat is gehanteerd geen duurzame sociaaleconomische ontwikkeling zal bewerkstelligen (Ward et al., 2008). Het heeft juist voor een zwakke staat, jaren van conflict, economische stagnatie en sociale onderdrukking gezorgd. Zonder verandering zal de situatie op deze manier verslechteren (Ward et al., 2008). Echter, het inperken van de illegale papaverteelt kan het streven naar de uiteindelijk duurzame sociaaleconomische ontwikkeling en stabiliteit in Afghanistan helpen bewerkstelligen. Onder duurzame (sociaaleconomische) ontwikkeling worden “ontwikkelingen die aansluiten op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen” verstaan, gehanteerd zoals gedefinieerd door de VN-commissie Brundtland (1987). De algemene welvaart zal moeten worden opgeschroefd om aan de behoeften van het heden te kunnen voldoen in Afghanistan, maar op een manier waarop toekomstige generaties hier ook de vruchten van kunnen plukken. Deze manier sluit de papaverproductie uit. Tevens zal een afname in de opiumproductie een wereldwijd positief effect hebben op de gezondheid van toekomstige generaties, en zal het door verminderde financiering van terroristische netwerken de veiligheid en stabiliteit vergroten.

(6)

Om het heden te begrijpen moet het verleden erkend worden. In 1919 won Afghanistan de strijd tegen de Britten en verwierf het daarmee zijn onafhankelijkheid. De eerste 60 jaar van de onafhankelijkheid verliep relatief rustig, Afghanistan bleef neutraal in de Tweede Wereldoorlog en koos geen partij tussen de ‘Eerste Wereld’ of ‘Tweede Wereld’ in de Koude Oorlog. Dit heeft er toe geleid dat de Verenigde Staten en de Sovjet Unie beiden streden om controle in Afghanistan door middel van onder andere financiële steun (Frieden et al., 2010). In 1978 vond er een staatsgreep plaats van de communistische Democratische Volkspartij van Afghanistan (DVPA). Als gevolg van de machtsstrijd tijdens de Koude Oorlog, steunden de Verenigde Staten de anti-communistische Mujahedin rebellen, waarop de Sovjet Unie reageerde met een militaire inval in 1979, om het verzwakte communistische regime bij te staan (CIA, 2011). Hierop volgde een lange oorlog tussen de Sovjet troepen en de, door de Amerikanen gesteunde, rebellen. De Sovjet Unie trok zich in 1989 terug uit Afghanistan, mede door grote internationale druk (Frieden et al., 2010). Hierna bleef Afghanistan lange tijd in een staat van anarchie met vele opeenvolgende burgeroorlogen. Uiteindelijk greep in 1996 de, door de Pakistanen gesteunde, Taliban definitief de macht in Afghanistan en betekende dit het einde voor de anarchie (CIA, 2011).

De eerste jaren onder het Taliban bewind nam de papaverproductie in Afghanistan gestaag toe. In 2001 valt de papaverproductie echter tot verwaarloosbare aantallen. Als gevolg van de belofte van de internationale gemeenschap, in de vorm van erkenning van de soevereiniteit van Afghanistan, werd illegale productie van papaver ingeperkt. (Kamminga, 2011). Ondanks dat er vraagtekens bij de juistheid van deze cijfers geplaatst worden, lijkt het een feit dat de Taliban effectief de illegale papaverteelt bestreden heeft. Op 11 september 2001 vonden de terroristische aanvallen op de Verenigde Staten plaats. Als reactie op deze aanvallen is de VS Afghanistan binnengevallen en heeft de Taliban afgezet. Het opsporen van Osama Bin Laden was tevens een reden om Afghanistan binnen te treden. Door het tijdelijk ontstane machtsvacuüm vond er een toename in landbouwgrond, met als doel papaverteelt, van 925% plaats (Kamminga, 2011). De

(7)

land, wat resulteerde in presidentsverkiezingen in 2004, die gewonnen werd door Hamid Karzai (CIA, 2011). De lange geschiedenis van oorlogen, burgeroorlog en overige conflicten in Afghanistan heeft echter zijn wissel getrokken op de bevolking. Ondanks deze politieke vorderingen bleef de productie van papaver dan ook stijgen. Sindsdien worden er grote geldbedragen vrij gemaakt door de internationale gemeenschap om deze papaverteelt in Afghanistan aan te pakken. Zo hebben de Verenigde Staten de afgelopen jaren $1.6 miljard in maatregelen gestoken om de papaverteelt tegen te gaan. Na een lichte daling in de papaverproductie in 2008 en 2009 heeft de papaverteelt zich de afgelopen jaren gestabiliseerd en begint het momenteel toe te nemen (Kamminga, 2011). Tevens hebben de lokale regeringen en gouverneurs een onstandvastig beleid gevoerd tegen de papaverteelt. Feit blijft echter dat de Afghaanse regering de internationale beleidswensen over zal moeten nemen, tegen de strijd van het papaverprobleem, mede door de grote sommen aan bilaterale en multilaterale hulp (Frieden et al., 2010).

1.2 Onderzoeksvraag

Middels dit interdisciplinaire onderzoek willen wij de huidige situatie in Afghanistan omtrent de opiumeconomie analyseren, om vervolgens in de toekomst effectief en op een duurzame manier op te kunnen treden tegen de opiumproductie. Doelen van dit onderzoek zijn de oorzaken van het falende papaverbeleid achterhalen en hoe dit verbetert kan worden. Een interdisciplinaire aanpak is voor het succesvol uitvoeren van dit onderzoek essentieel aangezien het probleem grote diversiteit kent. Vele actoren, die over verschillende doelstellingen en achtergronden beschikken, zijn betrokken bij de papaverproblematiek. Bovendien beïnvloeden politieke en ecologische toestanden de mogelijkheden binnen deze problematiek. De onderzoeksvraag die rest luidt dan ook; welk beleid dient door de Afghaanse regering, lokale gouverneurs en de internationale gemeenschap nagestreefd te worden om de illegale papaverteelt in Afghanistan effectief, de lange termijn bedachtzaam, tegen te gaan?

(8)

De complexiteit van het huidige papaverprobleem, die onder andere de Afghaanse cultuur veroorzaakt, maakt uitsluitend een adequate analyse mits gebruik gemaakt wordt van een interdisciplinaire benadering. Dit onderzoek wordt daarom vanuit zowel een politicologisch, bedrijfskundig, biologisch als psychologisch perspectief benaderd.

Om de huidige situatie omtrent de papaverteelt in Afghanistan doeltreffend te analyseren is een politicologische invalshoek essentieel. Vanuit deze discipline kan onder andere het functioneren van de staat, de corruptie, het gevoerde beleid en de machtsverhoudingen worden genoemd. Daarnaast kan de invloed van de internationale gemeenschap geanalyseerd worden. Zodanig worden de randvoorwaarden die de laatste jaren de papaverteelt hebben gestimuleerd in Afghanistan duidelijk, en kan er een effectief beleidsadvies omtrent de toekomst geconstrueerd worden.

Om te achterhalen waarom papaverteelt zo succesvol is in Afghanistan, is het belangrijk de agronomische omstandigheden te achterhalen. Hieronder worden onder andere factoren als grondsoort, beschikbaarheid van water en groeiseizoenen verstaan, die bepalen wat wel en niet verbouwd kan worden. De discipline ecologie is geschikt om dit te onderzoeken om reden dat de verbinding tussen de omgevingsfactoren en het leven wordt onderzocht. Door de optimale omstandigheden die heersen voor papaverteelt, en de zwakke en sterke punten van het groeiproces te achterhalen, ontstaat inzicht in de mogelijke manieren van bestrijding. Eveneens worden er alternatieve gewassen aangekaart die onder dezelfde omstandigheden kunnen groeien.

Om de motivatie van de papaverkwekers en de oorzaken van de falende opiumbestrijding te kunnen begrijpen dient de definitie van de papaverproducenten duidelijk te zijn: handelende en producerende organisaties, kortom bedrijven. Volgens deze redenering kunnen de papavertelers bedrijven genoemd worden. Bedrijfskunde is in dit kader de passende discipline om dit te analyseren. Wetenschappers binnen de bedrijfskunde houden zich bezig met de keuzes,

(9)

een zeer interdisciplinaire wetenschap, waarbij men niet schuwt zich te wenden tot economische, psychologische, politicologische en biologische theorieën en kennis. Deze worden vaak gebruikt in onderzoek naar de strategische omstandigheden waarin bedrijven verkeren. Met bedrijfskunde, in combinatie met de andere disciplines, kunnen verscheidene motieven en stimulerende factoren tot het continueren van de productie van papaver achterhaald worden.

