• No results found

VERSLAG Gemeenteraad. Datum vergadering : 29 november Aanwezig: Raadsleden:

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "VERSLAG Gemeenteraad. Datum vergadering : 29 november Aanwezig: Raadsleden:"

Copied!
31
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VERSLAG

Gemeenteraad

Datum vergadering : 29 november 2018 Aanwezig:

Raadsleden:

Leefbaar 3B : Don van Doorn, Jan Pieter Blonk, Machiel Crielaard, Marjolein Gielis, Henk Meester, Leon Erwich, Georgine Zwinkels, Johan Phillippens

VVD : Alexander Kuipers, Nathalie van Bakel, Marloes Draak, Eric Kampinga, Ed van Santen, Mauriel van As, Matthijs Machielse

CDA : Matthijs Ruitenberg, Nelleke Bouman, Hans van der Stelt, Dave Bergwerff, Frans Ammerlaan

CU : Kees-Willem Markus, Jurjen Dieleman, Paul Lieverse WIJ Lansingerland : Leon Hoek, Petrine van Olst, Jan Jumelet

D66 : Michiel Muis, Ineke den Heijer, Erik Jonker GroenLinks : Marco Ruijtenberg, Selgei Gabin

PvdA : Petra Verhoef

Voorzitter : Pieter van de Stadt Griffier : Marijke Walhout

Wethouders : Simon Fortuyn, Kathy Arends, Albert Abee Afwezig:

Wethouder : Ankie van Tatenhove Leefbaar 3B : Wouter Hoppenbrouwer

1. Opening en mededelingen

De voorzitter opent de vergadering om 20.00 uur en heet aanwezigen van harte welkom. Het is een volle agenda, dus dat wordt werken voor allen. Bericht van verhindering is ontvangen van de heer

Hoppenbrouwer en wethouder Van Tatenhove. Hij kijkt naar links en ziet dat mevrouw Gielis er nog niet is; zij komt iets later. Mevrouw Gabin komt ook iets later. Verder is de raad compleet.

2. Trekken van het lot ter bepaling van het raadslid bij wie een eventuele stemming zal beginnen

Mocht er sprake zijn van een hoofdelijke stemming, dan is nummer 14, mevrouw Den Heijer, de primus inter pares.

3. Vragenhalfuurtje voor raadsleden Er zijn twee vragen aangemeld:

- De heer Lieverse: Veilig Thuis.

- Mevrouw Verhoef: tarieven in het OV.

De heer Lieverse heeft een vraag over Veilig Thuis, huiselijk geweld en kindermishandeling. De vraag komt voort uit een werkbezoek, wat georganiseerd werd door Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond, waarbij de gemeente aangesloten is. Hij ging naar het werkoverleg in de hoop gerust gesteld te worden over het onderwerp waar de raad afgelopen april nog een brief over kreeg van het college. In die brief werden zorgen geuit over de wachtlijsten, die opliepen, zodat meldingen heel lang moeten wachten op behandeling. Bij het werkbezoek kreeg hij uitleg over allerlei procedures en de nieuwe meldcode en werd er verteld dat ondanks het oplossen van vacatures de achterstand nog steeds hetzelfde was gebleven. Men wist niet goed hoe dit weg te werken. Verder vertelde men over problemen in de afstemming tussen diverse partijen, betreffende de wijkteams, gemeentelijke instellingen, deze organisatie en de kinderbescherming. Vaak leidt het tot misverstanden m.b.t. wie doet wat. Men gebruikte letterlijk het woord ruzie op dat moment. Op één van de vragen van hoe men omgaat met praktijken van loverboys werd gezegd, dat ze dat niet betrekken bij hun behandeling, omdat het niet in het kader van een afhankelijkheidsrelatie is. Zo waren er veel punten, die hem en raadsleden uit

aangesloten gemeenten zorgen brachten. Dit brengt hem tot de vraag aan het college: zijn deze signalen ook bij het college bekend? Als dat zo is, deelt het college dan de mening, omdat de gemeente

verantwoordelijk is voor het goed afhandelen van de meldingen, dat dit de aandacht verdient en ook een andere aanpak verdient?

Wethouder Arends vindt het heel goed, dat de CU dit vraagt, want het gaat over veiligheid van kinderen, een organisatie die daar belangrijke acties in moet ondernemen. Gezien ook de zorgelijke signalen is er

(2)

heel nauw contact met Veilig Thuis. Er worden concrete werkafspraken gemaakt en er worden

contactgegevens gedeeld als het gaat over aanspreekpunten. Op casusniveau houdt men de veiligheid van situaties strikt in de gaten, ook als het gaat over de situaties hier in Lansingerland. Op dit moment zijn er eigenlijk geen signalen, dat kinderen tussen wal en schip vallen. Dan over de definitie van loverboys. Het college deelt de definitie van Veilig Thuis. Veilig Thuis is verantwoordelijk voor het ontvangen van meldingen waar het gaat over kindermishandeling, huiselijk geweld, wat plaats vindt in huiselijke kringen of familierelaties. Loverboyproblematiek valt niet onder deze definitie. Hierbij worden jongeren door bijvoorbeeld bedreigingen of chantage gedwongen om bepaalde handelingen te verrichten. Voor de signalering en de aanpak van loverboyproblematiek werkt de gemeente nauw samen met het Veiligheidshuis en de politie. Ook is er dan specifieke zorg voor de slachtoffers van de loverboyproblematiek. De heer Lieverse heeft geen vervolgvragen voor nu. Hij begrijpt de

beantwoording. Hij denkt dat de behandeling van dit onderwerp vooral thuis hoort in de commissie samenleving, maar omdat die vergadering niet door gaat, bracht de urgentie hem ertoe om de vraag nu alvast te stellen. Hij wil het wel agenderen voor de komende commissievergadering.

Mevrouw Verhoef heeft een vraag over de hogere OV-tarieven in de metropoolregio. Net als de heer Lieverse geeft zij hier een korte inleiding over, waarna ze de vragen gaat stellen. Reizigers die gebruik maken van het OV in de metropoolregio worden per 2019 geconfronteerd met flink hogere tarieven. Door het rijksbeleid gaat het Btw-tarief van 6% naar 9% en daar bovenop komt er een inflatiecorrectie van 2,8% vanuit de metropoolregio. Het opstaptarief gaat van € 0,90 naar € 0,96 en de kilometerprijs gaat van € 0,139 naar € 0,147. Een los kaartje gaat € 4 kosten i.p.v. € 3,50. In gebieden rond Leiden, Dordrecht en Hoeksewaard, die onder de provincie vallen en niet onder de metropoolregio is er geen tariefverhoging vanwege inflatiecorrectie. De OV-tarieven zijn daar overigens flink lager, want op voorstel van de PvdA Zuid Holland is door Provinciale Staten zowel in 2018 als in 2019 € 35mln

gereserveerd voor de verlaging van de OV-tarieven naar minimaal het prijspeil van 2015. Dus hier in de metropoolregio betalen mensen veel meer voor het OV dan op andere plekken in de provincie. De vervoersautoriteit van de metropoolregio zegt dat de tariefsverhoging noodzakelijk is omdat er enorme investerings- en onderhoudsopgaven zijn. Maar in het AD van 15 november zeggen ze, dat het kwalijk is voor mensen met een kleine beurs. Voor hen wordt het OV langzamerhand onbetaalbaar. Wethouder Fortuyn is als portefeuillehouder en bestuurlijk trekker een prominent lid van de bestuurscommissie vervoersautoriteit. Hij was, neemt zij aan, direct betrokken bij deze besluitvorming rondom die OV prijzen. Hij is trots op zijn rol binnen die vervoersautoriteit en dat is ook goed. Onlangs twitterde hij een hele mooie foto van hem met de ministers Nieuwenhuizen, Ollongren en staatssecretaris Van Veldhoven toen het MIRT-rapport ‘Oei ik groei’ werd vast gesteld, wat over ambities gaat voor meer wonen in de provincie, goed OV en een prima infrastructuur in de provincie. Maar het lijkt er nu op, dat er ook sprake is van ‘oei ik groei’ bij de OV-tarieven. De forse stijging van de Ov-tarieven in het RET en HTM

vervoersgebied is een forse domper voor de vele inwoners van Lansingerland, die gebruik maken van het OV. Ouderen met alleen een AOW en andere mensen met een laag inkomen zijn nog eens extra de dupe.

Wat heeft het college, met wethouder Fortuyn voorop, eraan gedaan om deze tariefsverhoging te voorkomen of te matigen? Is er overleg geweest met GS om in Zuid Holland tot een gezamenlijke tariefsaanpak te komen? Zo ja, wat was dan het resultaat? Zo nee, waarom is dat niet gebeurd? Is het college bereid om ouderen met alleen AOW en andere mensen met een laag inkomen te compenseren voor deze forse lastenverhoging als het gaat om OV?

Wethouder Fortuyn bedankt mevrouw Verhoef voor haar vragen. Oei, ik groei. Ja, die zorg heeft hij ook waar het gaat om de tarieven. Echter, er is een situatie van afspraken in de MRDH en concessieverlening binnen de vervoersregio. Er is sowieso al een verschil in tarifering tussen Rotterdam en Den Haag. Dit thema komt binnenkort op de agenda, maar daar komt hij zo even op terug. De PvdA vraagt wat de wethouder eraan gedaan heeft om deze tariefsverhoging te voorkomen of te matigen. De MRDH is een samenstel van 23 gemeenten. Binnen de bestuurscommissie vervoersautoriteit worden de besluiten genomen. Uiteraard is hier over gesproken. Men heeft geen enkele invloed op de Btw-verhoging vanuit het rijk, behalve dan protest aantekenen. Niet alleen het OV, maar er zijn meerdere branches en partijen geweest, die protest aangetekend hebben tegen deze verhoging. Dit kan niet verhaald worden op het RET of in een concessie in de vervoerstarieven. In de concessie is afgesproken, dat de prijzen geïndexeerd worden op basis van prijsverhogingen. Dat zijn vaststaande gegevens. Als er contracten gesloten worden, moeten ze ook nagekomen worden. Dat is ook goed bestuur. Er is ook gekeken naar een goede verhouding, want er zijn ook zorgen. De MRDH voert ook zeker een lobby t.a.v. meer geld voor het OV, de zogenaamde BDU-gelden. Over een jaar of 5 of 6 is men 30% gekort op die BDU-gelden, terwijl het OV tegelijkertijd naar een hoger niveau is getild. Dat hoger niveau heeft geleid tot ‘oei, ik groei’. Het aantal reizigers groeit hier bovengemiddeld. Bij Pijnacker komt er een keerlus om straks twaalf keer per uur naar Rotterdam te kunnen rijden. Dus er worden ook investeringen gedaan. Het is het spel van wat er nog betaald kan worden en welke ruimte er nog is. De lobby is gericht, juist dat boekje ‘oei, ik groei’ om meer gelden te krijgen vanuit het rijk, want daar zit de pijn. Uiteindelijk moet er een systeem overeind gehouden worden wat wel functioneert. Dat even t.a.v. de tariefsverhoging en het matigen. De MRDH worstelt daar ook mee. Is er overleg geweest met GS? Ja, die is ook agendalid van de MRDH. Er is ook een

