Vraag nr. 121 van 25 februari 2005
van de heer PATRICK JANSSENS
NT2-cursussen – Wachtlijsten
1. Bestaan er wachtlijsten of één of andere vorm van registratie van het aantal allochtonen dat ingeschreven is voor een cursus Nederlands voor anderstaligen, per stad of gemeente of per regio ?
Kan de minister in dat geval een overzicht daar-van geven, alsook de verhouding tussen de wachtlijsten en het aantal plaatsen, en indien mogelijk per categorie (ik bedoel : gevorderden, beginnelingen, hogeropgeleiden, lagergeschool-den, analfabeten, …) .
2. In welke mate heeft de minister met deze wacht-lijsten rekening kunnen houden bij het verdelen van de beschikbare middelen ?
Antwoord
1. Vooreerst wens ik te benadrukken dat de aan-bodverstrekkers NT2 ressorteren onder de func-tionele bevoegdheid van de Vlaamse Minister van Onderwijs, Frank Vandenbroucke. Enkel de bijkomende middelen NT2 ressorteren onder mijn functionele bevoegdheid.
Gegevens met betrekking tot cursisten NT2 en wachtlijsten NT2 worden op verschillende niveau's verzameld.
– In de eerste plaats worden de gegevens met betrekking tot ingeschreven en wachtende cursisten Nederlands als Tweede Taal geregi-streerd in de betrokken onderwijsinstellingen (centra voor basiseducatie, centra voor vol-wassenenonderwijs en universitaire talencen-tra);
– Daarnaast hebben de Huizen van het Nederlands een expliciete opdracht gekregen met betrekking tot het verwerven van een zo volledig mogelijk overzicht van vraag, aan-bod, uitval (en reden tot uitval), doorstroom en wachtlijsten. De uitvoering van deze opdracht is echter afhankelijk van een geope-rationaliseerde elektronische gegevensuitwis-seling tussen de Huizen van het Nederlands en de betrokken partners. Deze elektronische gegevensuitwisseling is echter nog niet volle-dig gerealiseerd. Op dit ogenblik worden de nodige stappen gezet door de Cel Inburgering en de afdeling Volwassenenonderwijs om de
voorwaarden tot geautomatiseerde gegevens-uitwisseling te realiseren.
– Ten slotte wordt er sinds februari 2004 door de afdeling Volwassenenonderwijs halfjaar-lijks een rondvraag met betrekking tot de wachtlijsten NT2 in de centra voor basisedu-catie georganiseerd. Deze rondvraag wordt opgesteld in samenwerking met de Federatie Centra voor Basiseducatie en wordt steeds verder verfijnd en geoptimaliseerd.
Zoals eerder werd aangegeven, bestaan er enkel wachtlijsten op niveau van de Basiseducatie. Het aanbod NT2 in de centra voor volwasse-nenonderwijs voldoet sinds enkele jaren aan de vraag.
In antwoord op parlementaire vraag van 26 november (gesteld door de heer Bart De Wever met betrekking tot Nederlands als Tweede Taal - samenstelling cursistenpopulatie – Bulletin van
Vragen en Antwoorden nr. 10 van 25 maart 2005, blz. 758 – red.)) werd reeds een overzicht
gege-ven van het aantal cursisten NT2 in de verschil-lende onderwijsinstellingen met een aanbod NT2 (zie bijlage).
Zoals hierboven aangegeven, organiseert de afdeling Volwassenenonderwijs sinds begin vorig jaar om de zes maanden een rondvraag met betrekking tot de wachtlijsten NT2 in de centra voor basiseducatie. Dit betekent dat deze rondvraag reeds drie keer werd gehouden, met name in februari 2004, september 2004 en februari 2005. Om een zo correct mogelijke stand van zaken van de wachtlijsten NT2 te ver-krijgen, worden deze gegevens bij de centra tel-kens na een instapmoment voor cursussen NT2 opgevraagd.
