1. De verplichte aanstelling van een vaste vertegenwoordiger

1. De verplichte aanstelling van een vaste vertegenwoordiger

Geconfronteerd met het risico dat voortvloeit uit een toename van de aansprakelijkheidsgevallen, opteerden de bestuurders van vennootschappen soms voor de aanstelling van hun beheers- of adviesvennootschappen als bestuurders van naam- loze vennootschappen. Vanuit dit oogpunt, zal deze handelwijze voortaan geen nut meer hebben, aangezien het nieuwe artikel 61, § 2 van het Wetboek van Vennootschappen aan de rechts- persoon die aangewezen wordt tot bestuurder, zaakvoerder of lid van het directiecomité de verplichting oplegt een natuurlijk per- soon te benoemen als vaste vertegenwoordiger die burgerrech- telijk aansprakelijk en strafrechtelijk verantwoordelijk is alsof hij de betrokken opdracht in eigen naam en voor eigen rekening zou volbrengen.

2. Het directiecomité

Het nieuwe artikel 524bis van het Wetboek van Vennootschappen bepaalt dat de statuten van de naamloze vennootschap de raad van bestuur kunnen toestaan zijn bestuursbevoegdheden over te dragen aan een directiecomité. Deze mogelijkheid tot overdracht kan niet worden uitgeoefend met betrekking tot het algemeen beleid van de vennootschap of tot handelingen die door de wet aan de raad van bestuur zijn voorbehouden. De statuten – of bij stilzwijgen van deze, de raad van bestuur – bepalen de regels die van toepassing zijn op de leden van het directiecomité.

De artikelen 527, 528 en 529 van het Wetboek van Vennootschappen werden gewijzigd om ze van toepassing te maken op de leden van het directiecomité. Die worden niet uit- drukkelijk bedoeld in artikel 530 van het Wetboek van Vennootschappen, maar zij zouden kunnen worden beschouwd als “alle andere personen die ten aanzien van de zaken van de vennootschap werkelijke bestuursbevoegdheid hebben gehad”.

Artikel 561 en de artikelen 562 en volgende, betreffende de min- derheidsvordering, zijn niet van toepassing op de aansprakelijk- heidsvordering die wordt ingesteld tegen de leden van het direc- tiecomité. Men dient er dus van uit te gaan dat, de vennoot- schapsvordering tegen de leden van het directiecomité wordt ingesteld door de raad van bestuur. Indien de vordering niet wordt ingesteld terwijl zij had moeten worden ingesteld, schieten de bestuurders tekort in de verplichting van toezicht waarin arti- kel 528 van het Wetboek van Vennootschappen voorziet en kun- nen zij bijgevolg persoonlijk aansprakelijk worden gesteld.

•De aansprakelijkheid van de bestuurders van vennootschappen - Nieuwe elementen 1

•Jaarverslag permanente vorming 2

•Ledenbijdrage 2003 en burgerlijke

beroepsaansprakelijkheidsverzekering 4

•Collectieve verzekering

beroepsaansprakelijkheid 5

•BTW - Levering en installatie van kachels (op hout, steenkool, stookolie, gas), radiators en convectors –

Tarief van 6 % van 01.01.03 tot 31.12.03 7

•Voor U gelezen 7

•Contact 8

S O M M A I R E

D e a a n s p r a k e l i j k h e i d v a n d e b e s t u u r d e r s v a n v e n n o o t s c h a p p e n - N i e u w e e l e m e n t e n

Afgiftekantoor Luik X • Tweewekelijks

B

B

B

F

3. Instelling van de vordering tot aanvulling van het passief

De artikelen 265, 409, en 530 van het Wetboek van Vennootschappen zijn gewijzigd door de wet van 4 september 2002. De vordering tot aanvulling van het passief, die enkel kon worden ingesteld door de curators, zal eveneens ontvankelijk zijn op verzoek van de benadeelde schuldeisers. Indien de vor- dering door hen wordt ingesteld, beperkt de rechter de veroor- deling tot het nadeel dat door de schuldeisers is geleden. In dit geval komt de schadevergoeding uitsluitend aan hen toe. Men kan er echter van uitgaan dat indien de schuldeisers de vorde- ring tot aanvulling van het passief instellen dit het volgende gevolg zal hebben: aangezien de schuldeisers de curators van de instelling van deze vordering op de hoogte moeten brengen, zullen deze laatsten niet aarzelen de bestuurders van de ven- nootschap op diezelfde grondslag te vervolgen, behalve in het geval dat de vordering duidelijk ongegrond zou blijken.

