• No results found

NoorduJesîen van flmerika. Eene vrije. haardstede. van 160 akkers HET GROOTE EH ATHABASCA, ASSINIBOIA, ALBERTA, SASKATCHEWAN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "NoorduJesîen van flmerika. Eene vrije. haardstede. van 160 akkers HET GROOTE EH ATHABASCA, ASSINIBOIA, ALBERTA, SASKATCHEWAN"

Copied!
54
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

ASSINIBOIA, ALBERT

A,

SASKATCHEWAN

EH ATHABASCA,

IN

HET GROOTE

NoorduJesîen van flmerika.

Binnen

10-14

dagen van Holland te

bereiken.

Eene vrije haardstede

van 160 akkers

(65bunders)verkrijgt iederhoofdvaneen gezinscowelahiedwmann«lijk kolonistdenleeftijdvan 13jaren bereikthebbende.

Tumer&.Dunnett. Livarpool

(2)

<D

2 O

S.

lie

^

c

.jang

fa ce

^3O 0)ï «« §9

•ai-su

lui

5

O-l»

Il If

<-d o> fa o

gts 1g

^

g.S•«©~

1

1

>^

s -je

~ #*€| O

-S

*

o *;i?<»

S" 8-

8

1*5

?2

3

s «**2

95**

X3 r»-»

4)

N^3

(3)
(4)
(5)

VERSLAG

OMTRENT

Manitoba

EN* HEÏ

Noord Wçsîelijk Gebied

(Noord Amerika).

HET KLIMAAT, LANDBOUW VOORWAARDEN, DE KANSEN TOT SLAGEN VOOR LANDBOUWERS,

ARBEIDERS, WINPELIERS, DIENSTBODEN,

Enz.

met

bizondere betrekkingop

HOLLANDSCHE, BELGISCHE OF FLAAMSCHE KOLONISTEN.

DUTCH.

Jamiari, iSçj.

(6)
(7)

o

De Provincie Manitoba.

Gezichtopeene verbeterde kolonie (ofnederzetîâng).

Canada, het noordelijkste deel van

Noord

Amerika heeft eene oppervlaktevan3,456,383 Eng. mijlen

met

4,830,000 inw. verdeeld in de volgende provinciën: Manitoba, het noordwestelijk gebied, Prince

Edward

Island,

Nova

Scotia,

New

Brunswick, Québec, Ontario, en Britisch.Columbia.

De

hoofstadvan Canada tevenszetelderregeering isOttawa, in deprovincie Ontario, datechter nietde grootste stad van hetlandis; datisMontréal.

Oyergaaud tôt Manitoba en het westelijk aangrenzeiid Noord- westelijk gebied, bevinden wijdat heteerste eene oppervlakte heeftvan 73,956 eng. mijlen en in het hartvan Canadaligt even zoovervan de Oost-als van de Westkust verwijderd. In het

Westen

enNoorden wordt het van het Noordwestelijk gebied begrenst, in het Oosten van Ontario eninhetZuiden van twee provinciën der Vereenigde Staten.

Een

groot getal grootere en kleinere meerenen wateren, welke gedeel- telijk bevaarbaar en tevenszeer vischrijk zijn, bewateren de vruchtbare en onafzienbare vlakten van Manitoba.

De

belangrijkste onder de eersten zijn het Winnipeg-, het Winnipegosis- en het: Manitoba-meer, die respectivelijk eene oppervlakte hebben van 9,400, 2,030 en 1,900 eng. mijlen.

De

grootste wateren zijn de Assiniboine, de Roode Rivieren de Winnipeg.

Wat

de bevolking aangaat, bedroeg dezelve in het jaar 1881 02,260 zielenensteeg in 1891 tôt 152,500 dat eene vermeerdering van 145

%

aanwijst.

Het

grootst gedeeltedezertoename istoete schrijven aan immigratiedievoornamelijkuit Europa van jaar tôtjaar gesteoen

is en gedurende de laatste jaren aile verwachtingen overtroffen heLit*

(8)

4

Die immigranten diereeds

aangekomen

zijnoverredenbijnaaltijd

hunne

bloedverwanten en vrienden overte

komen

en dit heeft dikwerf plaats door vooruitbetalingvan de vracht en verder geldelijke ondersteuning.

Velekolonisten, vooral Hollandschewaren inbetrekkelijkkorten tijdin staat zulks te doen en

mtg

ditals bewijs gelden dat het dielieden in hetnieuwevaderlandgoedgaat.

Het

geheele Noordwestelijk gebied heeft eene oppervlakte van 906,000 eng. mijlen

met

eene bevolking in 1881 van 56,446 zielen en in 1891 van 99,000, dat

met

eene toename van

75%

gelijkstaat.

Zij wordenin 3 districten verdeeld,namelijk: Assiniboiawestelijk van Manitoba; Saskatchewan in het

Westen

en

Noorden

van het laatste en Alberta tusschen de beide eerstgenoemde districten en de "

Rocky

Mountains" Britsch Columbia. Die gronden bestaan even gelijk Manitoba uit prairieland,

met

uitzondering van Alberta, welker grenzelooze vlakten in het

Westen

van de afloopingen der

"Rocky

Mountains"doorsneden worden.

KLIMAAT EN BODEM VAN MANITOBA.

Wat

hetklimaatenden

bodem

van Manitoba enhet noordwestelijk gebied betreft, hierovèr worden inEuropaover hetalgemeen verkeerde voorstellingen gemaakt daar

men

gelooft dat het aldaar op den duur winteris, hetland het geheelejaar

met

sneeuwbedekt is,ende wateren

lmmer

vol ijs zijn. Dit isechter niethetgeval.

