• No results found

ONS EUROPA

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "ONS EUROPA"

Copied!
66
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

EUROPESE VERKIEZINGEN 2014

ONS

EUROPA

Concept

(2)

BESTE LEZER

GroenLinks zet zich in voor een groene en solidaire wereld. Dat doen we

in gemeentes, in provincies, in Den Haag en ook in Brussel. Sterker n og:

voor de groene en sociale idealen van GroenLinks is de Europese Unie

onmisbaar.

De grootste uitdagingen waar we voor staan overstijgen onze

landsgrenzen en vragen om een internationale aanpak. Nederland is

te klein om in z’n eentje de klimaatverandering een halt toe te roepen

of de financiële sector in toom te houden. Wanneer we als Europese

landen de handen ineenslaan, kunnen we zo veel meer bereiken.

Maar dan moet de Europese Unie wel haar prioriteiten op orde brengen:

solidariteit en duurzaamheid hoog op de agenda zetten en stoppen met

de nietsontziende bezuinigingsdrift. Dit Europa is nog lang niet ons

Europa.

Het Europa waar GroenLinks voor staat, zet zich in voor een open en

ontspannen samenleving. Een samenleving waarin je de ruimte krijgt

om te zijn wie je bent, waarin je kunt werken voor een fatsoenlijk

inkomen, maar ook voldoende tijd overhoudt voor vrienden en familie.

Het Europa van GroenLinks kiest onomwonden voor vergroening,

zodat we nieuwe banen scheppen en een aarde achterlaten waar onze

kinderen en kleinkinderen ook nog goed kunnen leven.

Een keuze voor GroenLinks bij de Europese verkiezingen in mei 2014,

is een keuze voor een groen en sociaal Europa. Dat Europa, dat is ons

Europa.

(3)

INHOUDSOPGAVE

ONS PROGRAMMA IN EEN NOTENDOP

4

SAMENVATTING 6

1. EEN SOCIAAL EUROPA

9

2. MEER DEMOCRATIE

19

3. EEN GROENE INDUSTRIEPOLITIEK

26

4. BAAS OP EIGEN BORD

36

5. GRONDRECHTEN VERDEDIGEN

44

6. EUROPA ALS WERELDSPELER

55

(4)

HET EUROPA DAT GROENLINKS

VOOR OGEN HEEFT, IS WEL

EEN HEEL ANDER EUROPA

DAN HET HUIDIGE. TE VAAK

WINNEN DE BELANGEN VAN DE

MULTINATIONALS HET VAN DE

BELANGEN VAN BURGERS

DE GROOTSTE UITDAGINGEN WAAR

WE VOOR STAAN OVERSTIJGEN ONZE

LANDSGRENZEN EN VRAGEN OM EEN

INTERNATIONALE AANPAK

GROENLINKS WIL NAAR EEN EUROPA

DAT LIDSTATEN NIET ALLEEN AFREKENT

OP BEGROTINGSCIJFERS, MAAR OOK

OP DE KWALITEIT VAN HUN SOCIALE

VOORZIENINGEN

IEDEREEN ERKENT

INTUSSEN DAT ER FOUTEN

ZIJN GEMAAKT BIJ DE

INVOERING VAN DE EURO.

JE KUNT NIET OVERGAAN

OP EEN GEDEELDE MUNT

ZONDER OOK GEZAMENLIJK

AFSPRAKEN TE MAKEN OVER

DE CONTROLE OP BANKEN

EN HET VOORKOMEN VAN

ONEVENWICHTIGHEDEN IN DE

ECONOMIE

WANNEER WE ALS EUROPESE

LANDEN DE HANDEN

INEENSLAAN KUNNEN WE

ZOVEEL MEER BEREIKEN

ONS

PROGRAMMA

(5)

DE EUROPESE COMMISSIE MAG WORDEN

AFGESLANKT: LAAT HET PARLEMENT HET VOOR HET

ZEGGEN HEBBEN IN EUROPA, NIET DE TECHNOCRATEN

HET IS NU HOOG TIJD DE WEEFFOUTEN TE IN HET SYSTEEM TE

HERSTELLEN. GROENLINKS WIL DAT EUROPA, DEMOCRATISCHER,

GROENER EN SOCIALER UIT DE CRISIS KOMT

DOOR NU VOL IN TE ZETTEN OP DE VERDUURZAMING VAN

DE EUROPESE INDUSTRIE, ONTSTAAN ER NIEUWE BANEN EN

WORDT EUROPA WERELDWIJD KOPLOPER IN GROENE INNOVATIE

GROENLINKS STAAT VOOR EERLIJK DELEN. BINNEN

NEDERLAND, MAAR OOK DAARBUITEN: SOCIALE

IDEALEN ZIJN NIET GEBONDEN AAN LANDSGRENZEN

DOOR NIET ARBEID MAAR MILIEUVERVUILING TE BELASTEN,

(6)

Europa heeft ons veel gebracht: welvaart, maar

vooral ook stabiliteit en vrede. Toch is het Europa

dat GroenLinks voor ogen staat een heel ander

Europa dan het huidige. De Europese Unie moet

niet alleen veel democratischer en transparanter

worden, het wordt ook tijd dat duurzaamheid en

solidariteit écht hoog op de agenda komen staan.

De EU heeft de afgelopen decennia vooruitgang

geboekt op voor GroenLinks belangrijke punten.

Het Europese energie- en klimaatbeleid spoort

lidstaten aan werk te maken van duurzame

energie. De EU speelt ook een positieve rol in

internationale klimaatonderhandelingen. Dat zijn

goede en belangrijke ontwikkelingen.

In de huidige economische crisis laat de Unie

echter vooral zien hoe het niet moet: te veel

beleid wordt gemaakt door kille rekenmeesters

zonder oog voor de menselijke maat. Te vaak

winnen de belangen van multinationals het van

de belangen van burgers. Te vaak slaan Brusselse

besluitvormers op hol, met onnodige regels tot

gevolg. Ondertussen blijft de vergroening van ons

economische stelsel liggen, en wordt het verschil

tussen rijk en arm in Europa alleen maar groter.

Het moet anders – en het kan ook anders.

Samen met andere Groene partijen vormt

GroenLinks in het Europees Parlement een

krachtig en eensgezind blok dat tegenwicht

biedt aan de traditionele machtsblokken van

sociaaldemocraten en christendemocraten. Met

deze fractie kan GroenLinks de Europese Unie

richting een groene en sociale toekomst sturen.

HOE GAAN WE DE CRISIS TE LIJF?

GroenLinks wil dat Europa democratischer,

groener en socialer uit de crisis komt. De

Europese Unie is al vijf jaar bezig om de

eurocrisis te bedwingen, maar wordt gegijzeld

door omvallende banken, kortetermijndenken en

rigide begrotingsnormen. Deze crisis is voor alles

veroorzaakt door het casinokapitalisme van de

financiële markten.

De Europese bezuinigingsdrift die de lidstaten

teistert, werkt averechts. Natuurlijk moeten de

overheidsbegrotingen op orde worden gebracht,

maar nu wordt de economie kapot bezuinigd,

zonder het gewenste resultaat en met een hoge

sociale prijs.

Iedereen erkent intussen dat er fouten zijn

gemaakt bij de invoering van de euro. Je kunt

niet overgaan op een gedeelde munt zonder

ook gezamenlijk afspraken te maken over de

SAMENVATTING

(7)

controle op banken en het voorkomen van

onevenwichtigheden in de Europese economie.

Het is nu hoog tijd de weeffouten in het systeem

te herstellen. Met een Europese bankenunie

waarin het toezicht op de banken collectief wordt

geregeld. Met Europese staatsleningen waarbij de

lidstaten gezamenlijk garant staan voor elkaars

schulden.

GroenLinks wil naar een Europa dat lidstaten niet

alleen afrekent op begrotingscijfers, maar ook

op de kwaliteit van hun sociale voorzieningen.

Een muntunie kan niet overleven zonder

gemeenschappelijk sociaaleconomisch beleid.

Een beleid dat zich richt op een functionerende

Europese arbeidsmarkt, op goede huisvesting en

op schone energie.

VANUIT DE CRISIS NAAR EEN WERKEND EUROPA

Het aanpakken van de Europese werkloosheid

heeft voor GroenLinks hoge prioriteit. In

Nederland zitten bijna 700 duizend mensen

zonder werk. In landen als Spanje en Griekenland

kan meer dan de helft van de jongeren geen baan

vinden. Daar moet dringend wat aan gebeuren.

Door nu vol in te zetten op de verduurzaming van

de Europese industrie, ontstaan er nieuwe banen

en wordt Europa wereldwijd koploper in groene

innovatie.

