• No results found

‘Duidelijkheid en een krachtig signaal aan de markt’

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "‘Duidelijkheid en een krachtig signaal aan de markt’"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

‘Ik ben blij met de regierol, ik zit veel liever aan het begin’

Yvonne Cornelis (klantmanager gemeente Vught)

Actief betrekken

In de Achterhoek begeleidt en informeert Renske Waardenburg, een van de 34 regiocoördinatoren van Divosa,

‘haar acht gemeenten’ over de nieuwe inburgeringswet. Ze ziet de verschillen tussen de gemeenten onderling. Afwachtend, enthousi- ast, sceptisch. “In kleine gemeenten is de capaciteit vaak beperkt.

Maar een belangrijk uitgangspunt van elke Achterhoekse gemeente is om de statushouders actief te betrekken bij de voorbereiding.” Zelf heeft Waardenburg een stagiaire van Syrische afkomst. “Omar is vijf jaar geleden naar Nederland gevlucht en studeert nu rechten aan een hbo. Zijn opdracht is om voor de gemeenten de integrale ver- ordening voor de nieuwe wet te schrijven en voorlichting te geven.”

Behalve Omar wordt ook een groep sleutelpersonen bij de nieuwe inburgering betrokken. Aan hen de vraag: wat moet in elk geval anders? “Dat is zo verhelderend en verfrissend, ik geloof echt in de inzet van deze ervaringsdeskundigen. Het ministerie heeft ons toestemming gegeven voor een evaluatieonderzoek naar de inzet van deze sleutelpersonen.”

Waardenburg ziet dat de inburgeringsopgave gemeenten en pro- fessionals in het hele land stimuleert om creatieve en innovatieve lokale en regionale oplossingen te bedenken. “Maar gaat dit niet zoals met de Jeugdwet? Dat we straks met hetzelfde budget aan veel meer voorwaarden moeten voldoen? Dat is mijn grootste zorg.” * Uiterlijk maart wordt meer bekend over de financiën. “Plan- nen moeten daarop aangepast worden en gemeenten moeten hun begroting voor de zomer af hebben. Dat is kort dag.” Ook maakt Waardenburg zich zorgen over de ‘tussengroep’: de mensen die nog onder de huidige wetgeving vallen. “Dat is nu de grootste groep. Ze hebben nog begeleiding nodig. Maar geld is daar niet voor, dus dat moet uit de reguliere budgetten komen. Zorgelijk, zeker gezien de grote tekorten in het sociaal domein.”

Buiten de boot

Ondertussen in Utrecht volgt Leendert de Bell de ontwikkelingen rond- de nieuwe inburgeringswet op de voet. Hij is sinds september bijzonder lector Bevorderen duurzame arbeidsparticipatie van vluchte- lingen aan Hogeschool Utrecht. “Er gebeurt enorm veel om vluchtelingen aan het werk te helpen. Daarom is het pijnlijk dat de arbeids- participatie achterblijft.”

Een van de obstakels is volgens hem dat veel initiatieven kortlopende projecten zijn, gericht op een specifieke doelgroep. “Met als gevolg dat je niet echt kunt voortbouwen op een aanpak.

Inburgeren kost nu eenmaal tijd en vraagt om maatwerk. Bovendien zijn er ook weer mensen die niet tot die doelgroep behoren. Belangrijk is dat de mensen die buiten de boot vallen, wel worden doorverwezen naar een andere project of aanpak. Dit is volgens mij iets wat snel kan worden opgepakt – daarvoor hoeven we niet op die nieuwe wet te wachten.” De focus moet ook niet uitsluitend ge- richt zijn op snelle toeleiding naar werk, maar vooral op duurzame arbeidsparticipatie, aldus De Bell. “Dit vereist ook aanpassingen en veranderingen binnen bedrijven en organisaties, zodat talenten beter tot ontwikkeling kunnen komen. Ook hier ligt een taak voor gemeenten.”

* Vlak voor het ter perse gaan van dit nummer werd bekend dat onafhan- kelijk onderzoek in opdracht van VNG en het ministerie van SZW heeft uitgewezen dat er structureel 197 miljoen euro meer nodig is om de Wet inburgering uit te voeren. Dat is 42,3 miljoen meer dan het ministerie wil uittrekken.

TEKST SANDRA DIJKMAN DULKES BEELD ISTOCK

“Twee keurmerken leiden tot verwarring”, verklaart Noloc-voorzitter Ester Leib- brand deze stap. “Opdrachtgevers vragen zich af wat nu eigenlijk het verschil is tussen de keurmerken. Omdat we de markt duidelijkheid en een krachtig signaal willen geven, werken we nu hard aan een eenduidig keurmerk.”

Professionaliteit Het beroep is niet beschermd: iedereen kan zich in principe loopbaanprofessional noemen. Daarbij komt dat het beroep de laatste jaren snel groeit, zegt Leibbrand. Niet alleen in aantallen beoefe- naars, maar ook in mate van professionaliteit. “Voorheen werd je het op latere leeftijd of deed je het erbij. Tegenwoordig is het echt een vak, zowel in het onderwijs als het bedrijfsleven. De planeten staan goed om het vak echt door te ontwikkelen en te verstevigen.”