Het

isin tegendeel inbovengenoemde provinciënin denzomerzoo

warm

alsin destaat

New

York, en over het algemeen is de zomer in Canada zoo

warm

als in de meest gematigde streken vanEuropa.

De

winteriserontegenzeg- gelijk kouderdanin veleEuropesche streken, dedampkringisechterzoo buitengewoon droog, dat de koude feitelijk niet zoo voelbaar en aan- grijpend is als in streken waar het mindor koud, doch vochtig is.

Daarentegenmoet

men

niet uit het oog verliezen dat b. v. Manitoba's zuidelijkegrenzen zoo ver zuidelijk liggen als Paris, Karlsruhe, Briinn, liare noordelijke grenzen daarentegen niet noordelijkcr dan Liverpool, Liibeck, Danzig, verders dat Canada grooter van oppervlakte is

dan Europa en daarom in verscheidene streken van de eerste even zooveel afwisseling van klimaat bestaat als in delaatsten. Hieronder vindt

men

de gemiddelde wintertemperatuur van eenige plaatsen in Manitoba en het gebied :

Emerson

(in Man.)

fc R, Fort

McLeod

by

LethbridgoinAlberta

4

8R, Medicine

Hat

in Assiniboia

8

R.

Dat

buitendienManitoba en het

K.W.

gebiedtôt gezondste land- streken behooren bewijzen desterftecijfers die in 1891. 10.36 resp. 7.32 daarentegen voorEngeland op 19.5 per duizendwordenaangegeven.

De bodem

op beider gebied is grooten, deels golvende prairie en bestaat uit eene diep zwarte rulle aarde, die gedeeltelijk op eene taaije

zwartblauwe kalklaag, gedeeltelijk op eene zandachtige onderlaagrust en gewoonlijk eenediepte van 2-3 voet bereikt.

Eeuwen

lang hebben deze uitgestrekte gronden

onbebouwd

gelegen en hebben door de opeenstapeling der mest van talrijke wilde dieren, door tôt verotting overgegane planten, zoowel als door de overgebleven asch derprairie-

brandeneene zoo verbazende vruchtbaarheid engroeikracht bereikt, dat

zelfs,

met

de eenvoudigste arbeid, zonder ergens bemesting aan te wenden, jaren lang de rijksteoogstenwordenbehaald.

(9)

5

De

ontledingen der Manitoba aarde door beroemde prof.essoreii in Schotlanden Duitschlandbewerkstelligd,hebben harevoortreffelijkheid bevestigd.

Goed

water wordt overal op geringe diepte gevonden; tevens bevattenrivieren enmerenmeestal goed drinkwater.

VEIJE HAARDSTEDEN.

Stelsel van landmeting prijzen.

De

landnieting in Manitobaen het

N.W.

gebied isvanvolgende aard : vanniteen zekere meridiaan is

een net van vierkanten naar hetoosten enwestengelegd, waarvanieder in 36afdeelingenvan een Eng. mijl (640 akkers) ingedeeld wordt.

Dieindeeling wordtdoor onderstaande teekeningvoorgesteld.

31 32 33 34 35 36

30 29 28 26 25

19 20 21 22 23 24

18 17 16 15 14. 13

7 8 9 10 11 |

12

6 5 4 3 2 1

De

afdeelingen 11 en 29 vanieder vierkantzijnvan regeeringswege voor verkoop bestemd en wordt de opbrengst tôt de oprichting van scholen aangewend. Nos. 8en 26 inde meeste vierkanten worden aan de

Hudson Bay

maatschappij overgelaten als vergoeding voor hetafstaan harer rechten op Manitoba en het gebied.

De

maatschappij verkoopt die landerijentegen geringe prijzennaar gelangvanligging en kwaliteit.

De

overigeafdeelingen

met

even

nummers

worden door de regering als vrijehaardsteden gegund.

Jeder hoofdvaneengezinzoowelals ieder

man

diedenleeftijd van 18 jaren bereikt heeft, krijgt£ sectie

=160

akkers land tegen betaling van $10 (f.25) voor inkoop en opmetingkosten, en tegen

nakoming

van een der beide volgendeverpligtingen:

1.

De

kolonistmoet gednrende3 jarenminstens6

maanden

binnen 2mijlen vanzijne hâardstede

wonen

en in het eerstejaar 10 akkers land bebonwen,

om

daarvan en hettweede teoogsten.

Inhet tweede zoowelalsinhet derde jaar moet hij andermaal 15 akkers tôt oogst voor de volgende voorbereiden. Verders bestaat de voorwaarde dat hij aan het einde van het3e jaar een woonhuis opgericht en 3

maanden

daarin

gewoond

moet hebben.

2,

De

tweedevoorwaarde, dat de kolonist binnen het eerste jaar nadelandgunning 5 akkers land voordonoogstvanhettweede jaar moet voorbereiden. Gednrende die laatsten is hij niet

(10)

6

alleen gehouden nog 10 akkers meer tebebouwen, doch moet tevensvoor het einde desjaarseen woonhuis

gebouwd

hebben en daarin wonen.

Heeft de kolonist eene dezer beide voorwaarden vervuld, dan verkrijgthij bij heteinde vanhet derde jaar het eigendomsbewijs voor zijnehaardstede, en kannaargoeddunkendaarover beschikken.

