• No results found

Vraag nr. 197 van 12 mei 1997 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 197 van 12 mei 1997 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 197 van 12 mei 1997

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Universitaire opleidingen – Aanbodspreiding Naar aanleiding van de problematiek van de kine-opleidingen kwam de vraag of het wel mogelijk is universitaire opleidingen aan slechts één universi-teit te organiseren.

1. Welke volwaardige universitaire opleidingen bestaan slechts aan één universiteit ?

Welke bijkomende universitaire specialisatie-opleidingen bestaan slechts aan één universiteit ? Sinds wanneer bestaan deze opleidingen ? Hoeveel studenten studeerden er de laatste vijf jaar af ?

2. Was er een reden om deze opleidingen maar aan één universiteit te organiseren ?

3. Werden er door studenten al klachten inge-diend omdat zij verplicht werden die opleiding aan een bepaalde universiteit te volgen ? Zo ja, waren die klachten gebaseerd op ideologische, praktische (mobiliteit, ...) of andere motieven ?

Antwoord

1. De 25 academische opleidingen van de tweede cyclus die slechts door één universiteit worden a a n g e b o d e n , vindt de Vlaamse volksvertegen-woordiger in de tabel hieronder.

De derde kolom vermeldt het aantal studenten dat zich liet inschrijven in het academiejaar 1995-1996.

Academische opleiding Univ. Aantal

1. Licentiaat in de Godgeleerdheid KUL 64

2. Licentiaat in de Toegepaste Theologie KUL 9

3. Licentiaat in de Godsdienstwetenschappen KUL 132

4. Licentiaat in het Kerkelijk Recht KUL 32

5. Licentiaat in de Kunstwetenschappen en Archeologie VUB 33

6. Licentiaat in de Musicologie KUL 18

7. Licentiaat in de Politieke en Sociale Wetenschappen UIA 149 8. Licentiaat in de Familiale en Seksuologische Wetenschappen KUL 61

9. Licentiaat in de Toegepaste Informatica VUB 76

10. Licentiaat in de Biotechnologie RUG 62

11. Burgerlijk mijnbouwkundig ingenieur KUL 35

12. Burgerlijk scheepsbouwkundig ingenieur RUG 10

13. Burgerlijk natuurkundig ingenieur RUG 56

14. Burgerlijk textielingenieur RUG 6

15. Dierenarts RUG 356

16. Licentiaat in de Oosterse Talen en Culturen RUG 94

17. Licentiaat in de Oosterse Studies : Oude Nabije Oosten KUL 10 18. Licentiaat in de Oosterse Studies : Bijbelse Wetenschappen KUL –

19. Licentiaat in de Arabistiek en Islamkunde KUL 19

20. Licentiaat in de Sinologie KUL 23

21. Licentiaat in de Japanologie KUL 40

22. Licentiaat in de Afrikaanse Talen en Culturen RUG 22

23. Licentiaat in de Vergelijkende Cultuurwetenschap RUG 92

24. Licentiaat in de Biomedische Wetenschappen VUB 36

(2)

Het aanbod van de academische opleidingen van de tweede cyclus is algemeen bepaald door het decreet van 12 juni 1991 betreffende de uni-versiteiten in de Vlaamse Gemeenschap en ver-fijnd door het besluit van de Vlaamse regering van 18 december 1991 houdende vaststelling van de lijst van de academische opleidingen in de Vlaamse Gemeenschap.

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 mei 1992 somt de academische opleidingen op die slechts door één universiteit in de V l a a m s e Gemeenschap kunnen worden aangeboden. De andere universiteiten leverden hun initiatief-recht voor de organisatie van die opleidingen in. Het gaat om de academische opleidingen van de tweede cyclus met het nummer 6, 8 , 1 1 , 1 2 , 1 3 , 14, 18, 19, 20, 21 en 22.

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 mei 1992 werd volledig in samenspraak met de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) geno-men (zie hun advies van 25 februari 1992). De academische opleidingen 1, 2, 3 en 4 kunnen krachtens het decreet van 12 juni 1991 alleen door de Katholieke Universiteit Leuven worden georganiseerd en de academische opleiding 15 enkel door de Universiteit Gent.

De andere academische opleidingen (5, 7, 9, 10, 1 6 , 1 7 , 2 3 , 24 en 25) worden de facto door één universiteit georganiseerd, om diverse redenen. Het aanbod van de voortgezette academische opleidingen is niet decretaal bepaald en varieert ieder academiejaar. Meer dan 80 % van alle voortgezette academische opleidingen wordt door slechts één universiteit aangeboden. 2. Het decreet van 12 juni 1991 en de

bovenver-melde besluiten hebben de feitelijke toestand van het aanbod van academische opleidingen vastgesteld en vastgelegd.

Het besluit van 13 mei 1992 kent zijn oorsprong in de bescherming van zeer waardevolle, m a a r dunbevolkte opleidingen. Opleidingen ontsnap-pen aan de rationalisatie- en programmatienor-men als het u n i e k e opleidingen zijn. Het is de Vlaamse regering, op voorstel van de VLIR, die beslist welke opleidingen slechts door één uni-versiteit worden aangeboden.

3. Tot nu toe heeft geen enkele student een klacht ingediend omdat hij/zij verplicht was één van de bovenvermelde opleidingen aan een bepaalde universiteit te volgen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Indien men het begrip "onderwijsnet" verder zou hanteren voor de hogescholen, dan zou elke opleiding in een Vlaamse autonome hogeschool uniek zijn per net en

M V M V Erasmushogeschool 25 2 16 Hogeschool Antwerpen 16 15 Hogeschool West-Vlaan- deren 7 4 Karel de Grote-Hoge- school 23 37 Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende 37 15

D a a r o m is het belangrijk dat al degenen die bij de ontwik- keling van Tongeren betrokken zijn de mogelijkhe- den kennen en maximaal gebruiken die door de Vlaamse overheid

De raad van bestuur van de Dienst voor de Scheepvaart zal tijdens de eerstvolgende zitting (begin juli) een bespreking houden over de resulta- ten van dit onderzoek en

Deze richtlijnen worden via verschillende kana- len door De Lijn aan de gemeentebesturen ter kennis gebracht : op de contactdagen,via de fol- der "Maak het uw bus- en

D a a r o m is het belangrijk dat al degenen die bij de ontwik- keling van Tongeren betrokken zijn, de mogelijkhe- den kennen en maximaal gebruiken die door de Vlaamse overheid

De overeenkomsten gaan onder andere over het toekennen van een tonnagevergoeding, o f het toekennen van een bedrag per bediende inwoner, of het geven van faciliteiten in

Ingevolge deze beslissing werden voor de zes betrokken sectoren volgende voltijdse equivalen- ten (VTE) en maximale tegemoetkomingen (MT) toegekend : Sector VTE MT (fr.)