Dezelfde bepalingen werden gewijzigd zodat voortaan iedere vorm van ernstige en georganiseerde fiscale fraude in de zin van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld, als “ken- nelijk grove fout” beschouwd wordt.

4. Tenlasteneming van de kosten voor de opmaak van de balans

Artikel 10 van de Faillissementswet vermeldt de stukken die de handelaar of de vennootschap bij de faillissementsaangifte moeten voegen. Artikel 54 van de Faillissementswet werd aan- gevuld door de wet van 4 september 2002 die bepaalt dat de curators onmiddellijk moeten overgaan tot verificatie en verbe- tering van de balans en eventueel tot de opmaak ervan wanneer geen balans is neergelegd. Eventueel zal de hulp moeten wor- den ingeroepen van een accountant.

Los van de aansprakelijkheidsregels, bepaald in het Wetboek van Vennootschappen, staat artikel 54 van de Faillissementswet de curator toe een verzoek te richten tot de Rechtbank om de bestuurders en zaakvoerders van de failliete rechtspersoon hoofdelijk te laten veroordelen tot betaling van de kosten voor de opmaak van de balans.

Uit deze nieuwe bepaling, die eigen is aan het faillissement, vloeit voort dat de bestuurders van een vennootschap hier een bijkomend belang hebben om de kosten die inherent zijn aan het voeren van een regelmatige boekhouding te blijven maken, en dit zelfs tot net voor de faillissementsaangifte.

Dienaangaande moet worden onderstreept dat zij voor hun bij- stand zowel kunnen opteren voor een erkend boekhouder-fis- calist als voor een accountant, terwijl de Faillissementswet de curators de verplichting oplegt zich uitsluitend te laten bijstaan door een accountant.

Pierre FRANCOIS Docent HEC Luik

J a a r v e r s l a g p e r m a n e n t e v o r m i n g

De Nationale Raad van het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten legde op haar vergadering van 31 januauri 2003 het aantal uren permanente vorming vast die elke boekhouder(-fiscalist) BIBF en elke stagiair- boekhouder(fiscalist) in 2003 moet volgen.

In 2003 zal elke boekhouder(-fiscalist) en stagiair - boekhou- der(-fiscalist) minimum 30 uren besteden aan zijn beroeps- vervolmaking.

!!! Nieuw is dat u vanaf dit jaar uw verslag over de per- manente vorming online kan invullen en dit via onze extranet portaalsite : www.bibf.be/ipc/xplogin.asp.

Teneinde toegang te krijgen tot de portaalsite van dit extranet moet u beschikken over een gebruikersnaam

Deze geheime codes zullen tevens herhaald worden op het verzendblad van Pacioli 142.Bij deze eerste toegang zal men u vragen om een geheime sleutel te creëren, een sleutel die u ook zal nodig hebben voor al uw volgende bezoeken aan deze portaalsite en de diverse toepassin- gen.

Op de portaalsite is een helpfunctie voorzien die u kan oproepen door het aanklikken van “?” en die u dan ver- der door deze toepassing zal gidsen.

Deze toepassing zal u toelaten verslag te doen over de in 2002 (01.01.2002-31.12.2002) gevolgde permanente vorming. Nadat u alles heeft ingevuld zal gevraagd wor- den om met behulp van uw geheime sleutel het formu- lier elektronisch te “ondertekenen”. U kan dan vervol-

Na het afsluiten van het verslag over 2002 kan u dan ook beginnen met het aanvullen van het verslag voor de in 2003 gevolgde vorming. U kan dit steeds doen op eender welk door u gekozen tijdstip (bv na afloop van elk semi- narie waaraan u heeft deelgenomen).

Voor de personen die nog geen toegang tot het internet zouden hebben, voegen wij bij deze Pacioli toch nog een jaarverslag 2002 toe. Het is dus absoluut overbodig dit formulier toe te sturen indien U een aangifte van uw permanente vorming online gedaan heeft !!!