Aangezien het papaverconflict een conflict is waarbij de mens centraal staat, ze zijn de oorzaak maar ervaren eveneens de gevolgen, leidt dit tot verschillende culturele problemen. De invloed die men op psychologisch niveau op elkaar uitoefent is dan ook relevant en zelfs essentieel om in dit onderzoek te betrekken. Verschillende groepen hebben verschillende belangen, ideeën en doelen. Juist deze verschillende denkwijzen zorgen ervoor dat men in conflict komt met elkaar. Om dit conflict op te lossen moet er begrip ontstaan tussen de verschillende partijen en culturen. Men begrijpt elkaar echter op dit moment niet. Om op cultureel en psychologisch niveau deze verschillende partijen te benaderen en te begrijpen zet men een stap in de goede richting om het conflict te verhelpen.

2 Methode

2.1 Literatuuronderzoek en interviews

Aangezien empirisch onderzoek aangaande dit onderwerp met onze beschikbare middelen onmogelijk is, wordt er een grondig literatuuronderzoek uitgevoerd. Daarnaast wordt er informatie gewonnen uit interviews met experts op dit gebied. Dankzij regelmatig contact in de vorm van mail, skype en face-to-face gesprekken had dit een diepere kennisvergaring op dit gebied als gevolg. De hieruit verkregen informatie is als leidraad in het onderzoek gebruikt.

Informatie afkomstig van de volgende experts zijn in dit onderzoek gehanteerd.

(10)

Jorrit Kamminga is een expert als het gaat om de papaverproblematiek in Afghanistan en is sinds 2003 beleidsdirecteur bij ‘the International Council on Security and Development’ (ICOS). ICOS is een internationale denktank die zich onder andere focust op Afghanistan. Kamminga heeft veel gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften over de papaverproblematiek in Afghanistan en wordt hierover vaak geraadpleegd in internationale populaire media.

Jules Bos

Dr. Ir. Jules Bos, verbonden aan Plant Research International aan de Wageningen Universiteit, is een expert op het gebied van ecologische landbouw. Hij heeft meegewerkt aan een onderzoek van ICOS naar de mogelijkheid tot legale papaverteelt in Afghanistan en is later nog voor de overheid naar Afghanistan geweest voor onderzoek naar alternatieve landbouwproducten.

Martin Jelsma

Martin Jelsma, politiek-econoom en verbonden aan het VN adviserend Transnationaal Instituut, die eerste hand onderzoek heeft verricht naar de papaverboeren. Zijn ervaringen en kritische kijk op de huidige gang van zaken leveren een waardevolle bijdrage aan het onderzoek.

Willem Vogelsang

Een expert op onder andere het psychologische gebied met betrekking tot het conflict in Afghanistan is Willem Vogelsang. Zijn jarenlange ervaring als Maatschappelijk en Stamkundig Adviseur bij het ministerie van Buitenlandse Zaken gevestigd in Afghanistan maakt Willem Vogelsang een expert op cultureel, psychologisch en maatschappelijk gebied in Afghanistan.

2.2 Analyse methodes

Doordat velerlei factoren invloed hebben op de papaverteelt bestaat er geen eenduidige oplossing voor dit probleem. Het is dienvolgens nodig om het gehele systeem in ogenschouw te nemen, implicerend dat de werking van het huidige politieke, culturele en economisch systeem bekend moeten zijn, dat actoren

(11)

motivaties achter de acties van actoren worden geanalyseerd. Deze benadering verstrekt informatie die een betrouwbaar beeld weergeeft omtrent het papaverproblemen, wat een zoektocht naar een langdurige duurzame oplossing vergemakkelijkt.

De belangrijkste analyse die wordt toegepast is het herschikken van subsystemen om onderlinge relaties aan te tonen, (rearranging sub-systems to bring

out interrelationships) door inzichten vanuit verschillende disciplines op een

grafische manier aan elkaar te koppelen. Naarmate de uiteindelijke integratie bereikt is zal gedurende het proces deelresultaten worden getoond om het proces te verduidelijken.

Daarnaast zullen we een aantal analyses vanuit de bedrijfskunde en psychologie toepassen om de relaties tussen de inzichten te verduidelijken. De volgende analyses zijn toegepast op onze inzichten.

Actor analyse

Het conflict in Afghanistan, dat al meer dan 20 jaar speelt, is een complex gegeven, waarin verscheidene partijen deel van uitmaken. Omwille van een overzichtelijk onderzoek is een actor analyse essentieel. Een actor analyse is een beschouwing van de hoofdrolspelers, partijen en groepen in deze specifieke casus. Deze verschillende groepen bestaande uit verschillende culturen, ideeën en doelen hebben allen wisselwerkingen op elkaar. Doordat deze partijen vaak met elkaar contrasteren brengt dit de nodige problemen met zich mee.

Resource en capabilities analyse

Een ‘Resource en capabilities analyse’ geeft een uitgebreide beschrijving van een bedrijf weer, dit kunnen tevens tastbare (grondstoffen, machinerie, financiën), als ontastbare (kennis, connecties) factoren zijn. Vanwege de complexiteit van het papaverprobleem, en de onzekerheid wat betreft ontastbare R&C, wordt er voornamelijk geconcentreerd op tastbare of meetbare R&C van de Afghaanse papaverboeren in dit onderzoek.

(12)

Met behulp van de verkregen informatie vanuit politicologische analyses, kan er een bedrijfskundige analyse toegepast worden op deze casus in de vorm van ’stakeholder matrix’. Aan de hand van dit model kunnen de falende inspanningen van de mogendheden en de Afghaanse overheid worden verklaard. De matrix, gebaseerd op de macht en belang, identificeert de verwachtingen en macht van de actoren en draagt bij aan het begrijpen van politieke prioriteiten (Johnson&Whittington, 2011). De actoren worden in 1 van de 4 kwadranten gecategoriseerd. De matrix geeft op basis van de positie aan welk type relatie tussen het bedrijf en de externe actor normaliter of logischerwijs worden gehanteerd. Key players spelen een cruciale rol in besluitvormingen van bedrijven, terwijl actoren in het A kwadrant nauwelijks een rol van betekenis spelen.

Allereerst moeten de factoren waarop de matrix is gebaseerd uiteen worden gezet in macht en belang. Macht wordt door Whittington gedefinieerd als: “….the ability of individuals or groups to persuade, induce or coerce others into following certain courses of action”. Bronnen en indicatoren van macht zijn bijvoorbeeld status, controle over strategische locaties en bronnen, bezit van kennis en connecties. Belang kan op verschillende manieren aangeduid worden. Denk aan financieel, politiek en cultureel belang.

3 Resultaten

In het komende gedeelte zullen onze resultaten, verkregen uit het literatuuronderzoek en de interviews, worden gepresenteerd. Er zullen eerst vijf deelanalyses gemaakt worden (3.1 t/m 3.5). Deze deelanalyses zijn samenhangende analyses die soms disciplinair of multidisciplinair zijn. De multidisciplinaire analyses zijn analyses die zonder inzichten uit meerdere, vrijwel altijd beperkt tot twee, disciplines niet effectief blijken. Vervolgens zullen alle deelanalyses samengevoegd en in één overzichtelijk interdisciplinair figuur worden weergegeven (3.6).

3.1 Actor analyse – culturele psychologie en motivatie

(13)

Anti-opium actoren

De Afghaanse regering ziet bij voorkeur de opiumproductie verdwijnen. Echter om dit eigenhandig te bereiken missen ze de macht en middelen (Sliva, 2007). Omdat de opium economie dynamisch, verdeeld en adaptief is, kan het zich gemakkelijk aanpassen aan enige vervolging of andere maatregelen afkomstig van de Afghaanse regering (Goodhand, 2005). Op dit moment is de Afghaanse regering dus niet in staat om een machtspositie aan te nemen en dit conflict te controleren. Het blijkt tevens dat er enkelingen zijn in de Afghaanse regering die zelf papaver verbouwen. Deze inconsequentie verslechterd de machtssituatie en geeft de regering minder invloed (Willem Vogelsang, pers. comm., 11-11-2011).

