• No results found

Bankier van de wereld, bouwer van Europa : Johan Willem Beyen 1897-1976

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Bankier van de wereld, bouwer van Europa : Johan Willem Beyen 1897-1976"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Citation

Weenink, W. H. (2005, October 12). Bankier van de wereld, bouwer van Europa : Johan

Willem Beyen 1897-1976. Prometheus. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/4404

Version:

Not Applicable (or Unknown)

(2)

v

VII

v

Vergeten held

1

b i zar l ot

Het roem l oze leven s ei n de van J. W. Beyen prelu deerde op wat later met de nage-d ach tenis aan zijn pers oon zou gebeu ren : h ij zou vrij wel uit het vanage-derlannage-dse co ll ec-tieve geheugen worden gewist. Dat is een bizar lot voor iemand die tijdens zijn werk-zame leven op vi el door uitzon derl ij ke ei gen s ch a ppen en verd i en s ten , en die zich krachtig liet gelden in het nationale en internationale discours.

Het is ook merk w a a rdig omdat Beyen tij dens zijn carri è re voortdu rend en ge-m a k kel ijk in con t act stond ge-met de el i te en iedereen van forge-maat in Nederland hege-m ken de en wi l de ken n en . Daar kwam nog bij dat hij op zijn directe va k gebi ed – de fi-nanciële en bancaire verh o u d i n gen – intern a ti onaal in snel tem po een aanzien l ij ke re-putatie opbouwde, die hem toegang verschafte tot de groten op dit terrein.

Beyens droom l oopbaan bood op zich zel f gen om en al vo l doen de ingred i ë n ten om hem niet in de vergetelheid te doen geraken: een dertigjarige redder van de middens t a n d middens b a n ken met nauwe con t acten in de hoogmiddens te vaderlandmiddense kri n gen , een in bi n n en -en buit-enland om zijn brille erk-end financieel expert, e-en amateur-econoom met op eigen houtje ontwikkelde theorieën die later gekoppeld zouden worden aan de Britse econ oom John May n a rd Key n e s , een in dat licht ge z i en verra s s end hart s toch tel ij ke verded i ger van de go u den standaard als stel s el om intern a ti onale op l o s s i n gen voor de gro te fin a n c i eel - econ om i s che en sociale vra a gs tu k ken van zijn tijd mogel ijk te maken , een getra u m a ti s eerd man wegens de be s chu l d i ging dat hij goud van de Ts j ech o s l o -waakse centrale bank aan de nazi’s overdroeg, een speler als Nederlands delegatielei-der op de con feren tie van Bret ton Wood s , een vertro uweling en vroege vri end va n Juliana en Bern h a rd en een vi s i onair minister van Bu i tenlandse Za ken , die de Eu rope s e samenwerking op een hoger plan bracht. Met als spectaculaire anticlimax zijn val na de affaire-Hofmans.

o n t b re ken va n e e n t r ad i t i e

(3)

Omdat Beyen partij l oos was, be kom m erde lange tijd geen en kele po l i ti e ke groe-pering zich om zijn erfenis. Bovendien was zijn ministerschap betrekkelijk kort (één term ijn) en dat van zijn medebewindsman en op vo l ger Luns zo lang en beel d bep a-l en d , dat Beyen daardoor onverm ij dea-l ijk in diens sch aduw terech t k w a m . Zo kon den zijn prestaties gemakkelijk naar de achtergrond verschuiven en in de vergetelheid ra-ken. Ook kan hebben meegespeeld dat de realisering van zijn ideeën, nadat men zich erm ee vertro uwd had gem a a k t , u i tei n del ijk gem a k kel ijk verl i ep en zel fs als va n zel f-sprekend werd gezien. Mogelijk heeft de geringe bekendheid van Beyen ook te maken m et het on tbre ken van een trad i tie in Nederland om zijn gro te zon en te eren en te bl ij-ven koe s teren . Een on - Nederlandse pers oon l ij k h eid als Beyen , die in doen en laten af-week van wat gebruikelijk was en die vele jaren van zijn leven in het buitenland door-bracht, trof dit lot extra hard.