De gegevens met betrekking tot de laatste rondvraag – stand van zaken van de wacht-lijsten NT2 op datum van 28 februari 2005 – werden zopas door de centra aan de afdeling Volwassenenonderwijs overgezonden. De ver-zamelde gegevens worden op dit ogenblik door de afdeling Volwassenenonderwijs verwerkt en geanalyseerd.
In antwoord op deze parlementaire vraag kun-nen al enkele voorlopige resultaten worden ver-meld.
Februari September Februari
2004 2004 2005
3.386 3.366 3.175
Uit deze tabel kan worden afgeleid dat de wachtlijsten NT2 in de periode februari 2004 – september 2005 veeleer stabiel zijn gebleven en dat er in februari 2005 een daling van de wacht-lijsten merkbaar wordt.
Evolutie van de wachtlijsten NT2 in de periode februari 2004 - Centrum voor Basiseducatie Antwerpen
Februari September Februari
2004 2004 2005
2.032 1.700 1.433
Binnen de sector basiseducatie heeft het Centrum voor Basiseducatie Antwerpen te kampen met de grootste wachtlijsten NT2. Uit deze tabel kan worden afgeleid dat de
wacht-lijsten NT2 in het Centrum voor Basiseducatie Antwerpen een duidelijke daling kennen, zowel in de periode februari 2004-september 2004 als in de periode september 2004-februari 2005. Ook het aandeel van de wachtlijsten NT2 in het Centrum voor Basiseducatie Antwerpen ten opzichte van de totale wachtlijsten NT2 in de sector basiseducatie neemt af: 60 % in februari 2004; 50,5% in september 2004 en 45 % in februari 2005.
– Samenstelling van de wachtlijsten NT2 naar September 2004
Niveau wachtlijst1 Aantal wachtenden
Rg 1, niveau 1 2.099
Rg 1, niveau 2 365
AlfaNT2 902
Totaal 3.366
Februari 2005
Niveau wachtlijst1 Aantal wachtenden
Rg, niv 1 1.503 Rg, niv 2 323 Andergealfab. 67 AlfaNT2 499 Anderen3 783 Totaal 3.175
Onder de groep "Anderen" vallen onder meer 450 cursisten die bij het centrum voor basisedu-catie op een wachtlijst NT2 staan maar voor wie er nog geen niveaubepaling heeft plaatsge-vonden. Ook omvat de groep "Anderen" cursis-ten voor wie een meer individuele begeleiding werd uitgewerkt (het individueel plan).
Deze tabellen geven duidelijk aan dat het groot-ste gedeelte van de wachtenden voor een cursus NT2 zich op niveau van het basisaanbod NT2 bevinden.
2. Hieronder wordt de verdelingswij ze beschreven van de bijkomende middelen NT2 2005.
Zoals reeds aangehaald, werd sinds het aan-treden van de nieuwe Vlaamse Regering de bevoegdheid met betrekking tot de bijko-mende middelen NT2 overgedragen van de minister van Onderwijs naar de minister van Inburgering. Over de wijze van verdeling van de bijkomende middelen NT2 2005 werd echter beslist in onderling overleg tussen de minister van Inburgering, Marino Keulen, en de minis-ter van Onderwijs, Frank Vandenbroucke. De verdeling van de bijkomende middelen NT2
2005 werd gebaseerd op de verdeling van de bijkomende middelen NT2 2004. Vorig jaar werden deze middelen op volgende wijze toege-kend.
– 40 procent van de beschikbare middelen werd toegekend op basis van de aanwezigheid van migranten in de regio (cijfers Vlaamse ______
1 Richtgraad 1, niveau 1 is het zogenaamde basisniveau
NT2. Dit is het pakket NT2 dat in het kader van de in-burgeringstraject voor anderstalige nieuwkomers wordt aangeboden. Richtgraad 1, niveau 2 is het vervolgniveau NT2 dat in de Basiseducatie wordt aangeboden. Alfa NT2 is het aanbod NT2 voor analfabete anderstaligen.