Door belastingontwijking van bedrijven

actief tegen te gaan, lopen overheden minder

inkomsten mis en komt meer geld beschikbaar

voor duurzame investeringen. Ook door landen

die in een recessie verkeren meer vrijheid te

geven in hun begrotingsbeleid ontstaat ruimte om

banen te scheppen. Een schuldaflossingsfonds

zorgt ervoor dat eurolanden met een te hoge

staatsschuld minder geld kwijt zijn aan torenhoge

rentes en zo geld overhouden om te investeren in

groene werkgelegenheid.

Voor economische stabiliteit op de langere

termijn wil GroenLinks een Europees

stabiliseringsfonds instellen. Zo’n fonds haalt

de scherpe kantjes af van de schommelingen in

de economie van eurolanden. Het voorkomt dat

landen met een sterk oplopende werkloosheid

zo hard moeten bezuinigen dat nog meer banen

verloren gaan. Maar deze volgende stappen in

de Europese samenwerking kunnen niet worden

gezet zonder een versterking van de Europese

democratie.

MEER DEMOCRATIE IN EUROPA

Democratie is een van de kernwaarden van de

Europese Unie. Juist die waarde staat onder

druk door alle noodmaatregelen om de crisis

te bezweren. Door de gewoonte van Europese

bestuurders om hun crisisaanpak als de enig

mogelijke remedie te presenteren. Door de

neiging bij sommige politici om eurosceptische

kritiek af te doen als populisme.

GroenLinks wil dat mensen meer zeggenschap

krijgen over de EU. Dat kan door de positie van

nationale en Europese volksvertegenwoordigers

te versterken en door grensoverschrijdende

referenda mogelijk te maken. De Europese

Commissie mag worden afgeslankt: laat

het parlement het voor het zeggen hebben

in Europa, niet de technocraten. Net als op

nationaal niveau berust de macht in een echte

democratie uiteindelijk bij burgers en hun

volksvertegenwoordigers.

GROENE INDUSTRIEPOLITIEK

Vergaande vergroening van de economie is de

sleutel tot Europees succes. Het fundamenteel

hervormen van de Europese economie is

essentieel voor ons welzijn op de lange

termijn en levert veel banen op. Als het aan

GroenLinks ligt, zet de EU daarom in op een

groene industriepolitiek. Door niet arbeid maar

milieuvervuiling te belasten, wordt het voor

werkgevers goedkoper om mensen in dienst te

nemen. Zo kunnen ze voor hetzelfde geld meer

mensen een baan bieden.

(8)

EEN STERK EUROPA VOOR EEN BETERE WERELD

De Europese Unie kan en moet een belangrijke

rol spelen in het streven naar een eerlijkere

en groenere wereld. Bijvoorbeeld door het

slechten van handelsbarrières die het voor

ontwikkelingslanden moeilijk maken om hun

producten op de Europese markt aan te bieden.

Binnen Europa maken we harde afspraken over

ontwikkelingshulp, en roepen we Europese

bedrijven tot de orde die het nalaten elders

verantwoord te ondernemen.

Het Europa van GroenLinks is daarnaast een

drijvende kracht achter vrede, welvaart en welzijn

in de wereld. Dit Europa treedt consequent en

eensgezind op tegen autoritaire regimes die

mensenrechten met voeten treden.

GROEN: EEN FACTOR VAN BETEKENIS IN EUROPA

Nu al boekt de Groene fractie regelmatig

successen. Bijvoorbeeld toen het Europees

Parlement begin 2013 op voorstel van de

Europese Groenen besloot om de bonussen

van bankiers aan banden te leggen en banken

dwong openheid te geven over hun winsten,

belastingen en subsidies. Of toen GroenLinks

erin slaagde voldoende steun te verwerven voor

een verplichting voor schepen om schonere

olie te verstoken. Hierdoor wordt de lucht die

Europeanen inademen schoner en gezonder.

Onze privacy en digitale vrijheid werden gered

toen het Europees Parlement in 2012, onder

aanvoering van de Groene fractie, het

ACTA-verdrag verwierp. Dat ACTA-verdrag over auteursrecht

dreigde internetproviders te verplichten om al

ons internetverkeer te controleren, ten koste van

onze privacy. Dankzij de Europese Groenen gaf de

Europese Unie een signaal af aan de rest van de

wereld: de rechten van burgers nemen we serieus.

Het nieuws dat de Amerikaanse overheid in het

geheim massaal telefoon- en internetgegevens

van mensen verzamelt, moet een nieuw Europees

offensief voor privacybescherming inluiden. Daar

zal GroenLinks zich in het Europees Parlement

voor blijven inzetten.

HET EUROPA VAN GROENLINKS

Kiezen voor GroenLinks is

kiezen voor een solidair

Europa. GroenLinks staat

voor eerlijk delen. Binnen

Nederland, maar zeker ook

daarbuiten: sociale idealen

zijn niet gebonden aan

landsgrenzen.

Een keuze voor GroenLinks

is ook een keuze voor

duurzaamheid. Voor groene

werkgelegenheid, schone

energie, natuurbescherming,

dierenwelzijn en het recyclen

van grondstoffen.

Als je kiest voor GroenLinks,

dan kies je voor een open

en ontspannen samenleving

waarin je niet wordt

afgerekend op je geslacht,

etniciteit of seksuele voorkeur.

Waarin iedereen meedoet,

maar waar niemand zich over

de kop hoeft te werken.

Zonder verdergaande

Europese samenwerking zijn

een gezonde aardbol en een

eerlijker verdeling van de

(9)

Iedereen in Europa moet kunnen rekenen

op een sociaal vangnet in tijden van nood,

een goede gezondheidszorg, fatsoenlijke

arbeidsvoorwaarden en een pensioen waarvan je

goed kunt leven.

Europa heeft de afgelopen decennia laten zien

dat er een alternatief is voor het hardvochtige

kapitalistische model dat de Verenigde Staten

de wereld voorspiegelt. In de VS zijn lage kosten

en hoge winsten belangrijker dan sociale

rechtvaardigheid en duurzaamheid. Daar is

succes zogenaamd een keuze en misfortuin je

eigen schuld. Die gejaagde samenleving, waar

de verschillen tussen arm en rijk enorm zijn,

staat ver af van de ontspannen en solidaire

samenleving die GroenLinks nastreeft. Het hoge

niveau van sociale bescherming dat we in Europa

hebben opgebouwd, moeten we koesteren. Daar

mogen we trots op zijn.

Met de kortzichtige wijze waarop de EU de

crisis probeert te bedwingen, is Europa hard op

weg naar een Amerikaans model. De keiharde

overheidsbezuinigingen slaan gaten in de sociale

voorzieningen van lidstaten en duurzame

ambities worden op de lange baan geschoven.

De Europese leiders hebben hun prioriteiten

niet op orde: ze zijn meer bezorgd over een

begrotingstekort van 3,1 procent dan over de ruim

25 procent werkloosheid in landen als Spanje en

Griekenland. Van alle Europese jongeren staan er

5,5 miljoen aan de kant zonder werk, opleiding

of stage. De noodzakelijke vergroening van onze

economie lijkt van de agenda verdwenen, terwijl

die juist kansen biedt voor duurzaam economisch

herstel.

Rechtse regeringsleiders, onder wie Mark

Rutte, proberen de groeiende onrust onder

Europese burgers te sussen met beloftes over

GroenLinks wil werk maken van een sociaal

Europa: met meer solidariteit en minder

ongelijkheid. In ons programma laten we zien

hoe we deze crisis te boven kunnen komen met

groene investeringen die leiden tot duurzame

werkgelegenheid en met een versterking van

het Europees sociaal model.

EEN

(10)

het terughalen van bevoegdheden uit Brussel.

Dat is ronduit schijnheilig. Nooit hebben ze

moeilijk gedaan over de vergaande economische

eenwording die vooral de grote bedrijven heeft

bevoordeeld, maar nu het hoog tijd is om stappen

te zetten naar een socialer Europa, geven ze niet

thuis.

DE SOCIALE RACE NAAR DE BODEM STOPPEN

De Europese Unie, met haar vrije markten, de

mogelijkheid om in elk EU-land te werken en

de euro, levert ons extra welvaart en kansen op.

Maar op dit moment profiteert niet iedereen

daarvan. Veel bedrijven gaan daarheen waar ze

het goedkoopst kunnen produceren: landen met

het aantrekkelijkste belastingklimaat, lage lonen

en een zwakke sociale wetgeving. Dat leidt ertoe

dat lidstaten elkaar - in een race naar de bodem

- de loef afsteken met gunstige voorwaarden voor

grote bedrijven. Voorwaarden die meestal niet

gunstig zijn voor werknemers en de staatskas.

GroenLinks pleit voor Europese

minimumbelastingtarieven en waterdichte

Europese regels tegen belastingontwijking.