Dat de ge s ch i ed s ch rij ving in bi n n en- en bu i tenland van de laatste ja ren Beyen weer de plaats gaf die hem toekomt, is hier niet mee in tegenspraak. De enkeling in Neder-land – ook on der de spra a k m a ken de el i te – die de naam Beyen iets zeg t , h eeft nog steeds hooguit een uiterst fragmentarisch beeld van hem en is zeker niet op de hoog-te van zijn po l i ti e ke idee ë n . Op zijn best heri n n ert men zich een Beyen die op Buitenlandse Zaken een ruziënd duo-ministerschap met Luns bekleedde en ziet men h em als betro k kene bij de tot de verbeelding spre ken de affaire - Greet Hofmans – na de on t hu ll i n gen uit recent geopen de arch i even zel fs , verm oedel ijk ten on rech te , als kwa-de genius die koningin Juliana wilkwa-de afzetten.

Dit zijn on get wij feld pikante dingen , maar ze vertell en weinig over de koers die Nederland in de begi n tijd van Eu ropese integra tie on der Beyen als minister va n Buitenlandse Zaken voer, ze verklaren niet waarom Nederland onder Beyen zo’n gro-te rol kon spel en en lagro-ten evenmin zien on der wel ke om s t a n d i gh eden dit plaatshad . En ze geven helemaal geen houvast bij het denken over de huidige plaats van Neder-land in Eu ropa en over de weg die het Neder-land zou moeten inslaan. Terwijl juist inzicht in h et leven en handel en van J. W. Beyen ri ch ting zou kunnen bi eden in de hu i d i ge on-zekere tijd van scepsis jegens de Europese eenwording.

k a p i taa l en ar b e i d

De vraag waarom juist Beyen zich hart s toch tel ijk inzet te voor Eu ropese een h ei d , is het hart van de ze stu d i e . De ge s ch i ed s ch rij ving in de ze bi ografie legt daarom een zwaar accent op Beyens ged ach tevorming over een nieuwe naoorl ogse werel d , een nieuw naoorlogs Europa in het bijzonder.

Het boek toont aan dat Beyen tijdens zijn bliksemcarrière tussen de wereldoorlo-gen een uitdawereldoorlo-gende visie ontwikkelde op de ernstige problemen van die tijd – en met name op de crisis van de jaren dertig van de vorige eeuw. De conclusie is dat die idee-en eidee-en gro te invl oed hebbidee-en geh ad op zijn latere didee-en kidee-en . In dat op z i cht is er spra ke van een ‘rode lijn’, die loopt van het eind van de jaren twintig tot in de jaren vijftig.

Beyen on t wi erp als re actie op de Gro te Depressie een samen h a n gen de vi s i e , w a a

(4)

in hij een behoudende bancaire en monetaire politiek combineerde met een voor die tijd vooruitstrevend economisch beleid. Zijn pleidooi aan het begin van de jaren der-tig voor een actief en productief stimulerend overheidsprogramma in tijden van eco-nomische neergang en voor het opbouwen van reserves daarvoor in tijden van over-vl oed , deden niet on der voor de vern i euwen de anti c ycl i s che econ om i s che inzich ten die Keynes in zijn The Gen eral T h e o ry of Em pl oym en t , In terest and Mo n ey (1 93 6) zo u uitdragen.

Interessanter nog is dat Beyen zich in die periode ervan bewust werd hoe belang-rijk de sociale kant van econ om i s che maatregel en is. Het voortbestaan van de maat-s ch a pp ij hing vo l genmaat-s hem af van het regel m a tig verh ogen van het welva a rtmaat-s- en on t wi k kel i n gs peil van de gro te massa. Het zou een les zijn die hem zijn hele leven is bijgebleven.

