Eindhoven University of Technology
MASTER
3 woningen, 3 landen, 1 landschap
Willems, M.P.H.
Award date:
2008
Link to publication
Disclaimer
This document contains a student thesis (bachelor's or master's), as authored by a student at Eindhoven University of Technology. Student theses are made available in the TU/e repository upon obtaining the required degree. The grade received is not published on the document as presented in the repository. The required complexity or quality of research of student theses may vary by program, and the required minimum study period may vary in duration.
General rights
Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights.
• Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research.
,:=
I I
'1 - I
ARR
2008 4173
BWK
212
I
213deer I introductie
& catalogus
voorwoord introductie
;:;tl;~"llnn van grenzen Ilet gebled •
kaarien
barrieres en grenzen mentale grenzen en Da'lieres tHlen
10
22 28 36 observaties vanuit de lucht 42 observatle van de woning 44 observatie van de bungaiow 46
de slad
~ de het landscllap
kader
het
- beeld en verbee ding - blikvelden deconst:'ucte ecologien
, kaart
onderce'en wallen in het landschap bibliografie
50 56
62 66 70
80 84 86 100 106
deer II groeve
inleiding
de geclogisch ondergrond
locatle spaubeek fotocol;Bge
het projCct
114 116
14'1 158
1'13
deel III graft deel IV boerderij
inleiding 216 inleiding 284
de heuvelflanken 224 de nederzetting 286
loeatie wonek 233 loeatie f1eienGerg 304
fotoeollage 244 fotocollage 316
het project 258 hel 330
DE GRAFT EN DE HOLLE WEG
, Wellicht de meest typische kenmerken van de heuvelflanken zijn de holle wegen en graften. Verder zijn er heuvelbossen, I' achter de bebouwing boomgaarden, en weiden op te vinden.
De heuvelflank scheidt hij dal van plateau. Daar het in dit gebied vrijwel altijd afbraakwanden zijn. zijn zij ondanks een relatief klein hoogteverschil vaak behoorlijk steil. Dorpen lopen vriJwel altijd parrallel aan de lengterichting van de heuvelflank
De heuvels zijn de trots van dit gebied, vruchtbare heuvels gemaakt van kalk overdekt met vruchtbare loss waar de meest noordelijke wijnranken van Europa staan. Beplant met boomgaarden, bossen en weiden. Horizontale strepen van houtwallen en graften vormen poetische elementen, die de heuvels beter doen articuleren. Holle wegen lopen verticaal en vormen de link tussen beneden en boven, zij maken een geleideliJkere opgang mogelijk, uitgesleten door de menselijke invloed en geholpen door water vormen zij verticale strepen in het landschap. Dwars op holle wegen zijn er graften te vinden.
GRAFTEN
Hun ontstaan gaat terug tot de tijd dat de landbouwer het bos, dat oorspronkelijk de helling bedekte, rooiden.
Waarschijnlijk liet hij de oude bosrand bestaan en gooide er stenen, wortelstronken en op een hoop. Daarop schoten opnieuw struiken op. Bij het ploegen, met het verloop van de helling mee, om erosie te vermiJden en het werk van het trekdier te verlichten, werd deze strook dus ook nooit bewerkt. Gronddeeltjes die naar beneden spoelden, hoopten zich tegen deze strook op. Aan de bovenzijde van de akker daarentegen ontstond een steile wand doordat daar materiaal werd weggevoerd. Daardoor verloor de helling tussen de oude en de nieuwe bosrand een deel van zijn steilheid. Ais nu ook het bos hogerop werd gerooid, herhaalde het proces zich. De oude bosranden de huidige graften bleven ook nadien nog in het landschap herkenbaar omdat de boeren ze onbewerkt lieten. Ze verminderden de erosie op de hellingen en geven de stukken tussen de graften in een vlakker karakter. Bij een hellingshoek van meer als 2 graden vindt er al flinke uitspoeling plaats, en is er een grote risico dat er grote stromen loss van de helling, de weg en de huizen instromen.
Tegenwoordig worden geulen achter de woningen aangelegd de stroom modder te voorkomen.
Graften bieden allerlei dieren een ideale schuilplaats temidden van een gebied, waar ze voedsel kunnen zoeken. Vogels, kleine zoogdieren en Insecten vinden er een onderkomen. Het interessantste dier hierbij is wei de das.
HOLLE WEGEN
Het huidige relief in het Zuid-Limburgse heuvellandschap is het resultaat van de natuurlijke dalvorming tijdens het
Pleistoceen. Door de eroderende of uitslijpende werking van het rivierwater ontstonden allerlei dalen in het landschap De eerste bewoners van Zuid-Limburg bouwden hun nederzettingen in de lagergelegen beekdalen. Vanuit deze dorpjes trokken de boeren naar de hoger gelegen akkers op de plateaus. MeestentiJds nam men dan de lager gelegen delen van de dalhelling als verbindingsweg. Op den duur ontstaat hierdoor een gangbaar pad. In deze laagste punten verzamelde zich echter ook het regenwater dat zich al meanderend, een weg naar beneden zoch!.
