• No results found

Vraag nr. 144van 19 maart 1996van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 144van 19 maart 1996van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 144 van 19 maart 1996

van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN IJzeren Rijn – Stand van zaken

Eind januari werd bekend dat de Vlaamse regering de minister heeft gemachtigd om met de NMBS gesprek-ken op te starten om tot een protocol-overeenkomst te komen.

Wordt in dat verband ook gesproken over de IJzeren Rijn ?

Ik meen dat in Vlaanderen een grote meerderheid overtuigd is van de absolute noodzaak van deze kortste verbinding met het Ruhrgebied.

Werd er hieromtrent enig principieel akkoord afgeslo-ten ?

Bij de inwoners van bepaalde wijken in Lier bestaat vrees aangaande het traject van de IJzeren Rijn. Is de minister hiervan op de hoogte ? Kent hij het alternatie-ve traject waarbij de Lierse agglomeratie zou worden ontzien ?

Antwoord

In de gesprekken over een ontwerp van protocol-over-eenkomst tussen de Vlaamse regering en de NMBS gaat de aandacht in eerste instantie naar projecten inza-ke reizigersverinza-keer. Uit de algemene situering van het ontwerp wordt echter duidelijk dat in principe de hele investeringsplanning en alle projecten van de NMBS, in zoverre ze betrekking hebben op of relevant zijn voor het Vlaams Gewest, het voorwerp kunnen worden van specifieke bijakten.

Het is dus niet uitgesloten dat ook de IJzeren Rijn in de toekomst in het protocol wordt openomen. Bij gebrek aan concrete plannen ter zake is het echter te vroeg om dit nu al te doen. De haalbaarheidsstudie die momen-teel in opdracht van het Vlaams Gewest en met mede-werking van onder meer de NMBS wordt uigevoerd, zal duidelijkheid verschaffen over de mogelijkheden voor de uitbouw van de IJzeren Rijn.

Er bestaat tussen de Vlaamse regering en de NMBS momenteel dan ook geen principieel akkoord over het uitbouwen en opnieuw in gebruik nemen van de IJze-ren Rijn.

Met betrekking tot mogelijke tracés werd tot nu toe geen enkele beslissing genomen. Dit vereist trouwens een wijziging van het gewestplan. Er blijkt bovendien de nodige verwarring te heersen over twee projecten die weliswaar raakvlakken vertonen, maar waarmee toch duidelijk een verschillend doel wordt nagestreefd. – Project Tweede Spoorontsluiting Antwerpse Haven

(traject Antwerpen-Noord – Lier) : hiervoor wordt momenteel in opdracht van de NMBS een haalbaar-heids-MER (milieueffectenrapport) opgemaakt. Doel van het project is een tweede route voor het zeer belangrijke goederenverkeer van en naar de Antwerpse haven te creëren, onder meer wegens de te verwachten verzadiging van de huidige route (met name het knelpunt Berchem). Deze lijn zal kunnen gebruikt worden voor het spoorverkeer

richting zuid, zuidoost en oost, dus ook (maar zeker niet uitsluitend) voor de IJzeren Rijn. De recente protestacties en de berichtgeving daarover in de pers spraken (foutief) over het project IJzeren Rijn, terwijl men het eigenlijk over de tweede spoortoe-gang had.

– Project IJzeren Rijn (traject Antwerpen-Rhurge-bied) : hiervoor zal zoveel mogelijk (indien mogelijk zelfs integraal) de bestaande lijn worden gevolgd. Indien de tweede spoortoegang wordt gerealiseerd, kan die voor het traject Antwerpen-Lier worden gebruikt.

Bij de bespreking van het aanvangsrapport van de haal-baarheids-MER werden verschillende alternatieve tracés besproken. Intussen werden van diverse zijden nog alternatieve tracés of varianten gesignaleerd. Mijn administratie is hiervan op de hoogte en zal de NMBS (in zoverre zij deze tracés niet reeds kende) hierover informeren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In haar antwoord op mijn vraag om uitleg van 20 maart 1996 omtrent de campagne Bruisend Brus- s e l , kondigde de minister aan dat zij eraan dacht om in navolging van de "Gebruik

Het houdt in dat alle publicaties van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, alsook die van de kabinet- ten van Vlaamse ministers en van sommige V l a a m- se

Deze beslissing werd door de directeur genomen als voor- zorgsmaatregel om de belangen van de betrokken per- soneelsleden (recht op werkloosheidsuitkering en sociale zekerheid)

Als besluit mag worden vooropgesteld dat de VLAM resoluut opteert voor een volledig Vlaamse benadering van het promotiebeleid, maar anderzijds dient er reke- ning te worden gehouden

Het BFEC voert een beleid waar hedendaagse kunst en de actueel levende kunstenaar de voor- rang genieten, waar jongerenwerking centraal staat en waar voor alles een

Op initiatief van ZKH Prins Filip was dit een gezamelijk project van de BDBH en de respec- tieve gewestelijke exportbevorderende dien- sten, in het vooruitzicht van de door

Uit de opvraging bij de belangrijkste standplaatsen van dienst Export V l a a n d e r e n , blijkt dat het aantal dossiers behandeld door Vlaamse Economische vertegenwoordigers en

I n het decreet van 22 december 1995 houdende bepa- lingen tot begeleiding van de begroting 1996 (ver- schenen in het Belgisch Staatsblad van 30 decem- ber 1995) werd deze datum