Een effectief nationaal belastingbeleid

kan niet zonder Europese afspraken over

belastingen met een sterk grensoverschrijdend

effect, zoals vennootschapsbelasting, btw en

dieselaccijns. In de strijd om het aantrekken

van bedrijvigheid hebben de Europese landen

de vennootschapsbelasting verlaagd van

gemiddeld 32 procent in 2000 naar 23 procent

in 2013. Ruim de helft van de multinationals

uit Italië, Griekenland, Spanje en Portugal

heeft een brievenbus-bv in Nederland. Deze

landen, die worden gedwongen om keihard te

bezuinigingen, lopen door de soepele Nederlandse

belastingregels miljarden mis. Door het vetorecht

in belastingzaken te beperken, voorkomen

we dat belastingparadijzen als Nederland de

aanpak van belastingontwijking en concurrentie

tegenhouden. Alleen zo kan Europa een einde

maken aan de trend dat bedrijven steeds minder

bijdragen aan de publieke inkomsten.

Ook is het nodig om op Europees niveau

afspraken te maken over het loonbeleid, zodat

de loonontwikkeling in de verschillende lidstaten

niet meer zo sterk uiteen kan lopen. Europa

moet een fatsoenlijk loon voor alle werkenden

garanderen. Duitsland, waar een wettelijk

minimumloon ontbreekt, draait al jaren op

‘werkende armen’: mensen die ondanks het feit

dat ze een baan hebben zo weinig verdienen dat

ze onder de armoedegrens leven.

Dat draagt bij aan een ander probleem: scheve

handelsbalansen. Omdat de loonkosten laag zijn,

is de prijs van Duitse exportproducten ook laag.

Zuid-Europese landen, waar de lonen relatief

hoger lagen, hebben jarenlang veel producten

geïmporteerd uit Duitsland. Zij bekostigden dat

met leningen van Nederlandse en Duitse banken,

pensioenfondsen en verzekeraars. Op de korte

termijn profiteerde iedereen van deze situatie.

Maar in feite financierden onze geldschieters de

financiële zeepbel in de Zuid-Europese landen.

Door de kredietcrisis spatte die bel uit elkaar.

(11)

Toen werd pijnlijk duidelijk dat de Europese

economieën onlosmakelijk met elkaar zijn

verbonden: het exportoverschot van het ene land

is de schuldenberg van het andere.

VOORBIJ DE DRIEPROCENTSNORM

Een unie, en zeker een muntunie, functioneert

niet zonder afspraken over begrotingsbeleid en

economisch beleid. Maar op dit moment staren de

Europese leiders zich blind op de begrotingsnorm

van drie procent. Daarmee lossen we de crisis niet

op: het keiharde bezuinigingsbeleid brengt ons

van de regen in de drup. GroenLinks pleit daarom

voor een sociaaleconomisch bestuur van de

eurozone dat verder kijkt dan begrotingstekorten

en overheidsschulden. Een bestuur dat landen

niet alleen op financiële, maar ook op sociale

en groene indicatoren afrekent. In plaats van

het huidige Stabiliteits- en Groeipact, is er een

Welvaarts- en Duurzaamheidspact nodig waarin

houdbare overheidsfinanciën, werkgelegenheid

en duurzaamheid op gelijke voet staan.

De machtige ‘Trojka’ is het minst democratische

orgaan dat Europa in de afgelopen jaren

heeft gecreëerd. Dit samenwerkingsverband

van de Europese Commissie, de Europese

Centrale Bank en het Internationaal Monetair

Fonds onderhandelt met lidstaten die door

de eurocrisis in problemen zijn geraakt over

financiële noodsteun. De reddingspakketten

worden verstrekt op voorwaarde van ingrijpende

overheidsbezuinigingen. Het crisisbewind van

de Trojka werkt contraproductief en leidt tot

menselijke drama’s in landen als Griekenland,

Portugal en Cyprus. Europese waarden als

solidariteit en democratie worden verloochend.

De oplossing van de crisis mag niet in handen

liggen van ongekozen technocraten. Een Europees

sociaaleconomisch beleid vereist politieke

keuzes en democratische controle op Europees

niveau. Als het aan GroenLinks ligt, krijgt het

Europees Parlement volledige medezeggenschap

over de beleidskeuzes van de opvolger van

supercommissaris voor de euro Olli Rehn.

Adviezen die raken aan de arbeidsmarkt en de

sociale voorzieningen dienen te worden opgesteld

in samenspraak met de sociale partners. Dat

betekent ook dat aan de onderhandelingstafel

plek wordt ingeruimd voor vertegenwoordigers

van een grensoverschrijdende vakbeweging. Zo

garanderen we dat de belangen van werknemers

niet opzij worden geschoven.

EUROPESE SOLIDARITEIT

Voor een sociale Europese samenleving en een

stabiele muntunie is het nodig dat eurolanden

elkaar helpen als ze in de problemen zitten. We

zijn samen verantwoordelijk voor de welvaart van

alle Europeanen. De invoering van de euro heeft

dat alleen nog maar versterkt. Vanaf dat moment

bepaalt de Europese Centrale Bank (ECB) voor de

hele eurozon e het rentepercentage waartegen

banken geld kunnen lenen. Een hoge rente zorgt

ervoor dat investeren duurder wordt en een

oververhitte economie afkoelt; een lage rente kan

voor extra investeringen zorgen in een sukkelende

(12)

economie. Maar wat moet de ECB doen wanneer

sommige eurolanden kampen met een recessie

en andere lidstaten een periode van hoge groei

doormaken? In dat geval wordt het lastig om

met één rentepercentage de economieën van

alle eurolanden de juiste kant op te sturen.

GroenLinks stelt daarom een nieuw instrument

voor: een Europees stabiliseringsfonds. Dat

hevelt geld over van landen met hoge groei naar

landen in een recessie. We voorkomen daarmee

zowel oververhitting van de economie als hoge

werkloosheid.

Landen met een afnemende werkloosheid

dragen bij aan dit fonds terwijl landen met

een oplopende werkloosheid geld uit het fonds

ontvangen. Dit geld compenseert de gestegen

uitgaven aan werkloosheidsuitkeringen en helpt

landen daarmee sneller uit een economisch dal te

klimmen.

Een stabiliseringsfonds had tussen 2000 en

2007 zowel de Spaanse huizenboom als de hoge

Duitse werkloosheid kunnen dempen. In die

periode was Spanje dus een nettobetaler en

Duitsland een netto-ontvanger geweest. Op dit

moment zou dat andersom zijn en had het fonds

kunnen voorkomen dat duizenden Spaanse

werklozen thuis zitten, terwijl Duitse bedrijven

hun vacatures niet vervuld krijgen. Dergelijke

Europese solidariteit draagt bij aan een snel

economisch herstel en een betere economische

balans in de eurozone.

Een andere manier om de Europese solidariteit

te versterken is door overheidsschulden

EEN EINDE AAN SPECULATIE MET

OVERHEIDSGELD

Onder aanvoering van de

Groene fractie stemde het

Europees Parlement voor een

verbod op speculatie met

derivaten op staatsobligaties,

oftewel leningen van de

overheid. Deze praktijk is

buitengewoon schadelijk,

omdat speculanten gokken

op het minder waard worden

van de overheidsleningen.

Wanneer de twijfel groeit

over het vermogen van een

land om zijn schulden af te

betalen, stijgen de derivaten in

waarde. Speculanten hebben

dus een belang bij financiële

problemen van overheden. De

handel in derivaten heeft de

schuldencrisis in de eurozone

niet veroorzaakt, maar wel

verergerd. Een verbod verkleint

de kans op toekomstige

financiële rampspoed.

(13)

GroenLinks wil een

héle bankenunie

die Europeanen

daadwerkelijk

beschermt tegen

falende bankiers

meer gezamenlijk te dragen. Wanneer

eurolanden garant staan voor elkaars

aflossingsverplichtingen, zal dat het vertrouwen

van de financiële markten herstellen. De rente

die zuidelijke lidstaten moeten betalen wordt dan

draaglijker. Bovendien zorgt het ervoor dat deze

landen een minder zwaar beroep hoeven te doen

op de Europese noodfondsen.

BANKEN BEDWINGEN

Een sociaal Europa functioneert niet zonder een

radicale omslag in de financiële sector: banken

moeten weer ten dienste komen te staan van

de samenleving in plaats van omgekeerd. Het

schuldgedreven groeimodel in de financiële sector

is voorbij. GroenLinks eist daarom dat in Europa

geen enkele bank nog too big to fail is. Nooit meer

mogen belastingbetalers opdraaien voor de

fouten van bankiers.

Hogere kapitaalbuffers en een harde limiet aan de

schulden van banken zorgen ervoor dat banken

niet meteen kopje onder gaan als het economisch

tegenzit. We moeten niet vergeten dat de crisis

die de eurolanden teistert ontstond doordat

banken zich meer bezighielden met complexe

financiële producten dan met hun kerntaak: het

verstrekken van leningen aan consumenten en

bedrijven. Overheden moesten banken overeind

houden en kwamen zo zelf in grote financiële

problemen.

De halve bankenunie die de Europese leiders

tot nu toe voor zich zien, rekent niet af met de

dreiging van omvallende banken. GroenLinks

wil een hele bankenunie die Europeanen

daadwerkelijk beschermt tegen falende bankiers.

