• No results found

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS DE SPRINGSCHANS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS DE SPRINGSCHANS"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

DEFINITIEF RAPPORT

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS DE SPRINGSCHANS

Plaats : Heiloo

BRIN-nummer : 13BW

Onderzoeksnummer : 118173

Datum schoolbezoek : 21 januari 2010 Rapport vastgesteld te Groningen op 22 maart 2010

(2)
(3)

Inhoud

1 Onderzoek 5

2 Bevindingen 7

3 Conclusie 11

Bijlage 13

(4)
(5)

1 Onderzoek

Op 21 januari 2010 heeft de inspectie obs De Springschans bezocht. Het bezoek is afgelegd vanwege de verplichting van de inspectie om scholen voor primair onderwijs ten minste eenmaal per vier jaar te bezoeken.

Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld met een beperkte set indicatoren, waarmee zij conform de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) kan beoordelen of de school op

belangrijke onderdelen onderwijs van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen, op de zorg en begeleiding en op de kwaliteitszorg. Daarnaast zijn enkele verplichtingen van de school in het kader van de naleving van wet- en regelgeving gecontroleerd, waaronder de onderwijstijd.

De bevindingen uit het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek worden gebruikt om te bezien of het reeds aan de school toegekende basisarrangement kan worden gehandhaafd. Eventueel geconstateerde tekortkomingen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse. Indien tijdens het onderzoek echter blijkt dat er mogelijk sprake is van zwakke of zeer zwakke onderwijskwaliteit, dan zet de inspectie het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek, na overleg met het bevoegd gezag, om in een

kwaliteitsonderzoek.

In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek op obs De Springschans naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen.

In hoofdstuk 3 volgt de conclusie.

Onderzoeksopzet

Deze rapportage over het onderzoek is gebaseerd op:

• Een beperkte set indicatoren uit het Toezichtkader po/vo 2009 van de inspectie. Het toezichtkader is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.

• Analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn.

• Schoolbezoek, waarbij:

• schooldocumenten en handelingsplannen zijn bestudeerd;

• enkele groepsbezoeken zijn afgelegd voor het beoordelen van de planmatige uitvoering van de zorg;

• gesprekken met de directie en de intern begeleiders zijn gevoerd.

(6)
(7)

2 Bevindingen

De bijlage van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover. Uit dit overzicht valt op te maken dat op De Springschans de kwaliteit van het onderwijs voor de meeste onderzochte indicatoren op orde is.

Opbrengsten

Zowel de eind- als de tussenopbrengsten van de school zijn voldoende. De eindopbrengsten lagen in 2007 en 2008 zelfs boven de bovengrens van de inspectie, dus kunnen in die jaren als ´goed´ gekwalificeerd worden. Voor de beoordeling van de tussenopbrengsten heeft de inspectie gekeken naar de meest recente resultaten op de toetsen voor technisch lezen in groep 3 en 4, rekenen en wiskunde in groep 4 en 6 en begrijpend lezen in groep 6. Op al deze toetsen liggen de resultaten boven de ondergrenzen die de inspectie hiervoor hanteert.

De inspectie verwacht van scholen dat zij niet alleen aandacht schenken aan de cognitieve ontwikkeling van hun leerlingen, maar ook aan hun sociale competenties. De school volgt de sociale competenties van alle leerlingen met een genormeerd instrument dat de inspectie kan gebruiken om de sociale opbrengsten te waarderen. Omdat de school echter niet alle categorieën invult, kan de inspectie toch geen oordeel geven over de sociale opbrengsten. De school is van plan zich te oriënteren op een ander instrument om deze

opbrengsten te volgen, omdat zij zich niet goed kan vinden in het nu gebruikte instrument.

Professionalisering kwaliteitszorg

De kwaliteitszorg van de school heeft sinds het periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO) van 2005 een goede ontwikkeling doorgemaakt. Op twee punten beoordeelt de inspectie de kwaliteitszorg nu dan ook als goed. De huidige directie, die na een aantal directiewisselingen is aangetreden, heeft een sterke professionaliseringsslag gemaakt. Zij heeft er hard en gestructureerd aan gewerkt om de neuzen binnen het team dezelfde kant op te krijgen. Verder heeft zij er allereerst op ingezet om het primair proces goed op één lijn te krijgen. Via onder andere groepsbezoeken en coaching zorgt zij ervoor dat de ingezette verbeteringen ook beklijven. Op serieuze wijze evalueert de school bovendien in een periode van vier jaar met behulp van een instrument voor kwaliteitszorg alle onderdelen van het onderwijsleerproces.

Zorg en begeleiding op de werkvloer

(8)

Rapport Onderzoek in het kader van het vierjaarlijkse bezoek | obs De Springschans | 21 januari 2010

pagina 8 van 14

De aandacht voor het primaire proces werkt ook door in de zorg en begeleiding op de school. De twee intern begeleiders zijn beiden sinds 2008 in deze functie werkzaam op De Springschans. Zij hebben als eerste gefocust op het

versterken van de leerkrachtvaardigheden bij het werken met zorgleerlingen binnen de groep. Groepsplannen en een nieuw format voor de individuele handelingsplannen zijn zaken die zij daarbij hebben ingevoerd. Voor de meeste zorgleerlingen hebben leerkrachten daarin aangegeven welke zorg zij verlenen.

Hoewel activiteiten en doelen in een aantal gevallen nog wel concreter kunnen worden weergegeven en dus ook geëvalueerd, beoordeelt de inspectie de meeste indicatoren van de zorg daarmee als voldoende.

Naast deze positief beoordeelde aspecten, vraagt de inspectie aandacht voor enkele onderdelen waarvan de kwaliteit verbetering behoeft. Het betreft hier twee onderdelen van de kwaliteitszorg, één onderdeel van de zorg en begeleiding en de opbrengsten van leerlingen die op een individuele leerlijn werken.