U dient deze aangifte via het extranet of de gewone post te doen UITERLIJK tegen 01/06/2003.

Wij benadrukken dat U enkel dit jaarverslag (via internet of desgevallend via het formulier) dient in te vullen. De originele attesten dienen door de boekhouder(-fiscalist) gedurende 5 jaar bewaard te worden en slechts op vraag van het Instituut moeten deze worden voorgelegd.

De gevolgde uren moeten verspreid zijn over meerdere vakge- bieden. Enkel de bijscholingsactiviteiten waarvoor een aanwe- zigheidsattest werd uitgereikt, komen in aanmerking.

Het spreekt voor zich dat de Nationale Raad de erkende boek- houders(-fiscalisten) sterk aanbeveelt om bijzondere aandacht te besteden aan de actualiteit en specifiek aan die materies die in de loop van volgend jaar zullen wijzigen.

Wij herinneren er U tevens aan dat de Uitvoerende Kamers nauwgezet zullen controleren of de ingeschreven leden vol- doen aan hun vormingsplicht. Bij gebreke hieraan kunnen er disciplinaire maatregelen genomen worden in uitvoering van artikel 15 van het KB van 23 december 1997 tot goed- keuring van het reglement van plichtenleer van het Instituut.

Na controle van het jaarverslag, zal U hiervan een bevestiging krijgen via de BIBF website (of gestempelde kopie van het for- mulier). U dient deze uit te printen en te bewaren.

Wij brengen de activiteiten die in aanmerking komen als per- manente beroepsvervolma-king nog even in herinnering.

Welke permanente beroepsvorming komt in aanmer- king ?

(1) de door het BIBF georganiseerde seminaries.

(2) de beroepsvervolmaking georganiseerd door de beroeps- verenigingen die door het BIBF erkend zijn en die zetelen in de consultatieve commissie voor de beroepsverenigin- gen. De seminaries van deze beroepsverenigingen worden in de Pacioli gepubliceerd.

P.S. : de erkenning van deze seminaries sluit geenszins uit dat andere seminaries, die niet opgenomen worden in de Pacioli, in aanmerking kunnen komen voorzover zij vallen onder de voorwaarden vermeld onder punt (3) of (4).

(3) Bijscholingslessen met betrekking tot vakken die kaderen in de beroepspraktijk van de zelfstandige boekhouder en

die georganiseerd worden door andere beroepsverenigin- gen, middensstandscentra, alsook door erkende onderwijs- instellingen die onderwerpen behande-len binnen het kader van de beroepsactiviteiten van een boekhouder.

Opleidingen van één of meerdere jaren vb. fiscaliteit:

Teneinde een zekere diversificatie te hebben in de gevolgde bijscholing, kunnen de jaarlijks gevolgde uren in het kader van dergelijke studie slechts in aanmerking genomen wor- den ten belope van het totaal van de jaarlijks te volgen uren (vb.30). Het is niet mogelijk ze over te dragen naar een vol- gend kalenderjaar.

Voor meer algemene opleidingen die betrekking hebben op meerdere vakdomeinen, kunnen enkel die uren in aan- merking genomen worden die betrekking hebben op de beroepspraktijk van een zelfstandig boekhouder(fiscalist), en maximaal ten belope van het aantal jaarlijks te volgen uren, zonder dat een overdracht van uren naar een volgend kalenderjaar mogelijk is.

(4) Seminaries of onderwijsprogramma's die kaderen in de zelfstandige beroepspraktijk van de boekhouders en die niet vallen onder de vorige bepalingen.

Seminaries worden dus erkend naargelang het onderwerp kadert in de praktijk van een zelfstandig boekhouder(fiscalist) en niet naargelang de organi- sator van de seminaries of lessencycli.

Samengevat zullen alle seminaries en lessen die georgani-seerd worden door beroepsverenigingen, scholen en andere organisaties en die betrekking hebben op boekhoudrecht, boekhoudtechniek, ven- nootschapsrecht, fiscaliteit, sociaal recht, kortom de vakdo-meinen waarmee een boekhouder(-fiscalist) in zijn dagdagelijkse praktijk te maken krijgt, erkend worden.