Onderdeel daarvan is een daadkrachtige

Europese toezichthouder die de macht heeft

om probleembanken te sluiten of te saneren.

Daartoe vullen de banken zelf een Europese

‘stroppenpot’: een fonds waarmee verliezen

kunnen worden opgevangen. Een Europees

garantiefonds, wederom gevuld door de banken

zelf, moet de tegoeden van kleine spaarders

veiligstellen. Scherpe controle door de Europese

toezichthouder voorkomt dat slap toezicht in

Cyprus, Ierland of Nederland de hele eurozone in

gevaar brengt.

DEMOCRATISCHE CONTROLE OP

EUROPEES BANKENTOEZICHT

Europees bankentoezicht is

dringend nodig om eindelijk

het vertrouwen te herstellen in

het nog altijd wankele Europese

bankwezen. Maar dat toezicht

mag zich niet onttrekken

aan democratische controle.

Dankzij de inspanningen van

de Groene fractie sloot het

Europees Parlement hierover

een akkoord met de Europese

Centrale Bank. Het parlement

krijgt het recht om de voorzitter

van de toezichthouder te

(14)

A.

WERK

1. De EU werkt aan een volwaardig sociaaleconomisch bestuur voor de eurozone, met volwaardige

democratische controle.

2. De EU hervormt het Stabiliteits- en Groeipact en het Begrotingspact tot een Welvaarts- en Duurzaamheidspact waarin houdbare financiën, werkgelegenheid en duurzame ontwikkeling op gelijke voet staan. Dit hervormde pact:

a. biedt voldoende begrotingsruimte om te investeren in arbeidsparticipatie, onderwijs, innovatie en duurzame energie, door een onderscheid te maken tussen consumptieve overheidsbestedingen en investeringen; b. biedt meer begrotingsflexibiliteit bij

economische neergang en strenger toezicht op het verminderen van de staatsschuld in tijden van economische groei;

c. legt meer nadruk op de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn: landen krijgen meer begrotingsruimte als zij hervormingen doorvoeren die de economie versterken en verduurzamen;

d. voegt indicatoren voor arbeidsparticipatie, inkomensgelijkheid, sociale uitsluiting en energie- en grondstoffenefficiëntie toe aan het scorebord voor macro-economische onevenwichtigheden; landen die te weinig doen om een ondermaatse score weg te

werken, krijgen dezelfde sancties als landen die begrotingsregels overtreden;

e. bestempelt grote handelsoverschotten tot even schadelijk als grote handelstekorten;

f. breidt het sanctie-instrumentarium voor eurolanden die het pact overtreden uit met schorsing van het stemrecht in de Raad van Ministers;

g. geeft het Europees Parlement (EP) medebeslissingsrecht over de jaarlijkse prioriteiten van het Europees economische beleid en controlerecht over de

sociaaleconomische sturing die de Europese Commissie geeft aan de EU-landen (Europees semester);

h. versterkt de rol van sociale partners op Europees niveau; zij krijgen een prominente rol bij sociaaleconomische besluiten zoals looncoördinatie en een officiële adviesrol in het Europees semester;

i. brengt de aanpassingsprogramma’s van landen die gebruikmaken van financiële noodsteun onder democratische controle van het EP; deze programma’s worden herzien op basis van realistische economische voorspellingen, sociale en verdelingseffecten.

3. Om de verschillen in conjunctuur op een sociaal verantwoorde manier te dempen schept de EU een stabiliseringsfonds. Bij groeiende werkloosheid ontvangen eurolanden steun uit dit fonds om oplopende werkloosheidsuitkeringen en teruggang in sociale premies te compenseren. Het fonds wordt automatisch gevuld met bijdragen van eurolanden die zich in een periode van hoogconjunctuur bevinden. Alle eurolanden doen mee in het fonds. Ook de overige EU-landen mogen zich erbij aansluiten.

4. Om de jeugdwerkloosheid te bestrijden:

a. wordt de financiering van de begeleiding van jongeren richting werk, stage of opleiding, alsmede van nieuwe banen voor jongeren, tijdelijk buiten beschouwing gelaten bij de beoordeling van begrotingstekorten; b. ziet de Europese Commissie toe op strikte

naleving van de jeugdgarantie die jongeren binnen vier maanden recht geeft op werk, een stage of een opleiding;

c. geeft de EU meer steun aan

grensoverschrijdende arbeidsbemiddeling en stages.

5. De EU legt minimumrechten voor de scholing voor werknemers vast voor grote bedrijven, zodat zij tijdig van werk naar werk kunnen als banen verdwijnen en veranderen. Daarbij ligt de focus op de verwerking van vaardigheden die nodig zijn voor duurzame sectoren met toekomst.

6. Werkgelegenheid wordt, naast prijsstabiliteit, een hoofddoelstelling van de Europese Centrale Bank. 7. De Europese Investeringsbank, de Europese Centrale

Bank en de Europese Commissie slaan de handen

(15)

ineen om goedkope leningen te verstrekken voor kansrijke investeringen van het midden- en kleinbedrijf en starters.

8. Sociale dumping binnen de EU wordt tegengegaan door afspraken te maken over minimumlonen; deze moeten voldoende inkomen bieden om boven de nationale armoedegrens uit te komen.

9. De EU pakt armoede verder aan door vast te leggen dat de laagste uitkeringen in elke lidstaat gebaseerd worden op een bestaansminimum van 60 procent van het gemiddeld inkomen van de lidstaat. 10. De EU maakt zich sterk voor een actief en breed

emancipatiebeleid, zowel voor vrouwen als voor andere groepen in een achterstandspositie. Zo vergemakkelijkt zij het combineren en eerlijker delen van arbeid en zorg, onder andere door verlenging van het zwangerschapsverlof en invoering van partnerverlof en betaald zorgverlof. Zij spoort lidstaten aan tot betaalbare kinderopvang. 11. De EU versterkt de medezeggenschap van

werknemers via Europese ondernemingsraden. De medezeggenschap gaat ook gelden voor de beloning van het management.

12. Topinkomens worden (verder) aan banden gelegd. De hoogste beloning (vast salaris plus bonus) in de private sector mag maximaal tien keer het laagste salaris binnen de organisatie bedragen. Bonussen voor bestuurders worden gekoppeld aan prestaties op lange termijn, bedragen maximaal 20 procent van het jaarsalaris, en worden pas na tien jaar uitbetaald als er in de tussentijd geen grote verliezen optreden. 13. Met het oog op de langetermijnoriëntatie en

de duurzaamheid van ondernemingen krijgen (organisaties van) werknemers en consumenten een evenredige vertegenwoordiging in het ondernemingsbestuur of het toezichthoudend orgaan.

14. De EU dwingt geen liberalisering af van

nutsvoorzieningen zoals sociale volkshuisvesting. De lidstaten bepalen zelf welke diensten worden verzorgd door de overheid of maatschappelijke ondernemingen. Drinkwatervoorziening blijft in publieke handen.

15. De EU publiceert een Europese geluksindex. Deze becijfert, in navolging van de Happy Planet Index, hoe

het ervaren geluk van de Europeanen zich verhoudt tot hun ecologische voetafdruk. De Europese instellingen en de nationale regeringen toetsen of hun beleid de voorwaarden schept voor meer geluk met minder milieudruk.

B.

FINANCIËLE MARKTEN

1. De EU schept een volwaardige bankenunie voor de eurozone en andere EU-landen die willen deelnemen. Deze omvat:

a. democratische controle door het EP op alle onderdelen van de bankenunie;

b. streng bankentoezicht door de Europese Centrale Bank, te beginnen met een grondige balanscontrole en stresstest, die banken dwingt slechte leningen af te schrijven en zo nodig nieuw kapitaal aan te trekken;

c. een resolutieraad die probleembanken kan saneren of sluiten volgens heldere regels en onder verantwoordelijkheid van de Europese Commissie; daarbij worden ook de kapitaalverschaffers van banken aangeslagen, uitgezonderd kleine spaarders;

d. een stroppenpot voor bankenresolutie, die door de banken zelf wordt gevuld, met het euronoodfonds ESM als publieke achtervang; e. een Europees depositogarantiefonds, te vullen

door de banken, dat verzekert dat kleine spaarders altijd hun geld terugkrijgen wanneer een bank omvalt.

2. Alle banken worden onderworpen aan een schuldenrem, in de vorm van:

a. een hefboomratio: het eigen vermogen dient minstens 10 procent van de uitstaande leningen en investeringen te bedragen;

b. strengere kapitaalratio’s: hogere minimumeisen voor het eigen vermogen als percentage van de risicogewogen activa.

3. De EU voert een strikte scheiding van nuts- en zakenbanken door. Zakenbanken komen nooit in aanmerking voor redding met belastinggeld. Uiteindelijk mag geen enkele bank meer too big to fail zijn.