De

overige sectiën met oneven

nummers

binnen 24 Eng. mijlen op ieder kant van de lijn behoort den Canada Pacific spoorwegmaat- schappij, die de landerijen tegen deprijzen van $3perakker endaaren- boven verkoopt.

Aan

werkelijke landbouwers staat zij eenebetalings- termijn van 10jarentoe, van dien aard,dat

^

der

koopsom

terstond en

hetrestant in 9 jaarlijkschetermijnenmet

6%

interestkanbetaaldworden.

Op

verzoek

kunnen

dietermijneniederekeernadeoogstvoldaan worden.

Om

verderdekolonisatie op hare landerijen te bevorderen dat slechts vangunstige werking op het verkeer van hare lijnen moet strekken, vergunt de maatschappij op prijzen van

$4

per akker en daar boven eene kortingvan 25-33%.

Kolonisten die

meer

bewoondestreken de voorkeur geven, vinden in het oosten en zuiden der provincie geschikte, reeds aangelegde haardsteden tegen prijzenvan $4.20 ofgemiddeld tôt$11.24 per akker, huis enomheiningiubegrepen.

Eene andere, de Calgary en

Edmonton

Spoorwegmaatschappij verkoopt harelanderijen tôt de uiterste prfjs van $3 per akker daaren- tegenmoetde kooper 10 centsperakker aan deregeeringvooropmeting betalen. Langs de Qu'Appelle,

Long

lake en Saskatchewan lijn is land voor $2.50 per akker en hoogerte koop.

De

voorwaarden van betaling zijngelijkaan die vande CanadaPacific Spoorwegmaatschappij.

LANDBOUW.

De

landbouw in Manitoba verseliilt van die in Europa en zalde kolonistwel doen zich de eigenaardige wijzevan

landbouw

aldaar eigen temaken.

Het

ploegen inManitoba " breken" genoemd, wordt tengevolge vai de al te weelderige groei der prairiekruiden en grassen die

men

tracht te verhinderen, door geoefende boeren gedaan, en wel op de volgende wijze:

De

grond wordt twee

duim

diep omgeploegd overeene breedtevan 12 tôt 16 duim.

Den

kolonist die bij tijds inhet voorjaar

aankomt

wordt aangeradeneersthaver te zaaïendaar de graszodeonder deninvloedvanhet

opkomend

gewaszoo snel vervaltenzich verplaatst als wanneer het voordit doel

onbebouwd

gelegen had. Die méthode verhindert dan ook krachtdadig het

opkomen

van het lastig onkruid welksvernietigingevenzoobezwaarlijk isalsdie van hetgras.

Er

zijnvelen die den haver onmiddelijk op de prairie zaaiën en ploegen of breken dan den

bodem

op de beschrevene wijze om.

Het

opschietende zaad brengt hierop spoedigde gewensclite werkingvoort.

Voor het eerste inzaaiën heeft ook, vlas dat eene goede opbrengst îevert, het zelfde gevolg als haver.

Er

is nog eene derde wijze, den

bodem

dubbel

om

teploegen en dusde bovenste graslaagopeene diepte van ongeveer 4

duim

tebrengen, waardooreenuitmuntend bedvoor het zaaiën gelegd word.

(11)

7

Het eerste breken van den

bodem

is een zwaarwerk, wanneer dit echtergeschied is,gaathetoverige zeer gemakkelijkdaar de Manitoba aarderul isen lichtkruimelt. Voor het eerste omploegen

maakt men

gewoonlijk gebruik van ossen daarzij die zware arbeid beter

kunnen

uithouden dan paarden. In de laatste tijd heeft

men

hiervoor zelfs rauilezels gebruikt.

Twee

van die dieren ploegen ongeveer 1J akker perdag om.

De

kolonisten behelpen zich bij het breken van den

bodem

ge- woonlijk

met

paardenof ossen.

Op sommige

grootehoeven

maakt men

tevens gebruikvan denstoomploegdie doortwee paardengetrokken en door een

man kan

bediend worden.

Niettegenstaandede indit hoofdstuk beschrevenwijzevanlandbouw

is de oogst in denregel zoorijk, datniet alleen de staatskosten gedekt worden

maar

bovendien een klein overschot blijft, en de kolonist kan hieruit het belang, van een vroegtijdigeaankomsten eene onmiddelijke aanvang vanhet werk, opmaken.

TARWEBOUW OOFT EN GROENTEN.

De

laudbouw is in Canada tôt

nu

toe nog de eerste tak van nijverheidenzal ditnoglangblijven,vooral wanneer

men

inaanmerkino- neemt dat nog millioenen akkers geschikt land braak liggen.

Ten

be°-

wijzehiervan strektdatin 1881

56%

van de bevolking zich

met

den landbouwen veeteelt bezighielden en datin1891 vande geheeleuitvoer van inheemsche produktenten bedragevan $88,801,066, bijna de helft of$38,205,370uit voortbrengselenvan den landbouw bestond.

In Manitobaen het N.

W.

gebiedzijnonder de graansoorten vooral:

tarwe, haver, gersten rogge.

Het

eerste is het hoofdprodukt en geeft gemiddeld in 10 jaren ongeveer20 bushels per akker.

De

korrelszijn

vanmatigegroote,hetstroo taaienstijf, dikwijls

meer

dan 5 voet hoog, de aren zijn lang en vol. Manitoba tarwe is voornamelijk

om

hare harde kwaliteit zeer gezocht.

De

beste soort isdezoogenaamde "

Ked

(12)

8

Fife" dieop deinternationale molenaars- en bakkerij-tentoonstelling te

London

in 1892 de hoogste prijsentevens de goudemedalje behaalde.