De Afghaanse regering wordt gesteund in hun strijd tegen de papaverproductie door internationale instanties als overheden, NGO’s en de NAVO. Omdat Afghanistan bestaat uit een totaal andere cultuur dan de westerse, en tevens onderling uit verschillende culturen bestaat, is het onmogelijk om Afghanistan te helpen vanuit een westers denkbeeld, afkomstig uit een westerse cultuur. Om een beleid te creëren dat doeltreffend is voor Afghanistan zijn er experts en daadwerkelijke burgers uit Afghanistan nodig. Deze benadering kan een brug vormen tussen de verschillende culturen om wederkerend begrip te bewerkstelligen (Sliva, 2007). Experts en inwoners uit Afghanistan begrijpen de culturen en gewoontes van Afghanistan, en belichten deze culturen van verschillende kanten, wat nodig is om een relevant en levensvatbaar beleid te construeren.

Pro-opium actoren

Jegens de anti-opium actoren staan de pro-opium actoren, die profiteren van de papaverproductie en tegelijkertijd een groot aandeel hebben in het politiek-economisch stelsel van Afghanistan. In figuur 1 is beknopt weergegeven hoe deze structuur eruit ziet.

(14)

Figuur 1: Actoren binnen de pro-opium economie (Sliva, 2007)

Krijgsheren (warlords) zijn veelal de grote lokale commandanten. Het afnemen van belastingen en het controleren van lokale bronnen, infrastructuur en grondstoffen zijn taken van krijgsheren. Op deze manier maken de krijgsheren het mogelijk voor opiumhandelaren (traffickers) om drugs te verhandelen. Omreden dat de centrale overheid zwak is, bezitten de krijgsheren tevens lokale grensposten en worden lokale militaire leiders bedreigd, wat de drugssmokkel naar het buitenland vergemakkelijkt. Dit gebeurd vaak door het omkopen van militairen (militia), waardoor de wegen die gebruikt worden voor drugssmokkel veilige handelsroutes worden. De krijgsheren bezitten tevens over het zeggenschap over landeigenaren, (landowners) en verdienen hier geld aan (Goodhand, 2005).

Boeren (farmers) werken op het land van deze landeigenaren. Door in het bezit te zijn van een stuk land, of door het indirect huren van een stuk land van een krijgheer, is dit vaak de enige manier om inkomsten te ontvangen. Omwille van de levensonderhoud, en überhaupt te overleven, zijn boeren afhankelijk van de papaverteelt. Boeren staan onder druk van de landeigenaren, waarvan ze grond huren of van krijgsheren die de transport en handel van drugs controleren. Druk vanuit de krijgsheren en andere instanties, samengaand met geldproblemen, zorgen ervoor dat boeren geen andere keus let dan het produceren van papaver, ondanks het feit dat de boeren een alternatieve landbouw prefereren. (Goodhand, 2005).

(15)

De keten die ontstaan is tussen de relaties van de verschillende inwoners in Afghanistan geeft de onderlinge verwevenheid in Afghanistan weer, dat vaak wordt gekenmerkt door corruptie en wantrouwen. De handelaren bezitten macht, wat de nodige gevolgen heeft voor de boeren.

Vanaf 1994 ontving de Taliban, een onafhankelijk regime in Afghanistan, zowel sterke politieke als militaire macht. Sedert 1996 bezaten ze controle over ruimschoots 90% van Afghanistan. De Taliban beoefent deze macht uit via de krijgsheren, die de Taliban toestemming geeft tot opiumproductie, waarbij de krijgsheren eveneens profiteren van de winst. In andere, niet door de Taliban bezette delen van het land, wordt er ook opium geproduceerd. Het huidige opiumprobleem is complex doordat de structuur van de opiumhandel verschilt per gebied, wat de controle op de handel en productie van papaver blokkeert (Goodhand, 2005).

Tevens spelen de buurlanden Pakistan en Iran, hoog in de ranglijst van meest corrupte landen ter wereld, een grote rol in de opiumketen. De huidige regering bezit

(16)

over te weinig macht om de betrouwbare keten van handelaren te doorbreken (Vogelsang, pers. comm., 11-11-2011).

Momenteel bestaat het land uit zogeheten kleine mini-staatjes, waarin krijgsheren met elkaar concurreren, wat de centrale overheid macht en controle ontneemt (Goodhand, 2005). De micro economie van elk dorp heeft zijn eigen eigenschappen wat het huidige probleem eveneens complex maakt.

Boeren

Nadat het Taliban regime in 2001 de macht verloor, en boeren grote schulden hadden ontwikkeld door een gebrek aan landbouwgrond, bleven boeren papaver produceren. Door het ontstane machtsvacuüm, en de schuld die hiermee gepaard ging , hield de papaverproductie onder de boeren stand. Er zijn echter wel pogingen gedaan om de papaverproductie te belemmeren, zoals het verwoesten van gewassen, maar door het slechte contact met krijgheren bleek het onmogelijk om een doeltreffend anti-drugs programma op te zetten. Doordat de overheid over weinig macht bezit , de banenvoorziening niet heeft verbeterd en de boeren nog steeds diepe schulden bezitten, wint het produceren van opium het nog steeds van alternatieve landbouw. (Goodhand, 2005).

Tevens staan de boeren sceptisch tegenover hulp van buitenaf. Het vertrouwen in de hulp van internationale landen bij de Afghaanse bevolking wordt door culturele verschillen niet begrepen. Dit heeft als gevolg dat er onder de bevolking wanhoop, stress en wantrouwen heerst wat de bevolking naar drugs doet grijpen. Dit is dan ook een grote reden waarom de verslaving onder de bevolking toeneemt. Met name vrouwen weten zich geen raad en grijpen daarom sneller naar

drugs, om in een roes te komen en te vergeten wat er om hun heen gebeurd (Vogelsang, pers. comm., 11-11-2011).

Figuur 2: Een overzicht van de invloed van pro- en anti-opium actoren op de boeren en de papaverteelt.

(17)

3.2 Het huidige beleid – politicologische inzichten

De afgelopen jaren heeft het antidrugs beleid zich onder andere gericht op de vernietiging van papavervelden. Echter het vernietigen van papavervelden is niet effectief gebleken (Rubin & Sherman, 2008; Kamminga, 2011; Ward et al, 2008). Dusdanig dat er in de afgelopen jaren geen positieve correlatie te bespeuren valt

tussen de afname in cultivatie en de hoeveelheid vernietigde papavervelden. In 2005 vond er een afname in cultivatie plaats van 27,000 hectare, een afname van 21%, terwijl de vernietiging van papavervelden ook enorm daalde tot 5,000 hectare (afname van 80%). Ruimschoots 81% van de afname in papaverteelt kan dus niet worden toegeschreven aan vernietiging van de velden (Kamminga, 2011). In het daarop volgende jaar nam de vernietiging van papavervelden met 210% toe, tegelijkertijd steeg de cultivatie van papaver ook met 59% (Kamminga, 2011). Vernietiging van papavervelden blijkt dus niet een effectieve oplossing (Rubin & Sherman, 2008). Zeker aangezien het vernietigen van papavervelden de marktprijs ook omhoog drijft waardoor het nog aantrekkelijker wordt om te verbouwen (Ward et al., 2008). Anti-papaver beleid zal zich daarom moeten richten op meerdere aspecten.

De beschreven daling van papaverteelt in 2005 wordt door velen toegeschreven aan het sterke anti-cultivatie beleid van de regering en de fatwa

Figuur 3: Een overzicht van de wisselwerking tussen verschillende politicologische aspecten van de Afghaanse papaverteelt.

(18)

(beleid op grond van islamitische regels) die in die tijd gevoerd werd (Mansfield, 2008; Kamminga, 2011). Daarbij blijkt uit rapporten van UNODC dat nationaal en lokaal beleid veel invloed kan uitoefenen op de papaverteelt, zowel in positieve als in negatieve zin (Ward et al, 2008). Derhalve is het belangrijk om een beleid te voeren dat consequent, op de lange termijn, zal kunnen worden toegepast. De corruptie zit in Afghanistan diep in de cultuur geworteld en zal daarom onmogelijk op korte termijn uit te roeien zijn (Kamminga, 2011). Transparancy International (2010) stelden dat Afghanistan het op drie na meest corrupte land ter wereld is, met een score van 1.4 op een schaal van 1-10. Doordat krijgsheren over veel macht bezitten wordt de opiumeconomie in stand gehouden, en wordt deze corruptie gewaarborgd. Corruptie veroorzaakt tevens gelimiteerde markttoegang en openheid, wat het telen van alternatieve en niet illegale gewassen bemoeilijkt.