4. Toezichthouders onderwerpen nieuwe financiële

(16)

1 EEN SOCIAAL EUROPA

producten aan een risicotoets, waaronder een begrijpelijkheidstoets. Zij hanteren daarbij een ‘nee, tenzij’ in plaats van een ‘ja, mits’-benadering; niet toegestaan zijn producten die geen aantoonbaar economisch nut hebben of schadelijk kunnen zijn. Nieuwe producten krijgen ten minste tien jaar lang de hoogste risicoweging.

5. De EU voert regels in voor ‘schaduwbankieren’. Uitgangspunt daarbij is dat voor bedrijven die vergelijkbare risico’s lopen als banken, vergelijkbare regels en vergelijkbaar toezicht gelden.

6. Er komt een Europabrede code voor maatschappelijk verantwoord bankieren, met een beroepseed voor bankiers, klachtenloketten en tuchtraden.

7. De EU dringt de rol die in regelgeving wordt toegekend aan kredietbeoordelaars fors terug. De garanties voor de onafhankelijkheid van kredietbeoordelaars worden verder aangescherpt. 8. Kredietbeoordelaars en financiële

instellingen worden verplicht om energie- en grondstoffenefficiëntie mee te wegen bij de beoordeling van bedrijven en landen.

9. Investerings- en pensioenfondsen worden verplicht om openheid te geven over de energie-, CO2- en grondstoffenprijzen waarmee zij rekenen bij de waardering van hun bezittingen.

10. De EU bevordert geduldig ondernemen en beleggen. Aandeelhouders krijgen een zwaardere stem en loyaliteitsdividend naarmate zij langer in het bezit zijn van de aandelen. Toezichthouders waken scherp voor contracten met vermogensbeheerders die een hoge kortetermijnwinst op aandelen beloven. 11. De EU legt vast dat overheden die hun reserves

beleggen dat duurzaam doen.

12. De ECB en de Europese Commissie bieden regionale initiatieven de ruimte om werk te scheppen door middel van complementaire munten.

13. De EU zet zich in voor stringente wereldwijde regulering van financiële markten. Bij de formulering van deze regels komt alle landen en regio’s een stem toe. Daarom zet de EU zich in voor verdergaande democratisering van financiële fora zoals de Bank for International Settlements en een betere democratische controle op zelfregulerende organisaties.

C.

FINANCIËLE SOLIDARITEIT

1. Een verdragswijzing maakt de invoering van euro-obligaties mogelijk, waarbij de eurolanden garant staan voor elkaars aflossingsverplichtingen. De mogelijkheid om schulden te herfinancieren met euro-obligaties wordt beperkt tot 60 procent van het bruto nationaal product (bnp). Ernstige overtredingen van de Europese afspraken over economisch en begrotingsbeleid worden bestraft met verminderde toegang tot euro-obligaties. 2. Tot die tijd richt de EU een tijdelijk

schuldaflossingsfonds op, waarmee de landen van de eurozone het deel van hun staatsschuld dat boven de 60 procent van het bnp ligt gezamenlijk herfinancieren. Deelnemende landen brengen onderpand in en moeten de lagere rente deels benutten voor een snellere vermindering van hun schuld.

3. De slagkracht van het euronoodfonds (ESM) wordt versterkt door het fonds de mogelijkheid te geven te lenen bij de Europese Centrale Bank (ECB).

4. Bij de eerstvolgende verdragswijziging wordt het noodfonds ESM omgevormd tot een Europees Monetair Fonds, onder democratische controle van het EP.

5. De EU scherpt de criteria voor toetreding tot de eurozone aan zodat deze aansluiten bij het Welvaarts- en Duurzaamheidspact: zij toetst de effectiviteit van het belastingsstelsel, de kwaliteit van het sociale stelsel en de duurzaamheid van de economie. De omvang van de bankensector in een land en het aandeel buitenlandse tegoeden mogen geen risico vormen voor de financiële stabiliteit. 6. Om Griekenland perspectief te bieden op een

houdbare staatsschuld en economisch herstel, wordt een deel van de Europese leningen aan dat land kwijtgescholden. Het EP laat de publieke en private schulden van andere crisislanden in de eurozone met spoed beoordelen door onafhankelijke experts. Bij schuldverlichting worden allereerst de private crediteuren aangeslagen. Zo nodig draagt de ECB bij in de kosten.

(17)

controle. Daartoe krijgt de Europese Commissie de hoofdrol binnen de trojka; de rol van de ECB en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) wordt verkleind.

8. Om de transparantie van het monetair beleid te bevorderen, worden de notulen van de Raad van Bestuur van de ECB na een maand openbaar.

D.

BELASTINGEN

1. De EU voert de strijd tegen belastingontduiking, belastingontwijking en belastingconcurrentie op. Daartoe wordt het vetorecht van lidstaten afgeschaft bij belastingen met een sterk grensoverschrijdend effect, zoals de winstbelasting, en krijgt het EP medebeslissingsrecht.

2. De EU voert snel automatische gegevensuitwisseling tussen belastingdiensten in voor alle vormen van inkomen en vermogen, om belastingontduikers op te sporen. Zij zet druk op Oostenrijk, Luxemburg en derde landen om het bankgeheim op te heffen. 3. De EU stelt een zwarte lijst van belastingparadijzen

op, met sancties voor jurisdicties die niet voldoen aan EU-standaarden. Bedrijven die zaken doen in landen op deze zwarte lijst worden uitgesloten van openbare aanbestedingen.

4. Banken die actief meewerken aan het faciliteren van belastingontwijking en –ontduiking door hun klanten krijgen sancties opgelegd.

5. De verplichting voor multinationals om te rapporteren over hun economische activiteiten, belastingafdrachten en subsidies in ieder land waar ze actief zijn (country-by-country reporting) wordt uitgebreid van de bankensector naar alle sectoren. 6. Elk EU-land krijgt een openbaar register van

uiteindelijke eigenaren van bedrijven. 7. De voorgenomen herziening van de Moeder/

dochterrichtlijn en de Rente- en royaltyrichtlijn draagt ertoe bij dat bedrijven belasting betalen in de landen waar zij economische activiteiten ontplooien. Ook de Fusierichtlijn wordt herzien om belastingontwijking tegen te gaan.

8. Er komen Europese standaarden voor bilaterale belastingverdragen, met daarin onder andere een verplichte antimisbruikclausule die dubbele

niet-belasting aanpakt.

9. Op langere termijn worden belastingverdragen met derde landen namens de hele EU

afgesloten, zodat het ondoorzichtige netwerk van bilaterale belastingverdragen, met alle ontwijkingsmogelijkheden van dien, verdwijnt. 10. Voor de belasting op bedrijfswinsten worden een

geharmoniseerde grondslag en een minimumtarief van 25 procent ingevoerd, desnoods door een kopgroep van EU-landen.

11. De EU pleit ook in internationaal verband voor een geharmoniseerde grondslag voor de winstbelasting, waarbij de belastingafdracht van multinationals zo eerlijk mogelijk wordt verdeeld over landen op basis van omzet, winst, aantal werknemers en bezittingen.

12. De EU levert financiële en technische ondersteuning aan ontwikkelingslanden om hun belastinginning te verbeteren, en waar nodig ook aan lidstaten.

13. De EU voert een belasting op financiële transacties in, die speculatieve handel tegengaat en geduldig beleggen stimuleert. Deze belasting omvat ook valutatransacties (Tobintaks). Een deel van de opbrengst wordt aangewend voor klimaatsteun aan ontwikkelingslanden.

14. De Europese Commissie spoort EU-landen aan om lasten te verschuiven van arbeid naar vervuiling en vermogen.

15. De EU pakt btw-fraude strenger aan, door verlegging van de btw-plicht van de leverancier naar de afnemer of door de btw-afdracht door de leverancier tot voorwaarde te maken voor btw-teruggave aan de afnemer.

16. Lidstaten krijgen de vrijheid om zelf de btw-tarieven vast te stellen voor arbeidsintensieve diensten die niet grensoverschrijdend concurreren, zoals kappers en fietsenmakers.

17. Tweedehands goederen, onder meer uit kringloopwinkels, worden vrijgesteld van btw.

E.

EU-BEGROTING

1. De afgesproken evaluatie van de contributieregeling van de EU wordt aangegrepen voor een

ingrijpende herziening. Nationale contributies

(18)

worden gedeeltelijk vervangen door Europese belastingheffing op bedrijfswinsten, milieuverbruik en financiële transacties.

2. De duurzaamheidseisen voor de Structuurfondsen en het Cohesiefonds worden aangescherpt, net als de controle op de besteding. Die dient bij te dragen aan de doelstellingen van het Welvaarts- en Duurzaamheidspact, zoals energiezekerheid. 3. Het EP zet de lidstaten onder druk, onder andere

met subsidiekortingen, om jaarlijks een ‘nationale verklaring’ af te geven over de rechtmatigheid van de besteding van EU-gelden door nationale en lagere overheden.