“Daarom vinden wij het belangrijk dat de hele wereld weet dat er een keurmerk bestaat voor loopbaanprofessionals, waar je dat keurmerk kunt vinden en waar dat keurmerk voor staat. Dat je weet: als je kiest voor iemand met het keurmerk, dan heb je een betrouwbare, ervaren en actu- eel geschoolde professional in de arm genomen. Een vakprofessional die onafhankelijk is getoetst en gemeten.”

Voldoende vlieguren Ook voor de professionals zelf brengt een keur- merk volgens Leibbrand grote voordelen met zich mee. “Zij zijn herken- baar, bewezen deskundig en zichtbaar in het beroepsregister en daarmee de markt. Ons huidige toetsingsproces is toegankelijk voor iedereen met hbo-niveau en voldoende vlieguren als loopbaanprofessional. Mensen moeten een portfolio aanleveren met daarin diploma’s, certificaten en een beroepsgericht cv. Een andere eis is onder meer dat ze een casus schrij- ven waaruit hun vaardigheden en specifieke competenties blijken. Elke drie jaar is er een herregistratie.”

Leven Lang Ontwikkelen Noloc en certificerend instituut CMI staken twee jaar geleden de koppen bij elkaar om te komen tot een nieuw keur- merk. “Een heel proces, want er komt veel bij kijken: het certificeren, het nieuwe profiel en natuurlijk de organisatie van toetsing en begeleiding.

Het beroepsprofiel en toetsingscriteria zijn inmiddels aangepast en het toetsingsproces wordt op een andere manier ingericht. De certificering is straks meer gericht op de ontwikkeling van loopbaanprofessionals, zoals dat past bij een Leven Lang Ontwikkelen. Een mondelinge toetsing wordt nu ook onderdeel van het proces voor de eerste certificering en in plaats van elke drie jaar worden de professionals elke vier jaar opnieuw getoetst.”

Noloc erkende loopbaanprofessionals die op 1 juli 2020 erkend zijn, krijgen het nieuwe keurmerk. “Daarbij is ook ruimte ingebouwd om iedereen vol- doende tijd te geven aan de nieuwe wijze van hercertificering te werken.”

‘Duidelijkheid en een krachtig signaal aan de markt ’

Wat is Noloc? Noloc is de beroepsvereniging van loopbaanadviseurs en jobcoaches. Zij heeft ongeveer 3.000 leden, onder wie zo’n 1.850 met een kwaliteitskeurmerk. Noloc is gevraagd om zitting te nemen in de Kerngroep Leven Lang Ontwikkelen, die in opdracht van het ministerie

van OCW kijkt hoe mensen flexibel en duurzaam inzetbaar blijven op een veranderende arbeidsmarkt.

NIET IEDEREEN WEET HET, MAAR OOK VOOR LOOPBAANPROFESSIONALS BESTAAT ER EEN KEURMERK. OP DIT MOMENT ZIJN DAT ER ZELFS TWEE:

EEN VAN DE BEROEPSVERENIGING NOLOC EN EEN VAN HET CMI.

HET STREVEN IS OM OP 1 JULI 2020 HET GEZAMENLIJKE KEURMERK VAN ‘NOLOC REGISTER LOOPBAANPROFESSIONAL’ TE LANCEREN.

De nieuwe Wet inburgering op hoofdlijnen

• regierol voor de gemeente;

• sneller starten met inburgering;

• brede intake en persoonlijk Plan Inburgering en Participatie (PIP);

• aanbod van een integraal inbur- geringstraject;

• maatwerk: drie leerroutes, geen ontheffingen meer;

• gedurende de eerste zes maan- den ontzorgen;

• verknoping sociaal domein, samenwerking tussen gemeenten.

Bron: ministerie van SZW

28

sprank* 09.2019

NIEUW KEURMERK VOOR LOOPBAANPROFESSIONALS

sprank* 09.2019

29

podium voor kennispartners

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

[r]

Een voorziening binnen de school zou een eind maken aan het jojobeleid, maar anderzijds heeft het onderwijs te weinig expertise over de ontwikkeling van jonge kinderen, ter-

Hij had een gat in de lucht moeten springen, toen de dokter tegen Marc De Wit (53)

Wanneer de komende jaren nog meer gegevens worden ingevoerd en het project langer loopt, is de verwachting dat voor heel wat bijkomende soorten wel voldoende data beschikbaar

Dit vergeten arboretum in het park van het voor- malige landgoed Oostereng, nu onderdeel van de Boswachterij Oostereng van het Staatsbosbeheer, is waarschijnlijk Nederlands

Wanneer we er gemakshalve van uit gaan dat de resultaten van de onderzochte CAO’s niet veel van de resultaten van de kleine(re) CAO’s afwijken, kunnen we globaal

Integendeel, zo stelde zij wrang, want Jan Jambon heeft als minister van Binnenlandse Zaken bijvoorbeeld op vraag van de koning de wet gewijzigd, om de hele veilig-

ln de groene delen van de halfparasiet vindt fotosynthese plaats ---- glucose wordt gevormd met behulp van zonlicht ---+ de plant vormt zelf alle benodigde