3.3 Resource and capabilities analyse – bedrijfskunde en ecologie

Allereerst dient de belangrijkste oorzaak van de papaverproductie genoemd te worden, namelijk dat de papaverproductie financiële superioriteit heeft ten opzichte van de legale alternatieve landbouw in Afghanistan, de winst die gemaakt wordt met het verbouwen van papaver ligt hoger dan het verbouwen van andere mogelijke gewassen (Chouvy, 2011). Volgens Kötler en Keller (Whittington, 2011) heeft een bedrijf het primaire doel om zo veel mogelijk waarde te halen uit de gegeven situatie, het genereren van een zo hoog mogelijke winst is wat bedrijven zullen nastreven. Aangezien de kosten voor het produceren van papaver laag liggen, en de verkoopwaardes hoog zijn, creëert dit een gunstig en aantrekkelijk klimaat voor bedrijven, in dit geval de Afghaanse boeren.

Echter, de redenering, dat de financiële superioriteit de enige of doorslaggevende oorzaak is, verschaft een sterk vertekend, dan wel onjuist, beeld van de boeren. Een andere oorzaak die genoemd dient te worden is de resource en capabilities problematiek in Afghanistan. Door een resource en capabilities analyse toe te passen, kunnen de mogelijkheden waarover een boer beschikt, maar ook de beperkingen van waarover de boer beschikt, duidelijk worden beschreven.

(19)

Het R&C probleem bestaat uit twee onderdelen, de ecologische en financiële problemen. Om deze vanuit bedrijfskundig perspectief toe te kunnen passen op de casus moet er voorafgaand een analyse worden gemaakt van de agronomische omstandigheden en de mogelijkheden die erop volgen in Afghanistan waarbinnen de papaverboeren hun activiteiten ondernemen.

3.3.1 Agronomische en ecologische omstandigheden

Gebleken is dat landbouw voor een groot deel van de Afghaanse bevolking de primaire bron van inkomsten en levensonderhoud is (Kelly, 2003a). De belangrijkste oorzaak van mislukte oogsten zijn periodes van droogte. De landbouw in Afghanistan wordt dus voornamelijk beperkt door een gebrek aan water. In woestijnachtige gebieden als Helmand, één van de gebieden waar veel papaverteelt plaatsvindt, wordt vooral gebruik gemaakt van kunstmatige irrigatie (Bos, 2005). In heuvel- of bergachtige gebieden wordt landbouw bedreven zonder irrigatiesystemen, in de vorm van regenwater. De grondsoort is ook van belang bij landbouw, maar de optimale consistentie (löss, leem, zand, klei etc.) verschilt per gewas (Saba, 2001).

Afghanistan bestaat voornamelijk uit het fragiele löss, een combinatie van klei en zand die gemakkelijk erodeert. De consistentie van deze bodem laat wortels goed

Figuur 4: Een grafische weergave van de bedrijfskundige analyse toegepast met behulp van ecologische en bedrijfskundige inzichten.

(20)

doordringen en houdt tegelijkertijd water vast, echter het löss verbrokkelt hierdoor makkelijk. Het stapelgewas in Afghanistan, het gewas wat het meeste wordt verbouwd en het grootste deel van de voedselbehoefte vervult, is graan, en daarbinnen vooral tarwe (Maletta, 2004). Graan kan zowel onder regenwater gevoede, als geïrrigeerde omstandigheden, groeien en wordt dus vrijwel overal verbouwd (Bos, 2005).

De groeiseizoenen in Afghanistan verschillen per hoogte. Op grotere hoogtes zijn de seizoenen korter en is niet de beschikbaarheid van water, maar vorst de limiterende factor (Bos, 2005). In onze lagergelegen voorbeeldprovincie is dit niet van belang, de beschikbaarheid van water is de belangrijkste factor, en de groeiseizoenen zijn langer (Bos, 2005). Landbouw vindt hier voornamelijk plaats langs rivieren, de onvoorspelbaarheid van het water kan daar ofwel in droogte ofwel in flash floods resulteren, wat een aanzienlijk negatief effect op het verbouwen van gewassen heeft.

Onder omstandigheden van droogte en een gebrek aan adequate irrigatiesystemen, zoals in Helmand, kan papaver beter groeien dan vele andere gewassen. Papaverproductie gedijt bij droge en warme omstandigheden, wat een hogere productie als gevolg heeft (Bos, 2005; Afghanistan Opium Survey, 2011). De zaaddoos, een bol met vocht en zaadjes die wordt gevormd na het bloeien, kan namelijk onder deze omstandigheden geen last krijgen van schimmels. Uit dit vocht wordt de opium gemaakt (Bos, pers. comm., 18-10-2011). Daarnaast is papaver een

low-volume, high-value gewas, wat betekent dat een kleine hoeveelheid van het

product relatief veel geld oplevert. Tevens is het product makkelijk te vervoeren en lang houdbaar wat papaver een low-risk gewas in een high-risk omgeving maakt. (Bos, pers. comm., 18-10-2011). De oogst van een paar hectare kan als een grote klomp, die niet verrot, thuis worden opgeslagen en met een ezel naar de markt worden vervoerd (Bos, pers. comm., 18-10-2011). Doordat papaver weinig water vereist , oogsten mislukken sneller in regenwater gevoede gebieden, wordt het vaak onder geïrrigeerde omstandigheden geteeld (Bos, 2005).

(21)

De grondsoort en de groeiseizoenlengte zijn redenen voor het verkiezen van een papavervariant voor boeren in Afghanistan. Over het algemeen groeit papaver het beste op leemklei grond met hoge nutriëntgehaltes en neutraal tot basische pH (Bos, 2005). Papaver in Afghanistan wordt echter op vele verschillende soorten grond geteeld. Afghaanse huishoudens kiezen echter niet voor de hoogste opbrengsten, maar voor de grootste zekerheid met betrekking tot de opbrengst (Bos, 2005). Tevens wordt de mate van arbeid in ogenschouw genomen. Papaver is een zeer arbeidsintensief gewas, het vereist veel handwerk, want papaver is erg gevoelig voor onkruid en het oogsten van opium uit de papaverzaaddozen wordt ook met de hand gedaan (Bos, 2005; Bos, Pers. comm., 18-10-2011).

Wat al eerder is gebleken is dat de papaverteelt een hoge nutriëntenbeschikbaarheid. Sommige boeren, vooral onder geïrrigeerde omstandigheden, verbeteren de bodemcondities door gebruik te maken van mest (Bos, 2005). De beschikbaarheid van mest, alsook de beschikbaar van zaad, pesticiden en afzetmarkten, beïnvloeden voor een groot deel de keuzes van de boeren.

De reden dat papaver juist in de zuidelijke gebieden van Afghanistan zo veel wordt verbouwd, ligt niet alleen aan de geschikte milieuomstandigheden, maar ook aan het feit dat het dunbevolkte gebieden zijn waar het leven moeilijker is (Bos, 2011). In deze gebieden bevinden zich de machtbasissen van de Taliban, waardoor daar minder controle en handhaving vanuit de regering is, wat het gebied dus onveilig maakt. Ook zijn daar minder functionerende markten en zijn de mogelijkheden om een bestaan op te bouwen, dat niet is gebaseerd op de papaverteelt, kleiner (Bos, pers. comm., 18-10-2011).

3.3.2 Alternatieve gewassen

Er bestaan genoeg gewassen die in deze omstandigheden gelijk groeien als papaver, maar hebben als nadeel dat ze vaak minder opleveren, sneller bederven of

(22)

over minder afzetmarkten beschikken (Bos, pers. comm., 18-10-2011). Alternatieven kunnen onder andere gevonden worden door te kijken naar de gewassen die vroeger veel werden geteeld in Afghanistan, voor de oorlog met de Sovjet Unie. Katoen was een belangrijk gewas, dat de provincie Helmand veel geld opleverde (Bos, 2005). De benodigde faciliteiten voor het verwerken van het katoen zijn echter verwoest tijdens de oorlogen en papaver heeft de rol van het belangrijkste geld opleverende gewas overgenomen. Voor de Sovjet oorlog beheerste Afghanistan ook 60% van de wereld rozijnenmarkt, wat voornamelijk uit het zuidwesten van het land kwam (Bos, 2005). Ook deze industrie heeft schade opgelopen door de oorlogen en de daaruit resulterende droogtes. Zo zijn er nog veel meer land- en tuinbouw producten te noemen.