Het water nam op ziJn weg naar beneden nogal wat erosiemateriaal mee. Doordat de holle weg keer op keer omgewoeld werd door hoeven van vee en paarden versnelde dit erosieproces. Hierdoor sleten de dalhellingen die in gebruik waren als verbindingsweg, steeds dieper uit ten opzichte van de hoger gelegen percelen. Zo werd de weg steeds dieper en lager. Gemiddeld betekende dit een uitdieping van twee centimeter per jaar. Bij een flinke onweersbui kon dit wei enkele tientallen centimeters bedragen. Uit oude kaarten blijkt dat zelfs de laatste honderd jaar nog holle wegen zijn ontstaan. Nog steeds hebben de holle wegen de functie van waterafvoer. De lengte en diepte van holle wegen varieert sterk. Er zijn holle wegen van een halve meter diep en 20 meter lang, maar er zijn er ook van tien meter diep en twee kilometer lang. De meeste wegen ziJn meestal komvormig met op de diepste delen zeer steile wanden die doms zelfs iets overhangen. Wanneer de wanden nauwelijks begroeid zijn, wil het bij een regenbui nog wei eens voorkomen dat de wanden instorten.
resten maastenassen
(,
"
t
"
bossen
walellopen
GESCHIEDENIS IN KAARTEN
tranchotkaart 1840 topkaart 1934 huidlge tijd
1877>
GEOMORFOLOGISCHE BASIS
De jeker/ de Geer is een rivier die in Lens-Saint-Servais nabij Borgworm ontspringt en door een groot gedeelte van Haspengouw stroom!. En is een belangrijke rivier voor Maastricht waar hij uitmond, de Jeker heeft een dal uitgesleten in de vroegere maasterrassen en ligt op een aantal plekken 80 meter beneden de plateau rand.
Als we de oude met de huidige kaart vergeliJken dan zien we dat de nederzettingen vanuit het midden uit naar elkaar toe groeien en ontstaat heel langzaam een lang lint. De clusters die voorheen te zien waren zijn niet meer duidelijk herkenbaar. We zien dat de groeves enorm zijn uitgebreid in hun schaal. Daarbij lijkt het landschap als geheel niet heel
~,\" ..
" • t
" t'l-
.,~::'"\i!
" l r
FOTOCOLLAGE DOORSNEDES OVER HET LAND
/
) /(
/
258
I
259oorspronkelijke groeps dorpsformaties
steile heuvel flanken
groeves
Ontgravingen Eben Wonek Loen 1. Op dit moment voornamelijk mergelwinning. Volledig in gebruik. Afgesloten voor publiek.
2. Voornamelijk mergelwinning. Deels zand en klei. Voorheen grottenstelsel nu groeve. Afgesloten voor publiek.
260
I
261Opengesteld voor fossielzoekers 3. Voorheen zand- en vuursteengroeve. Tegenwoordig openbaar en erossterrein
4. Mergelwinning. Deels oude groeves nu bebost
MOGELlJKHEDEN
Dicht biJ de spoorweg, op de rurale weg (steenslag) van Loen naar Wonck ligt een stelie heliing met een aantal graften.
waarvan een aantal in niet zo'n biJster goede staat. Op de GJS kaarten van Wallonie was te traceren dat hier de waterleiding via de spoorlijn liep vanuit Wonck richting Loen. Dichtbij het dorp en op een niet zo geliefd stukje geeft dat de mogelijkheid een "nieuwe" structuur toe te voegen een nieuwe atmosfeer vooral met een fantastisch uitzicht over het dal van de geer, zittend op je eigen woning. Het landschap als een grote eigen tuin.
De graft weeft zich tussen de andere graften en gaat daarmee het grotere spel aan. Het is daarbij uitkijken dat er met een bepaalde mate graften worden vervangen, zodat de verhouding tussen het begroeide en onbegroeide de juiste verhouding bliJft houden, de spelregels zijn hier voor afhankelijk van een aantal factoren, dat is de steilheid van de helling de frequentie van de graften, de mate van begroeiing, en de mogelijke toegankelijkheid.
Een vreemde rand die behoort tot de heuvel en een onderdeel vormt van het landschap. Het is geen object van weerstand tegen de "natuur", maar voegt zich in het stramien van het landschap. Het manifesteert zich als een geheel volume. Maar meer intrinsiek als een losse woning met unieke uitzichten en spannende ruimtes. WaarbiJ de vorm als een frame werkt, en de woning almaar aanpasbas kan bliJven. De vorm mimiekt de vorm van de graft Doordat een graft wat bolt gaf dat aanleiding om de gaten voor de lichttoetreding te gebruiken als inrit naar de garage. Het terras wikkelt elke woning apart in. Door een split level toe te passen is er voldoende licht in de woning.
De bedoeling is aile benodigdheden die een bungalow omvat te Incorporeren in dit volume, uitgangspunt hierbij is de woning van binnenuit als individuele uiting. Maar van buiten uit als een geheel.
/
/
/~---
. . .
".
266
I
267,
. . :
. .
,
. .
268
I
269· · ·
.'_ -I' r tn
~
. .· '
.1
. Il .
-
270
I
271, ,
,,
"
. - .
." • ...0_-...
.......
· ...
: ,
· · , .-
.'..
-~..
.-._-.. ~~
. ,
, ,
·
··
272
I
273{;
274