Evaluatie van en verantwoording over opbrengsten

De school evalueert haar opbrengsten nog niet op gestructureerde wijze op school- en groepsniveau. Hoewel zij naar aanleiding van groepsbesprekingen wel verbeteractiviteiten in gang zet, zoals het aanschaffen van nieuwe methodes voor taal en voortgezet technisch lezen, relateert zij de behaalde resultaten niet aan vooraf gestelde doelen. Ook brengt zij nog niet inzichtelijk in kaart wat de stand van zaken van de opbrengsten is en welke doelen zij concreet beoogt met ingezette verbeteringen. Verder verantwoordt de school zich nog niet naar externen over haar opbrengsten. De verantwoording over de behaalde onderwijskwaliteit kan in het verlengde hiervan ook structureler opgepakt worden.

Benodigde zorg onvoldoende geanalyseerd

Leerkrachten brengen nog niet voor alle leerlingen die als zorgleerling kunnen worden aangemerkt, voldoende in kaart wat de aard en mogelijke oorzaken van zwakke resultaten zijn. Door het ontbreken van een goede analyse is in feite onvoldoende duidelijk of de doelen en hulp die leerkrachten deze leerlingen geven, wel goed aansluiten bij hun problematiek. Hoewel de school de handelingsplannen consequent evalueert, kan ook daarbij de analyse waarom een handelingsplan niet tot het beoogde resultaat heeft geleid, in een aantal gevallen sterker. Verder is voor een aantal leerlingen in de bovenbouw die zwak scoren bij technisch lezen niet in kaart gebracht wat de oorzaak van deze zwakke resultaten zijn en wat de school eraan doet om deze te verbeteren.

Opbrengsten van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften

Ten slotte heeft de school voor leerlingen die naar verwachting maximaal het eindniveau van groep 7 zullen halen, nog niet in alle gevallen

ontwikkelingsperspectieven opgesteld, met daarvan afgeleid tussendoelen en een gepland aanbod. Omdat de school daardoor voor deze leerlingen niet kan bepalen of zij zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen, beoordeelt de inspectie indicator 1.4 als onvoldoende. Overigens biedt de school hen wel op

zorgvuldige wijze zorg en heeft zij een start gemaakt met het in kaart brengen van de ontwikkelingsperspectieven voor deze leerlingen. Positief daarbij is dat de school ook voor leerlingen die meer aankunnen, werkt met individuele leerlijnen.

(9)
(10)
(11)

3 Conclusie

De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op Obs De Springschans op de onderzochte onderdelen grotendeels op orde is. Uit het onderzoek is gebleken dat de school op die gebieden nauwelijks

tekortkomingen kent. Om die reden wordt het reeds aan de school toegekende basisarrangement gehandhaafd. De bevindingen zullen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse, waarbij opnieuw de vraag aan de orde is of het toezichtarrangement eventueel moet worden aangepast.

(12)
(13)

Bijlage

Overzicht indicatoren en bevindingen.

Met de scores 1 tot en met 5 wordt tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren op de school zijn gerealiseerd:

1 slecht;

2 onvoldoende;

3 voldoende;

4 goed;

5 niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten).

Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten.

(De nummering van de indicatoren verwijst naar de nummering van de volledige set indicatoren uit het Toezichtkader po/vo 2009. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, zijn gemarkeerd met een asterisk*.)

Het kwaliteitsprofiel van obs De Springschans

Tabel 4.1 Kwaliteitsaspect 1: De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de

leerlingenpopulatie verwacht mag worden.

1 2 3 4 5

1.1 * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l

1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l

1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen

zich naar hun mogelijkheden. l

1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een

niveau dat mag worden verwacht. l

Tabel 4.2 Kwaliteitsaspect 7a: De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen.

1 2 3 4

7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van

(14)

Rapport Onderzoek in het kader van het vierjaarlijkse bezoek | obs De Springschans | 21 januari 2010

pagina 14 van 14

Tabel 4.3 Kwaliteitsaspect 8: De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg.

1 2 3 4

8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig

hebben. l

8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt

de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. l

8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. l

8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. l

Tabel 4.4 Kwaliteitsaspect 9: De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg.

1 2 3 4

9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar

leerlingenpopulatie. l

9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. l 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. l

9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. l

9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. l 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de

gerealiseerde onderwijskwaliteit. l

Tabel 4.5 Wet- en regelgeving

ja nee N1 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie

gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 13).

l

N2 Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 12). l N3 Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan van het

samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 19).

l N4 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WPO, art. 8). l

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het oordeel 'voldoende' voor indicator 9.5 is gebaseerd op de constatering dat de school de afspraken en procedures die zijn gericht op het behoud van de kwaliteit van het

Tijdens dat onderzoek heeft de inspectie alleen de kwaliteitszorg beoordeeld, over de opbrengsten werden geen oordelen uitgesproken omdat het om een klein aantal leerlingen ging,

De school hanteert weliswaar een sluitend systeem voor het volgen van de ontwikkeling van de leerlingen (de inspectie neemt hierin mee dat inmiddels een geobjectiveerd systeem

De bevindingen uit het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek worden gebruikt om te bezien of het reeds aan de school toegekende basisarrangement kan worden

Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld met een beperkte set indicatoren, waarmee zij conform de Wet op het

Om te beoordelen of de resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool op het niveau liggen dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden

Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld met een beperkte set indicatoren, waarmee zij conform de Wet op het

De school kan zich nog niet voldoende verantwoorden over het leerrendement van de leerlingen die niet werken op het niveau van de groep en over wie de verwachting bestaat dat