4. De salarissen en secundaire arbeidsvoorwaarden van EU-politici en -ambtenaren worden verder versoberd. Toeslagen zoals de ontheemden- en familietoeslag verdwijnen.

5. Aan de maandelijkse verhuizing van het EP tussen Brussel en Straatsburg komt een einde. Het EP krijgt één vergaderplek: Brussel.

(19)

MEER

DEMOCRATIE

2

Nederland is te klein om in z’n eentje de

klimaatverandering een halt toe te roepen of

de financiële sector in toom te houden. Veel

mensen zien dat ook; zij willen geen opheffing

van de Europese Unie maar een Unie die goed

functioneert en burgers meer betrekt bij de

politieke besluitvorming.

GroenLinks pleit daarom voor meer

democratische controle op wat er in de EU

wordt besloten. Bijvoorbeeld door de Europese

verkiezingen te laten bepalen wie de voorzitter

van de Europese Commissie wordt, net zoals

in Nederland de grootste partij in principe

de minister-president levert. Zo wordt deze

belangrijke politieke benoeming uit de

achterkamertjes gehaald.

In 2014 krijgen alle Europese burgers weer de

kans om via de stembus de politieke kleur in

het Europees Parlement te bepalen. Dan wordt

de macht in Europa opnieuw verdeeld. In

Nederland vinden we het vanzelfsprekend dat

het parlement het laatste woord heeft. Het wordt

tijd om die logica ook op Europees niveau door

te zetten. Europa is niet van de regeringsleiders

die achter de schermen deals sluiten, niet van

de multinationals en niet van de Brusselse

ambtenaren. De Unie is van ons.

DE EUROCRISIS: GEEN STATISTIEK, MAAR POLITIEK

Meer Europese democratie is harder nodig

dan ooit. De EU mengt zich als gevolg van de

eurocrisis steeds nadrukkelijker in het financiële

en economische beleid van de lidstaten.

De Europese Commissie neemt dagelijks

politieke besluiten die gevolgen hebben voor de

sociale voorzieningen in eurolanden zoals de

gezondheidszorg en pensioenen. Zo werkt de

(20)

Europese Commissie aan bilaterale contracten

met lidstaten over de hervormingsplannen

voor hun economie. De nationale parlementen

controleren hun eigen regering, maar niemand

controleert de Commissie. Dit kan niet zo door

blijven gaan. Als de democratische controle

niet snel wordt verbeterd, zal GroenLinks deze

contracten niet steunen. De economische

integratie in Europa gaat op dit moment zo snel

dat de Unie niet langer mag dralen met het

versterken van de democratie.

De aanpak van de eurocrisis is geen kwestie van

optellen en aftrekken. Het raakt aan onze visie

op de samenleving en onze toekomst. Dat maakt

de keuzes die we maken bij uitstek politiek. De

eenzijdige focus op de begrotingsnorm van drie

procent laat zien dat een rechtse ideologie nog

altijd dominant is in Europa. Dat is ook logisch

gezien de rechtse meerderheid in het Europees

Parlement en binnen de regeringen van de

EU-lidstaten. Maar de regeringsleiders en de

Europese Commissie presenteren hun aanpak van

harde overheidsbezuinigingen als technisch en

apolitiek. Daarmee verbloemen zij dat de kiezer

ook een andere keuze heeft: een keuze voor een

duurzaam en solidair Europa. Om die politieke

keuze boven tafel te krijgen is meer democratisch

debat nodig.

De nationale parlementen en de sociale partners

krijgen daarom het recht om rechtstreeks in

debat te gaan met de supercommissaris voor

de euro – op dit moment is dat Olli Rehn - over

zijn economische aanbevelingen voor hun land.

KIES JOUW EUROPESE GROENE

KANDIDAAT

Tien jaar geleden was de

Groene fractie de eerste

Europese politieke familie

die een gemeenschappelijke

campagne voerde voor de

Europese verkiezingen. Bij de

komende verkiezingen gaan

de Groenen een stap verder.

Voor de Europese Groene Partij

is verdere democratisering

in Europa van groot belang.

Dat zetten we kracht bij door

partijleden en sympathisanten

zelf te laten bepalen wie

het gezicht van de Europese

campagne van de Europese

Groenen gaat worden. De

Europese Groenen zetten

hiermee een volgende stap in

de richting van daadwerkelijke

Europese democratie.

(21)

Bovendien moet het Europees Parlement de

supercommissaris ter verantwoording kunnen

roepen en zo nodig weg kunnen sturen. Op dit

moment kan geen enkel parlement, nationaal of

Europees, de commissaris bijsturen wanneer hij

landen boetes oplegt en hervormingen eist. Dat

kan zo niet langer.

EEN TRANSPARANTE UNIE

Transparante besluitvorming bevordert niet

alleen de democratische controle, maar ook de

slagvaardigheid van de Unie. Besluitvorming in

de Europese Unie is nu vaak nog halfslachtig,

gebaseerd op nationale belangen die het

algemene Europese belang in de weg staan.

De ondoorzichtige besluitvorming geeft nationale

politici de kans om hun handen in onschuld te

wassen en ‘Brussel’ de schuld te geven van alles

wat hun niet zint. Terwijl zij zélf verantwoordelijk

zijn voor de koers van de Unie. Zoals Mark Rutte

die in de Tweede Kamer spierballentaal bezigt

over de EU, maar inbindt zodra hij met zijn

Europese collega’s onderhandelt. Hetzelfde geldt

voor de Nederlandse politieke partijen die de

afgelopen jaren in de regering hebben gezeten

en nu afgeven op Brussel: zij hebben de Europese

Unie mede vormgegeven.

Achter het rookgordijn van de retoriek over

‘minder Brussel’ ijveren politieke partijen

opvallend vaak voor maatregelen die neerkomen

op ‘meer Brussel’. Akkoord, zegt GroenLinks,

maar wees daar eerlijk over. Door het Europees

GROENEN ROEPEN OVERMACHTIGE

BANKENLOBBY EEN HALT TOE

De financiële sector geeft meer

geld uit aan lobbypraktijken dan

wie dan ook in Europa. Terwijl

bankiers jarenlang torenhoge

winsten opstreken, betaalt de

samenleving nu de rekening

van de financiële crisis. Maar

de tijd dat de bankenlobby

zonder tegenspraak Europese

wetgeving naar zijn hand kon

zetten is gelukkig voorbij. Het

initiatief voor een tegenlobby

kwam in 2011 vanuit de Groene

fractie. Pascal Canfin, een Frans

groene Europarlementariër,

zette de eerste stap tot de

oprichting van de NGO Finance

Watch. Dit kenniscentrum heeft

de expertise in huis om effectief

op te komen voor de belangen

van de samenleving. Mede

dankzij de Europese Groenen

is er een einde gekomen aan

het monopolie dat de banken

hadden op het beïnvloeden

van de Europese financiële

regelgeving.

(22)

Parlement en de nationale parlementen voortaan

inzicht te geven in de onderhandelingen in

de Europese Raad, kan iedereen het doen en

laten van zijn regering in Brussel controleren.

Dan kunnen kiezers hun politici ook afstraffen

voor besluiten die hen niet zinnen. Dát is

democratische controle waar de EU beter van

wordt.

Het Brusselse wetgevingsproces is zo ingewikkeld

dat slimme, goed ingevoerde lobbyisten veel

invloed kunnen uitoefenen. Jaarlijks geven

bedrijven, overheden en maatschappelijke

organisaties een miljard euro uit aan Europese

lobby. Sinds een aantal jaren bestaat er een

register voor lobbyisten zodat duidelijker wordt

welke groepen invloed proberen uit te oefenen

op de Europese besluitvorming. Maar de Raad

van Ministers heeft zich hier, ondanks verzoeken

van de Europese Commissie en het Europees

Parlement, nog niet bij aangesloten.

GroenLinks wil de werking van het register

uitbreiden, zodat ook helder wordt welke

lobbyisten invloed uitoefenen op de Raad en

we meer inzicht krijgen in de financiering

van lobbypraktijken. Bovendien zou de EU

meer moeten doen om ervoor te zorgen dat

ook werknemersbelangen op Europees niveau

krachtig worden vertegenwoordigd. Op dit

moment zijn het vooral de werkgevers die in

Brussel een flinke vinger in de pap hebben.

EUROPESE DEMOCRATIE: WERK IN UITVOERING

De Europese Unie bestaat nog geen zestig jaar.

Laten we niet vergeten hoeveel al wel is bereikt. In

geen enkel werelddeel is de grensoverschrijdende

democratische besluitvorming zo ver gevorderd

als in Europa. Zo bestaat sinds het Verdrag

van Lissabon formeel de mogelijkheid tot een

Europees burgerinitiatief. In 2013 heeft het

burgerinitiatief tegen privatisering van water voor

het eerst voldoende handtekeningen verzameld.