Gerst enrogge,voornamelijk de laatste,wordennietzooveelgeplant als tarwe, tochzijn zevan goedekwaliteit en geven schooneresultatne (35

40 bushels perakker). In het jaar 1891 waren in Manitoba 921 daarentegen in 1892, 1236 akkers

met

rogge beplant.

Haver

wordt na tarwe het meest

gebouwd

en brengt gemiddeld 45

50 bushels perakker op.

Op

eene aanvraaguit

Canada

aan den Britschen Consul te

Bremen

omtrent den invoervan Canadesche produkten in Duitschland ontving

men

het volgende antwoord: Slechts een artikel wordt tôt heden toe nogal in groote kwantiteitenvan

Canada

ingevoerd.

Het

isde rogge die vooral

om

hare betere kwaliteit tegenover lichtere Duitsche en Russische soorten door onze bakkers tôt vermenging

met

de laatste soortenzeergezocht wordt.

Hieronder volgen eenige statistieke gegevensomtrent den landbouw

in Manitoba.

Bebouwd

land. Totalopbrengst. Gemiddeldeop- brengst per akker.

Akker. Bushel. Kos. Bushel. Kos.

Tarwe j1890...

}1891...

746,058 916,664

14,665,769 23,191,599

447,012,639 706,879,937

20-1 25-3

613 771

Haver j1890...

|1891...

235,534 305,644

9,513,433 14,762,605

164,316,015 254,979,713

41-3 48-3

713 834

Gerst )1890...

|1891...

66,035 89,828

2,069,415 3,197,877

50,450,455 77,977,032

32-1 35-6

783 868

Aardappelen

( 1890...

\1891...

10,812 12,705

2,540,820 2,291,982

77,438,194 69,859,061

235-0 180-4

7,163 5,500

De

gezamelijke tarweoogst in Canada in l£>90 bedroeg 40,527,562 bushel daarentegen in 1891, 61,592,822 bushels.

De

tarweoogst in

Manitoba en hetN.

W.

gebied voor het jaar1892 wordt op 3,000,000 bushels begroot, terwijl

men

verwacht dat aan haver en gerst en de eerstgenoemdeprovincierespectivelijk 14,371,157, en 3,143,160 bushel geoogstzalworden.

Met

tarwewerdenin1892,875,990akkersbebouwd,

met

haver 332,974 akkers,

met

gerst 97,644 akkers.

De

gemiddelde opbrengst per akker zou derhalve zijn: tarwe 2207 b.; haver43-16 b. ; gerst 32*19 b. Voor 1893 zal het aangebouwd land minstensJ meer bedragendandatin 1892.

De

ooftbouw heeft in Manitoba nog geene groote vorderingen ge- maakt.

Er

worden geplant en gedeeltelijk groeïen er in het wild:

tomatos, pruimen, meloenen, zwarteen roode bessen, aardbeziën, kruis- bessen, frambozenenz.

De

uitvoervanappelen uit Canada, voornamelijk uit de oostelijke provincièn bedroeg in 1891, $1,389,714. Canada appelen behalen

om

hare betere kwaliteit indenregeleen betereprijsdandeAmerikaansche.

Aile groenten en wortelendie indegematigde luchtstreken groeïen levert ook de grond in Manitoba op. Aardappelen geven eeu ruim

(13)

beschot en zijn dikwijls van buitengewoone groote en voortreffelijke kwaliteit. Dit geldt tevens van geele, roode wortelen en knollen, mangelwortel,asperges,bloemkool, erwten en boonen, en andere groenten en wortelgewassen.

Met

de laatste waren in 1892 17,498 akkers beplnat, tegen 9,301 in 1891.

Het huis van afgevaardigden te Ottawa.

VEETEELT IN MANITOBA EN HET

N. W. GEBIED.

Manitoba'8 uitgestrekte weilanden, begroeid

met

de voedzaamste prairiegrassen, zijn uitstekend geschikt voor deveeteelt, die, wanneer zijtezamen

met

den landbouw gedreven wordt, eene ruime winst oplevert. Ja vele Manitoba landbouwers beweren dat beide bedrijven vereenigd

immer

voordeeliger zijn uit te oefenen, dan iederop zich

zelf. In de laatste jaren is de veeteelt allengskens toegenomen en niet zoo als zulks in het JS".

W.

gebied plaats heeft, door een paar lieden in het groot,

maar

door een enkele landbouwer in het klein.

In den regel latenverscheidene

hun

vee tezamen en laten hetonder toezichtop deprairie rondloopen. In eenige streken dier provincie die goed beboscht zijn, wordt rnndvee, dikwerf ook paarden den geheele winter in de open lucht gelaten. Gewoonlijk

komen

zij midden of einde

November

tôtmiddenofeinde Maartop stal.

In hetN.

W.

gebied en vooral in het bizonder in het Alberta districtwordt deveeteelt meerin het grootop zoogenaamde "Ranches"

gedreven, die dikwijlsdnizende akkers grootzijn.

Er

zijn2

met

60,000, 3

met

200,000, 249,000 en250,000akkers Weiland. HetgetalRanches bedroeg in 1889, 115, en steeg in 1891, tôt 129.

De

winter is in de meeste streken van het gebied zoo zacht, dat de

kudden

in deopen lucht

kunnen

gelaten worden.