(3)

convenant getekend om vaker met elkaar op te trekken, want inderdaad, buiten deze regio van 23 gemeenten houdt de wereld niet op. Sommigen denken dat wel eens, maar de MRDH zit niet op een eiland. De tariefverschillen is inderdaad een grote zorg hoe daarmee om te gaan. Men is bezig met het opstellen van het tarievenkader. Als er majeure thema’s zijn, worden die besproken in een

klankbordgroep. Daarmee wordt de adviescommissie beter in positie gebracht m.b.t. hun adviesrol richting de commissie in de MRDH, dat wordt beter verankerd. Dit is n.a.v. de evaluatie die heeft plaats gevonden. In de klankbordgroep is afgesproken, daar waar het om majeure beslissingen gaat en dat is het tarievenkader, dat er gekeken wordt aan welke knoppen er gedraaid kunnen worden. Kan men

liberaliseren? Kan men elkaar anderszins tegemoet komen? Die discussie wordt in de klankbordgroep besproken en de adviescommissie zal er iets mee. Ook wordt er uitvoerig over gesproken in de commissie van de raad, want het is echt iets wat mensen raakt. Hier komt het college op terug. Dat zal het eerste kwartaal 2019 zijn. De wethouder gaat niet over de agenda, maar gaat er wel vanuit dat het aangedragen wordt om het te bespreken. Is het college bereid om ouderen met alleen AOW en andere mensen met een laag inkomen te compenseren? Iedereen weet, dat hier in het coalitieakkoord aandacht voor is. Het college heeft inmiddels een aantal vragen uitstaan bij o.a. MRDH en Welzijn Lansingerland, om te kijken hoe enerzijds kernen verbonden kunnen worden, ook in de periode dat de 3B bus niet kan rijden, en of mensen met een kleine portemonnee tegemoet gekomen kunnen worden, zeker mensen die in een isolement zitten. Dit wordt allemaal uitgezocht. De insteek is om dat voor de begroting 2020 te bespreken met de raad, welke ruimte het college ziet of heeft om eventueel hier maatregelen in te nemen. Hier is het college mee bezig, dus dit dossier wordt verder besproken. Mevrouw Verhoef vond dit een heel duidelijke beantwoording. Ze heeft nu verder geen vragen.

4. Spreekrecht voor niet-raadsleden

Er hebben zich vier inwoners gemeld voor dit spreekrecht; alle vier over Berkel centrum.

1. Mevrouw Van Vliet;

2. De heer Olsthoorn;

3. De heer Vreugdenhil;

4. De heer Vader.

Inspreker 1:

Mevrouw Van Vliet is moeder van twee kleine kinderen en lid van de medezeggenschapsraad van basisschool Het Baken. Haar college is hier al eerder geweest. Als inwoner van Berkel volgt ze de

nieuwbouwplannen met interesse. Als moeder maakt ze zich zorgen om de verkeersveiligheid. Ze spreekt hierover regelmatig met andere ouders. Hoe moet dat na de nieuwbouw als er meer bewoning, meer winkel- en horecagebied en dus meer verkeer is? En ook: hoe moet het tijdens de bouw? Als lid van de MR hoort ze gelukkig dat hier aandacht voor is vanuit de gemeenteraad en wethouders. Ze wil iedereen bedanken voor de aandacht, die men heeft getoond, voor de verkeersveiligheid voor schoolgaande kinderen en hoe dit tot nu toe in het bestemmingsplan is verwerkt. Maar de eerste paal is nog niet geslagen. Daarom nogmaals de vraag hier aandacht voor te houden. Als ze het goed begrijpt is de lange fietsbrug de veilige variant van de plannen, zoals ze er nu liggen. Namens scholen steunt zij deze variant van harte. Maar het is geen doel op zich, want waar het om gaat is de verkeersveiligheid, zodat de kinderen veilig naar school kunnen. Ook ouders, leraren, directies van de 3 scholen nemen graag hun verantwoordelijkheid voor het gedrag van schoolkinderen en hun ouders tijdens en na de bouw. Haar verhaal eindigend wil zij verzoeken om voor de start van de bouw een integraal veiligheidsplan op te stellen en in dit veiligheidsplan rekening te houden met de schoolgaande kinderen en hun veiligheid.

Hartelijk bedankt voor uw aandacht.

Inspreker 2:

De heer Olsthoorn is vorige week in gesprek geweest met DCMR, afgelopen donderdag 22 november.

DCMR stelde voor om een nulmeting te doen voor de schoolpleinen en de Boerhaavestraat m.b.t. het geluid om latere discussie te voorkomen. Dat is punt 1. Punt 2 is: diverse malen zijn vragen gesteld aan de raad gevraagd en de ambtenaar over de gevel van de Röntgenstraat van het nieuw te bouwen centrum. Tot op heden heeft hij nog niets ontvangen over deze gevel. In het ambitiedocument september 2013 is dit dusdanig goed omschreven op blz. 30 en 32, punt 3.3.1 de Röntgenstraat. Zijn verzoek is om dit mee te nemen in het bestemmingsplan van het nieuwe winkelcentrum. Dit was het.

Dank u.

De heer Blonk vraagt m.b.t. de geluidmeting wat het doel daarvan is. Heeft het te maken met het feit, dat veel mensen overlast hebben van de schoolpleinen? Of heeft het met het verkeer te maken, wat straks verwacht wordt? Dat was hem niet duidelijk. De heer Olsthoorn legt uit, dat DCMR zegt dat als er een meting gedaan wordt op het schoolplein, dan kan over een jaar of over een aantal jaar bepaald worden hoeveel geluid er bij gekomen is. Daar gaat DCMR over. Het gaat niet over het verkeer. Het gaat over het schoolplein. De heer Blonk begrijpt, dat het dus niets met dit bestemmingsplan te maken heeft, alleen met het schoolplein. De heer Olsthoorn zegt dat het met de gevel aan de Röntgenstraat te maken heeft.

(4)

Inspreker 3:

De heer Vreugdenhil maakt namens de oorspronkelijke bewoners van de Westersingel gebruik van de mogelijkheid om in te spreken. Hun woningen staan direct aan de noordzijde van het nieuwe centrum.

Als uiterste poging wil hij het volgende onder de aandacht brengen. Ze gaan terug naar het vigerende bestemmingsplan centrum Berkel Rodenrijs, waar in de toelichting staat: uitwerking van het plan is slechts toegestaan indien er geen onevenredige aantasting plaats vindt van de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld. In dit bestemmingsplan zijn hun woningen onderdeel van het plan centrum Berkel en Rodenrijs. Bij de uitwerking van het voorliggende

bestemmingsplan is dit deel juist buiten beschouwing gelaten. Op geen enkele manier wordt er op een tekening of schets aangetoond, dat een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld wordt gerealiseerd met het nieuwe centrum en de bestaande woningen. Gedurende alle inspraaktermijn hebben bewoners gevraagd naar de stedenbouwkundige uitwerking, maar zij en ook de raadsleden kregen hiervan niets te zien. Daarom moet hij concluderen dat bij de uitwerking geen sprake is van een samenwerkend straat- en bebouwingsbeeld, wat als voorwaarde is opgenomen in het vigerende bestemmingsplan. De hoogte van het blok 1, zoals opgenomen in het in te dienen amendement van WIJ, komt daaraan iets tegemoet. Dat dit ten koste gaat van 5 starterswoningen is niet juist. Binnen het vast te stellen bestemmingsplan is het mogelijk dat een creatieve architect hiervoor oplossingen kan bedenken. Daarnaast is het mogelijk om binnen het bestemmingsplan ondergronds een deel van de parkeerplaatsen te realiseren. Op deze manier zijn de financiële consequenties voor de gemeente grotendeels voorkomen. De argumentatie dat de projectontwikkelaar zijn plan moet aanpassen, is niet juist. De projectontwikkelaar is bekend met de te volgen procedure: eerst het bestemmingsplan vast stellen en daarna pas ontwerpen. Dat is de normale procedure. Daarnaast heeft de gemeente indertijd agrarische grond aangekocht. De opbrengst voor het wijzigen van het bestemmingsplan komt ten goede van de burgers van dit dorp. Is het dan teveel gevraagd dat die opbrengst mogelijk iets kleiner is om de direct omwonenden iets tegemoet te komen?

Raadsleden, de wethouder heeft zelf geconstateerd, dat de zijgevel een blinde gevel is. Mogelijk zijn bewoners als direct belanghebbenden stekeblind, maar de bewoners van dit dorp zullen nooit begrijpen dat de huizen er nog staan. Bewoners worden gedegradeerd tot het klompenhok van het nieuwe winkelcentrum, waarvoor dank. Hij roept de raadsleden op het amendement van WIJ van harte te steunen. Dank u wel.