______
2 Zoals hierboven aangegeven, wordt de rondvraag met
Gemeenschap - APS). Dit principe blijft behouden bij de verdeling van de bijkomende middelen NT2 2005. Gezien de overdracht van deze bevoegdheid aan de minister van Inburgering, wordt bij de toekenning voor 2005 echter niet alleen rekening gehouden met het aantal migranten maar ook met het aantal nieuwkomers in de regio (instroom 1 november 2003-1 november 2004).
– De resterende 60 procent werd toegewezen a rato van het procentueel aandeel van de cen-tra in het geheel van de financierbare aan-vragen 2004. Dezelfde verhoudingen worden gehanteerd bij de toekenning voor 2005. In juni 2005 zal een tussentijdse evaluatie van
de aanwending van de bijkomende middelen NT2 2005 worden georganiseerd.
Voor de verdeling van de resterende 25 pro-cent van de beschikbare middelen zal slechts een beperkt aantal centra voor basiseducatie in aanmerking genomen worden. Het gaat hier-bij om de vijf centra voor basiseducatie met de grootste wachtlijsten NT2. Dit wordt bepaald op basis van de bovenvermelde rondvraag van februari 2005. Na de verwerking van deze rond-vraag, zullen de centra voor basiseducatie op
de hoogte gebracht worden van de lijst van vijf centra die in overweging worden genomen voor de tweede verdelingsronde.
Op basis van de resulaten van de tussentijdse evaluatie in juni 2005, zal bepaald worden of en hoeveel bijkomende middelen er bij de tweede verdelingsronde aan deze vijf centra zal worden toegekend.
Bijlage
De afspraken zoals gemaakt op de Ronde-tafelconferentie NT2 (Afsprakenkader NT2, 18 juli 2003) bepalen dat analfabeten en laagge-schoolden (< 10 jaar scholing) naar de centra voor basiseducatie gaan, hogergeschoolden (> 10 jaar scholing) een aanbod krijgen op de centra voor volwassenenonderwijs en universitair geschoolden op universitaire talencentra. Wij kunnen u vol-gende cijfers meegeven over het aantal inschrijvin-gen voor de cursussen Nederlands tweede taal in de centra voor volwassenenonderwijs, centra voor basiseducatie, universitaire talencentra en Begeleid Individueel Studeren. Er wordt bij deze cijfers geen onderscheid gemaakt tussen nieuwkomers en oud-komers.
Centra voor volwassenenonderwijs
1999-2000 2000-2001 2001-2002 2002-2003 2003-2004 Antwerpen 6102 10200 12092 16283 12934 Vlaams-Brabant en BHG 5108 5247 7311 7921 11161 West-Vlaanderen 2262 4443 6338 7516 5580 Oost-Vlaanderen 2232 5219 6677 7719 7407 Limburg 1807 3002 3764 4011 4202 Totaal 17511 28111 36182 43450 41284
Centra voor basiseducatie
1999-2000 2000-2001 2001-2002 2002-2003 2003-2004 Universiteit Gent 1236 1555 1794 1834 1776 - Zomercursussen 55 59 59 56 58 - Reguliere cursussen 1181 1496 4735 1778 1718 KU Leuven 1722 1771 1868 2083 2171 - Zomercursussen 272 308 388 462 541 - Reguliere cursussen 1450 1463 1480 1621 1630 UA stadscampus - Zomercolleges 4830 . 5920 8253 8846 9340 - Unieke cursisten 879 1021 1118 1324 1464
UA - campus Drie Eiken 422 446 490 430 397
Totaal. 9089 10.713 13.523 14517 15.148
Begeleid Individueel Studeren
2000 2001 2002 2003
TOTAAL 431 877 1078 1173
Uit deze cijfergegevens kan onder meer worden afgeleid dat het aantal cursisten in de afgelopen vijf jaar sterk is toegenomen, in het bijzonder in de centra voor volwassenenonderwijs. In die cen-tra zien we evenwel dat de groei zich het laatste jaar heeft omgezet in een lichte daling van het aantal cursisten, uitgezonderd in het Brusselse Hoofdstedelijke gewest waar er een blijvende sterke groei van het aanbod NT2 bestaat.