Wat nu

de teelt zelfs aangaat zoo heft

men

zich steeds beijverd door invoervan het beste rassenvee uitEngeland (korthoornsvanhet

B 1)

(14)

10

Hereford en

Angus

ras., Jerseys) uit Duitschland (Holsteinsch) het inheemsche te verbeteren. Hetgetalvan het voordit doelin

Canada

ingevoerd vee van 1884-1891, bedroeg 4,133, stuksmndvee 7,009 schapen en 317 zwijneu.

Dat

die pogingen niet te vergeefs waren,blijkt uit de volgende statistiek die niet alleeneene vermeerdering vanhet vee en de uitvoer aanvvijst

maar

tevenseene verhoogingvan deprijzen.

Rundvee.—

Manitobas stapel bedroeg in het jaar 1886, 144,685 stuks eene vermeerdering van 84,563 stuks sedert 1881. Latere cijfers voor Manitoba zoo als in 1889, in welk jaar het 148,209 stuks rundvee bezat, zijn helaas niet voorhanden.

Het

N.

W.

gebied wees gezamelijk in 1891, op 373,002stuks vee of220,401

meer

danin1885.

Dit is op de 3 districten als volgt verdeeld: Alberta 198,788, Assiniboia 147,265 en Saskatchwan 26,949 stuks. Inhet gezamelijk bedragzijninbegrepen231,222stuks rundvee voor 1891, tegen 144,086 voor 1885.

Schapen.— De

prijsvoor een goedschaapis$7-8;dewol opbrengst

is gewoonlijk 6-7 lbs. gewaschen.

Wat

betreft het renderen der Schapenfokkerij zegt een farmer in de "

Nor West Farmer

" (dat te

Winnipeg

verschijnt) dat hij gedurende eene reeks van jaren op den duur eene

kudde

schapen van ongev. 500 stuks onder hield dat

hem

eene jaarlijksche winst van ongev. 50°/o opleverde.

Manitoba's schapenstapel bedroeg in 1886, 16,053 stuks dat 9,982

meer

is dan in 1881.

Het

gebied bezat in 1886, 45,572 schapen daarentegen in 1891 reeds 64,920.

Paarden. — De

paardenfokkerij wordt tôt

nu

toe in het gebied sterkergedieven dan in Manitoba, toch heeft laatstgenoemde provincie hieringedurendeeenigetijdaanzienlijkevorderingen gemaakt.

Er

waren in1891 2,262, hengsten,in 1892 31,441 veulens eene vermeerderingvan de laatste van 2,690 tegen 1891.

De

gezamelijke stapel paardenvan

allerlei soort bedroeg in Manitoba in 1886, 38,003, dat. is 21,067 meer dan in 1881. In het

K¥.

gebied warenerin 1885, 36,414,weJk getal in 1891, tôt 60,639steeg.

Uitvoer.

De

uitvoer van levend vee is

met

uitzondering van eenige geringe afwijkingen die er eenige jaren plaats vonden,gestndig toegenomen datuitde volgende statistiek zal blijken.

Rundvee. Schapen. Paarden.

Aantal. Waarde. Aantal. Waarde. Aantai. Waarde.

1877 1884 1891

22,656 89,263 117,761

$

715,750 5,681,082 8,772,499

209,899 304,403 299,347

$

583,020 1,544,605 1,146,465

8,306 11,595 11,658

$

779,222 1,617,829 1,417.244

VarkenS. —

In de varkensfokkerij staat Manitoba hoven het

N.W.

gebied. Eerstgenoemde provincie bezat in 1886, 101,490 varkens, dat vergeleken

met

1881 eene vermeerdering van 84,208 aanwijst, het laatstgenoemde had daarentegen in 1891, slechts 16,221 stuks.

De

fokkerij brengtveelgeld op.

Een

goed varkendat 6

weken

ond is, kan

men

voor $2 verkrijgen, en wanneer het 6

maanden

oud is en

(15)

11

goedgevoederd en zindelijkgehouden, kan hetvoor ongev, $11 verkocht worden.

Het

mesten, slachten en termarkt brengen zoude$6 kosten en dus een winstvan

$5

overlaten.

Winnipeg drijft eene aanzienlijke handel in varkensvleesch,

ham

en spek, hool'ozakelijk met het

N.W.

gebied enBritish Colurnbia.

De

stad heeft eene naar delaatste stijl ingnrichte groote varkenslachterij, gelijk aan diein Chicago enKansas Cityin deVereenigdeStaten.

DE BOTER-EN KAASMAKERIJ.

De

botermakerij werdt voor eenige jaren niet

met

de noodige opmerkzaamheid behandeld.

Ten

einde die tak van nijverheid te bevorderen benoemde de regeering iemand die met de toebereidingvan bovengenoemde artikelen zeer vertrouwd is (Prof Bobertson)

om

in de belanghebbende districten hierover voorlezingen te houden. In zijne kortelings nitgegeven berichten deelt hij

mede

dat hij in 1891, in het geheel 291 voordragen heeft gehouden, die door 30,000 toehoorders bezocht werden, dathij verders 194 Buteren Kaasfabrieken onderzocht en in 75 derzelve verbeteringen heeft aangebracht, die in de meeste gevallenwerden ingevoerd.

Het

resultaatdier bemoeijingen blijkt uit de uitvoer dietôt het dubbelde gestegen is. Inhetjaar 1889, bedroeg

zij 1,780,765 lb. terwaarde van $331,958 en isin 1891 tôt3,800,000lb.

ter waarde van $602,175 gestegen.

Een

verder bewijs voor de vermeerderingvan het belang dat inde boterbereiding

genomen

wordt,

isde toename van het getal der melkkoeijen. Manitobavermeerderde zijnstapel van75,968 inhetjaar 1891, tôt op 79,856in 1892het

KW.

gebiedvan 11,030 in 1885 op 36,819 in 1891, Ontario van 201,090 in 1889, op 304,584 in 1890.