De export opbrengsten van Afghanistan bestonden voorheen voor 40% uit gedroogd fruit en noten (Bos, 2005). Tijdens de oorlogen zijn echter vele boomgaarden gekapt voor brandhout. Irrigatiesystemen, wegen en marktinfrastructuur zijn verloren gegaan in de loop der jaren. Dit betekent niet dat producten als amandelen, pistachenoten, rozijnen, granaatappels, meloenen, abrikozen, walnoten en druiven niet meer te telen zijn. Het probleem is dat papaver nog steeds meer oplevert, ook al fluctueren inkomsten van verschillende gewassen per jaar (Bos, 2005; Bos, pers. comm., 18-10-2011). De agronomische omstandigheden in Afghanistan zijn ook geschikt voor de productie van noten en gedroogd fruit, en enkele van deze producten zijn ook, net als papaver, low-volume,

high-value producten die niet bederven en gemakkelijk vervoerbaar zijn (Borcherdt

et al., 2008, Bos, pers. comm., 18-10-2011). Eén van de problemen die hiermee samenhangen is dat het enkele jaren duurt voor boeren opbrengsten uit boomgaarden halen en een boer zich niet kan veroorloven om een aantal jaar zonder opbrengsten te zitten (Bos, pers. comm., 18-10-2011). Boeren denken op korte termijn, terwijl de bestrijding van papaverproductie een langdurige oplossing vereist om economische groei te verwezenlijken in Afghanistan.

(23)

arbeid en de opbrengsten. Het product zou tot $5,200/ha of $400/kg op kunnen leveren (Ward et al., 2008). Vergeleken met de prijs voor papaver, volgens de Afghanistan Opium Survey fluctuerend tussen $100-$300/kg, is dat een aantrekkelijk alternatief (Afghanistan Opium Survey, 2011). Er zijn echter nog problemen met de introductie van saffraan, zoals een gebrek aan communicatie en faciliterende maatregelen, te weinig exportmogelijkheden en andere technische problemen bij het telen, oogsten en verwerken van saffraan. Ook hebben sommige boeren moeite met het verkrijgen van saffraanbollen en ander benodigd materiaal (Nabizadah, 2010). Het opzetten van pilot projecten voor alternatieve gewassen is erg belangrijk volgens Kamminga (2011), aangezien één alternatief gewas niet voldoende zal zijn om de papaverteelt te verdringen. Dit komt doordat er op het moment geen enkel alternatief gewas meer oplevert dan papaver, maar ook omdat de randvoorwaarden die de boeren in staat zouden stellen om iets anders te kiezen niet aanwezig zijn in het huidige Afghanistan (Bos, pers. comm., 18-10-2011). Daarnaast is het ook zodanig risicovol dat het onwenselijk wordt één alternatief te introduceren in het geval van bijvoorbeeld een epidemie (Hayward, 1999). Een risico gerelateerd aan de bedrijfskunde is dat de totale markt en economie gevoelig wordt voor substituten, producten of varianten die het gevestigde product overbodig maken en substitueren (Whittington, 2011). Vanuit de biologie valt op te merken dat de economie kwetsbaar wordt voor plagen en epidemieën. Kamminga pleit er dan ook voor om veel kleinschalige en verschillende pilots op te zetten in Afghanistan waarmee de effectiviteit van de verschillende alternatieve gewassen bestudeerd kan worden en tegelijk de verspreiding van de alternatieve levenswijzen door heel Afghanistan aangemoedigd kunnen worden. Met deze tactiek wil Kamminga zich niet alleen op alternatieve gewassen richten. Van papaver worden namelijk ook de medicijnen morfine en codeïne gemaakt, waar in veel landen een tekort van heerst. Via een officieel licentiesysteem zouden sommige streng gecontroleerde papavertelers dan legaal papaver kunnen telen voor deze markten. Dit project, wat bekend staat als

‘Poppy for medicine’, zal op zichzelf nooit een oplossing bieden, aangezien slechts

een klein percentage van de huidige papaverproductie nodig is om aan de medicinale papavervraag te voldoen. Maar in samenwerking met vele andere pilot projecten

(24)

vervangen, en Afghanistan op een economisch duurzaam groeipad te helpen (Kamminga, 2011).

3.3.3 Randvoorwaarden – Ecologisch en bedrijfskundig inzicht

De genoemde alternatieven voor papaverteelt komen nog niet van de grond in Afghanistan, terwijl de meeste boeren verklaren toch liever iets anders dan papaver te willen telen. Boeren zullen waarschijnlijk pas andere gewassen gaan verbouwen als de randvoorwaarden ze daartoe in staat stellen. Pas als er voor andere producten een functionerende marktketen is kunnen boeren er hun bestaan uit opbouwen (Bos, pers. comm., 18-10-2011). Dit betekent dat er goed uitgangsmateriaal, in de vorm van zaden en bollen van goede kwaliteit, beschikbaar is, dat inputs zoals mest beschikbaar zijn om opbrengsten te verhogen, dat irrigatiesystemen goed functioneren en dat het geoogst kan worden zonder dat er te veel van het product verloren gaat. Vervolgens betekent het dat het product goed kan worden schoon gemaakt en opgeslagen kan worden en dat het veilig te transporteren is naar afzetmarkten, dat er verwerkers zijn voor die producten en eventueel exporteurs die het naar een buurland brengen. Een product met een functionerende marktketen zal automatisch aantrekkelijker worden voor boeren en als bijproduct van dit proces zal de papaverteelt waarschijnlijk afnemen (Bos, pers. comm., 18-10-2011).

Tevens is papaverteelt zeer arbeidsintensief, iets dat in Afghanistan niet erg op de kosten drukt aangezien arbeid hier relatief erg goedkoop is. Schommelingen in de arbeidsprijs drukken dus relatief, ten opzichte van andere producten, zwaar op papaver. Met dit gegeven zou algemene economische groei en ontwikkeling dus ook negatief werken op de papaverteeltsector. Door economische groei stijgt de vraag naar arbeid terwijl het aanbod hetzelfde blijft, waardoor de prijs voor arbeid stijgt (Mankiw, 2003). Als arbeidsintensief gewas zullen de winstmarges van papaver relatief sterker dalen dan die van andere gewassen of producten, waardoor papaverteelt minder interessant wordt (Bos, pers. comm., 18-10-2011; Kamminga, 2011).

(25)

Eerder is er gebleken dat naast ecologische, ook financiële beperkingen aanwezig zijn van boeren wat betreft hun R&C. Het overstappen op een andere

productie, markt en methode vereist kostbare investeringen. Kennis over de nieuwe

productie en logistieke methode moet vergaard worden en productiemiddelen moeten aangeschaft worden. Vaak zijn papaverboeren niet in bezit van voldoende vermogen om dergelijke investeringen te maken. Normaliter zullen bedrijven, wanneer ze incapabel zijn om interne middelen aan te trekken, externe investeerders aantrekken.

Een andere oorzaak van de falende bestrijding, wat te herleiden is uit het R&C problematiek, zijn de grootschalige schulden waar de boeren mee te kampen hebben. Wanneer een bedrijf activiteiten wil ondernemen moet het financiële middelen aantrekken. Dit kan zowel intern als extern (Whittington, 2011). Met externe financiën aantrekken wordt gedoeld op leningen die worden afgesloten om bedrijfsactiviteiten mogelijk te maken. In reguliere economieën vervullen voornamelijk banken en investeerders deze rol, in Afghanistan echter niet. Daar hebben boeren moeite met het vinden van externe financiële bronnen. Opiumhandelaren zijn slechts een van de weinigen die bereid zijn als investeerder te fungeren (National post, 2008). Deze stellen eisen en voorwaarden die het gunstigst mogelijk uitpakken voor de handelaren zelf. Op deze manier wordt er vooraf aan het groeiseizoen geld geleend, waarna er aan het einde van het groeiseizoen het opium wordt opgehaald. Dit kan worden vergeleken met een voorschot op het opium (Jelsma, pers. comm., 2011). Dit leensysteem bestaat al sinds de jaren 80 (Foust, 2009). Het probleem escaleerde rond de millenniumwisseling, waarin de Taliban een heel actief bestrijdingsprogramma begon (Jelsma, pers. comm. 2011). Oogsten werden vernietigd, en boeren konden hun beloofde producten niet leveren. In reguliere economieën worden in vergelijkbare situaties boeren geacht het geleende geld terug te betalen. In Afghanistan is dit niet het geval. Daar worden de boeren gedwongen de misgelopen inkomsten van de schuldeisers, voornamelijk handelaren, te vergoeden. Wanneer een boer bijvoorbeeld $3000 voorschot krijgt, maar niet de beloofde producten kan leveren, en de handelaar van plan was de producten door te verkopen voor $5000, moet de boer in plaats van $3000, 5000 dollar terugbetalen.