Activiteiten die niet in aanmerking komen voor de permanen- te vorming:

- De redactie of uitgave van publicaties met betrekking tot het beroep

- De seminaries met een duidelijk commercieel karakter (vb. demonstratie gegeven door een verdeler of producent van computers, de lancering van een financieel program- ma door een bank,....)

- Het zetelen in een examenjury - Het verbeteren van examens

- De voorbereidingen van lessen die men geeft.

- Het geven van lessen of seminaries.

De vakken die men doceert zijn die domeinen waarin men reeds gespecialiseerd is. De bedoeling van de per- manente vorming is net zich bij te scholen in vakgebieden die men nog niet volledig onder de knie heeft.

- Zelfstudie en vakliteratuur.

Zoals vorig jaar (zie Pacioli 114 dd. 15/02/2002), zal ook in 2003 de bijdrage geïnd worden samen met de verzekeringspre- mie van de collectieve polis burgerlijke beroepsaansprakelijk- heid. Teneinde elke verwarring uit te sluiten zal opnieuw de ver- zekeringspremie voor alle leden en stagiairs, die toetraden tot de collectieve polis BA van Marsh, ingevorderd worden via een apart document. Dit zal op hetzelfde ogenblik gebeuren als de invordering van de ledenbijdrage. Voor de leden die zich via een andere maatschappij hebben verzekerd, blijft alles bij het oude.

Zij betalen hun premie aan de verzekeraar van hun keuze en de ledenbijdrage wordt betaald aan het B.I.B.F.

De verzekeringspremie voor de collectieve BA polis via het BIBF bedraagt voor 2003 103,29 euro. De premie daalde van 123,95 euro tot 103,29 euro wegens de gunstige schadestatis- tieken van het verleden en de toepassing van het bonus-malus- systeem. De schadestatistieken (hangende dossiers) wijzen er echter op dat tegen 2004 de premie terug fors zal stijgen. De polis werd bovendien gecoördineerd en een aantal waarborgen werden uitgebreid. Alle BIBF leden kunnen deze nieuwe versie consulteren en downloaden via onze website (enkel voor de BIBF leden extranet).

Ledenbijdrage 2003

De Nationale Raad heeft op haar vergadering van 29 november 2002 de ledenbijdrage (zowel voor de leden in hoofd-als bijbe- roep) voor het jaar 2003 vastgesteld op 314 euro. Deze is dus onveranderd gebleven in vergelijking met vorig jaar. De ver- plichte bijdrage aan de aan de Cel voor Financiële informatie- verwerking, die ingevorderd wordt samen met de ledenbijdrage voor alle erkende boekhouders (-fiscalisten) bedraagt voor 2003 : 12,80 euro.

Het Instituut heeft op basis van deze bijdrage een begroting in evenwicht overgemaakt aan onze voogdijminister, de Heer Rik Daems.

Deze bijdrage dient betaald te worden binnen de 6 weken na de invordering.

Deze som zal verhoogd worden met 62 euro (totaal 388,80 euro) voor die leden die hun volledige bijdrage niet binnen de 6 weken na invordering hebben betaald.

Voor de erkende boekhouders die bijkomend de titel van erkend fiscalist hebben verworven, zal er geen bijkomende ledenbijdrage worden ingevorderd.

• Voor de nieuwe leden wordt het boekjaar in kwartalen inge- deeld. ( art. 9 § 3 huishoudelijk reglement ) en bedraagt de bijdrage naargelang het geval 3/4 ; 1/2 of 1/4 van de volledi- ge bijdrage.

• Stagiair-boekhouders(-fiscalisten) betalen gedurende hun stageperiode geen ledenbijdrage (zie uitzonderingen hieron- der). De dossierrechten bij indiening van hun stagedossier bedragen voor 2003, 125 euro.

• Stagiair-boekhouders(-fiscalisten) die een nieuwe stageperio- de zijn begonnen of die ingeschreven werden op de lijst van de stagiairs nadat zij werden opgespoord voor het illegaal uitoefenen van het beroep, betalen een normale ledenbij- drage (artikel 10 § 3 huishoudelijk reglement).

• Net zoals vorig jaar heeft de Raad beslist geen uitvoering te geven aan artikel 10 § 1 van het huishoudelijk reglement.