Deze zou hem er voorgoed van overtuigen dat er geen fundamentele tegenstelling tu s s en kapitaal en arbeid be s ton d . Hij was ervan doord ron gen geraakt dat on dern e-mers ook een maatschappelijke functie hadden, dat ze in sociaal opzicht een rol had-den te spel en . Zijn erva ri n gen bij Philips en Un i l ever, die be ken d s ton had-den als on der-n em i der-n geder-n met eeder-n sociaal bel eid jegeder-ns huder-n werk der-n em ers , w a reder-n daar der-niet vreemd aader-n. Beyen ging in zijn denken over een oplossing van de Grote Depressie in eerste in-stantie uit van een mondiale afstemming van beleid. Samenwerking tussen de landen die in de werel decon omie van die dagen gewi cht in de schaal legden , zou de neer-w a a rtse financieel - econ om i s che spiraal moeten om bu i gen en de Lon dense neer-werel d-conferentie van 1933 zou dit moeten bewerkstelligen.

Hij nam daar met ei gen ogen waar hoe de ze op zet ja m m erl ijk mislu k te . Toen bl ee k dat grote mogendheden als de Verenigde Staten en Duitsland op dit cruciale moment hun eigen gang gingen en geen verantwoording voor het wel en wee van het mondia-le econ om i s che sys teem wi l den dra gen , veroor z a a k te dit bij Beyen ook een om m e keer. Ni et dat hij ook in nati onale term en ging den ken . Hij zwoer de ‘one worl d ’ - ben ade-ring af en koos, pragmatisch, voor regionale samenwerking.

Zijn ideeën zo u den tij dens de Tweede Werel doorl og, toen Beyen in Lon den tro k ken was bij het maken van toe kom s t s tu d i e s , h et stad ium van con c rete plannen be-reiken. Deze zouden aan de basis liggen van zijn baanbrekende Europabeleid als mi-nister van Buitenlandse Zaken in de jaren vijftig.

G el ei del ijk was hij tot het inzicht ge kom en dat het verw a rde en door de oorl og ver-woeste continent maar één keus overbleef om zich weer een vooraanstaande plaats in de wereld te verwerven en voor zijn verp a u perde massa’s nieuwe welva a rt te gen ere-ren: eenwording, zeker op economisch gebied. Dat moest niet vrijblijvend gebeuren, maar in de vorm van een hecht aaneen ge k l on ken en op basis van gem een s ch a ppel ij ke belangen geleide economische eenheid van gelijkgezinde landen.

(5)

bel a n grij k s te en su cce s volst gebl e ken on derdeel van de Verd ra gen van Rom e , de Europese Economische Gemeenschap, kwam uit zijn koker.

m yt h e

Het meest verb a z i n g we k ken de is dat zel fs Beyens bij d ra ge aan de Eu ropese een-wording in de heri n n ering is wegge z a k t . Wel ke Nederlandse minister van Bu i ten l a n d s e Za ken wijdt in zijn toe s pra ken nog een opm erking aan de ze illu s tere voor ga n ger ? Wanneer wordt in het publieke debat de oorsprong van het Nederlandse Europa-be-l ei d , en de roEuropa-be-l van Beyen daari n , n og eens naar voren gehaaEuropa-be-ld en op zijn meri tes beoordeeld? In plaats daarvan ontstond in Nederland op Europees terrein een mythe in de publ i e ke op i n i e , die weliswaar aan Beyens baanbre ken de activi tei ten ra a k te , m a a r die hem tegelijkertijd negeerde.

Beyens nalatenschap van Europese gezindheid, zijn succesvol ijveren voor een gem een s ch a ppel ij ke Eu ropese gemarkt en een op cogem gemu n a ut a i re basis ge s ch oeid Eu ro -pees be s tuur werden , zon der hem ex p l i c i et te noem en , zodanig verweven met een ver-m een de fundaver-men tele Eu ropese ge z i n d h eid van Nederl a n d , dat het erop leek dat de l a ge landen bij de zee altijd erken de pion i ers en vo l m on d i ge on ders teu n ers va n Eu ropese integra tie wa ren gewee s t . S terker nog : Nederland zou vo l gens de ze myt h e a l tijd een groot voors t a n der zijn geweest van een federaal Eu ropa of ten minste va n iets dat daar sterk op leek.