De

berei<iing en uitvoer vankaas is steedsaan het toenemen enis bijv. Canada Kaas

om

zijn betere kwaliteit meer gezoejiben haalt een hoogere prijs alsAmerikaansche. Canada's kaasuitvoerin hetjaar 1891 overtrof die der vereenigdestaten

met

$2,000,000.

De

vermeerdering in deuitvoerwordt door denavolgende cijfers aanschouwelijk gemaakt.

1859 werdt in Canada nog ingevoerd, 857,951 lb. kaas.

uitgevoerd in 1876, reeds 35,024,090 ,, 1883, 58,041,387 „ 1890, 94,260,187 „ 1891, 106,202,140

ter waarde in de beide laatste jaren van $9.372,212 resp. $9,508,800.

Eijeren.

De

uitvoer als volgt:

1874 4,407,534 doz. $587,599

1879 5,440,822 $574,093

1885 11,542,708 $1,830,632

1891 8,022,935 „ $1,160,359

In de beide laatste opgaveniseenverschil ten nadeele van Canada van meer dan 3 millioen doz. Dit ontstaat door dehooge reehten, die de Vereenigde Staten ten gevolgevan McKinley's tariefvaneijerenheft.

Canadabrengtzedaarom op de Engelsche markt, en bedroeg de uitvoer derzelve in 1891, meer danhettienwoudigevanhetjaar 1890.

(16)

12

HOUT EN" DELFSTOFFEK

Het

woord prairie druktreedsuit datde uitgestrektegronden van Manitobaen het N.

W.

gebied niet zeer boschrijk

kunnen

zijn.

Er

bestaan toch uitzonderingen, daar de oevers der talrijke meeren en rivieren meerendeels tamelijkdichtbeboscht zijn,

om

slechts een voor- beeld te noemen, het

meer

Winnipeg, van welks aangrenzend gebied in 1891 ongeveer 7,000,000 voet timmerhout, alsmede eene groote kwantiteit brandhout naar

Winnipeg

werd uitgevoerd.

Een

ander voorbeeldleverthetfeitdatinhetjaar 1890 inManitoba 19 zaagmolens in werk waren. Buitendien tracht

men

het gebrek aan

boomen

door aanplantingen te verhelpen en zijn daartoe aanmerkelijke pogingen gedaan.

De

meest voorkomende boomsoorten zijn eiken, dennen, populieren, essen, olmenenz.

Kolonisten wier haardstedenniet van hontvoorzienzijn,verkrijgen tegen betaling van £ dollar aan den houtagent der regeering de vergunning

om

het volgende hout tevellen: 30 vlotdrooghout, 1,800 voettimmerhout,2,000 païenen 400 daksparren.

Wanneer

erbosschen van de regeering inde nabijheid zijn, kande kolonist een stuk bosch- grond van 20 akkers tegen de prijsvan $5 kontant perakker bekomen.

Het

gedeeltelijkgebrek aan brandhout in Manitoba en hetN.

W.

gebied wordt door dein het laatste gebied ontdekte kolen verholpen.

Er

zijnaanzienlijke lagen bij Lethbridge(datspoorwegverbinding

met

de Canadian Pacific Railway en zuidelijk nadeVereenigde Staten heeft), Banffen

Canmore

in hetWesten, tevensbij

Edmonton

inhet Noorden van Alberta, verder bij Prince Albert in Saskatchewan en in het zoogenaamde Souris-district in de zuidoostelijke hoek van Assiniboia, aan Manitobagrenzend.

De

lagen bij eerstgenoemde drie strekenzijn zeer rijk en

kunnen

wel tusschen 4,500,000

9,000,000 tonnen kolen

pereng. mijlen opleveren. Buitendien isdekwaliteit voortreffelijk, zoodat zij Pensilvanische (Vereenigde Staten) kolen weldra zullen verdringen. Reeds

nu

gebruikt de Canadian Pacific Railway Co. op hare lijnvan Brandon

Vancouver sleehtsCanada kolen.

Voor Manitoba is tevens de kolenkwestie door het openen der kolenmijnenin het Souris-district bevredrigendopgelost.

Naar

Winni- peg

kunnen

deze kolen

nu

tegen $4 per ton worden omgezet, terwijl

men

aldaar tôt

nu

toevoordie uit Lethbridgeen deVereenigde Staten van $7

12 per tonmoestbetalen.

De

kolenopbrengstvan Canadabedroeg:

1889 2,719,478 tons

(@

2,000 »>.),

Waarde

$5,584,182

1890 3,117,661 „ „ $6,496,110

1891 3,400,479 „ „ $7,792,175

Van

groot belang zijnookde rijke koper- en nikkelgroevenwellicht de uitgebreidste die erbestaan bijSudburyinOntariowaarzelfsover de 4,000arbeidslieden in de groeven

werkzaam

zijn. Dezegroevenwerden

in 1890 van een aantal leden der Britsche Yzer- en Staalmaatschappij bezichtigd en die heeren waren ten hoogste verbaasd over de buiten- gewoone rijkdom aan delfstoffen die zij daar aantroffen.

De

koper- opbrengstvan

Canada

over hetjaar 1890 was6,013,6715)terwaarde van

$902,000ensteeg in 1891 tôt 9,529,0765) terwaarde van$1,238,780;

aan nikkel was de opbrengst in 1890, 1,435,742ïb ter waarde van

$933,232, en in 1891, 4,626,627ît> terwaarde van$2,775,976.