Gepensioneerde of invalide leden betalen in 2003 dezelfde éénvormige bijdrage van 326,80 euro. Bij laattijdige betaling zal deze som eveneens met 62 euro verhoogd worden.

• Het lid dat afstand doet van zijn erkenning of wiens erken- ning wordt ingetrokken of opgeschort, en dit ongeacht de reden, blijft voor het lopende jaar zijn volledige bijdrage ver- schuldigd. (art.9 § 4 huishoudelijk reglement).

Enkele specifieke bepalingen inzake de verzekering burgerlijke beroepsaansprakelijkheid:

Indien U ons, als erkende boekhouder(-fiscalist) of als stagiair, geen uitsluitsel heeft gegeven over uw verzekeringstoestand, gaan wij ervan uit dat U toetreedt tot de collectieve polis. De premie van 103,29 euro zal worden ingevorderd gelijktijdig met de ledenbijdrage. We herhalen nogmaals dat die leden en sta- giairs die ons reeds een attest van verzekering toestuurden in het verleden (hetzij attest toetreding collectieve polis bij Marsh via BIBF hetzij een attest van gelijkwaardige verzekering bij een verzekeraar naar keuze), dit geen tweede maal moeten doen behoudens indien hun toestand inzake de burgerlijke beroeps- aansprakelijkheidsverzekering wijzigt.

L e d e n b i j d r a g e 2 0 0 3 e n b u r g e r l i j k e

b e r o e p s a a n s p r a k e l i j k h e i d s v e r z e k e r i n g

C o l l e c t i e v e v e r z e k e r i n g

b e r o e p s a a n s p r a k e l i j k h e i d

Premieverhoging of premievermindering ?

Sedert 1994 heeft het BIBF (toen nog BIB) de verplichting opgelegd aan iedere boekhouder zijn beroepsaansprakelijkheid te verzekeren aan minimale voorwaarden.

Tezelfdertijd heeft het BIBF aan zeer gunstige voorwaarden een collectieve verzekering beroepsaansprakelijkheid afgesloten bij de verzekeraar AGF Belgium Insurance (destijds AGF) via de makelaar Marsh (die toen Thilly Van Eessel heette). Zoals u kan merken evolueert ook in de verzekeringswereld alles.

Tijdens de laatste vergadering van de schadecommissie heeft Marsh ons een analyse van de schadestatistiek overhandigd en toegelicht, waarvan wij u de belangrijkste elementen niet willen onthouden.

Grafiek 1:

Einde 2002 waren er 600 schadedossiers geopend; 361 dossie- rs werden ondertussen reeds afgesloten, waarvan 176 zonder uitgaven. Deze laatste betreffen hoofdzakelijk aangiftes die ten bewarende titel werden gedaan en waarbij ofwel zich uiteinde- lijk geen schade heeft voorgedaan ofwel geen fout werd weer- houden en dus ook geen aansprakelijkheid kon worden vastge- steld.

Met een gemiddelde van 75 aangiftes per jaar scoort onze beroepsgroep goed.

Toch mogen we geen overdreven optimisme uitstralen vermits in het recordjaar 2001 niet minder dan 142 aangiftes werden gedaan waarvan er 89 nog niet zijn afgesloten.

Grafiek 2:

De totale schadelast voor 2001 wordt door de verzekeraars geschat op meer dan 1.000.000 EUR, terwijl de gemiddelde jaarlijkse schadelast over de laatste zes jaren onder de 500.000 EUR bleef.

Voor elf schadedossiers in 2001 voorziet de verzekeraar meer dan 20.000 EUR elk, met een uitschieter van 126.000 EUR.

Zware en complexe schadedossiers nemen veel tijd in beslag, zeker indien geprocedeerd moet worden. Bijgevolg kunnen een aantal dossiers van de voorbije jaren slechts in 2002 of later worden afgesloten.

Zoals u weet heeft de schadelast een negatieve of een positieve invloed op de premie die tweejaarlijks kan worden aangepast.

Eind 2002 heeft dit geleid tot een nieuwe premieverminde- ring voor de jaren 2003 en 2004.