Inspreker 4

De heer Vader wil wederom gebruik maken van zijn inspreekrecht m.b.t. een aantal onderdelen, die hem als bewoner van de Gemeentewerf direct aangaan. Als eerste de geluidsoverlast. Er werd gesproken over een overschrijding van 15%, wat zorgwekkend is. Het geluid wordt t.o.v. het bestemmingsplan van 2013 straks met 600% overschreden. De vraag aan de gemeenteraad is dan ook of er niet alleen onderzoek wordt gedaan, maar of er ook daadwerkelijk compensatie wordt verricht. Zeker omdat niet alleen de initiatiefnemer van het bestemmingsplan de gemeente, als opdrachtgever, maar ook als handhaver en zelfs de zorgplicht heeft om bewoners daarin te ontzien. Wat heeft de gemeenteraad gedaan met de vragen en opmerkingen m.b.t. het feit dat in zowel de rapporten uit 2013, maar ook in het huidige geluidsrapport uit 2018 verkeerde getallen zijn aangenomen, waardoor er een veel te positief beeld van de geluidsbelasting is ontstaan. In een vorige zitting met de commissie ruimte is er gesproken over de juridische consequenties, of de gemeente wel aansprakelijk is als veroorzaker van het extra geluid. Dit zou onderzocht worden. Hij vraagt zich af of de gemeente, met zorgplicht en als handhaver bij

geluidsovertreding, zich er geen zorgen over moet maken, en of een goede gemeenteraad zich daarvoor moet laten kennen. Is de overheid wel een evenwichtige partner in een gesprek? Hij is van mening, dat niet alleen de geluidsveroorzaker daarvoor aansprakelijk, maar de gemeente er zeker een toetsing op moet doen of dit wel juist wordt uitgevoerd. Dan de luchtkwaliteit. Bewoners maken zich zorgen, zeker gezien het feit dat er bijzonder veel meer verkeersbewegingen zullen gaan plaats vinden, meer dan de gemeente heeft berekend. Of de luchtkwaliteit ter plaatse van de woningen aan de Gemeentewerf wel gewaarborgd en binnen de normen blijft. Zeker ook omdat de verkeersbewegingen niet stroken met de getallen, die in de commissie ruimte naar voren zijn gebracht. De verkeerskundige situatie. Zoals de eerste inspreekster al aangaf, maken bewoners zich ook zorgen over de verkeersveiligheid. Dit wordt niet alleen opgelost met een nieuwe verkeersbrug voor fietsers als mooie oplossing. Die fietsers moeten ook de Gemeentewerf over. Op dit moment bestaat de Gemeentewerf uit een 30km weg, die echter geen enkele snelheid remmende maatregel heeft. Op deze weg kan, en dat zal ook uit de metingen blijken, met gemak 80km/u worden gehaald. Sterker nog, dat gebeurt ook. Enkele raadsleden hebben dit ook daadwerkelijk ondervonden toen ze op bezoek waren en de geluiden van buiten binnen ruimschoots konden horen. Zijn verzoek is dan ook om bij het uitwerkingsplan de Gemeentewerf zo in te richten, zodat er maximaal maar 30km/u kan worden gereden, waardoor onveilige situaties door hard rijdende auto’s en vrachtwagens worden verminderd. Graag wil hij weten van de wethouder of dit wordt mee genomen in de uitwerkingsplannen voor de ontsluiting van zowel het nieuwe parkeerterrein als de toegangswegen naar de parkeergarage. Het laatste onderdeel gaat over de gebouwhoogte van blok 6b.

Zijn buurman heeft bij de eerste inspraakmogelijkheid aangegeven, dat hij heeft geconstateerd dat 4 bouwlagen door een verplaatsing van de volumes, door de woontoren te verlagen met een verdieping, bij

(5)

bewoners voor hun neus met een woonlaag werd verhoogd. Ze vragen zich af of de geloofwaardigheid van de gemeente hiermee niet in het geding komt, zeker omdat het volume aan de ene kant wordt verplaatst en aan de andere kant wordt verhoogd. Als de ontwikkelaar daarin maatregelen moet nemen, zoals besproken door vorige inspreker, lijkt het hem sterk, dat die vijfde verdiepingslaag er dan ook moet komen. Hierbij wil hij het laten.

5. Vaststelling van de agenda

De heer Muis heeft een motie vreemd aan de orde. Kan hij die hier mede delen? De voorzitter geeft hem toestemming. De heer Muis heeft een motie vreemd aan de orde over het kaderstellen door de raad bij ontwikkelingsgerichte bestemmingsplannen. De voorzitter maakt hier agendapunt 8d van.

De heer Ruijtenberg heeft een motie vreemd aan de orde aangaande het kinderpardon. De voorzitter maakt hier agendapunt 8e van.

De voorzitter constateert, dat de raad hiermee instemt, waarmee de agenda is vastgesteld.

6. Vaststelling verslagen vorige vergaderingen d.d. 18 oktober 2018 en 1 november 2018 Het verslag van de vorige vergadering wordt conform vastgesteld. Aldus besloten.

7. Lijst ingekomen stukken en overzichten afhandeling toezeggingen en moties

De voorzitter constateert, dat er geen opmerkingen worden gemaakt, waarmee het is vastgesteld.

8. Bespreekpunten:

8.a Bestemmingsplan 'Uitbreiding centrum Berkel en Rodenrijs'

De heer Jumelet heeft een amendement m.b.t. de bouwhoogte. Hieraan is al kort gememoreerd. Hij wil woorden in bredere zin wijden aan dit raadsvoorstel. WIJ is, net als alle andere fracties naar hij

aanneemt, blij dat er uiteindelijk een afbouw komt van het centrum in Berkel. Maar WIJ heeft toch een aantal zorgen en die zorgen zijn dermate groot, dat WIJ er op deze plek toch nog een keer aandacht voor wil vragen. Hij zal het kort even langs lopen. Bouwen voor leegstand. WIJ heeft ernstige zorgen over het feit dat zoveel vierkante meter wordt toegevoegd aan het winkelarsenaal. WIJ heeft gevraagd, en het is gelukkig nog uitgezocht voor deze raadsvergadering, naar dubbele bestemmingen op de panden. In dat punt is WIJ gerust gesteld, omdat er in ieder geval een dubbele bestemming is winkel/horeca en deels wonen. Mocht het nodig zijn, dan kan er geschakeld worden tussen de verschillende gebruikvormen. Maar toch blijft het aantal vierkante meters wat toegevoegd wordt een punt van zorg. Ontsluiting en parkeren.

Telkens een terugkerend onderwerp als het gaat om Berkel west. Maar niet alleen Berkel west, heel Berkel. Er zal ook een amendement worden ingediend rondom dit onderwerp door een collegepartij, waarbij de integraliteit belangrijk is, het integraal benaderen van de verkeersontsluiting, parkeren, maar ook verkeersveiligheid. Dit is ook door insprekers aangegeven. Dat blijft een grote zorg, ook voor WIJ.

Voor het inrichtingsplan zal vanavond ook het e.e.a. worden ingediend, samen met de PvdA. Ook in het inrichtingsplan zitten zoveel politieke punten, maar ook zoveel vraagtekens. De heer Vader refereerde er al aan. Dat is wel iets wat de raad aan zich moet houden, omdat het hele bijzondere politieke zaken zijn, die burgers heel erg bezig houden. Dat heeft niets te maken met vertrouwen of wantrouwen. Het heeft te maken met het feit, dat in deze arena, in deze raad, dergelijke onderwerpen thuis horen. Dan komt hij bij het amendement; hij zal het voorlezen, want dan is de inhoud ook gelijk duidelijk:

A2018-020

Overwegende, dat inpassing van de uitbreiding van het centrum van Berkel en Rodenrijs aan de zijde van de woningen Westersingel 53-67 vraagt om een geleidelijk verloop van de bouwhoogte van de nieuwbouw richting bestaande woningen aan de genoemde Westersingel. Een bouwhoogte van 15,5m een abrupte overgang geeft en bestaande woningen aan de Westersingel niet tot zijn recht laat komen. Een

bouwhoogte van maximaal 12m en maximaal 4 bouwlagen een betere overgang geeft naar de genoemde bestaande woningen, die zelf 6,5m hoog zijn en die op circa 25m afstand staan. Stellen bovengenoemde fracties, zijnde WIJ, PvdA, GL en D66, het volgende amendement voor:

Het dictum onder punt 1 na het laatste woord aan te vullen met de tekst: Met dien verstande dat in document T18.12808 bestemmingsplan verbeelding uitbreiding centrum Berkel Rodenrijs voor het hieronder blauw aangegeven, kaartje toegevoegd aan het amendement, een deel van het bouwvlak de maximum bouwhoogte wordt gewijzigd van 15,5m naar 12m en het maximum aantal bouwlagen wordt gewijzigd van 5 bouwlagen naar 4 bouwlagen.

Het amendement wordt ingediend door WIJ, maar ook de heer Muis van D66, de heer Ruijtenberg van GL en mevrouw Verhoef van de PvdA.

De heer Blonk vraagt of met het dictum wordt bedoeld het besluit. De heer Jumelet zegt ja. Tot slot wil hij nog één punt aanstippen. Dat is de brief die naar de raad gegaan is n.a.v. de commissievergadering.

(6)

In de commissie heeft WIJ nadrukkelijk gevraagd om in overleg te gaan met de projectontwikkelaar om te zien in hoeverre dit realiseerbaar is. N.a.v. die brief de vraag of de raad nog vrij is om kaderstellend te zijn zonder gelijk met de rug tegen de muur gezet te worden met het argument dat het geld kost?

Daar heeft WIJ moeite mee in de brief aan de raad. Hiermee wordt de raad als kaderstellend orgaan eigenlijk buiten spel gezet. Daar heeft WIJ ernstige bezwaren tegen. Dank u wel.

Mevrouw Verhoef kan vanuit de PvdA naadloos aanhaken op het betoog van de heer Jumelet. Het is een gevoelig politiek dossier, het bestemmingsplan en de verdere inrichting van het centrum van Berkel.

Vandaag gaat het over het vast stellen van het bestemmingsplan, over de uitbreiding van het centrum Berkel. Maar het vervolg is het inrichtingsplan. Dat inrichtingsplan is een uitwerking van het

bestemmingsplan, maar het gaat ook verder. Dit gaat zij verder toelichten. Het plangebied voor het bestemmingsplan is beperkter, dus kleiner, dan het inrichtingsplan voor de openbare ruimte. Er is voor gekozen om in het inrichtingsplan voor de openbare ruimte ook de omliggende wegen, dus de

Gemeentewerf, Oudelandselaan, Boerhaavestraat en de Röntgenstraat mee te nemen. Luister goed, die wegen vallen dus binnen het inrichtingsplan. De maatregelen aan deze wegen, en dat is ook van

verschillende insprekers gehoord, zijn gewenst, om te zorgen voor een goede en veilige verkeerssituatie rondom het centrumgebied. Ook de luchtkwaliteit en de geluidsoverlast zijn heel belangrijke zaken. Die aanpassingen aan die wegen zijn al mogelijk binnen het huidige bestemmingsplan, zodat die wegen geen onderdeel hoeven te worden van het nieuwe bestemmingsplan van het centrumgebied. Als de raad er iets over wil zeggen, dan zal dat bij het inrichtingsplan moeten gebeuren. Onder de duo-raadsleden en raadsleden en inwoners leven grote zorgen over de verkeersveiligheid en geluid- en luchtkwaliteit in de betreffende straten en in het centrumgebied. Het definitieve ontwerp van het inrichtingsplan moet nog worden opgesteld. Er komt dus nu de fase van precies die maatregelen treffen. De raad kan hier echt een rol in hebben en besluitvaardig zijn en besluiten over nemen. Dat is nu aan de orde wat de PvdA betreft en daarom dient de PvdA dit amendement in samen met WIJ en GL. De invloed van de raad is te beperkt als er alleen maar een bespreking is in de commissie ruimte en dat is wat wethouder Arends heeft gezegd. Ze zei: het wordt besproken in de commissie. Bespreken is leuk, want dat kan iedereen zijn mening geven en misschien wordt er wat mee gedaan, misschien niet. De PvdA pleit echt voor besluitvorming. Daarom komt ze nu op het amendement:

A2018-021

Ondergetekenden stellen het volgende amendement voor. Bij het raadsbesluit bestemmingsplan uitbreiding centrum Berkel en Rodenrijs een vierde punt toe te voegen aan de gevraagde besluiten, namelijk: Punt 4. Het inrichtingsplan openbare ruimte voor te leggen aan de raad ter besluitvorming en de voorbereiding voor dit door de raad te nemen besluit te doen met overeenkomstige toepassing van het art.3.8.1 wet ruimtelijke ordening met dien verstande dat de raad eveneens het ontwerp inrichtingsplan openbare ruimte vast stelt en het college alle handelingen verricht in het kader van de ter inzage legging van het ontwerp inrichtingsplan en behandeling van zienswijzen inclusief het opstellen van een nota van zienswijzen.

