• No results found

Juryrapport Jan Brouwer Scriptieprijs 2018

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Juryrapport Jan Brouwer Scriptieprijs 2018"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Juryrapport

Jan Brouwer Scriptieprijs 2018 – Taal- en literatuurwetenschappen

Elsbeth Blok-den Braber (Universiteit Utrecht)

‘Dichtkunst beminnende Leden der Redenzaal binnen Vere’, een onderzoek naar de location of value in de verzenboeken van de Veerse rederijkerskamer Missus Scholieren (1681-1794) Pastoor Van der Horst maakt in 1901 gewag van de vondst van een aantal boeken met gedichten afkomstig van de Veerse rederijkerskamer uit de zeventiende en achttiende eeuw.

Deze “dichterlijke voortbrengselen” worden door pastoor Van der Horst niet hoog ingeschat.

De gedichten zijn kreupel, getuigen van “valschen smaak” en in een groot deel ervan wordt

“de schandelijkste en liederlijkste zedeloosheid met overgroot genot (…) behandeld en bezongen”, zo schrijft hij. Wellicht heeft deze beschrijving anderen afgeschrikt om zich in de boeken te verdiepen, laat staan er iets over op te schrijven. Maar Elsbeth Blok-den Braber heeft zich niet laten afschrikken, integendeel. Zij stelde zich de vraag wat de Verenaren toch bezield had om meer dan honderd jaar verzenboeken vol te schrijven. En waarmee?

Om daarachter te komen heeft ze niet alleen de verzenboeken zelf aan een grondig onderzoek onderworpen, maar ook de overgebleven statuten en rekeningboeken van de rederijkerskamer. Zo komt ze erachter dat de rederijkers oorspronkelijk elke week op zondag bijeenkwamen, maar dat dat rond 1700 veranderde. In de verzenboeken stelt de prins dan de vraag waarom de leden besloten hebben niet meer op zondag te vergaderen. De meeste broeders antwoorden daarop dat ze de zondag voortaan aan God willen wijden of dat hun vrouwen het niet meer leuk vinden dat ze altijd op zondagavond van huis zijn. De rekeningboeken geven onder andere informatie over het aantal leden van de kamer en de statuten van de regels die er golden. Zo mochten leden niet zomaar zonder geldige reden wegblijven of een toneelrol weigeren. Ook “remoer” was niet toegestaan, hetzij met woorden, hetzij met vechten. Op grof taalgebruik stond een boete. Hierover wordt gezegd:

“Niemant van dese gilde broeders gedurende de vergadering op dese camer en sal mogen spreken eenige dorpelijcke vuijlle ofte onnutte woorden noch schampen noch vloucken den anderen …” Ook voor de verzenboeken gelden strikte regels.

De verzenboeken bevatten vragen van de prins en antwoorden daarop, een soort achttiende-eeuwse Wikipedia dus, maar dan in versvorm. In totaal staan er slechts twee plaatjes in. In 1777 stelde de prins op rijm de vraag waar de druk in een waterpomp vandaan komt en omdat niemand van de leden daarop het antwoord wist, werd de hulp van een deskundige uit Middelburg ingeroepen, die bij zijn uitleg ook een afbeelding van een pomp voegde. Het beantwoorden van vragen diende ter nut en vermaak. Er wordt een relatie gelegd tussen kennis en kunst, omdat kennis wordt overgedragen door middel van dichtkunst. Niet iedereen kan dichten, dat is nu zo en dat was toen ook al zo. Over mensen die geen talent voor de dichtkunst hebben, wordt gezegd “want zo die konst een niet is aangeboren/ t’is moeite en tijd verloren/ Hoe zeer hij, om een dicht van veertien regels lang/

Ook vaak zijn herssens prang/ Dit tuigen stapels thans van zoutelooze rijmen/ Die elk aan een wil lijmen”.

(2)

Voor de wetenschap ligt dat wat anders. Wetenschap wordt gezien als een gave, maar ook als een opgave. De wetenschap is weggelegd voor hem (of haar) die het steile pad naar de bergtop beklimt en die “’t breijn steeds voeld ontvonken/ tot wijsheijt (edele deugt).”

Elsbeth Blok-den Braber heeft overtuigend laten zien over de gave van de wetenschap te beschikken en ook bereid te zijn aan de opgave ervan te voldoen.

Ze heeft een enorme inspanning verricht en de bergtop bereikt met een indrukwekkende en hoogst originele scriptie. Deze scriptie over de achttiende-eeuwse Veerse rederijkers heeft een verrassend nieuw beeld geschapen van de activiteiten van een tot nu toe onbekende rederijkerskamer in een tijd, waarvan tot nu toe gedacht werd dat rederijkerskamers toen nauwelijks nog bestonden, laat staan floreerden. De auteur wist met haar scriptie de jury van het begin tot het eind geboeid te houden. Heel bescheiden noemt ze het zelf een eerste aanzet tot hopelijk meer onderzoek. Daar sluit de jury zich graag bij aan, maar voegt eraan toe dat het onderzoek voor deze scriptie veel meer dan slechts een aanzet is. De jury was onder de indruk van het vele werk dat verzet is, maar ook van de heldere analyse en rapportage. Ze kent Elsbeth Blok-den Braber daarom van harte en zonder aarzeling de Jan Brouwer Scriptieprijs Taal- en Literatuurwetenschappen 2018 toe.

Prof. dr. P.C. (Kees) Hengeveld, hoogleraar theoretische taalwetenschap Universiteit van Amsterdam

Prof. dr. H. (Helen) de Hoop, hoogleraar theoretische taalwetenschap Radboud Universiteit Nijmegen

De jury vergaderde op 22 februari 2018 onder leiding van KHMW-directeur Dr. mr. M.W.B. Asscher, in de aanwezigheid van Prof. mr. A. Soeteman, secretaris geestes- en maatschappijwetenschappen KHMW en S. de Boer, administratief medewerker KHMW.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ik betuig dan voor God en den Heere Jezus Christus, Die de levenden en doden oordelen zal in Zijn verschijning en in Zijn Koninkrijk: Predik het woord; houd aan tijdelijk,

• datum bepalen met behulp van kalender en volgorde van de maanden kennen;!. • vanuit context delingen maken,

In “Traditional Tunes Transformed” neemt Lensink haar lezers stevig bij de hand en voert hen stap voor stap naar de beantwoording van haar onderzoeksvraag, namelijk hoe de

How a small village in Iraq revolted against Saddam Hussain in 1991, geschreven in het kader van de Research Master Geschiedenis aan de Universiteit van

De Jan Brouwer Scriptieprijs Taal- en literatuurwetenschappen 2019 is toegekend aan Tara Neplenbroek voor de scriptie waarmee zij de mastertitel in Nederlandse Literatuur

vertegenwoordigen dat niet als een voorvader van het Nederlands kan worden beschouwd is op zich geen verrassing (dit punt kan ook uit eerder werk worden opgemaakt), maar Adriaan

De scriptie van Biezenaar ziet op een maatschappelijk zeer relevant en actueel thema, dat nog niet eerder in deze vorm is uitgeplozen binnen het

Het was voor de jury geen gemakkelijke opgave om uit deze drie mooie innovaties te bepalen welke daarvoor bekroond zal worden met de Gehandicaptenzorgprijs 2018. Een