Er is echter ook een keerzijde aan de medaille : een lagere pre- mie verlaagt ook het totale premievolume en er is veel kans dat dit verminderde premievolume niet meer zal kunnen opbok-

sen tegen het verhoogde volume aan schadebedragen, waar- door de premie einde 2004 dan weer aanzienlijk zal stijgen ! Welke fouten worden het vaakst begaan ? De meeste schade- dossiers betreffen fouten in de eigenlijke boekhouding, fouten betreffende directe belastingen en BTW, niet naleven van ter- mijnen inzake directe belastingen, boekhouding en BTW en verkeerd advies aan bedrijven. Tenslotte zijn er een aantal schadedossiers betreffende handelshuurovereenkomsten, informatica, procedurefouten en nalatigheid.

Hier is blijkbaar nog een taak weggelegd voor het BIBF. In de voorbije jaren hebben wij steeds tariefverhogingen kunnen ver- mijden door een gunstige evolutie van de schadestatistiek. Wij zullen dan ook, in overleg met de verzekeraar en de makelaar, via dit kanaal regelmatig handige tips geven en hints om toe- komstige schadegevallen te vermijden. Door aan preventie te doen moeten wij een gezond evenwicht kunnen behouden.

Ook onze polistekst heeft na acht jaar een face-lift gekregen.

De aanleiding was de conversie van Belgische frank naar Euro.

De leesbaarheid van de polis is verbeterd en in de meeste geval- len zijn de verzekerde bedragen afgerond in ons voordeel. Deze geactualiseerde tekst zal voor alle leden beschikbaar zijn op onze website (via het extranet dat enkel toegankelijk is voor de BIBF leden en stagiairs mits gebruik te maken van de geheime codes).

Het principe blijft onveranderd : alle normale activiteiten, eigen aan de boekhoudkundige en fiscale beroepen, zijn verzekerd.

Welke zijn de voornaamste wijzigingen die de nieuwe versie voorziet ?

Behoudens de activiteiten bepaald door het artikel 49 van de wet van 22 april 1999 of iedere andere reglementering betreffende de beroepen van boekhouder en fiscalist, zijn even- eens verzekerd de bijkomstige activiteiten, aansluitend bij het beroep van boekhouder, zoals :

- het uitwerken van een financieel plan ;

- het pro deo uitwerken van een financieel plan in het kader van artikel 51 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen ;

- …

- de activiteiten van sociaal secretariaat voor zover deze activi- teiten geen afzonderlijk zakencijfer opbrengen ;

- raadgevingen inzake de informatica van een zelfstandige of van een KMO.

Voor dit laatste punt wordt verduidelijkt dat het installeren door verzekerden bij derden van boekhoudkundige software, op regelmatige wijze aangeschaft in de handel, en beschermd door een handelslicentie - hierin begrepen het gebruik van alle toe-

passingen van deze software - wordt beschouwd als begrepen onder hogervermelde raadgevingen.

De ontwikkeling daarentegen van boekhoudkundige software door de verzekerden ten voordele van derden, elke installatie van informatica materieel door de verzekerden en de onder- aanneming van eender welke installatie (hardware of software) valt niet onder toepassing van deze raadgevingen.

Belangrijk hierbij is dat de verzekeraar de waarborg zal toeken- nen voor alle gevallen waarin de activiteit erkend wordt door het bureau van het BIBF als zijnde conform aan de deontologie en/of behorend tot de normale beroepsactiviteit van de boek- houder.

Blijven echter altijd uitgesloten, de schadegevallen voortvloei- end uit het optreden van de verzekerden als zaakwaarnemer, sterkmaker, curator over een faillissement, gerechtelijk sek- wester, uitvoerder van een testament, bestuurder, gedomici-

lieerde van vennootschappen, vereffenaar, bedrijfsrevisor of syndicus, of in het kader van eender welk mandaat.

Voor deze uitgesloten activiteiten kunnen bij de makelaar Marsh aangepaste verzekeringen worden afgesloten.

Welk besluit moeten we hieruit trekken ?

Momenteel beschikken wij over de ideale polis beroepsaan- sprakelijkheid, zowel wat de waarborgen betreft als de premie- voorwaarden. Tot einde 2004 blijven ze gegarandeerd.

Na deze vervaldag kunnen de premies, ten gevolge van de onstabiele verzekeringsmarkt en uiteraard ten gevolge van de evolutie van onze schadestatistiek, de hoogte ingaan.