Er is een juridisch advies ook nog ingewonnen van drie verschillende juristen met hulp van de griffie. Dat is gebruikt om ervoor te zorgen, dat het amendement ook juridisch klopt. De drie juristen verschillen enigszins van mening, maar zoals de PvdA de tekst heeft gelezen, bieden alle drie de juristen de ruimte om toch aan de raad die besluitvorming toe te zeggen. De raad gaat daar zelf over. De PvdA wil graag van de andere fracties horen of zij ook niet heel graag bij het besluit een rol willen spelen. Van het college wil de PvdA horen wat hen tegen houdt om de raad niet de besluitvorming te laten doen in dit dossier. Hier wil zij het voor nu bij laten.

De voorzitter wijst erop, dat op de website een overzicht van de amendementen te vinden is. Dit geldt ook voor de moties. Dan de moties, eerst van GL.

De heer Ruijtenberg start met de beantwoording van de vraag van mevrouw Verhoef. GL heeft het amendement mede ingediend. Uiteraard is GL voor. GL vindt dat de raad veel eerder, veel nauwer en veel beter betrokken moet worden bij een besluitvorming voor een inrichtingsplan. Er is een niet zo heel goed verleden m.b.t. bestemmingsplannen. Daar moet lering uit getrokken worden, dat het beter gedaan wordt. De raad moet er bij de voorkant meteen al goed bij betrokken zijn. Dat is voor GL de voornaamste reden geweest om dit amendement mede in te dienen. Het amendement van de heer Jumelet heeft GL ook mede ingediend, omdat GL zich ook enigszins heeft gestoord aan de brief, die is gestuurd n.a.v. de bespreking in de commissie ruimte, waarbij de raad eigenlijk voor een voldongen feit werd gesteld.

Aangaande de reden waarom GL een motie indient: dat heeft te maken met wat de heer Vader terecht heeft opgemerkt. Er komt daar veel meer verkeer. Dat verkeer zal harder rijden en dat doet het nu al.

Meer verkeer wat harder rijdt, zorgt voor meer geluidsoverlast. De effecten van geluidsoverlast en geluidshinder worden regelmatig onderschat. Het is nu eenmaal zo dat geluid zorgt voor effecten op de gezondheid. Dat zijn schadelijke effecten. Er is al veel geluid in deze gemeente met het vliegveld in de buurt. Er zal meer geluid komen met een A16, die aangelegd wordt. Dat deze mensen voor hun deur een

(7)

enorme toename krijgen, volgens de heer Vader 600%, volgens andere berekeningen een ander getal, is wat GL betreft onacceptabel. Daarom heeft GL de volgende motie ingediend:

M2018-028

Overwegende dat het centrumplan leidt tot meer verkeer en daardoor tot meer geluid, de bestaande woningen langs de ontsluitingswegen te maken krijgen met een geluidstoename, waarop deze niet zijn gebouwd, de woningen aan de Gemeentewerf nu al een hogere geluidsdruk ervaren dan waar ze op zijn gebouwd. Van oordeel zijnde dat het onzeker is of er voldoende maatregelen in het bestemmingsplan zijn opgenomen om de toename aan geluid te niet te doen of de toename tenminste aanvaardbaar te houden, roepen het college op ervoor te zorgen dat er voldoende maatregelen worden getroffen om de geluidsdruk binnen de wettelijke kaders te krijgen en te houden.

De heer Muis zegt dat D66 blij is, dat er planologische ruimte komt voor de veilige fietsverbindingen en het theater. Maar hij gaat nu in op wat is ingebracht door de andere fracties en insprekers en dat is de geluidsoverlast en de bouwhoogte, het inrichtingsplan en de motie van D66 m.b.t. parkeren. Het amendement van D66, WIJ, PvdA en GL over de bouwhoogte van de Westersingel: dat is eigenlijk in de kern al verkeerd gegaan door het stippellijntje om de woning heen te trekken, daarna allerlei afspraken te maken en toch in gesprek te gaan om ze tegemoet te komen. Wat men had willen doen is het

plangebied groter maken en ook echt de omgeving er meer in betrekken. Hetzelfde geldt voor

schoolpleinen bij Het Baken. Dat was een mooie gelegenheid om daar die verbinding te leggen en om het in het plan mee te nemen. Nu loopt men er tegen aan, dat het plan aan de achterkant aangepast moet worden en dat blijkt heel lastig. Desalniettemin dient D66 mede het amendement in m.b.t het verlagen van de bouwhoogte bij de Westersingel. De brief wijst de raad op allerlei zaken, maar daar is de raad niet verantwoordelijk voor, want het is namelijk door anderen besloten en niet door de raad besloten.

Dus die komt per kerende post terug. Hij begrijpt, dat het lastig is voor de coalitie. Het is een soort meloen, een bekende metafoor, die doorgeslikt moet worden en dat is niet prettig. Vandaar dat hij straks een motie indient om dit in de toekomst te voorkomen. Dan het amendement van PvdA, WIJ en GL over het inrichtingsplan. D66 wil dat de raad goed in zijn rol gezet wordt en serieus genomen worden. Hij denkt dat het college dat ook wil. Als de raad aan de voorkant goed in positie gebracht wordt en de ruimte geboden wordt, dan was er geen amendement over het inrichtingsplan, waarbij de raad mee zou willen kijken. D66 wil liever niet op de stoel van de wethouder gaan zitten, maar tegelijkertijd wil D66 wel horen van de wethouder welke rol de raad heeft bij de verdere uitwerking straks als dit amendement niet aangenomen wordt. Dan de motie m.b.t. geluidsoverlast: het is redelijk algemeen opgesteld, maar hij denkt dat dat handig is, omdat de problematiek niet alleen bij de gemeentewerf is, maar op

meerdere plekken. Hij denkt dat D66 daar wel in mee zal gaan. Dan de eigen motie m.b.t. parkeren. Hij was aan het twijfelen of het een motie vreemd aan de orde moet zijn of een gewone motie bij het bestemmingsplan, omdat tijdens de commissie werd gezegd dat parkeren hier niet bij hoort. Maar hij mocht er toch bij en dat lijkt hem ook heel erg terecht, want er wordt niet zo’n groot plan gemaakt zonder de hele verkeerssituatie in het gehele centrum goed onder de loep te nemen. Dus via de griffie heeft hij aan de ambtelijke organisatie gevraagd of er dan nog een visie komt m.b.t. het parkeren.

Daarop werd verwezen naar de parkeernota van begin 2014. Daar staan normen in wat geen beleid inhoudt, laat staan dat het een integraal antwoord biedt op een nieuw ontwikkelingsplan met een oud deel en een nieuw deel en alle problematiek, die via zienswijzen en insprekers naar voren is gebracht.

Dus dient D66 de motie in ‘parkeren centrum Berkel’. Hij beperkt zich tot het dictum.

M2018-029

Roept het college op om te onderzoeken hoe de parkeernorm voor het gehele centrum na uitbreiding van het centrum in balans kan worden gebracht. Roept het college op een visie te vormen op de gewenste parkeermogelijkheden voor het gehele winkelcentrum na uitbreiding van het nieuwe deel. Roept het college op om daarbij op zoek te gaan naar extra parkeerruimte voor bezoekers van het oude centrum.

Roept het college op de mogelijkheden tot dubbelgebruik te onderzoeken, ’s nachts en overdag, bijvoorbeeld door invoering van blauwe zones. Roept het college op bij toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen extra parkeermogelijkheden te creëren en tijdelijke parkeermogelijkheden te

onderzoeken, dus in de omgeving. En hierover de raad in het eerste kwartaal van 2019 te informeren.

Ondertekend mede namens WIJ.

De heer Markus zegt dat tijdens de commissie al verschillende aandachtspunten benoemd zijn voor dit plan. Hij wil zich nu alleen beperken tot de ingediende moties en amendementen. Allereerst de hoogte van blok B. Er werd gezegd dat het wellicht een meloen is. Voor de fractie voelt het op zijn minst als een hele appel doorslikken en bovendien is hij allergisch voor appels. Het was een lastig onderwerp en ook een lastige discussie; dat mag men best weten van de CU. In de commissie heeft de CU aangegeven, dat de CU hecht aan een dorpse uitstraling. Er staan daar nog prachtige arbeiderswoningen. Inderdaad, met die hoge bebouwing eromheen kan men zich inderdaad afvragen of dat nog wel voldoet aan de stelling, dat men het dorpse karakter wil behouden. Aan de andere kant maakt blok B wel deel uit van een heel centrumplan, wat een complete ontwikkeling is en wat in zijn totaliteit beoordeeld moet worden. Een

(8)

ontwikkeling die vooraf gegaan is met een intensieve samenwerking en afstemming met de omgeving.

Daarvoor wil hij hier nogmaals de complimenten geven. Ook geeft blok B extra ruimte voor de, door de CU en gehele raad zo gewilde, starterswoningen. Kortom, de keuze voor of tegen een verlaging van blok B is niet makkelijk te maken. Er zijn allerlei opties en goede redenen voor verlaging, maar ook om het te laten zoals het er was. Een andere worsteling, hier al vaker benoemd, is: hoe zit het nu met de kader stellende rol van de raad in dit verhaal? Waar inspraak en waar niet? Daar is de CU nog eens ingedoken.