Hoe anders was de re a l i teit gewee s t . Na tu u rl ijk kunnen Nederl a n ders trots va s t-stellen dat hun land bij de stichters hoorde van het naoorlogse verenigde Europa. Het nam deel aan de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (1951), dat deze cruciale economische sectoren – de zware industrie, onmisbaar voor oorlogsvoering – onder Eu ropees beh eer brach t , en het was vervo l gens een van de on derte ken a a rs van de Verd ra gen van Rome (1 9 57) , waar de Eu ropese Unie uit is voort ge kom en . Daar is de facto niets tegen in te brengen.

Maar die eerste ‘prestatie’ was niet zonder flinke druk van buiten (Verenigde Sta-ten), eigenlijk tegen wil en dank en niet zonder vertragende bewegingen, geleverd. En h et tweede en bel a n grij k s te wapen feit was gro ten deels het re sultaat van de visie en d a ad k racht van één man van bij zon der en on - Nederlands kaliber: Beyen . Zijn ver-d i en s te was ver-dat hij ver-de on ver-derl i ggen ver-de perm a n en te Never-derlanver-dse angst zich als rel a ti ef klein land aan het ene Europa uit te leveren2, die er ondanks alle lippendienst aan het

Europese ideaal bestond, op een cruciaal moment wist te overwinnen.

Zon der Beyen had het kabi n et - D rees iii m et zijn re s erves in het begin van de ja-ren vijftig – zoals in de kabinetten daarvóór het geval was geweest en zoals het daarna nog dikwijls zou gebeuren – naar alle waarschijnlijkheid de pogingen tot verdergaan-de eenwording van Europa willen tegenhouverdergaan-den. Dat gold zeker toen het streven naar integratie de politieke weg insloeg. Juist in het begin van de jaren vijftig van de vorige eeuw was dat aan de orde met de voors tell en voor een Eu ropese Defensie Gem een -schap en een Europese Politieke Gemeen-schap.

(6)

Die Nederlandse neiging hier op de rem te trappen kwam onder andere voort uit de naar bi n n en geri ch te blik op de probl em en van de wederopbo uw, uit het on tbre-ken van een toekomstvisie op Europese samenwerking, uit wantrouwen in de bedoe-lingen van andere Europese landen en door de naoorlogse Atlantische gezindheid als ga ra n tie voor nieuwe vei l i gh ei d . Het knappe van Beyen was, dat hij erin slaagde de door Nederland zo vurig gewenste economische integratie aan de bestaande plannen voor politieke integratie te koppelen en aldus goedkeuring van het kabinet, al was het schoorvoetend, wist los te krijgen voor zijn Europa-beleid.

Weliswaar zijn er altijd bewi n d s l i eden geweest – on der wie J. R . M . van den Bri n k (in het kabi n et - D rees i i) en Beyens directe co ll ega’s S.L. Mansholt en J. Zij l s tra – die verder wilden. Ook kan niet ontkend worden dat onder de Nederlandse bevolking en in het parl em ent eind ja ren veerti g / begin ja ren vij f tig wel degel ijk een aut h en ti e k , zel fs romantisch getint Europees gevoel aanwezig was. Toch was het verenigde Europa van de gem een s ch a ppel ij ke markt (later ook ‘ i n terne mark t’ gen oemd) nooit uit een Nederlands initi a ti ef ontstaan als Beyen niet de gro te scepsis die in het kabi n et be s ton d jegens het aangaan van Europese verplichtingen, had getrotseerd.3

Het alternatief zou vermoedelijk Jean Monnets toen modieuze verenigde Europa van de kern en er gie zijn geweest en Eu ropese gem een s ch a ppen voor diverse andere economische sectoren. Dit zou, achteraf beschouwd, een uiterst onaantrekkelijke ge-d ach te zijn gewee s t , en ze ker geen tri om f van Eu ropese een h ei ge-d , zoals ge-de uit Beyen s p l a n n en voorkom en de en in 1 9 5 8 in werking getreden douane-unie en gem een s ch a p-pelijke markt wel waren.