Vandaag is het nog te vroeg om hierover een pronostiek uit te brengen, maar een belangrijke premieverhoging is zeker niet uit te sluiten !

Handel dus als een goed huisvader en als een verwittigd boek- houder !

0 200.000 400.000 600.000 800.000 1.000.000 1.200.000

Vergelijking Lasten - BOBR

Charges / Lasten 186.265 377.677 288.699 460.400 1.043.118 576.452

Prid / Bobr 129.255 130.429 174.549 192.199 349.837 89.443

1997 1998 1999 2000 2001 2002

9 9

49 46 65

58 86

67 87

62 83

45 142

39 33

2 0

20 40 60 80 100 120 140 160

1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002

Schadegevallen Open / Afgesloten Grafiek 1

Grafiek 2

BTW - Levering en installatie van kachels (op hout, steenkool, stookolie, gas), radiators en convectors – Tarief van 6 % van 01.01.03 tot 31.12.03

1. Situering van het probleem

Vroeger waren de levering en de installatie van dergelijke ver- warmingstoestellen belastbaar tegen het tarief van 21 %.

Sinds 1 januari 2003 en tot 31 december 2003 kan, bij minis- teriële beslissing, het tarief van 6 % worden toegepast wanneer bepaalde voorwaarden vervuld zijn (zie infra).

Wanneer de verrichting bestaat in een gewone verkoop, zonder installatie, is het zoals voorheen het tarief van 21 % dat van toe- passing is.

2. Verrichtingen die belastbaar zijn tegen 6 %

Op de levering MET installatie van individuele kachels, radia- tors of convectors op hout, steenkool, stookolie, gas of elektri- citeit wordt momenteel het tarief van 6% toegepast indien de volgende voorwaarden vervuld zijn:

- deze toestellen moeten via een vaste aansluitingsbuis zijn verbonden met een schoorsteen (eventueel met een andere externe afvoer van gassen of rook) en/of zijn aangesloten op de leidingen die nodig zijn voor de energietoevoer;

wat de elektrische convectors betreft, volstaat het niet dat zij zijn aangesloten op een stopcontact; zij moeten

wel degelijk rechtstreeks en blijvend bevestigd zijn op de elektrische installatie van het gebouw.

- de toepassingsvoorwaarden van artikel 1bis van het konink- lijk besluit nr. 20 moeten vervuld zijn:

ter herinnering, deze voorwaarden houden in hoofdzaak ver- band met de volgende punten:

• een woning

• die hoofdzakelijk als privé-woning gebruikt

• een eerste woning van minimum vijf jaar oud

• een geregistreerde aannemer

• een eindgebruiker

• een formeel attest van laatstgenoemde

• een facturering ad hoc

3. Commentaar

Iets eenvoudiger kan men stellen dat met deze beslissing de Minister van Financiën met het oog op de toepassing van het verlaagde BTW-tarief van 6%. tijdens het jaar 2003 de verrich- tingen inzake de levering en de installatie van dergelijke ver- warmingstoestellen gelijkstelt met onroerende of daarmee gelijkgestelde verrichtingen.

Voor U gelezen

Het BTW-Handboek verduidelijkt op een overzichtelijke manier de toepassing van de soms complexe BTW-regelgeving.

Het boek is logisch opgebouwd en is gebaseerd op een doorge- dreven juridische analyse van de klassieke rechtsbronnen. De auteur behandelt de beginselen van de BTW vanuit de Europese richtlijnen en de nationale wetgeving. Alle rechtspraak, zowel Europese als Belgische, is verwerkt, alsook de relevante rechts- leer.

Overzichtelijk en betrouwbaar

De verschillende toepassing van de BTW- reglementering wor- den gestructureerd voorgesteld. De auteur gaat hierbij uiterst nauwgezet tewerk en op objectieve wijze, los van elke interpre- tatie en zonder theoretische beschouwingen. Hierdoor is het BTW-Handboek bij uitstek een werk voor de dagelijkse praktijk.

Onmisbaar voor de praktijk

De volledigheid en de doorgedreven analyse van alle bronnen maken van dit boek een onmisbaar werkinstrument voor elke boekhouder-fiscalist, bedrijfsrevisor, notaris, financieel direc-

teur, bedrijfsjurist, fiscaal consulent, fiscaal jurist, ambte- naar,…. De uitgebreide registers vergemakkelijken de toegang tot dit naslagwerk.