Eind 2016 heeft de raad een mail gehad met een heel overzicht van documenten die de raad heeft vastgesteld in het verleden. Daar staan stukken bij, die een jaar of 8 geleden zijn vast gesteld, zo niet nog langer terug. Er is in het verleden al veel over gesproken. Eén van de belangrijkste documenten voor de raad is het bestemmingsplan, wat door de raad is vastgesteld in 2013. Dit bestemmingsplan is

indertijd aangepast met als doel kaders te stellen voor een mogelijke centrumontwikkeling. Een

belangrijk document dus. Er wordt hier gevraagd of er wel kaders vast gesteld zijn, maar de CU denkt in die zin wel, want er is een bestemmingsplan vast gesteld. Daarin wordt ook gesproken over hoogtes en mogelijkheden voor bebouwing. Daar wordt het toch wat lastig in de discussie, want in het

bestemmingsplan wordt gesproken over een maximale goothoogte van 12m en een maximale nokhoogte van 15m. Bouwblok B voldoet op geen enkele manier aan dat bestemmingsplan, omdat dit een

goothoogte heeft van 15,5m. Het is een plat dak, dus de goothoogte en de nokhoogte zijn in dit geval hetzelfde. Dat vindt de CU toch lastig, want er is een kader mee gegeven en de CU vraagt zich af of daarmee aan het kader wordt voldaan. Ziet de CU dit verkeerd? Ziet de CU dingen over het hoofd? Is het oude bestemmingsplan niet gunstiger voor de woningen aan de Westersingel? Doet het nieuwe

bestemmingsplan daar niet een hoop onrecht aan? Daarop wil de CU eerst antwoord krijgen van het college, voordat de CU een mening zal geven over het amendement. Of het nou een meloen is of een appel, het blijft lastig om hierover te beslissen. Dan het amendement m.b.t. het inrichtingsplan. Hier is in de commissie ook al over gesproken. Hij ziet het voorstel van het college om het inrichtingsplan te bespreken als een bespreekstuk in de commissie. Dat geeft alle partijen, inwoners, de tijd om in te spreken, voorstellen in te dienen, dingen aan te geven die anders moeten. De CU heeft er alle vertrouwen in dat die voorstellen serieus worden meegenomen door het college en ook worden

uitgevoerd. Als er twijfel is aan de uitvoering, zijn er nog mogelijkheden om moties in te dienen, al dan niet vreemd aan de orde, om zaken dwingend op te leggen aan het college. Mevrouw Verhoef vraagt waarom de omweg gekozen moet worden om moties vreemd aan de orde te gaan indienen, als het gewoon als een stuk op de agenda geplaatst kan worden ter besluitneming. De heer Markus was nog niet klaar met zijn betoog. Dat was de volgende reden. De raad heeft met het college afgesproken, dat er een scheiding is tussen de taken van het college en de taken van de raad. Er is voor gekozen om een

inrichtingsplan als taak bij het college neer te leggen. De CU wil die scheiding zuiver houden. Waar ligt de grens? Bij hele grote plannen? Bij kleine plannen? Plannen met weinig of veel impact? Wanneer is een inrichtingsplan voor het college en wanneer voor de raad? De CU is tegen het amendement om die zuiverheid er in te houden. Want stel, dat er een herinrichting van een wijk komt? Wil de raad dat dan ook naar zich toe trekken om er besluitvorming over te voeren? Mevrouw Verhoef zegt dat de raad hier zit voor de inwoners. De raad vertegenwoordigt ook die inwoners. Dat is de reden, waarom de PvdA bij dit soort grote, gevoelige dossiers, waarbij een aantal wegen alleen aan de orde komen bij het

inrichtingsplan, de raad de besluitvormende rol terug wil geven. De heer Markus zegt dat alle 33 raadsleden hier zitten voor de inwoners. Wat mevrouw Verhoef aangeeft, geeft ze ook aan in het amendement en daar is de CU op tegen. De heer Jumelet wil nog één dingetje terug halen uit de

commissie ruimte. Daar heeft men expliciet een aantal keer gevraagd aan de wethouder hoe het zat met die fietsbrug. Dat is een voorbeeld waar WIJ zorgen over heeft. Dat komt tegemoet aan de gedachte van de CU om juist wellicht voor het amendement te stemmen. Een meerderheid van de commissie tekende zich af voor een fietsbrug. De wethouder gaf aan, dat dit een goede oplossing zou zijn. Op de vraag of het dan een fietsbrug zou worden, antwoordde de wethouder dat dat nog niet zeker is en bekeken gaat worden. Een meerderheid van de raad geeft iets aan, de wethouder vindt wat, het tendeert naar een fietsbrug, maar vervolgens blijft het boven de markt hangen of er een fietsbrug komt, ja of nee. Hoe serieus neemt de raad zich en de inwoners. De voorzitter onderbreekt hem. De heer Markus vindt dit een hoop woorden. De wethouder had aangegeven, dat het bestemmingsplan de brug mogelijk maakt. In het inrichtingsplan komt de beslissing m.b.t. de brug. In het inrichtingsplan komt waarschijnlijk te staan, dat die brug er komt. Het inrichtingsplan gaat voldoende duidelijkheid bieden over de inrichting die wordt gekozen in het centrum van Berkel. Als de raad het er niet mee eens is, kunnen die punten ingediend worden. Als er geen vertrouwen is, kan men een motie indienen. De heer Jumelet vindt dat als er aan de voorkant al twijfel is en als de raad geen zekerheid kan krijgen over iets waar de meerderheid voor is, dat het dan goed is om dit aan de voorkant te regelen i.p.v. het indienen van een motie achteraf om het te repareren, waarvan gezegd wordt dat dat geld kost. De heer Markus zegt dat deze woorden gestoeld zijn op twijfel en de CU kent die twijfel niet. Dat is helder. Dan de motie over geluidsoverlast. De motie is heel algemeen opgesteld, maar zo algemeen, dat hij zich afvraagt wat er meer wordt bereikt dan wat is toegezegd in de commissie door de wethouder, namelijk dat er onderzoek wordt gedaan en dat men in gesprek gaat met de inwoners. Op basis daarvan wordt er gekozen voor een oplossing. In hoeverre voegt deze motie daar nog iets aan toe? Dan de motie parkeren. Inderdaad een punt wat vaker aan de orde is geweest. Het maakt dan even niet uit of het wel of niet bij dit bestemmingsplan hoort. Er wordt nu een

(9)

onderzoek gedaan, specifiek rond de Terpstraat. Is dat onderzoek nu zo integraal zoals D66 met de motie bedoelt? Of zit er licht tussen. De wethouder heeft de toezegging gedaan om hierop terug te komen in de maand december. De heer Muis vraagt of het de vraag is of het alleen over de Terpstraat gaat. Daarop is het antwoord, dat het juist veel breder is, omdat er andere opties zijn, die in zijn integraliteit bekeken moeten worden. Dus niet knippen en plakken en kijken wat het wordt, maar een visie vormen vanuit het college, waar al die onderdelen in zitten o.a. de Terpstraat. Maar misschien zijn er nog andere

mogelijkheden. De heer Markus zegt dat de heer Muis het beter verwoordt. Dat is precies hetgeen hij aan de wethouder wil vragen. Is hetgeen waar de wethouder mee komt, hetgeen wat voorgesteld wordt in de motie? Of is het minder? De heer Muis heeft dit dus ook gevraagd via de griffie. Er komt geen visie op parkeren. Vandaar zijn motie. De heer Markus wacht het antwoord van de wethouder af. Dit was zijn bijdrage voor de eerste termijn.

De heer Blonk zegt dat in de fractie van L3B uitgebreid gesproken is over het bestemmingsplan, ook over het woontorentje met een hoogte van 30,5m. Het lag moeilijk in de fractie in relatie tot het dorpse karakter, maar uiteindelijk is de fractie akkoord gegaan met deze hoogte van dat slanke, mooie torentje.

Hij herhaalt hiermee de woorden van de wethouder in de commissie. Dan de woningen aan de

Westersingel 53-67. In de fractie van L3B is de reactie van het college op het plan Vreugdenhil, wat hij zo genoemd heeft in de commissie, uitgebreid besproken. Inhoudelijk is de brief van het college voor L3B toch doorslaggevend geweest om het college hierin toch te volgen. De voorwaarde is wel, dat de al eerder toegezegde inpassingen en afscherming van het rijtje woningen door groen en water goed en in overleg met de bewoners gerealiseerd wordt. Dan komt hij bij het amendement van WIJ, D66, PvdA en GL. Hij deelt het betoog van de heer Markus. Hij staat daar volledig achter. Net als hij wacht hij het antwoord van het college af. In de tweede termijn komt hij erop terug. Het amendement van de PvdA, GL en WIJ: de bevoegdheden voor het opstellen van een inrichtingsplan voor openbare ruimte ligt bij het college. De PvdA, WIJ en GL willen het inrichtingsplan in dit geval ter goedkeuring bij de raad leggen. In de commissie is dit aan de orde geweest. De wethouder heeft aangegeven het inrichtingsplan in de commissie ruimte te willen bespreken. In de commissie heeft L3B aangegeven dit een goede zaak te vinden. Hij gaat ervan uit, dat het college heel goed luistert naar wat de commissie dan inbrengt en er zeker mee aan de gang zal gaan. Daar heeft hij vertrouwen in. Als er een meerderheid zich aftekent in de commissie, dat het college daar heel serieus mee aan de gang gaat. Hij heeft geen aanwijzingen dat ze dat niet zullen doen. Hij is het er niet mee eens dit in de raad te brengen voor vaststelling. Het college is er voor de uitvoering en niet de raad. L3B heeft het vertrouwen, dat het college naar de raad luistert en zal het amendement dan ook niet steunen. De motie geluid van GL. In de commissie is door de wethouder aangegeven, dat hiervoor goede oplossingen in de maak zijn. Er wordt op terug gekomen na extra geluidsonderzoek. Dat is wat de wethouder in de commissie heeft aangegeven. Voor L3B is nu deze motie niet nodig. L3B gaat ervan uit, dat dat nog terug komt, de geluidsonderzoeken en dat soort zaken.

De motie D66 parkeren. L3B wacht de reactie van het college af, omdat hij een beetje op het verkeerde been is gezet. Aanvankelijk dacht hij dat het de Terpstraat is, maar het is veel breder. Dat zag hij vanmiddag. Tot slot. L3B heeft het zeer gewaardeerd, dat dit college en het vorige college veel

bijeenkomsten heeft georganiseerd voor bewoners, scholen, winkeliers en andere belanghebbenden. Zij hebben kunnen aangeven wat zij willen. Het heeft geleid tot aanpassingen. Als belangrijk voorbeeld hiervan is het gebied rond de Boerhaavestraat, Röntgenstraat en Oudelandselaan. Daar zijn

verbeteringen ingevuld, die door inwoners zijn aangedragen en die de verkeersveiligheid, met name voor fietsers, enorm ten goede zijn gekomen. Eens met inspreekster: als straks de bouw gaat beginnen moet er een goed, deugdelijk plan zijn om de fietsveiligheid van kinderen te kunnen garanderen. Dank u wel.