An ders dan de in ge s ch ei den com p a rti m en ten den ken de Mon n et zag Beyen Eu ropese eenwording breed . Beyen ach t te Mon n ets pad naar integra tie als het erop aankwam on bega a n b a a r. Voor hem moest het veren i gde Eu ropa het hele econ om i s ch e en maatsch a ppel ij ke leven omva t ten . Een nati onale econ om i s che po l i tiek vo l deed niet meer.

Die uiteen l open de standpunten had den verm oedel ijk te maken met de vers ch i l-lende uitgangspunten van beiden: Monnet, die de aartsvijanden Duitsland en Frank-rijk wi l de bi n den om zo een nieuwe oorl og te voorkom en , en Beyen , wi ens sch ri k beel d vooral een herhaling van de malaise van de jaren dertig was. Ondanks het feit dat bei-den uit het bedrijfsleven kwamen en niet van pragmatisch handelen waren gespeend, was hun handelwij ze anders : voor z i ch ti gh eid en kleine stappen bij de Fra n s m a n Monnet, vermetelheid en een sprong voorwaarts bij de Nederlander Beyen.

p rag m ati sm e e n h a rts to ch t

Hoe tra n s form eerde J. W. Beyen , de pra gm a ti s che bankier van de werel d , z i ch to t een hart s toch tel ijk bo uwer van Eu rop a , zo luidt de vra a gs telling van de ze bi ogra fie . Het antwoord kan hu i d i ge den kers en po l i tici tot de orde roepen die men en dat Nederland maar beter enige afstand tot het verenigde Europa kan nemen.4

(7)

als spelbepalende machtsfactor in de wereld overeind te blijven en de enige mogelijk-heid om de Europese massa’s welvaart en welzijn te brengen. Europa moest naar zijn mening uitdrukkelijk sociaal zijn, wat Beyen ook een voorloper doet zijn van Jacques Delors, de daadkrachtige voorzitter van de Europese Commissie tussen 1985 en 1995. Het was de vru cht van de on t wi k keling die zijn den ken sinds de de langdu ri ge eco-nomische en sociale crisis van de jaren dertig had doorgemaakt. Zijn streven was der-gel ij ke maatsch a ppel ijk en po l i tiek on h eil veroor z a ken de catastrofes in de toe kom s t te voorkom en . Hij had ge z i en hoe het mislu k ken van intern a ti onale samenwerking en de teru g val in nati onale op l o s s i n gen en bi l a teralisme de wereld in een chaos had den ge s tort , to t a l i t a i re regimes ru i m te had den gegeven en Eu ropa had den verwoe s t . G e -zamenlijk handelen uitgaande van overkoepelende, Europese, belangen zou dit moe-ten voorkomen. Het is een opvatting die haar geldigheid niet heeft verloren.

Het was geen idealisme dat hem dreef , maar een op pra k ti s che erva ri n gen ge s toelde overtu i ging dat Eu ropese een h eid on on t koombaar was. Tij toeldens toelde Tweetoelde Werel d -oorl og stel de hij al nu ch ter vast dat voor het berei ken van een stabi el en zich voor-s poedig on t wi k kel end naoorl ogvoor-s Eu ropa een h eid en econ om i voor-s che voor-samenwerking geboden waren. De Koude Oorlog, die tijdens zijn aantreden als minister in volle he-vi gh eid woed de , m a a k te de ze ged ach te des te urgen ter: een stabi el , veren i gd en welva-rend We s t - Eu ropa was het be s te wapen in de strijd tegen het com munisme van het Oosten.