Standaardwerk

Deze vierde editie (2003) van het BTW-handboek is bijgewerkt tot 1 november 2002. Een volledig bijgewerkte editie van het boek verschijnt om de drie jaar. Wie intekent op een abonne- ment geniet blijvend 15 % korting.

De prijs bedraagt 187 EUR in geval van abonnement en 220 EUR zonder abonnement.

Voor meer informatie kunt u terecht bij Larcier.

Coupure Rechts 298. B-9000 Gent Tel : 09/269.97.96 - Fax : 09/269.97.99 e-mail : herman-verleyen@larcier.be

VANDEBERGH (Henri), BTW-Handboek, - editie 2003, Gent, Larcier, 2003, 866 p.

C o n t a c t

• Als erkend boekhouder B.I.B.F. in hoofdberoep wens ik mijn activiteiten uit te breiden en had graag een aantal dossiers overgenomen of verricht in onderaanneming in de regio Kortrijk.

Ref. : 140/01

• Erkend boekhouder - fiscalist wenst zijn portefeuille in Midden - Limburg over te laten. Het betreft een 45-tal dos- siers, vennootschappen en eenmanszaken.

Mogelijkheid om 1 of 2 ervaren bedienden / dossierbeheer- ders mee over te nemen. Overnamemodaliteiten verder te bespreken.

GSM : 0475/70.58.17

• Boekhoud- en fiscaal kantoor gevestigd regio Kasterlee zoekt voor verdere uitbreiding een samenwerking met en / of over- name van een bestaand kantoor (zelfde regio). Modaliteiten te bespreken.

GSM : 0474/860.777

• Boekhoudkantoor te Antwerpen, zoekt overnemer, door toe- treding, fusie, geleidelijke overname. Alle samenwerkings- vormen zijn bespreekbaar.

GSM : 0475/81.66.85

• Boekhoudkantoor, gelegen in West - Limburg zoekt samen- werking met erkend boekhouder - fiscalist om op zelfstandi- ge basis ons team te versterken. Mogelijkheid om geleidelijk te participeren in ons kantoor. Goede kennis van boekhou- ding en fiscaliteit is een vereiste.

GSM : 0476/96.14.70

• Stagiair boekhouder - fiscalist zoekt samenwerking als ven- noot, overname boekhoudkantoor en / of aantal dossiers, ook interesse in werk in onderaanneming : Regio Gent / Antwerpen/ Waasland.

Ref. : 140/02

• Erkend boekhouder - fiscalist in de regio Gent- Dendermonde zoekt dossiers te behandelen in onderaanne- ming eventueel overname van dossiers, samenwerking of eventueel starten van nieuw kantoor met confrater die hier- over een visie heeft op lange termijn.

Ref. : 140/03

• Stagiair - boekhouder, 35 jaar, zoekt dossiers in onderaan- neming of zoekt samenwerking met ander boekhoudkan- toor, overname van dossiers of kantoor is mogelijk en bespreekbaar, werkzaam in regio tussen Gent en Antwerpen (Waasland). Verschillende vormen van samenwerking zijn mogelijk.

GSM / 0474/29.43.07

• Boekhoudkantoor zoekt wegens uitbreiding een voltijdse dossier - opvolger. BIBF - stage is mogelijk. Een mooie wedde of zelfstandig statuut, een bedrijfswagen behoren tot de mogelijkheden. Een graduaat boekhouden of gelijkwaar- dig en een rijbewijs zijn echter een vereiste. Ervaring is mee- genomen, maar geen absolute vereiste. Gelieve uw cv te mailen naar : gert.anthonissen@pi.be

• Boekhouder BIBF is op zoek naar een kantoor of een porte- feuille voor overname uit Oost - en /of West - Vlaanderen (oost - en westkust) teneinde zijn bestaand kantoor verder uit te breiden.

Tel. : 0476/49.09.39 - Fax : 09/324.53.31

• Nederlandstalig erkend boekhouder - fiscalist, in Aalst, zoekt werk in onderaanneming op zelfstandige basis, alsook over- name dossiers of overname van een klein kantoor.

Tel. : 053/70.86.95