De heer Machielse vindt het een mooi plan, Berkel centrum, wat in brede zin goed in de omgeving past en wat ook echt een waardevolle toevoeging gaat zijn voor Berkel en Rodenrijs en het centrum met een nog betere regionale functie. Maar goed, geen plan is volmaakt. En zoals plannen gaan, valt er altijd iets van te zeggen. Laat dan juist de discussie in deze raad daar over gaan. Is er nu teveel gedaan aan het aanbod? Is er nou te weinig gedaan aan de inpassing? Wat is er in ieder geval wel gedaan en waar is de VVD ook blij mee? Er zijn starterswoningen. Er is een breed assortiment aan koop- en

huurappartementen. Een uitbreiding van winkel- en horeca-aanbod en daarnaast ook een uitbreiding van het parkeeraanbod. De vraag is of het ooit genoeg zal zijn, maar voor nu in ieder geval een uitbreiding.

Daarnaast de vele veilige fietsroutes en mogelijkheden voor fietsparkeren, waarover de dank door mevrouw Van Vliet is uitgesproken. Waar dingen heel goed gaan, gaan soms ook dingen wat minder goed.

Geluid bijvoorbeeld en de motie van GL die daarover gaat. De strekking hiervan steunt de VVD, maar in de commissie heeft de VVD dit ook al gesteund en gevraagd wat de wethouder hieraan gaat doen. Toen heeft de wethouder gezegd aan de slag te gaan om te zorgen dat de nodige aanpassingen gedaan zouden worden. De wethouder had het over de gevel. Of dat de beste oplossing is, laat hij aan het college. Bij deze de vraag aan de wethouder: kan de wethouder toezeggen dat zij dit gaat doen? Verder het herhalen van een wet, die er al is, opgelegd door de hogere overheid, lijkt de VVD niet nodig. Wat de motie van D66, inzake parkeren, betreft, wacht de VVD de reactie van de wethouder af. Is dit wel of niet integraal en hoe verhoudt dit zich tot de Terpstraat en de uitwerking die op dat vlak nog moet komen? Dan de amendementen. Eerst m.b.t. plan Vreugdenhil, de afbouw van de bouwlagen naar het noordelijk deel van

(10)

de Westersingel toe. De VVD heeft gezegd: bouwen is altijd goed, bouwen waar kan, meer woningen toevoegen en mensen een dak boven het hoofd bieden. Het bestemmingsplan uit 2013 gaf het eerste kader aan voor het college om ermee aan de slag te gaan. Hierin was o.a. opgenomen, dat de gevel kon beginnen ruim 5m uit de woning van de heer Vreugdenhil. Hij is blij om te zien, dat het nu bijna 25m is geworden. In een eerdere inspraakreactie gaf de heer Vreugdenhil ook aan, dat hij drie dingen heeft. Hij wil water, een groene overgang en het aanpassen van de bouwlagen. Hij heeft toen aan de heer

Vreugdenhil gevraagd, bij een bezoek bij hem thuis, wat het belangrijkste is voor hem en hoe men hem binnen redelijke voorwaarden tegemoet kan komen. Toen gaf hij aan, dat water belangrijk is voor de fundering van de huizen. De groene overgang is belangrijk voor als hij uit zijn raam of tuin kijkt wat hij dan ziet. En daarna de bouwlagen. Dan komt men op een afweging. Vindt de raad het minimaal € 1mln en 5 appartementen waard om die bouwlaag te verlagen? De VVD heeft het standpunt te willen kiezen voor die extra starterswoningen, omdat die zo benodigd zijn in dit gebied. Wel wil de VVD nog nadrukkelijk vragen om met bewoners in gesprek te gaan over die groene overgang en te zorgen voor de groene inpassing. De heer Jumelet heeft een hypothetische vraag. Stel dat het geen starterswoningen waren, maar gewone koopappartementen, had de VVD dan wel voor geweest? De heer Machielse vindt dit een interessante vraag. Op wat/als vragen reageert de VVD normaal niet op. Maar natuurlijk, als er

penthouses hadden gezeten, dan ging het misschien niet over € 1mln, maar over een verschil van € 2mln.

Had dat de afweging anders gemaakt? Ongetwijfeld. Maar die feiten zijn er helaas niet, dus daar kan hij ook geen uitsluitsel over geven. De heer Jumelet concludeert hieruit, dat de VVD zich nu laat leiden door het feit, dat er starterswoningen geprojecteerd zijn door projectontwikkelaar en dat er wellicht niet creatief wordt gekeken naar een andere invulling, zodat toch die starterswoningen binnen het project gerealiseerd worden. De heer Machielse zegt dat de VVD zich wel vaker laat leiden door wat er speelt in de samenleving in bredere zin. Wat er speelt in deze regio is een nijpend woningtekort, waar met name de starters, de plek voor jongeren, er echt bekaaid van afkomen. Daarom ziet de VVD die bouwlaag wel graag gerealiseerd. Dat dit dan ook nog een extra opbrengst voor de gemeente teweeg brengt, waar weer andere dingen mee gedaan kunnen worden, is ook nog eens mooi mee genomen. Waar het de VVD echt om gaat is de opgave, die men met elkaar heeft, voor woningen, waarbij iedereen zijn eigen kinderen en buurkinderen ziet, die niet uit huis kunnen omdat er geen woningen zijn. Dat vindt de VVD er echt zwaar in wegen. Hij laat zich niet leiden door een plannetje van de projectontwikkelaar, hij laat zich echt leiden door wat er speelt in de samenleving. Mevrouw Verhoef zegt dat de PvdA natuurlijk voor

voldoende extra starterswoningen, dus in dat punt kan ze hem volledig steunen. Hij zegt dat de VVD kijkt naar wat er breed speelt in de samenleving. Er zijn ook argumenten opgebracht, dat het hoogteverschil tussen de nieuw te bouwen flat en de bestaande huizen op de Westersingel groot is. Het aangezicht is dus helemaal uit zijn verband gerukt en daar zullen ook meerdere mensen zich op een bepaalde manier aan ergeren of het jammer vinden, dat het dorpse gezicht verdwijnt. Hoe kijkt de VVD daar tegen aan?

De heer Machielse hoopt, dat hij er tegenaan mag kijken, want dan heeft hij ook een huis gevonden.

Stedenbouwkundige inpassingen laat hij bij voorkeur over aan de experts. Als er een positief advies is voor deze stedenbouwkundige inpassing met de notitie erbij, dat de groene inpassing aan te bevelen is, en dat leest hij, dan kan hij zich erin vinden. Vandaar dat bij eerdere vergaderingen en bijeenkomsten hier nadrukkelijk om gevraagd is. Wel heeft hij nog het initiatief genomen via de technische vraag, die de PvdA ongetwijfeld heeft gezien, m.b.t. wat de gevolgen nou zijn als de gemeente mee gaat in het verlagen van de bouwhoogte. Als dan blijkt dat het echt ten koste gaat van een aantal starterswoningen, dan zegt de VVD dat het zover niet mag gaan. Hij hoopt, dat hij hiermee de vraag van de PvdA

beantwoord heeft. Dan gaat hij verder naar het amendement van de PvdA, WIJ en GL over het

inrichtingsplan. Er is met elkaar een goede taakverdeling afgesproken, denkt hij. De raad stelt kaders, het college gaat het uitvoeren en de raad bewaakt of het gebeurt. Het kader wat de raad eerder aan het college heeft meegegeven, is: maak een inrichtingsplan wat op de steun van omwonenden kan rekenen.

Het college heeft zelf al het initiatief genomen om het te agenderen als bespreekpunt in de commissie, zodat de raads- of commissieleden zich er nog over kunnen buigen en gevoelens vanuit de samenleving kunnen delen. De collegeleden zijn net zo goed inwoners en doen dit net zo goed voor alle inwoners.

Laat men hen dat vertrouwen geven. Zelf heeft hij dat in ieder geval. Hier wil hij het voor nu bij laten.

De heer Van der Stelt zegt dat het CDA in de commissie ruimte al te kennen heeft gegeven, dat het CDA vindt dat er hier een heel evenwichtig bestemmingsplan ligt. Evenwichtig, waarin recht wordt gedaan aan zowel het dorpse karakter, wat men wil koesteren, als ook aan de ruimte die moet worden geboden om Lansingerland en vooral Berkel als het hoofdwinkelcentrum de gelegenheid te bieden zich verder te ontwikkelen. Het is vanavond al een paar keer genoemd; er zijn een paar punten die de aandacht vroegen. Te beginnen met de situatie m.b.t. de Westersingel en de inspraak van de heer Vreugdenhil namens bewoners. De Gemeentewerf, waar ook uitvoerig over gesproken is. En annex aan dit vraagstuk de parkeerproblematiek. Het CDA heeft ook zeker benadrukt, dat hier ook een heel goed proces aan ten grondslag ligt, waarbij heel veel ruimte is geboden aan een ieder om kennis te nemen van de plannen, om in te spreken, kortom om betrokkenheid te tonen. Hij wil daar nogmaals het college voor

dankzeggen, voor de wijze waarop dit tot stand is gebracht. Dan gaat hij nog even naar de heikele of openstaande punten. Eerst de Westersingel. Het CDA heeft juist vanwege de inspraak en de suggesties of alternatieven van het college willen vernemen hoe dat gewogen kan worden en wat de consequenties