Doortrekkend naar de huidige tijd kan men, Beyen parafraserend, stellen dat een stabiel, verenigd en welvarend Europa het beste wapen is in de strijd tegen chaos aan Eu rop a’s gren zen , in het streven naar vei l i gh eid en stabi l i tei t , en in de krach tm eti n g met oude en nieuwe economische blokken.

Ook de wij ze waarop Beyen als minister zijn doel najoeg, was pra gm a ti s ch . Zij n on derh a n del i n gs s tijl stra a l de dit uit: flex i bel waar het kon en va s t h o u dend waar het moest. De grote lijn gold, niet de details en het gekissebis, die vaak te maken hadden met nationale lange tenen.

b e l a n g e n

Europese eenwording is één ding, effectief Europees bestuur met als doel van het con ti n ent het stabi ele en welva ren de deel van de wereld te maken , zoals Beyen dat voor ogen had , is iets anders . Dat laatste ei s te vo l gens hem een bij zon dere wij ze van samen-werking: via overkoepelend ‘supranationaal’ bestuur. De behartiging van de gedeelde Europese belangen die in het geding waren, mocht niet worden verstoord of geremd door nationale belangen. Deze zouden ondergeschikt moeten zijn aan de overkoepe-l en de doeoverkoepe-l en die Eu ropa aoverkoepe-ls geh eeoverkoepe-l zo u den moeten op s to ten . Su pra n a ti on a overkoepe-l i teit was dan de enige logische weg. Te beginnen bij de gemeenschappelijke markt.

De stap naar een federaal Eu ropa was Beyen voora l s n og te groo t . De ze verei s te een brede steun on der de bevo l k i n gen , die er nog niet was. Vandaar dat hij zich niet als fe-deralist manife s teerde , wel als voorvech ter van een afnem en de rol van de natiestaat in

(8)

Europa. De plaats van Europa in de wereld vroeg er volgens hem simpelweg om. Hij stond in dit streven niet all een . Zijn bel a n grij k s te bon d gen o ten waren zij n vri en den aan het hof , kon i n gin Juliana en prins Bern h a rd . Zij had den er sterk aan bij-ged ra gen dat Beyen minister werd . En dat was niet in de laatste plaats gebeu rd wegen s zijn ideeën over Europese samenwerking, waarvan beiden groot voorstander waren.

De door Beyen voor ge s tel de su pra n a ti onale werk wij ze is su cce s vol gewee s t , voor h et veren i gde Eu ropa én voor de lidstaten , ook al werd ze niet op alle daarvoor ge-schikte terreinen ingesteld en was de uitvoering veelal halfslachtig doordat er zo veel i n ter go uvern em en tele vei l i gh ei d s m ech a n i s m en in werden opgen om en . De gunsti ge on t wi k keling van de Eu ropese Gem een s ch a ppen en van de latere Eu ropese Unie is een baken geweest waar buiten het verenigde Europa vaak met meer hoop naar wordt ge-ke ge-ken dan door de met langdu ri ge welva a rt verwen de bevo l k i n gen in de lidstaten zel f . Juist het supranationale deel van Beyens erfenis, dat voor hem een onmisbaar ele-m ent in zijn den ken was, is de laatste ja ren aan erosie on derh evi g. Pa radoxaal gebeu rt dat op een moment dat het aantal gemeenschappelijke belangen zich alleen maar uit-breidt.

De roep om ‘renationalisatie’ van Europees beleid klinkt steeds dwingender in de Europese arena en de voorstanders van meer aandacht voor nationale belangen heb-ben het tij mee. Ze lijken echter niet te beseffen hoe riskant hun campagne is, hoe de-ze spot met de ge s ch i edenis van de Eu ropese integra tie en hoeveel sch ade het vere-nigde Europa en de lidstaten zelf zullen lijden als ze hun zin krijgen.