Mede hierdoor heeft de Europese Commissie

aangekondigd af te zien van privatisering van

drinkwatervoorzieningen. Op zo’n moment klinkt

de stem van burgers luid en duidelijk in Brussel.

Het Verdrag van Lissabon was een belangrijke

stap in het democratiseringsproces van de Unie.

Maar Europese democratie is werk in uitvoering.

De Europese Groenen maken zich sterk voor een

nieuw verdrag dat verdere stappen zet. Zoals

een kiesstelsel dat politieke partijen uitdaagt

om samen op te trekken met hun Europese

geestverwanten via Europese kieslijsten. De

Nederlandse kiezer kan dan niet alleen op een

GroenLinkser stemmen, maar ook op een Duitse

of Franse kandidaat van de Europese Groene

Partij. Uiteraard dient dit nieuwe verdrag in

een referendum te worden voorgelegd aan de

inwoners van de EU.

Als Europese politieke partijen bij de

Europese verkiezingen een kandidaat voor het

voorzitterschap van de Europese Commissie naar

voren schuiven, wordt de selectie van de nieuwe

(23)

voorzitter inzet van een politieke strijd. De

kandidaat van de Europese partij of coalitie die de

meeste zetels in het Europees Parlement behaalt,

heeft een ijzersterke claim op de voorzitterspost.

De voorzitter van de Europese Commissie, nu

uitgerust met een kiezersmandaat, zou dan ook

de rol van de huidige voorzitter van de Europese

Raad op zich kunnen nemen. Zo maken we einde

aan de huidige situatie waarin de voorzitter van

de Europese Raad, de officieuze ‘president van de

EU’, aan geen enkel parlement verantwoording

hoeft af te leggen.

Voor een slagvaardige Europese Unie dient het

aantal leden van de Europese Commissie – nu

28 - fors te worden teruggedrongen. Niet alleen

vermindert dat nodeloze bureaucratie, het

doorbreekt ook de nationale benoemingen van de

Eurocommissarissen. Bij een politiekere Europese

Commissie horen ook politieke besluiten over de

bemensing van de Commissie. GroenLinks hecht

meer waarde aan de kwaliteit van een Europees

bestuurder dan aan diens nationaliteit.

(24)

A.

DEMOCRATISERING

1. Het nieuwgekozen EP neemt het initiatief tot een herziening van de Europese verdragen, door middel van een openbare Conventie. De opdracht van de Conventie is het bereiken van brede overeenstemming over het democratiseren, vergroenen en socialer maken van de EU.

2. Binnen de Conventie maakt het EP zich sterk voor: a. betere democratische controle op de

sociaaleconomische sturing binnen de EU en de eurozone;

b. beperking van het veto bij Europese belastingmaatregelen;

c. de garantie dat geen enkele Europese wet kan worden aangenomen zonder goedkeuring van het EP;

d. formeel initiatiefrecht voor het EP;

e. het formele recht van het EP om individuele eurocommissarissen te benoemen en te ontslaan;

f. het laatste woord van het EP over andere belangrijke benoemingen, zoals die van directieleden van de Europese Centrale Bank; g. controle van het EP op het buitenlands beleid

van de EU;

h. Europese kieslijsten: een deel van de zetels in het EP wordt gereserveerd voor Europese politieke partijen; zo komen de lijsttrekkers c.q. de kandidaten voor het Commissievoorzitterschap in alle lidstaten op het stembiljet;

i. kiesrecht vanaf 16 jaar;

j. uitbreiding van het kiesrecht voor EU-burgers die in een ander EU-land wonen naar nationale en provinciale verkiezingen;

k. het recht van het EP om zijn eigen vergaderplek te kiezen;

l. verbetering van de ‘gele kaart’-procedure voor nationale parlementen: als eenzesde van de parlementen bezwaar maakt tegen een Europees wetsvoorstel, krijgen zij meer tijd om medestanders te vinden voor het bereiken van de drempel van eenderde;

m. EU-wijde (correctieve) referenda;

n. betere toegang tot het Hof van Justitie van de Europese Unie voor maatschappelijke organisaties;

o. een lagere drempel voor waarschuwingen en sancties tegen lidstaten die grondrechten en democratische beginselen schenden;

p. een zichtbare plek voor het EU-Grondrechtenhandvest in de Europese verdragen.

3. Over het nieuwe verdrag wordt een referendum gehouden, bij voorkeur in de gehele EU.

4. Europese partijen maken vóór de Europese verkiezingen hun kandidaat voor de opvolging van Commissievoorzitter Barroso bekend. De partij die de meeste zetels in het EP verovert, claimt het Commissievoorzitterschap. Haar kandidaat krijgt als eerste de kans een (afgeslankte) Commissie te formeren, die het vertrouwen geniet van een meerderheid in het EP.

5. De nieuwe Commissievoorzitter gaat ook het voorzitterschap van de Europese Raad van regeringsleiders uitoefenen. Deze EU-president maakt een begin met de openbaarheid van de euro(zone)toppen, met name wanneer de regeringsleiders besluiten nemen die voorgeschreven zijn in de verdragen van de

Europese Unie en wanneer zij de totstandkoming of uitvoering van Europese wetten beïnvloeden. 6. Nationale parlementen krijgen een actieve rol in

de Europese besluitvorming, onder andere door eurocommissarissen en rapporteurs van het EP uit te nodigen voor een discussie over belangrijke EU-maatregelen. Zij krijgen meer mogelijkheden om het besluitvormingsproces in de Raad van Ministers te volgen, zodat zij de voorliggende keuzes in de Raad in een publiek debat kunnen bespreken met hun regering.

7. De Europese wetgevingsprocedure wordt

transparanter. Het aantal informele compromissen tussen Raad en EP wordt beperkt. Documenten voor de trialogen (het driehoeksoverleg tussen het Europees Parlement, de Raad van Ministers en de Europese Commissie) en conciliaties (vergaderingen van het bemiddelingscomité van het Europees Parlement en de Raad van Ministers) worden

(25)

openbaar.

8. De EU schept meer openheid bij onderhandelingen over internationale (handels)verdragen. Zo worden onderhandelingsmandaten, conceptverdragen en alle documenten die de Europese Commissie deelt met lobbygroepen openbaar.

9. De Europese wet openbaarheid van bestuur (EuroWob) wordt fors verbeterd en uitgebreid naar alle EU-instellingen. Actieve openbaarmaking van documenten wordt de regel. De

uitzonderingsbepalingen die geheimhouding toestaan worden beperkt.

10. Falende eurocommissarissen worden door het EP weggestuurd.

11. Nationale vakbonden en werkgeversorganisaties krijgen het recht om rechtstreeks in discussie te gaan met de verantwoordelijke eurocommissaris over tot hun land gerichte budgettaire en

sociaaleconomische aanbevelingen. De EU

stimuleert grensoverschrijdende samenwerking en onderhandelingen tussen sociale partners.

12. De kinderziekten van het Europees burgerinitiatief worden genezen. De Europese Commissie biedt betere (digitale) faciliteiten aan initiatiefnemers. Lidstaten mogen van ondertekenaars geen

paspoortnummer meer vragen. Initiatieven gericht op verdragswijziging worden toegestaan.

13. De EU-instellingen zorgen voor evenredige

vertegenwoordiging van vrouwen en minderheden in Europese topfuncties.

14. Europese adviescomités krijgen een representatieve samenstelling, opdat alle belanghebbenden

vertegenwoordigd zijn.

15. Er komt een verplicht, openbaar register voor lobbyisten bij de Europese instellingen, dat vermeldt wie hun opdrachtgevers zijn en hoeveel zij betalen. 16. De Europese Commissie legt verantwoording

af over consultaties die vooraf zijn gegaan aan beleidsvoorstellen: welke lobbyisten hebben input geleverd, en wat is er met die input

gedaan? Zo vergroten we de transparantie van de besluitvorming.

17. De gedragscode voor Europarlementariërs wordt

aangescherpt, toezicht en transparantie verbeterd, om belangenverstrengeling tegen te gaan.

18. Engels wordt de werktaal van de Europese instellingen. Burgers en Europarlementariërs houden het recht op informatie van en communicatie met de EU in hun eigen taal. 19. De EU stimuleert onafhankelijke

grensoverschrijdende onderzoeksjournalistiek.

B.

CULTUUR

1. De EU bevordert Europese film-, tv- en theaterproducties, literaire vertalingen en de digitalisering van musea en archieven.

2. De video- en audiostreams van omroepen worden bevrijd van tijdsloten en geografische blokkades. 3. Het mededingingsbeleid geeft nationale overheden

meer armslag om te bepalen welke activiteiten publieke omroepen mogen ondernemen.

4. Lidstaten krijgen de vrijheid om digitale boeken, tijdschriften en kranten onder het lage btw-tarief te brengen.

(26)

GroenLinks wil dat zo snel mogelijk een

einde komt aan de industriepolitiek die een

vervuilende economie in stand houdt. Zowel de

Nederlandse als de Europese overheid moet zich

inspannen voor de transitie naar een duurzame

economie, die draait op zon en wind in plaats

van op kolen en gas.