(11)

zouden kunnen zijn. De raad heeft nota kunnen nemen van de reactie. Alles afwegende vindt het CDA dat de lijn van het college gevolgd moet worden. Temeer omdat er al compenserende maatregelen worden getroffen, groenvoorziening, afstand tot de woningen aan de Westersingel. Deze maken dat het, wat het CDA betreft, goed inpasbaar is. Alles afwegende denkt het CDA dat het een goede oplossing is, ook afgezet tegen de meerkosten als het nu weer overhoop gehaald zou worden. Dan de Gemeentewerf. In de commissie heeft hij aangegeven, dat het van belang is om zo nodig compenserende maatregelen te treffen. De wethouder heeft al aangegeven daartoe bereid te zijn. Hoewel hij niet vooruit wil lopen op een inrichtingsplan, wat hij graag bij het college wil houden, denkt hij dat wellicht het asfalteren van de weg aldaar soelaas kan bieden. Dan nog even de parkeerproblematiek. Daar is uitgebreid over

ingesproken, niet alleen tijdens de commissievergadering, maar ook al eerder, ook toen het CDA dit in april al als een bespreekstuk in bracht of er raadsvragen over had gesteld. Toen is er uitvoerig over gesproken. Er is een problematiek, dat is ook uitvoerig benadrukt door de winkeliersvereniging. Hij hoopt echt, zoals toegezegd in de commissie ruimte van december, dat de raad een helder verhaal krijgt hoe tot oplossingen gekomen kan worden. Het CDA zou graag zien dat de Terpstraat onderdeel is van die oplossing. Hij hoort graag van de wethouder wat er dan bij de commissie geagendeerd wordt, zodat men zich daarop kan prepareren en dat ook insprekers weten wat er met hun inspraak nu concreet gedaan wordt. Dan de ingediende moties en amendementen. Het amendement van de PvdA en WIJ m.b.t. het inrichtingsplan: daarvan heeft hij aangegeven, dat het CDA het niet nodig vindt dat dit aan de raad wordt gelaten. Het CDA laat dit, gegeven de verantwoordelijkheidsverdeling, graag bij het college. Er is al toegezegd door het college dat de raad daar goed in meegenomen wordt. Daar heeft hij alle vertrouwen in. Het andere amendement van WIJ, PvdA, GL en D66 m.b.t. het bestemmingsplan uitbreiding Berkel centrum, bouwhoogte: het moge duidelijk zijn, dat het CDA daar niet in zal meegaan. De motie van GL m.b.t. geluidsoverlast: kijkende naar het dictum kan hij dat steunen. Nog wel de vraag of het iets toevoegt t.o.v. de uitspraken die de wethouder hier al over gedaan heeft. Maar goed, steun in de rug is altijd prettig, maar dat hoort hij dan wel van het college. De motie van D66 over parkeren Berkel centrum: het zal niemand verbazen, dat hij dat wel sympathiek vindt, maar hij vindt het eigenlijk nog iets te wijd lopend; de zaak op een te lange baan schuiven. Er is een heel concreet vraagstuk bij de kop gehad, meerdere malen. Eigenlijk wil hij nu wel weten, namens alle insprekers, wat er nu concreet gaat gebeuren. Hij wil helemaal niet nog tig onderzoeken en in de loop van 2019 horen wat het ongeveer oplevert. Hij wil zo snel mogelijk horen welke oplossingen er nu concreet op tafel komen en dat ze zo snel mogelijk worden uitgevoerd. Hij is nu aan het eind van de punten, die hij moest bespreken. Hier laat hij het bij.

De voorzitter geeft het woord aan wethouder Abee m.b.t. centrumontwikkeling, dan aan wethouder Arends m.b.t. het bestemmingsplan en hij heeft het vermoeden, dat wethouder Fortuyn ook nog wat gaat zeggen over een aantal verkeerszaken.

Wethouder Abee zegt dat er gepoogd is vanuit de gemeente om een zeer zorgvuldig proces te lopen. Hij denkt, horende de reacties, dat men daar in hoge mate in geslaagd is. Hierbij is maximaal geprobeerd om alle inbreng van mensen serieus te nemen en waar mogelijk iets mee te doen en ideeën over te nemen. Helaas, het is niet mogelijk om altijd iedereen tegemoet te komen, maar dat is wel de inzet geweest. Dan blijft de vraag, en dan richt hij zich vooral op de problematiek rond de woning van de heer Vreugdenhil: ligt er nu een acceptabel plan of is het geen acceptabel plan? Het is duidelijk dat het college denkt, dat daar een acceptabel plan is, waarbij op verantwoorde wijze de woning ingepast wordt en dat de plannen eromheen zodanig worden aangepast, dat het tot een acceptabele situatie leidt. Het college heeft daarbij maximaal mee bewogen. De punten, die voor de heer Vreugdenhil heel belangrijk waren, namelijk de privacy, inpassing in groen en inpassing in water, zijn maximaal meegenomen. De heer Jumelet vindt het heel bijzonder, dat de wethouder het acceptabel vindt. Het is 15,5m. In het coalitieakkoord zegt het college, dat 15m het matje is als het gaat om de bouwhoogte. Misschien zegt hij: wat is 50 centimeter? Er is niet voor niets gekozen voor 15m. Nu wordt het met een beetje groen opgelost. Hoe verklaart de wethouder dan die 15m, die in het coalitieakkoord staat, versus de 15,5m? Hij zou kunnen zeggen, dat het een afronding is, maar het schuurt toch een beetje. Hoe kijkt hij daar tegen aan? Wethouder Abee reageert op de interpretatie, die de heer Jumelet geeft rondom een beetje inpassen met water en groen. De familie zal bij de uitvoering ruim betrokken worden. Er is serieus geprobeerd om daar niet zomaar wat te doen om een serieus gebaar te maken. Dat gebaar is gedaan en dat staat ook naar de toekomst toe. De heer Jumelet merkt iets op over de hoogte en dat combineert de wethouder met de vraag van de heer Markus. Het gaat dan om de kaderstelling van de raad. Het huidige bestemmingsplan, dat wil hij toch wel eens duidelijk maken, laat een nokhoogte toe van 15m. Er staat nog een onderdeel in over de goothoogte, dat dit 12m moet zijn, maar de nokhoogte is bepalend voor de hoogte. Die is echt 15m. Inderdaad, het is nu vanwege het plan een halve meter hoger. Hier zou men nog over kunnen struikelen, maar het is in het totale bouwvolume met de opgave die daar ligt een heel acceptabel iets. Men moet zich realiseren, dat het huidige bestemmingsplan zou toelaten, dat er op een afstand van 5m van de huidige gevel van de heer Vreugdenhil een bouwhoogte, een nokhoogte, zou mogen komen van 15m, een goot op 12m. Dit is vaak de schuine kant met een dakkapel, dat is vaak nagenoeg hetzelfde. Dat zou volgens het huidige bestemmingsplan, volgens de kaders die de raad heeft

(12)

mee gegeven, mogelijk zijn. Daar wordt geen gebruik van gemaakt. Het blijft er nu 25m van af, met de inpassing en de bezonning, die heel serieus genomen wordt. De heer Muis zegt dat de systematiek van terugverwijzen naar eerdere bestemmingsplannen ervoor zorgt dat het telkens alleen maar hoger wordt.

Als de raad nu wenst dat bij bepaalde toekomstige ontwikkelingen bouwvolumes anders worden of lager op bepaalde plekken, wanneer of waar heeft de raad dan mogelijkheden om hierop te sturen? Wethouder Abee zegt dat het volstrekt helder is. De raad gaat vanavond bepalen wat er gebeurt. Zo werkt de democratie. De heer Muis is het daar niet mee eens. De raad loopt er tegen aan, dat er elke keer wordt terug verwezen naar eerdere bestemmingsplannen, die al iets mogelijk maken. Vervolgens worden er afspraken gemaakt met ontwikkelaars, niet met bewoners en niet met de raad. Dat zet de raad voor het blok. Wethouder Abee zegt dat het zo zeker niet bedoeld is. In de commissie is er een discussie geweest ook n.a.v. de inspraak van de heer Jumelet. Er kwam een aantal vraagtekens naar voren, waarvan een wethouder heeft toegezegd, dat dit onderzocht zal worden en in beeld gebracht zal worden. Het is zeker niet bedoeld om de raad voor het blok te zetten. De heer Jumelet leest in de brief de feitelijke

financiële consequenties, waarbij twee bedragen worden genoemd. Fracties overwegen nu het amendement en zeggen dat dat ze eigenlijk het niet waard is. Dan wordt de raad toch voor het blok gezet? Gezegd wordt dat als er gestemd zou worden voor het verlagen van het blok naar 12m, de gemeente een X-bedrag kwijt is of minder opbrengst. Daarmee wordt de raad met de rug tegen de muur gezet. Het is slikken of stikken. Wethouder Abee zegt dat het zo niet bedoeld is. Er waren

onduidelijkheden, ook m.b.t. wat het financieel zou betekenen en m.b.t. het aantal starterswoningen.

Feitelijk wordt neergezet wat de mogelijkheden zijn. Op verzoek is gekeken of het ook op een andere manier terug te brengen was. Het college denkt met de architect dat dat niet mogelijk is. Dat is niet om de raad tegen de muur te zetten, want de raad gaat daar zelf over. De ene fractie zal het ene argument belangrijker vinden. Het college heeft geprobeerd aan te geven, alles overziende, dat er een acceptabel plan ligt, waarin zeer veel recht gedaan wordt ook aan de situatie bij de heer Vreugdenhil, met alle inpassingen en punten waar rekening mee gehouden wordt. Theoretisch had het college terug kunnen komen met een bouwplan op 5m afstand. Overigens vindt de wethouder, dat de raad, ook bij kaders die de raad vooraf zou stellen, terug kan komen op kaders die gesteld zijn. Dat is echt een bevoegdheid van de raad. De heer Jumelet zegt dat het nu lijkt alsof de bewoners aan de Westersingel nu eigenlijk heel blij moeten zijn, dat er niet op 5m afstand gebouwd gaat worden, maar wel op 25m. Dat geeft het college de legitimatie om feitelijk de lucht in te gaan. Dat is een rare stelling. Wethouder Abee denkt aan oorzaak en gevolg. Er wordt iets gevraagd over kaders. De wethouder geeft aan, dat de huidige kaders ook door de raad gesteld zijn en op 15m nokhoogte liggen. Het wordt nu 15,5m en dat heeft met de opzet van het gebouw te maken en een plat dak. De wethouder probeert een toelichting te geven, dat de situatie bij de heer Vreugdenhil t.o.v. wat er in een oud bestemmingsplan mogelijk was geweest, en hij zegt niet dat men zou moeten willen doen, zeker niet tot een verslechtering leidt, maar tot een zorgvuldige inpassing met alle toezeggingen die gedaan zijn en wat men nog van plan is bij de totale inpassing. Dit alles overziende: het college vindt dat er een meer dan verantwoord voorstel ligt. Het zal niemand verbazen, dat het college dit amendement ontraadt. Dank u wel.

Wethouder Arends wil allereerst graag ingaan op het amendement m.b.t. het inrichtingsplan Berkel centrum, ingediend door de PvdA en WIJ. De kern van het amendement is: het inrichtingsplan Berkel centrum voor leggen aan de raad ter besluitvorming. Natuurlijk begrijpt het college, dat de raad

betrokken wil zijn bij grote ontwikkelingen. In dit geval, zoals bij elk bestemmingsplan, stelt het college het inrichtingsplan op. Uiteraard informeert het college de raad over dat plan. In de commissie is gezegd, en zo is het ook als beslispunt opgenomen, dat de situatie, het inrichtingsplan, voorgelegd gaat worden aan de commissie ruimte. Dat betekent dat het college het gaat voorleggen en wil bespreken. Uiteraard zullen de opmerkingen meegenomen worden naar het definitieve plan. Dan de motie bestemmingsplan uitbreiding Berkel centrum, geluidsoverlast. Mevrouw Verhoef zou toch graag van de wethouder willen horen wat het college ervan weerhoudt om er een besluitvormend proces van te maken. De wethouder wil graag de input van de raad hebben. Wellicht kan ze dan een aantal moties vreemd aan de orde verwachten bij één van de raadsvergaderingen. Waarom maakt het college er geen formeel moment van?