(17)

13

Zout, alsook petroleumbronnen werden in Ontario reeds lang ontgind, terwijl in het

N.W.

gebied in 1891 nieuwe werden ontdekt.

De

petroleumopbrengst bedroegin 1890: 765,029 vaten terwaardevan

#902,734, enin1891, 755,298 vatenterwaarde van #1,004,546.

JACHT EN VISSCHERIJ.

Jacht envisscherijzijnzeerwinstgevend.

De

eerste is bijna over geheel Canadavrij,

uitgezonderd op

Long

Point aan het

Lake

Erie gelegen, en op deSt. ClairFlats.

Herten, vossen, otters, bevers, hazen, waschberen enz. zijn overal te vinden, ook wild gevogelte zoo als : Snippen, duiven, kalkhoenen, leeuwrikken, patrijzen, eenden, ganzen ingroote getale.

De

zeevisscherijen van Canada aan de kusten van

Nova

Scotia,

Nieuw

Brunswijk, Prince

Edward

Island en Britsch Colunibia behoorentôt debesteenmeestwinstgevende ter wereld.

Ook

worden de

meer

en rivier- visscherijen in geen anderland aanrijkdomvan

visch over- troffen. De waarde der gezamelijke

vischvangst in het jaar 1891

bedroeg

$

1

9,000,000

teg.$18,000,000 in 1890. In

beide jaren

werden vandeze bedragen voor ongeveerdehelft uitgevoerd. Het getal persoonen die zich

met

de groote visscherij bezig hieklen steeg van 63,500 in 1890 tôt

meest

65,575 in 1891.

De

vischen vertegenwoordigd

haring, zalm

die er het

zijn, zijn :

, kreeften, kabeijanw,

makrelen, forellen, schelievisch enz.

Ter bevorderingvandevisscherij heeftde regeering14 instellingen voor de vischteelt in de verschillende provinciën aangelegd, wier nut algemeen erkend wordt.

(18)

14

KERK EN SCHOOL.

^

Het

sehoolwezen dat zeer uitgebreid is, berust in handen der provinciale regeering.

De

schoolen voor lager onderwijs, zijn kosteloos en worden de middelenter bestrijdingder uitgaven voornie

uwe

schoolen uit den verkoop der zoogenaamde schoollanderijen (70,000 akkers tôt

nu

toe verkocht ten bedrage van $561,707 of f. 1,304,267) of uit de belastingen gevonden.

Het

getal schoolen in Canada op het einde van het jaar 1890 bedroeg 16,505,

met

1,012,426 scholieren en 22,229 onderwijzers.

Manitobahad in 1871 in het geheel slechts 16 schoolen

met

816 scho- lieren, in 1890 reeds 627 schoolen

met

23,256 scholieren en 840 onderwijzers.

Het

N.

W.

gebied had in 1885 slechts 59 schoolen aan

te wijzen; dit getal rees echter in 1891, reeds tôt 251 (208 prote- stantsche en 43 katholieke)

met

ongeveer 6,000 scholieren en 300 onderwijzers.

De

schoolplichtige

onderdom

in de beide laatste pro- vinciënis vanhet 5e tôthet 16e jaar.

Canada

heeft geen staatskerk, aile belijdenissen zijn er vrij en daarom ookvertegenwoordigd.

Het

aantalkatholieken bedroeg in 1891 41-46°/ ; der protestanten 57'13°/ en der joden 0*13°/o

van

de gezamelijke bevolking.

POSTERIJ EN TELEGRAAFWEZEN.

Posterij.

De

posterij heeft zich in Canadatôt in deafgelegenste provinciën uitgebreid. ZijisopEuropeescheschoolingerichtengedirigeerd. Sedert 1878 behoort

Canada

bij hetwereldpostverbond.

Voor brieven inCanadaen uaar de Vereenigde Staten bedraagt het porto3 cents;naardelandenvanhetpostverbond (Holland, Duitschland enz.) 5 cts. per lood.

De

overtocht per stoomboot duurt gemiddeld ongeveer 7 dagen.

Er

zijn1,080 postkantoren in

Canada

(36 in Manitoba, 24 in het

N.W.

gebied), alwaar

men

postwisselsdoch niet hooger dan voor

$100 bekomen

kan.

Volgensofficieel berichtvan 30Juni 1891, bestonden erin ditjaar in

Canada

8,061 postkantooren door welke 97,975,000 brieven(waaronder aangeteekende) 20.300,000briefkaartenen90,425,346 couranten, boeken, circulaires enz. verzonden werden. In Manitoba en het

N.W.

gebied waren er in 1887,463 en in 1891, 571 postkantooren.

Het Telegraafwezen.

De

hoofdtelegraaflijnen van

Canada

zijn particuliereigendom.

De

voornaamste is de Great Northwestern, daarna de Canadian Pacific Kailway Co. en de Western Union Co.

De

gezamelijke telegraaflijnen van

Canada

strekken zich

nu

over

meer

dan 30,987 engelsche mijlen uit, en het aantal telegrammen bedroeg in 1891, 4,367,500.

Van

tele- graafkantoren bestonden er in 1891, 2,657.

De Telephoon.

Het

telephoonstelsel is bijna uitsluitend in handen van de Bell TelephonCo.teMontréal

met

24,647abonnementen.

Het

getalberichten bedroeg in 1891, 63,695,680. Hierin zijn niet besloten

Nova

Scotia,

Nieuw

Brunswijk, Prince

Edward

Island en Britsch Columbia, diezelfs maatschappijenbezitten.