(26)

Boeren worden op deze manier gedwongen in de opiumindustrie te blijven omdat papaver financiële superioriteit heeft. De schulden van de boeren zijn zodanig groot dat ze geen andere keuze hebben. Het is niet ongebruikelijk dat de boeren gedwongen zijn hun dochters te verkopen omdat de schulden die ze hebben dusdanig groot zijn. De grootschalige vernietigingscampagnes van de mogendheden als de VS en NAVO landen hebben dus vanuit dit perspectief een averechts effect.

3.4 Vicieuze cirkel – politiek en psychologie

Afghanistan bevindt zich in een negatieve vicieuze cirkel wat ervoor zorgt dat de papavereconomie zichzelf in stand houdt (zie figuur 1) (Byrd & Ward, 2004). Dit systeem van positieve terugkoppeling wordt evident wanneer inzichten uit de politicologie, bedrijfskunde en psychologie geïntegreerd worden.

Langdurige conflicten zijn symptomatisch voor nieuwe vormen van politieke economie (Goodhand, 1999). Afghanistan staat onderaan in de globale wereld economie (UN World drug report, 2008). Dit wil niet zeggen dat iedereen onder deze situatie lijdt. Elites in Afghanistan profiteren namelijk van de afbraak van de staat en gedereguleerde omgeving. Het conflict dat heerst in Afghanistan is te danken aan een mix van factoren dat veroorzaakt is door jarenlange slechte ontwikkeling, koude oorlog politiek, en culturele verschillen. De conflicten in Afghanistan, oorlog met Rusland, burgeroorlogen, inval van VS, duren nu al ruim 20 jaar en laten hun sporen na op de bevolking (Goodhand, 1999). Zo blijkt dat jaren lange blootstelling aan conflict ontvreemding en sociale isolatie veroorzaakt en samenwerking bemoeilijkt (Miller et al., 2008). Omdat Afghanistan bestaat uit een multiculturele samenleving ontstaat er tussen deze verschillende culturen ook veel onrust. Entiteiten die niet behoren tot de staat proberen de macht te krijgen. Er heerst concurrentie tussen deze verschillende entiteiten om de controle over beïnvloedbare bronnen en grond te bemachtigen. Deze onrust en concurrentie lijdt tot fragmentatie van Afghanistan (Goodhand, 1999). Tevens zorgt dit ervoor dat er in Afghanistan ideale omstandigheden heersen voor krijgsheren om lokaal de macht in handen te nemen.

(27)

verschillen. Het niveau van veiligheid hangt af van de status en de macht van de krijgsheer en zijn relatie tot andere krijgsheren in de regio. Deze lokale leiderschappen maken gebruik van militaire materialen en gaan gepaard met slechte en zwakke politieke structuren. Ondertussen stijgt de armoede bij de dorpelingen wat weinig perspectief biedt aan de dorpelingen. (Goodhand, 1999). Omdat dorpelingen vaak leningen kunnen aangaan bij de zogehete krijgsheren om opium te produceren is dit vaak hun enige optie.

Deze krijgsheren oefenen officieel geen legitieme macht uit in de door hun beheerste gebieden, maar doordat de regionale bevolking hun macht accepteert is deze wel effectief (Ward et al., 2008). Dit resulteert dat Afghanistan bestaat uit duizenden kleine staten, die allen hun eigen beleid voeren. Logischerwijs ondermijnt dit de al erg zwakke macht van de centrale regering in deze gebieden, waar in sommige gebieden de Afghaanse regering al effectief geen macht meer geniet (Kamminga, 2011). De krijgsheren verdienen vaak veel geld door te handelen en samen te werken met de Taliban. Dit gaat vrijwel altijd gepaard met het verhandelen van papaver, wat de Taliban erg verrijkt en ook de machtspositie van de krijgsheren verder onderbouwd (Rubin & Sherman, 2008; Kamminga, 2011). Dit betekend tegelijk dat de macht van de centrale regering nog verder afneemt. Hierdoor is de regering nog slechter in staat om de nationale veiligheid te waarborgen waardoor het produceren van papaver en opium steeds gemakkelijker wordt. De risico’s bij het produceren en telen worden sterk verlaagd, dit leidt volgens bedrijfskundige theorie tot verlaagde risicokosten waardoor de winsten in de papavereconomie verder oplopen. Dit betekent nog meer geld en dus macht voor de lokale krijgsheren en de Taliban, en minder voor de centrale regering. En zo zit Afghanistan dus vast in een vicieuze cirkel die de opiumeconomie alleen maar versterkt (Byrd & Ward, 2004). De jaren van oorlog en conflict hebben geholpen bij het bereiken van de huidige situatie waar het land versplinterd is en er amper nationaal beleid gevoerd kan worden door de staat.

(28)

Figuur 5: Een zeer belangrijke vicieuze cirkel binnen de papaverproblematiek. (Byrd & Ward, 2004)

3.5 Stakeholder mapping – bedrijfskundige analyse

Zoals eerder vermeld is de papaverproblematiek geschikt om stakeholder mapping op toe te passen, waarbij actoren op basis van macht en belang in een matrix worden geplaatst (zie tabel 1).

Tabel 1: Stakeholder matrix. Naar Mendelow, 1986.

Level of Interest

(29)

Low A Minimal effort B Keep informed

High C Keep satisfied D Key players

Handelaren, corrupte overheidsfunctionarissen, lokale milities, Taliban strijders en andere actoren die baat hebben bij een voortgang van de papaverproductie hebben, volgens bovenstaande afbeelding, een hoge machtsniveau. Zij bezitten strategische voorraden, status, onafhankelijkheid, lokale infrastructuur etc. Hiernaast hebben ze enorme baat bij de papaverhandel. De combinatie van grote belangen en hoog machtsniveau maken de profiterende actoren key players. Boeren maken hun bedrijfskunde onder grote invloed van hen.

De actoren die actief het beleid van papaverbestrijding steunen en uitvoeren hebben daarentegen juist een hele lage machtsniveau. Ze hebben niet de status, controle over de strategische voorraden en connecties. Dit is een verklaring waarom de papaverbestrijding faalt. Simpelweg omdat ze niet belangrijk genoeg worden geacht om een rol te spelen in de besluitvorming. Om hier een positieve verandering in te brengen dienen de mogendheden te trachten zich uit het A kwadrant de manoeuvreren. Dit kan door bijvoorbeeld machtsbronnen te verkrijgen, als toegang tot grondstoffen en controle over de infrastructuur. Reputatieverbetering kan hun status verbeteren. Op deze manieren kunnen de mogendheden invloed verwerven in de strategie van de papaverboeren.

3.6 De integratie van het systeem – interdisciplinaire analyse

Het onderzoek dat hier gepresenteerd wordt is zeer complex. De gebruikte disciplines overlappen op vele punten en veelal worden inzichten vanuit de ene discipline versterkt door inzichten uit een andere discipline. Er zijn weinig conflicten geïdentificeerd, waarvan de meeste conflicten tussen informatiebronnen plaatsvinden, niet tussen de inzichten vanuit verschillende disciplines. Een belangrijk conflict om te noemen is het conflict tussen het feit dat boeren, gezien als bedrijven,

(30)

hun winst zouden willen maximaliseren en voor het financieel superieure product van papaver zouden moeten gaan, maar dat het toch voorkomt, zo leert de geschiedenis ons, dat boeren bij een kleine stijging in de prijs van graan, daarop overstappen, terwijl papaver nog steeds veel meer oplevert (Kamminga pers. comm., 27-10-2011). Dit conflict kan opgelost worden door het doel van bedrijven te verbreiden zodat ‘extending the meaning of a concept’ als interdisciplinaire integratie techniek toegepast kan worden. Het doel van een bedrijf is niet slechts het behalen van winst, een bedrijf streeft ook maatschappelijk verantwoord beleid na. Zo ook bij de Afghaanse boeren, zeker ook omdat het telen van papaver in strijd is met de islam. Zo kan dit conflict opgelost worden door het concept uit de bedrijfskunde te verbreiden met psychologische inzichten.

