• No results found

Beantwoording van de 7 vragen uit het integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Beantwoording van de 7 vragen uit het integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Beantwoording van de 7 vragen uit het integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving

1. Wat is de aanleiding?

Dit wetsvoorstel regelt dat het decentraal bestuur inwoners in staat stelt te participeren bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van beleid.

Met dit wetsvoorstel wordt uitvoering gegeven aan de afspraak uit het Regeerakkoord over het uitdaagrecht, een specifieke vorm van participatie. Ook wordt hiermee uitvoering gegeven aan de motie-Segers c.s. (35000, nr. 24) en de motie-Özütok c.s. (34775 VII, nr. 16) In de brief aan de Tweede Kamer van 17 oktober 2019 is aangekondigd op welke wijze het uitdaagrecht in de wet wordt verankerd en dat het wetsvoorstel voor het einde van dit jaar in consultatie wordt gebracht.

Eerder is in de brief aan de Tweede Kamer van 14 december 2018 aangekondigd dat de inspraakverordening wordt gemoderniseerd en verbreed naar een participatieverordening.

2. Wie zijn betrokken?

Betrokken zijn de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Unie van Waterschappen (UvW), de Bestuurscolleges van Bonaire en Saba en de regeringscommissaris voor Sint Eustatius.

3. Wat is het probleem?

De huidige verplichte inspraakverordening in de Gemeentewet regelt uitsluitend de betrokkenheid van inwoners, bedrijven en andere belanghebbenden bij de voorbereiding van beleid. In

toenemende mate heeft de inwoner een belangrijke rol in de agendering, de voorbereiding, de totstandkoming, de uitvoering en de beoordeling van beleid. Naast formele inspraak hebben zich in de praktijk andere vormen van betrokkenheid van inwoners ontwikkeld. De regering meent dat inwoners, naast een bijdrage aan het proces dat aan de besluitvorming vooraf gaat, een

waardevolle bijdrage kunnen leveren in de fase van uitvoering en evaluatie van het beleidsproces.

Deze vormen van participatie zijn een aanvulling op de representatieve democratie. Het is zowel voor de inwoners en andere belanghebbenden als voor het gemeentebestuur van belang dat vooraf duidelijk is hoe breed de marges van beïnvloeding zijn.

Bij de uitvoering van beleid is het uitdaagrecht een bijzondere en veelbelovende vorm van betrokkenheid van inwoners en maatschappelijke partijen. Door het ontbreken van algemene regels over de procedure en beoordeling van “uitdagingen” is het voor initiatiefnemers niet altijd duidelijk wat de mogelijkheden zijn binnen hun gemeente voor de feitelijke overname van een gemeentelijke taak. Bovenstaande geldt in gelijke mate voor provincies, waterschappen en de BES-eilanden.

4. Wat is het doel?

De verbreding van de huidige verplichte inspraakverordening naar een participatieverordening heeft tot doel dat elke gemeenteraad voor zijn gemeente expliciet maakt op welke wijze inwoners betrokken worden in verschillende fasen van het beleidsproces. Voorgesteld wordt in de

Gemeentewet op te nemen dat het uitdaagrecht en regels over de feitelijke overname van gemeentelijke taken onderdeel kunnen zijn van de voorgestelde participatieverordening. De regering beoogt met het wetsvoorstel te stimuleren dat gemeenten het beleid ten aanzien van de actieve betrokkenheid van inwoners en het uitdaagrecht herzien. Bovenstaande geldt in gelijke mate voor provincies, waterschappen en de BES-eilanden.

5. Wat rechtvaardigt overheidsinterventie?

De Gemeentewet, Provinciewet, de Waterschapswet en de WolBES regelen zaken waarvan de wetgever heeft geoordeeld dat deze op decentraal niveau gelijk moeten zijn of waarover deze overheden tenminste verplicht zouden moeten zijn om beleid te formuleren. Daarom wordt gekozen voor wijziging van bovengenoemde wetten.

(2)

6. Wat is het beste instrument?

Door wetswijziging krijgt participatie een plek in de wet, waarbij dit zodanig wordt vormgegeven dat de decentrale overheden ruimte behouden voor lokaal maatwerk. De mogelijkheid voor het stellen van regels over de overname van de uitvoering van publieke taken krijgt een expliciete plek in de Gemeentewet, Provinciewet, Waterschapswet en de WolBES. Deze verankering moet een impuls geven aan de uitwerking van het uitdaagrecht op decentraal niveau.

Naast deze wetswijziging wordt ingezet op stimuleringsmaatregelen via het programma Democratie in Actie en handreikingen via de agenda ruimte in regels.

7. Wat zijn de gevolgen voor burgers, bedrijven, overheid en milieu?

Het voorstel zal gevolgen hebben voor gemeenten, provincies, waterschappen en de BES-eilanden, nu zij hun verordening ten aanzien van inspraak dienen aan te passen naar een

participatieverordening. De verwachting is dat met deze wetswijziging inwoners meer betrokken worden in verschillende beleidsfasen en de nabijheid tussen bestuur en inwoner wordt vergroot.

Er wordt geen toename van de administratieve lasten voor burgers, bedrijven of het milieu verwacht.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het doel van het wetsvoorstel is een bijdrage te leveren aan de preventie van kindermishandeling door ouders de verplichting op te leggen om hun kinderen te verzorgen en op te

Ervan uitgaande dat deelname aan studiekeuzeactiviteiten in het belang is van elke student, wordt met deze wetswijziging geregeld dat (aspirant-)studenten met een diploma van een

Met dit wetsontwerp worden wijzigingen doorgevoerd in de Faillissementswet om te zorgen voor een betere aansluiting tussen het gemeentelijke schuldhulpverleningstraject en

waarderingskaders geen instrumenten om iets te zeggen over de kwaliteitszorg en financiële situatie van het bestuur, terwijl de inspectie terug wil gaan treden als deze op orde

Dit beeld is essentieel voor OCW om te kunnen komen tot een juiste beleidsvoorbereiding, raming van de onderwijsarbeidsmarkt en evaluatie van eerder ingezet beleid.. Zo kan

Als gevolg van dit voorstel wordt het heffingsmoment van uitoefening van een aandelenoptierecht in beginsel verschoven naar het moment waarop de bij uitoefening van

De Minister van BZK heeft onderzoek laten uitvoeren door DGMR naar de wijze waarop de prestatieklassen (na de Europese wijzigingen) het beste kunnen worden verwerkt in de

Verder kan door aanpassing van de wetgeving met betrekking tot geheimhouding de benodigde duidelijkheid worden verschaft inzake het opleggen en opheffen van geheimhouding.. Wat is