Wethouder Arends gaat er vooralsnog niet van uit, dat de raad met allerlei moties vreemd aan de orde gaat komen. De raad mag ervan uitgaan, dat het college een gedegen inrichtingsplan gaat opstellen, met de deskundigen die daarbij meedenken. Dan mag de raad ervan uit gaan, dat het college voor alle inwoners daar een goed inrichtingsplan neerlegt. Omdat het om zo’n grote ontwikkeling gaat, heeft de wethouder toegezegd, dat het belangrijk is om het als bespreekpunt in de commissie neer te leggen. Dan zullen de opmerkingen meegenomen en afgewogen worden bij het definitieve plan. De heer Jumelet vraagt of de wethouder het met hem eens is, dat in het bereik van het inrichtingsplan feitelijk politieke punten zitten. Deze zijn ook in het amendement genoemd, zoals de Gemeentewerf, Oudelandselaan, Boerhaavestraat, Röntgenstraat, maar ook die fietsbrug. Dat zijn feitelijk politieke punten. En politieke punten horen feitelijk in de raad thuis. Wethouder Arends zegt dat alles wat in de gemeente gedaan wordt, politiek kan zijn. En dat is aan de raad. Als de raad het opnieuw wil bespreken, kan dat, waarbij de wethouder al zegt dat ze het gaat bespreken met de commissie en dat alle opmerkingen serieus genomen worden en meegenomen worden in het definitieve plan. Dan de motie m.b.t. geluidsoverlast, ingediend door GL. Net als de raadsleden wil ook het college geen onacceptabele geluidsoverlast. Dat

(13)

staat los van dit bestemmingsplan. In de commissie heeft de wethouder aangegeven, dat de gemeente uiteraard de signalen van de bewoners ongelooflijk serieus gaat nemen. De heer Ruijtenberg vraagt of de wethouder kan toelichten hoe zij erbij komt, dat geluidsoverlast in dit geval los staat van dit

bestemmingsplan. Dit bestemmingsplan zorgt er voor, dat er meer woningen komen en meer verkeer en daardoor meer geluidsoverlast. Hij begrijpt niet helemaal hoe de wethouder deze loskoppeling voor ogen ziet. Wethouder Arends zegt dat het bestemmingsplan een toename van geluid geeft. Dat klopt. T.a.v.

de maatregelen, die in het bestemmingsplan staan, wordt dat gecompenseerd. Dat heeft de wethouder ook in de commissie verteld. In die zin wordt gecompenseerd wat de toename van het geluid is; wat dit bestemmingsplan met zich mee brengt, wordt gecompenseerd. Mogelijk zijn er in 2013 onjuiste

aannames gedaan over de aantal toekomstige verkeersbewegingen en daarvan heeft de wethouder gezegd, dat er onderzoek uitgevoerd gaat worden, waaronder ook een nulmeting van de huidige situatie.

N.a.v. de resultaten daarvan weet men waar het over gaat. En naar aanleiding daarvan gaat het college kijken waar de verantwoordelijkheden liggen, wat er gedaan moet worden en hoe daar met elkaar mee omgegaan wordt. Voor zover is dit het antwoord van de wethouder. De heer Markus begrijpt, dat wat in de motie gevraagd wordt, al uitgevoerd wordt. Wethouder Arends zegt dat dit haar laatste zin was. Op dit moment is zij aan het uitvoeren wat hier gevraagd wordt. Het college ontraadt dan ook deze motie.

Het was al duidelijk, dat ook het advies op het amendement zal zijn het ontraden ervan. Dank u wel.

Wethouder Fortuyn gaat in op de motie van D66 inzake het parkeren in het centrum Berkel. Hij denkt dat de heer Markus terecht vraagt of het alleen over de Terpstraat gaat of dat het integraal is. Die vraag is terecht. De motie roept iets op. Als de motie goed gelezen wordt, wat de wethouder een paar keer goed gedaan heeft, ligt de concentratie bij het balans zoeken tussen de westelijke ontwikkeling en wat zich in oost op dit moment voor doet. Er is inderdaad meerdere malen gesproken over de ontwikkelingen bij Hoogvliet, over het parkeerterrein aldaar. Ook is er gesproken over de Terpstraat. Van de wethouder wordt gevraagd om dit te gaan bediscussiëren in de commissie. Dat wil de wethouder ook graag, maar dat is aankomende dinsdag. Daarna is er geen commissie ruimte meer en dan wordt het dus januari.

Komende week komt het in het college en vervolgens gaat de informatie naar de raad door. Dan komt het ter sprake in januari. Het is voornamelijk wel geënt op de Terpstraat, want daar lag de druk en ook het verzoek om onderzoek te doen richting een blauwe zone. D66 vraagt nu om te zoeken naar een balans tussen die twee halters. Ook wordt gevraagd om daar een visie op te ontwikkelen en dat bij voorkeur het eerste kwartaal 2019 rond te hebben. De heer Muis vraagt niet om een heel dik visieplan. Hij bedoelt meer, dat het college zich een visie vormt op het totale centrum, inderdaad niet alleen de Terpstraat.

Wethouder Fortuyn wil hier juist op inzoomen. Hij heeft geen glazen bol. Die glazen bol zit in het feit, dat er nog twee zaken lopen. Dat is o.a. het mobiliteitsplan, waar het de Berkelse dijk betreft met de Raadhuislaan en de Molenweg. Het college heeft geen zicht op de herontwikkeling van de Hergerborch.

Dat is een heel belangrijk gegeven. Zolang dat er niet is, blijft het gissen. De heer Jumelet zegt dat de wethouder hiermee feitelijk zegt dat hij de integrale aanpak van het parkeren in Berkel feitelijk niet nastreeft, omdat hij het heel gefragmenteerd wil aanpakken, per plek. Als de Terpstraat wordt aangepakt, wordt er op de spons gedrukt, zodat er elders water uit komt. Dan wordt er in de wijk geparkeerd. Is dat dan de oplossing? Nee. Dus dan gaat men langzamerhand ook kijken naar dat gebied.

De vraag, die in de motie zit, is met name: doe het alstublieft integraal op dit moment en wellicht ook voor de toekomst, los of inclusief de ontwikkeling van de Hergerborch. De wethouder blijft het

parkeerprobleem gefragmenteerd oplossen, van het ene probleem naar het volgende probleem.

Wethouder Fortuyn wordt hiermee incidentenpolitiek verweten of in ieder geval het oplossen van incidenten. Maar als de ruimte er niet is, zoals de wethouder weet zoals het zich gaat ontwikkelen, dan kan hij niet anders doen dan het bieden van tijdelijke oplossingen voor problemen die ontstaan. Hij heeft op dit moment niet de oplossing voor die oostkant. Dat geldt zowel voor de parkeerplaats bij Hoogvliet als de Terpstraat. Hij wil hier graag over praten op basis van cijfers en gegevens en meetgegevens, dus niet op een gevoel van. Het is gemeten en dat wordt ook gedeeld met de raad. Dan moet men afwachten hoe die oostzijde zich verder ontwikkelt. De heer Markus snapt dat de wethouder niet weet hoe die ontwikkelingen bij de Hergerborch gaan lopen, maar als er van tevoren een visie ontwikkeld wordt, wordt daarmee richting gegeven voor zo’n herontwikkeling aan de locatie Hergerborch. Ziet hij dit goed of ziet de wethouder het anders? De heer Jumelet zegt dat hij deze woorden ook wilde spreken. Dank u wel, heer Markus. Wethouder Fortuyn zegt dat dit zeker onderdeel gaat vormen. Zodra er zich ontwikkelingen voordoen, worden die mee genomen, want er is daar een parkeerproblematiek. De heer Jumelet zegt dat dit juist het argument is om deze motie te steunen. Het is juist het argument om die visie te ontwikkelen om te kijken hoe men met het parkeren omgaat, nu en in de komende tijd. Want dat weet de wethouder wat hij met het terrein van Hergerborch zou moeten. Wethouder Fortuyn zegt dat dit klopt. Hij is het met hem eens. Maar er worden twee dingen door elkaar gehaald. Enerzijds is het erg op het oosten gericht en de Terpstraat wordt erbij gehaald, wat een tussenlopend iets is. Bekend is dat die problemen er zijn. Gekeken wordt hoe die ontwikkelingen zich daar verder moeten gaan ontwikkelen. Dat is een beeld waar nu over nagedacht wordt. Gevraagd wordt om een visie; men mag het een visie noemen, maar het heeft invloed op het gebied wat zich gaat ontwikkelen. Dat gebied heeft de gemeente niet in eigen beheer. Er zal een visie op ontwikkeld moeten worden, in die zin, dat de gemeente probeert om de ontwikkelaar, in dit geval 3B Wonen, mee te krijgen of hier capaciteit gecreëerd kan worden. Er is

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De heer Buijs laat weten dat de gemeente Amsterdam een kritisch geluid heeft laten horen ten aanzien van het ontwerp, omdat hieruit naar zijn mening alleen

Ook is gesproken over de wens dat Gooi & Omstreken, De Alliantie en Dudok meer als team moeten opereren op de Hilversumse woningmarkt en dat vooral gekeken moet worden naar de

Dus daar waar ze begonnen vanuit een positieve intentie, maar koppelden aan de lage(re) trillingsfrequentie doordat ze hun eigen veiligheid vergaten en zichzelf volledig weggaven

- volgt het CDA dat het plan nog te concretiseren is en wijst erop dat het plan voor Hilversum heel concreet wordt; het CDA wil weten wat er met de € 5 miljoen gaat

Tijdens de vergadering heeft de voorzitter het Veiligheidsberaad gevraagd naar de communicatie over de activiteiten voor jongeren tussen Kerst en Oud en Nieuw en dat er geluiden

Wat het eten betreft alvast dit: honden stammen af van wolven, maar duizenden jaren en verschillende mutaties in het genoom later kun- nen honden nu zetmeel (en meer) verteren

 Opvanginitiatieven blijven uiteraard vertegenwoordigd – voor de zelfstandige opvang blijft het ‘lerend netwerk’ voor ervaringsuitwisseling, informatie,… wat niet tijdens LOK

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor bij het raadsvoorstel inzake Wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningsschap De Sluis in de