De vier disciplines die hier zijn gebruikt voor het interdisciplinaire onderzoek vertonen weinig conflicten en versterken elkaar voornamelijk. Inzichten uit alle disciplines vinden hun plaats in de analyse methodes van andere disciplines en versterken elkaar op het punt van de meest belangrijke inzichten, zoals de vicieuze cirkel, de resource en capabilities problematiek en de negatieve gevolgen van het eradicatiebeleid. Om te laten zien hoe de disciplines onderling zijn verbonden, wordt een sterk versimpeld integratiemodel getoond, gevolgd door de ware integratie waarbij relaties tussen verschillende inzichten grafisch worden gepresenteerd (zie figuur 6). Iedere discipline heeft factoren geïdentificeerd die deel uitmaken van de papaverproblematiek of deze problematiek beïnvloeden. Men zou nog pijlen vanuit elke discipline naar het blokje ‘papaverteelt’ kunnen trekken, maar om het overzicht te behouden is dit niet gedaan. Een complete systeemanalyse is te zien in figuur 7. Verschillende factoren geïdentificeerd vanuit de vier disciplines zijn weergegeven. Blauw omrande hokken betreffen analysemethodes die ook als kapstok dienen waar vele factoren in onder gebracht kunnen worden. Deze kapstokken beïnvloeden als geheel de papaverteelt. Positieve invloed van factoren op andere factoren wordt aangegeven met een ‘+’, negatieve invloed met een ‘-‘. Een ‘+/-‘ relatie houdt in dat er een relatie bestaat die niet positief of negatief te noemen is of dat een factor zowel positieve als negatieve invloed kan hebben. Een ‘F’ houdt specifiek in dat een

(31)

explicietbeschreven.

Figuur 6: een versimpelde weergave van het systeem rondom de papaverteelt. Deze illustratie is bedoeld om de rol van de vier gebruikte disciplines te verduidelijken. In figuur 7 zijn dezen anders ingedeeld. Aantal inzichten komen voort uit meerdere disciplines

(32)

Figuur 7: Een overzi cht van de belang rijkste factor en in het systee m rondo m papav erteelt , waari n ook wordt aange geven hoe deze factor en elkaar beïnvl oeden.

(33)
(34)

Een aantal van de factoren en hun onderlinge relaties zijn al eerder langsgekomen, maar in dit diagram is geprobeerd het hele systeem weer te geven. De vier disciplines die in dit verslag zijn verwerkt komen samen bij het blokje papaverteelt en beslaan verschillende redenen/oorzaken voor het telen van papaver. De disciplines raken elkaar echter op veel punten, wat een indeling van redenen per discipline onmogelijk maakt.

Een direct en belangrijk inzicht wat hieruit volgt is dat de papaverteelt in Afghanistan een zeer complex probleem is. Een directe oplossing voor het probleem valt hier niet uit op te maken en is geenszins realistisch gegeven de informatie die dit verslag bevat. Het probleem van de papaverteelt kan alleen worden opgelost als er op meerdere punten in het systeem wordt ingegrepen. Belangrijk is bijvoorbeeld dat er in wordt gegrepen op de vicieuze cirkel onderaan het diagram, waarbij de opiumeconomie in stand wordt gehouden door de ondermijning van de staat. Ook blijkt heel duidelijk in het diagram dat er een directe, positieve relatie tussen de bestrijding van papavervelden en de hoeveelheid papaverteelt bestaat. De logistiek rondom het produceren van gewassen en het afzetten van de producten beperkt op dit moment sterk de ontwikkeling van alternatieven en andere mogelijkheden voor landbouw. Ook het wantrouwen van de bevolking tegenover de staat is een belangrijk aspect wat de staat verzwakt en het wantrouwen alleen maar vergroot. Deze aspecten zijn van groot belang bij het zoeken naar een oplossing voor papaverteelt in Afghanistan en het moge duidelijk zijn dat er geen eenduidige oplossing is en dat het een zware taak zal worden om de papaverteelt te verminderen, waarbij in den brede en op de lange termijn gedacht zal moeten worden.

4. Discussie

Uit de politicologische inzichten is gebleken dat een goed anti-opium beleid in Afghanistan op de korte termijn in ieder geval de positieve effecten van de opiumeconomie op macro-economie zou moeten aanpakken (denk hierbij aan vraag, inkomen, betalingsbalans) en in de gaten moet houden dat de papaverteelt voor veel

(35)

de korte termijn hulp moeten bieden, iets waar hopelijk na de militaire terugtrekking in 2014 budgettaire ruimte voor is (Ward et al., 2008; Kamminga, 2011). Op de middellange termijn moet Afghanistan robuuste en duurzame groei zien te verwezenlijken die niet aan opium gerelateerd is, wat inkomens uit alternatieve vormen van levensonderhoud zou genereren (Byrd & Ward, 2004). Verder zullen controlemechanismen op de productie van opium en het smokkelen hiervan veel strenger moeten worden, hier raak je namelijk de veel rijkere opiumproducenten mee in plaats van de papavertelende boeren die onder de armoede grens leven (Ward et al., 2008; Kamminga, 2011). Op de middellange termijn zijn grote sommen buitenlandse hulp niet meer nodig en kunnen deze langzaam afgebouwd worden. Tot slot kan vernietiging van papavervelden in sommige gevallen wel effectief blijken, namelijk in de gevallen dat men papaver cultiveert om rijk mee te worden in plaats van slechts te voorzien in eigen levensonderhoud (Rubin & Sherman, 2008; Kamminga, 2011). Hier moet echter bij vermeld worden dat dit onderscheid erg lastig te maken is, zeker omdat rijkere Afghanen juist ook hele arme boeren in dienst hebben op hun velden die dus wel indirect afhankelijk zijn van de inkomsten uit opium voor hun levensonderhoud (Rubin & Sherman, 2008). Op de lange termijn moet duurzame economische groei verwezenlijkt zijn, zal buitenlandse hulp niet meer nodig zijn en zal de papaverteelt drastisch zijn afgenomen. Hierdoor zullen Afghanistan en haar inwoners naar een duurzame toekomst kunnen groeien.

Uit de beschrijving van de vicieuze cirkel kunnen we concluderen dat deze doorbroken moet worden als we de papaverteelt succesvol willen bestrijden (Byrd & Ward, 2004). Om dit succesvol te doen moet er op verschillende manieren en verschillende punten in de vicieuze cirkel worden ingegrepen. Er zal kortstondig hulpgelden moeten worden gebruikt om de negatieve vicieuze cirkel om te buigen en er een positieve vicieuze cirkel van te maken. Nationale veiligheid en controle mechanismen moeten sterk worden verbeterd zodat er meer grip en controle op de illegale opiumeconomie kan komen. Dit verhoogd de risicokosten en snijd zo in de winsten op papaver die de krijgsheren en de Taliban verrijken. Verder zal de macht van de krijgsheren aangepakt moeten worden, of de krijgsheren moeten overtuigd worden om uniform beleid te voeren in samenwerking met de regering (Byrd &

(36)

Ward, 2004; Kamminga, 2011). Zo zal de negatieve spiraal door een impuls positief kunnen worden en zal de opiumeconomie krimpen.

Ook is het dus van belang dat, zeker na de militaire terugtrekking in 2014, veel en effectief geïnvesteerd wordt in de economische ontwikkeling van Afghanistan, het liefst met betrokkenheid van het bedrijfsleven (Ward et al., 2008). Dit is noodzakelijk, omdat randvoorwaarden alternatieve manieren van levensonderhoud beperken, maar ook omdat papaver een arbeidsintensief gewas is. Het stimuleren van economische ontwikkeling is dan ook van zeer groot belang. Naast het verhogen van de levensstandaarden van de Afghanen zelf zal dit dus ook meehelpen om de papaverteelt tegen te gaan. In het artikel van Borcherdt et al. (2008) worden een aantal prioriteiten gepresenteerd die niet alleen gericht zijn op het stabiliseren en verbeteren van de Afghaanse landbouwsector, maar ook op het creëren van banen (zie tabel 2). Ook worden schattingen van kosten en opbrengsten van deze mogelijke heropbouwmaatregelen getoond.