De fossiele industrie wordt al ruim een eeuw

op allerlei manieren op weg geholpen door de

overheid. Dat gebeurt met lage belastingtarieven

voor energie-intensieve bedrijven, met

uitdiepingen van rivieren zodat havens als

die van Rotterdam kunnen groeien en met

uitzonderingen op accijnzen zodat vliegtuigen

en schepen goedkoop kunnen vervoeren. In

2010 alleen al gaf Nederland 5,6 miljard euro

uit aan directe of indirecte subsidies voor de

fossiele industrie, tegenover 1,5 miljard euro voor

duurzame energie. Het zijn niet de windmolens,

maar de verbrandingsmotoren en kolencentrales

die op subsidies draaien.

De periode van ongebreidelde economische

groei op basis van een schijnbaar onuitputtelijke

toevoer van olie, gas en steenkool is voorbij. Een

duurzame economie betekent besparen – het

efficiënter gebruiken van grondstoffen en energie

- hergebruiken en recyclen. De ervaring leert dat

de groene innovaties die hiervoor nodig zijn niet

als vanzelf komen bovendrijven, maar vragen

om gerichte overheidsinvesteringen. GroenLinks

kiest daarom voor een groene industriepolitiek, die

verduurzaming stimuleert en koplopers beloont.

Zo scheppen we miljoenen nieuwe banen en

wordt Europa wereldwijd toonaangevend als het

gaat om duurzaamheid.

VAN FOSSIELE NAAR GROENE POLITIEK

De omslag naar een duurzame economie is

bittere noodzaak. Miljoenen Europeanen zitten

zonder werk. Een groene industriële revolutie,

gestoeld op duurzame energie en innovatie, biedt

Europa een weg uit de crisis. De prijzen voor olie

en andere grondstoffen rijzen de pan uit. Elk jaar

importeert de EU voor meer dan 400 miljard euro

aan fossiele grondstoffen uit regio’s zoals Rusland

EEN GROENE

(27)

en het Midden-Oosten. Terwijl we obsessief onze

overheidsbegrotingen op orde proberen te krijgen,

smijten we tegelijkertijd honderden miljarden

euro’s over de balk.

Als we die euro’s investeren in energiebesparing,

groene innovatie en een duurzame

energievoorziening, worden we minder

afhankelijk van energie-importen uit instabiele

regio’s of van dictatoriale regimes en scheppen

we bovenal nieuwe banen. Zo versterken we de

positie van Europa wereldwijd en voorkomen

we dat ons buitenlandbeleid wordt gedicteerd

door energiebelangen. Europese landen, de

Nederlandse regering voorop, strijden nu nog

om Russische gascontracten. Die wedijver stelt

Moskou in staat om de Europese Unie uiteen te

spelen. Bovendien leidt het ertoe dat Europa zich

niet hard durft uit te spreken wanneer Rusland

mensenrechten schendt of zijn buurlanden

bedreigt.

Gelukkig liggen er volop kansen voor een

groene industriële revolutie. Nu al bloeien

overal energiecoöperatieven op en rijzen lokale

initiatieven voor groene energie als paddenstoelen

uit de grond. Europese regels zouden de weg

vrij moeten maken voor duurzame lokale

initiatiefnemers in plaats van ze af te remmen.

Door energie op te wekken uit hernieuwbare

bronnen als zon en wind, maken we een einde

aan de uitputting van kostbare grondstoffen,

de op hol geslagen klimaatverandering en de

luchtvervuiling.

KOELSYSTEMEN DIE DE AARDE

VERWARMEN

Op initiatief van

GroenLinks-Europarlementariër Bas

Eickhout zette het Europees

Parlement een belangrijke

stap in de aanpak van

klimaatverandering. Het

parlement stemde in met een

verbod op superbroeikasgassen

in koelsystemen. Dankzij

GroenLinks verdwijnen deze

vervuilende chemicaliën uit

onze koelkasten. Vanaf 2020

zijn alle nieuwe koelkasten en

airconditioners ‘opgeschoond’.

Voor de bedrijven die

vooropliepen met het

ontwikkelen van alternatieve

koelmechanismen is het

duidelijk: innovatie loont.

Zij hebben in één klap een

voorsprong op de rest van de

wereld. Dat levert banen op en

een sterke concurrentiepositie

voor Europa.

(28)

Hoewel in de groene economie niet voor elke

industrie plaats is, komen vernieuwing en

vergroening soms uit onverwachte hoek. Zo

is de chemische industrie aan het afkicken

van haar fossiele verslaving en aan het

omschakelen naar hernieuwbare grondstoffen.

Ook voor de staalindustrie - die broodnodig

is voor bijvoorbeeld de productie van

windmolens – is ruimte in de groene economie.

Een toekomstbestendige en wereldwijd

concurrerende Europese industrie kan niet zonder

energiebesparing, verduurzaming van energie en

een focus op recycling en hergebruik. Steeds meer

bedrijven zien dat in.

DE VERVUILER BETAALT

Een sterke overheid kan de macht van de fossiele

belangen doorbreken en de weg vrijmaken

voor innovatieve ondernemingen. Europa is

nu nog een belastingparadijs voor vervuilers.

De grootverbruikers van energie betalen veel

minder belasting dan de kleinere bedrijven en

consumenten. GroenLinks wil dat omdraaien:

niet de grootverbruikers, maar juist de

burgerinitiatieven voor duurzame energie krijgen

van ons een vrijstelling voor energiebelasting.

In de groene economie draaien vervuilers zelf

op voor de milieu- en gezondheidskosten die zij

veroorzaken. Het is niet meer dan logisch dat de

luchtvaartmaatschappijen een reële prijs gaan

betalen voor de vervuiling die zij teweegbrengen.

Hetzelfde geldt voor de internationale

scheepvaart en het vrachtvervoer. GroenLinks wil

dat Europa hoge eisen stelt aan haar lidstaten

als het gaat om de luchtkwaliteit. De lucht

in Nederland behoort tot de vieste in Europa

en honderdduizenden Nederlanders hebben

gezondheidsklachten die samenhangen met

luchtvervuiling.

Het principe dat ‘de vervuiler betaalt’ is een

essentieel onderdeel van de groene economische

agenda. Europa heeft hiervoor onder andere

het emissiehandelssysteem voor CO

2

in het

leven geroepen. Het idee is eenvoudig: bepaal

als overheid hoeveel CO

2

in totaal mag worden

uitgestoten – het plafond - en laat dan de markt

zijn werk doen. Als de prijs hoog genoeg is,

wordt het interessant om geld te investeren in

energiebesparing: wie erin slaagt om minder CO

2

uit te stoten hoeft immers ook minder rechten te

kopen. Bedrijven die zich snel aanpassen hebben

een voorsprong op de concurrentie en dus een

voordeel.

In theorie draagt het systeem bij aan de schone

energierevolutie, maar de prijs van CO

2

uitstoot

is nog veel te laag. Door een deel van de CO

2

-rechten permanent uit de handel te halen of

door het plafond elk jaar te laten dalen, kan de EU

meer druk zetten op vervuilende ondernemingen

en gaat groene innovatie nog meer lonen.

De combinatie van emissiehandel en gerichte

ondersteuning van duurzame initiatieven leidt

ertoe dat zelfs grote vervuilers als Tata Steel

energie gaan besparen. De staalproducent is

met Europese steun een energiebesparend

proefproject gestart dat op termijn kan leiden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het vaststellen van hoge normen voor de productie en verkoop van speelgoed is een van de maatregelen waarmee de Europese Unie het opneemt voor de belangen van de consument en

Zwaartepunten voor investeringen in de modernisering van het hoger onderwijs Een belangrijke boodschap van de universiteiten is dat de omvangrijke hervormingen die in Europa

2. ambitieuze, op de verdere toekomst gerichte maatregelen en initiatieven die de nieuwe Unie, met 27 lidstaten, moeten klaarstomen voor 2025 en daarna. Deze voor-

In het gemeenschappelijk standpunt is de definitie van "beleggingsonderneming met systematische interne afhandeling" ingevoegd. Aldus is rekening gehouden met de geest

De stabiliteit is grotendeels hersteld, de veiligheid is verbeterd, alle landen hebben democratisch verkozen regeringen, grootschalige wederopbouw vindt plaats in de hele regio,

Gezien het grote aantal voor de Commissie aanvaardbare amendementen dat in het gemeenschappelijk standpunt is verwerkt, heeft zij ingestemd met een compromis waarin enkele voor

Denemarken: wie naar Denemarken reist of wie daar woont en meer dan 24 uur in een ander land heeft verbleven, moet zich tot 31 december 2003 beperken tot de volgende

(3) De voor alle luchtvervoerders geldende algemene verplichting om het bewijs te leveren dat zij geldig verzekerd zijn, en de voor de lidstaten geldende verplichting om ervoor