Genes and Autoantibodies: Multiplexing Rheumatoid Arthritis
Gaalen, F.A. vanCitation
Gaalen, F. A. van. (2005, June 2). Genes and Autoantibodies: Multiplexing Rheumatoid Arthritis. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/2320
Version: Corrected Publisher’s Version
License: Licence agreement concerning inclusion of doctoral thesis in theInstitutional Repository of the University of Leiden Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/2320
Stellingen behorend bij het proefschrift:
Genes and Autoantibodies: Multiplexing Rheumatoid Arthritis
1. Bij een patiënt met ongedifferentieerde artritis betekent de aanwezigheid van anti- CCP-autoantistoffen dat zijn artritis chronisch zal zijn (dit proefschrift).
2. HLA Shared Epitope-allelen zijn niet geassocieerd met reumatoïde artritis; ze zijn geassocieerd met de productie van anti-CCP-autoantistoffen (dit proefschrift).
3. Anti-CCP-autoantistoffen zijn tot op heden de beste voorspellers van gewrichtsschade bij reumatoïde artritis (dit proefschrift).
4. De aanwezigheid van anti-GPI-autoantistoffen is een aanwijzing dat reumatoïde artritis zich aan het uitbreiden is van gewrichten naar andere delen van het lichaam (dit proefschrift).
5. Toepassing van microarrays bij auto-immuunziekten zal nooit zo succesvol zijn als bij oncologische aandoeningen, zolang niet duidelijk is of het geteste weefsel de kip of het ei is.
6. Aangezien anti-CCP-autoantistoffen specifiek zijn voor reumatoïde artritis, heeft het weinig zin ze toe te voegen aan de ACR-classificatie-criteria voor reumatoïde artritis. 7. Behandeling op maat bij patiënten met reumatoïde artritis zal pas mogelijk zijn als het
ziekteverloop beter te voorspellen is (De Vries – Bouwstra et al. ACR 2003; abstract 1377).
8. Een licht verhoogde concentratie C-reactive protein (CRP) in het bloed betekent niet alleen een verhoogd risico op een hartaanval, maar ook een verhoogd risico op reumatoïde artritis.
9. Hoe meer kabaal een motorfiets maakt, hoe veiliger het is voor de berijder.
10. Ziekelijke gehechtheid aan de woonplaats treft vooral Amsterdammers en inwoners van kleine dorpen.
11. Hoe groter de televisie, hoe armer het gezin.
12. De naam van het kortwerkende insuline “Actrapid” spreek je uit als [ækt-ræpid] en niet als [aktra-piet].