(37)

Operation Plant-Rite prioriteiten Kosten

(miljoen)

Opbrengsten

Constructie van goede kwaliteit verwerking- en opslagfaciliteiten

$18.0 12.000 banen

Herstellen en uitbreiden van wijngaarden, fruit- en notenboomgaarden en veldgewassen als alternatieven

$4.5 6.000 families een hoger inkomen

Ontwikkelen van grondwater en herstel van grootschalige waterfaciliteiten

$8.0 500.000 mensen profiteren

Verbeteren van exportaansluitingen voor Afghaans gedroogd fruit, noten en andere alternatieven

$2.5 5.000 banen

Verbeteren van infrastructuur en sanering op stedelijk en plattelands niveau – arbeidsintensieve activiteiten

$8.0 20.000 banen

Openbare beschikbaarheid van

landbouwinformatie en samenwerking en informatie-uitwisseling tussen boeren, kopers, distributeurs, ambtenaren etc.

$0.5-$1 Honderden banen

Alternatieve landbouwproducten alleen zijn dus niet voldoende om de papaverteelt effectief te verlagen. Het totale oppervlak onder papaverteelt in Afghanistan is ontzettend dynamisch en meestal is een korte termijn afname in papaverteelt van korte duur (Bos, pers. comm., 18-10-2011). Een duurzame oplossing voor dit probleem moet zich dan ook richten op lange termijn verbetering van de randvoorwaarden van Afghaanse boeren en ontwikkeling van de productieketens van alternatieve gewassen.

(38)

Tot slot is het belangrijk dat wereldwijd heroïne gebruik tegen gegaan wordt, door middel van voorlichting en strengere controles en optredens. Zolang de vraag naar heroïne blijft bestaan zal het ergens ter wereld wel geproduceerd worden.

5. Conclusie

Afghanistan zit vast in een vicieuze cirkel die het land steeds dieper in de opiumhandel trekt. Vele instanties, situaties, actoren etc. versterken de huidige opiumproductie in Afghanistan zoals de figuur 7 laat zien. De grootschalige eradicatie van papavervelden is niet effectief gebleken. Er kan beter naar stimulerende dan destructieve methodes gezocht worden om de papaverproblematiek uit te bannen. Uit dit onderzoek is gebleken dat er meer controle op papaverhandel dient te komen, de corruptie binnen het land zal moeten worden aangepakt en dat boeren actief gestimuleerd moeten worden om andere gewassen te telen, zowel door donorgelden als het opzetten van pilot projecten voor alternatieve gewassen. Behalve het identificeren van alternatieven moeten ook afzetmarkten, opslagfaciliteiten en de beschikbaarheid van startmateriaal voor het telen van alternatieven worden ontwikkeld. Ook de infrastructuur, de veiligheid en andere randvoorwaarden moeten worden verbeterd. De invloed van krijgsheren op de lokale bevolking zal moeten worden verminderd, terwijl de macht van de staat moet worden vergroot. Op deze manier zal de bevolking de staat wellicht minder wantrouwen, wat ook een onderdeel van de papaverproblematiek vormt. Ook andere mogendheden in het stakeholder model die zich richten op de afname van papaverteelt, moeten meer gewicht krijgen onder de bevolking. Als laatste moet algehele economische ontwikkeling nagestreefd worden, mede doordat een hoger aanbod van banen werknemers uit de arbeidsintensieve papaverteelt kan verwijderen, waardoor papaver als gewas minder lucratief zal zijn voor telers.

(39)

6. Dankwoord

Wij willen Jorrit Kamminga, Jules Bos, Martin Jelsma en Willem Vogelsang bedanken. De informatie verkregen dankzij het contact met deze experts hebben wij veelvuldig toegepast in dit onderzoek, en wij zijn hen dan ook erg dankbaar voor de kostbare tijd die zij voor ons hebben kunnen vrijmaken.

7. Literatuur

CIA (2011). “The World Factbook”, South Asia, Afghanistan, Central Intelligence

Agency (CIA), laatst bijgewerkt: 14 november 2011, bekeken op: 26 november 2011.

Frieden, J., Lake, D., Schultz, K. (2010) World politics: interests, interactions,

institutions. New York London, W & W Norton & Company.

Goodhand, J. (2005). Frontiers and Wars: the Opium Economy in Afghanistan. Joornal

of Agrarian Change, Vol. 5 No.2, April. PP 191-216

Kamminga, J. (2011) Skype interview. Beleidsdirecteur bij de International Council on Security and Development (ICOS), te Afghanistan.

Kamminga, J. (2011) ‘Eradication Table’, ICOS, Afghanistan. Met informatie geput uit United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC) Afghanistan Opium surveys, bijgewerkt tot 21 oktober 2011.

Borcherdt, E, Carson, A., Kennefick, F., Mosely, J., Taylor, W., Ullman, H. & Wentz, L. (2008). Winning the Invisible War: An Agricultural Pilot Plan for Afghanistan. Center

for Technology and National Security Policy of the National Defense University, 1-11.

Bos, J. (2005). An agronomic characterization of poppy cultivation in Afghanistan. In Senlis Council, Feasibility study on opium licensing in Afghanistan, pp. 196-238. Mf Publishing, London.

Byrd, W. & Ward, C. (2004) “Drugs and development in Afghanistan”, De Wereld

Bank, Social development papers, conflict prevention & reconstruction, nr. 18,

(40)

Hayward, M. (1999). Globalized Mergers and Acquisitions: The Dangers of a Monoculture. Competitiveness Review: An International Business Journal

incorporating Journal of Global Competitiveness, 9, 1 – iv

Van Ham, P. & Kamminga, J. (2010) Poppies for Peace: Reforming Afghanistan's Opium Industry. The Washington quarterly, Volume 30 issue 1, pagina’s 69-81, 5 Januari 2010.

Kamminga, J. (2011) Opium poppy licensing in Turkey: A model to solve Afghanistan’s illegal opium economy? The International council on security and development

(ICOS), January 2011.

Kelly, A. (2003a). Rebuilding Afghanistan’s Agriculture Sector. Asian Development

Bank, 1-40.

Mankiw, G.N. (2009) Principles of economics, Thomson South-Western, United States of America, International student edition, fifth edition.

Mansfield, D. (2008) “Responding to Risk and Uncertainty: Understanding the Nature of Change in the Rural Livelihoods of Opium Poppy Growing Households in the 2007/08 Growing Season”. Afghan Drugs Inter Departemental Unit van de Britse regering, juli 2008.

Mendelow, A., (1986). Proceedings of the second international conference on information systems, Cambridge, MA.

Nabizadah, R. (2010). Impacts of saffron projects and the effectiveness of agriculture extension services on transition from poppy to saffron in Pashtun Zarghun district of Afghanistan. Van Hall Larenstein, part of Wageningen UR.

Rubin, B.R., Sherman, J. (2008) “Counter-Narcotics to Stabilize Afghanistan: The False Promise of Crop Eradication”, Center on International Cooporation, New York

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De kwaliteitsidentiteit wordt gevormd door het feit dat het departement SOAG expliciet kiest om niet te raken aan de kwaliteit van haar onderwijs.. Passen we het vereiste taalniveau

Ook de spectrale resolutie mag niet te klein zijn, papavervelden zijn meestal kleine velden (zie paragraaf 2.1.1). Voor een juiste identificatie is het daarom noodzakelijk dat

In tijd en in aandacht, zodat kinderen merken dat je het als volwassene goed bestede tijd vindt om te lezen en om over leeservaringen te praten.. Kiezen, lezen

Wat ter wereld ziet God dan toch in de mens, Dat Hij wordt de ‘Man aan het kruis’.. De Farizeeërs samen, ja ze kijken

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

heden om de eigen toegankelijkheidsstrategie te verantwoorden. Verwacht wordt dat het oplossen van deze knelpunten in combinatie met een meer ontspannen houden betreffende

In deze PBLQatie hanteren we een aanpak die is gebaseerd op de samen- hang tussen de burger en zijn digitale vaardigheden, het beleid dat de overheid voert bij het inrichten van