Deze studie van Beyens leven en werk raakt de wortels van de moderne Europese eenword i n g.Als er één les uit kan worden getro k ken , dan is het dat Eu ropa als een h ei d die ertoe doet , s l echts zal overl even en bl oei en als de lidstaten op de nauwst mogel ij ke wijze samenwerken en het gemeenschappelijke Europese belang laten prevaleren bo-ven het nati on a l e . Zon der werkel ijk com mu n a utair bel eid zal Eu ropese integra tie haar aanstekelijk vernieuwende glans verliezen en is er meer kans dat Europa zal terugval-l en in econ om i s che en soc i a terugval-l e , en mogeterugval-l ijk ook po terugval-l i ti e ke crises die het on der andere m et de verwe zen l ijking van Beyens plannen voor goed ach ter zich leek te hebben ge-laten.

s p e e lve l d

Beyen wist bij het uitvoeren van zijn po l i tiek dankbaar gebruik te maken van de s pec i f i e ke con s tell a tie in Eu ropa van dat mom en t , m et als bel a n grij k s te ken m erken een verdeeld Duitsland, waarvan de Bondsrepubliek zich in de Westerse en Europese s a m enwerking wi l de vera n keren , en een po l i tiek instabi el Fra n k rij k . Voeg daarbij de rel a ti ef su cce s vo lle een h eid van de Ben elu x , en de con to u ren van het speelveld doe-men op waarin Beyens stem krachtiger kon klinken en overkodoe-men dan anders moge-lijk het geval zou zijn.

(9)

De Frans-Duitse ‘as’, die de Europese besluitvorming lange tijd domineerde, lijkt uit-gewerkt. In de huidige omstandigheden is er juist weer ruimte voor bezielende idee-en van kleinere landidee-en.

In teressant en veel bel ovend is dat minister van Bu i tenlandse Za ken B. Bot daar be-wust gebruik van lijkt te willen maken. Veelzeggend is dat hij, net als Beyen in zijn tijd deed, baanbrekende ideeën over Europese integratie in redevoeringen onder de aan-dacht wenst te brengen en Beyens ideeën weer lijkt op te pakken.5

In de grond van de zaak is Beyens ged ach tegoed van door ga a n de econ om i s che een-wording en daarbij passen de po l i ti e ke afs tem m i n g, dat de afgel open decennia de ga n g van de Europese geschiedenis heeft bepaald, nooit verloren geweest. Hoe vergeten hij zelf als vader van het verenigde Europa ook is.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Drijfveer tot deze laatste ac- tivi tei ten , waar paard rij den nog aan kan worden toegevoegd , was vooral dat Beyen , niet gespeend van ijdelheid en met een aangeboren

Ondanks zijn overtu i ging dat intern a ti onale en ze ker werel domva t ten de samen- werking niet moest worden geforceerd , werd Beyen steeds meer in beslag gen om en door het

Na het mi- nisterschap leek voor Bernhard het belang van Beyen minder geworden, wat niet wil zeggen dat de prins zijn oudere vriend niet van tijd tot tijd ter wille was, zoals bij

Perhaps it was this that gave rise to the great respect Beyen paid the general – a re- s pect that seem ed mutu a l , given the way De Gaulle interacted with Beyen and the pref -

en latere vice-president van de Wereldbank, door twee bankiers binnen de Nederlandse delegatie (volgens J.J. Polak waren dit A.A.Andriesse en A.D. Bestebreurtje) als

Jacob Adriaan Nicolaas Patijn (1937-1939)’, in: Duco Hellema, Bert Zeeman en Bert van der Zwan (red.), De Nederlandse ministers van Buitenlandse Zaken in de twintigste

van Anrooy 195 Familiearchief Posthumus Meyjes 221 Unilever Historical Archives Londen 227 Familiearchief Beyen. 249 Bettmann/Corbis/tcs 253 Bettmann/Corbis/tcs 255

License: Licence agreement concerning inclusion of doctoral thesis in the Institutional Repository of the University of Leiden Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/4404...