Er komen

in Canada opiedere 100,000 zielen 540 telephonen.

(19)

15

SPOORWEGEN EN MARKTEN.

De

hoofdverkeersader van Canada is de Canada Pacific spoorweg diehet gansche land vanhet oosten naar het westen van Québecaan de Atlantischetôtnaar Vancouveraan destille zuidzee ofdegrooteOceaan- kustdoorloopt.

De bouw

vandezelijn werdt reeds van 1881 door de regeeringaangevangen, isechterzoolangzaamgevorderd,dat de voortgang inhetzelfde jaaraan deCanadaPacificspoorwegmaatschappij werdtover- gedragen ondervoorwaarde datzij binnen 10 jaren voleindigd zouzijn.

De

maatschappij heeftde

bouw met

zulk eenijver voortgezet, dat reeds einde 1885 degeheele reusachtige gedeeltelijk

met

hindernissen gepaarde afstand van 3,050 eng mijlen gereed was. Zij is de kortste van aile lijnen die het Amerikaansche vaste land doorsnijden, zij is bijv: 600 eng. mijlen korteralsdie van

New York

naarSan Francisco.

De

drie voornaamstespoorwegen vanCanadazijndeCanada Pacific spoorweg, de

Grand Trunk

en de Intercolonial, de laatste is besloten inhet Prince

Edward

eilandnet, buitendien bestaan er nog verscheidene kleinerespoorwegnetten.

De

beide eerstgenoomden werdendoorparticu- lière maatschappijen

gebouwd

en ook door hen beheerd, terwijl de Intercolonial den staat toebehoort.

Het

gezamelijke mijlentalder Canadischespoorwegen bedroeg.

1881

7,360 mijlenwaarop 6,943,671 passag. werdenvervoerd.

1886—10,697

10,698,638 „

1891—14,634

13,222,568 „

Locomotieven waren in gebruik 1890, 1,771, 1891, 1,850.

Personenwagen (incl. Slaapwagens) 1890, 1,493, 1891, 1,615.

Door

den aanleg der Pacificspoorwerden niet alleenhetvruchtbaar gebied van Manitoba en het

N.W.

gebied geopend, doch

kwamen

bovendien de enkele provinciën

met

elkander en de zeekust in nadere verbinding. Spoedigwas het tevens het streven vande maatschappij het

N.W.

gebied en Britsch Columbiadoor zijlijneu niet alleennieuwe kolonisatie terreinnen teopenen en oude aan dehoofdlijnaan te sluiten,

doch tevens genoemde provinciën met groote handelsplaatsen der Vereenigde Staten zoo als Chicago, San Francisco en indirect met

New

York, Baltimore, Philadelphia,Boston, Portland enz, in verbinding tebrengen.

Het

mijlental dier zijlijnen bedroeg in 1891, ongev. 3,000 het gezamelijke netongev. 6,000mijlen.

Buitendien

bouwde

de CanadaPacificspoorwegmaatschappij ineen groot getalder aandie lijngelegen plaatsen groote graanpakhuizen

met

élévateurs zoowel als graanmolens. Zoo bezit zij van Port William tôt

Vancouver 250 van de eerstgenoemde en19 vande laatste.

Zoo als reeds boven vermeld, begon

men

spoedig, na zich van de waarde van Manitobaen het

N.W.

gebied overtuigd tehebben,

met

den aanlegvan zijlijnen,waarvanhierondereenlijstvolgt:

Winnipeg

naar

Emerson

66m.

Pembina

Mountainen Deloraine 202,,

Zuidwestelijke lijn (Winnipeg

Nesbitt) 138

Souristak (Brandon

Estevan) 125

Brandon en Morristak 265,,

Wood

Mountainen Qu'Appelle, inaanleg 17

Stonewall Section ... 20

(20)

16

West

Selkirk 23 m.

Manitoba en

N.W.

(Winnipeg

Yorkton) met zijlijnen 306

Groote

N.W.

Centraalweg 50

Winnipeg

en

Hudson Bay

... 40 .,

Qu'Appelle,

Long

Lake, Saskatchewan (abRegina) 250

N.W.

kool en scheepvaart spoorweg. (Calgary, Lethbridge na

de hieraanwezige kolengroeven) 109

McLeod

over Calgary naar

Edmonton

242 ColumbiaenKootenay

Bay

(Brit. Columbia) 28

,,

Chuswap

en

Okanagan

spoor do. 51 .,

Een

korterelijn van Montréalnaar St. John.

Van

deze zijlijnen waaronder zich 4 transcontinentale bevinden, loopen alleen 12 in Winnipeg, dehoofdstad van Manitoba ende zetel der provinciale regeering, tezamen, terwijl eene andere in aanleg is en voor 2 andere deplannenuitgewerkt zijn.

Naar Winnipeg

zelfs overgaand, kan

men

zich niet weerhouden zijnebewonderinguit te drukkenoverde snelheid,

met

welke diestadis

voornitgegaan.

Van

een bandelstation der

Hudson

bay. Maatschappij

met

ongev. 27 huizen in het jaar 1870aangelegd was zij reeds na 10 jaren tôteenestadvan 6,500 inw. aangegroeid,welk getal in 1892, tôt 30,000

geklommen

was. Terwijl het in 1880 in het geheel 65 handelshuizen aan te wijzenhad, vinden wij er heden reeds 400

met

eeneomzetin 1880 van $2,000,000en 1892 $40,000,000 respectivelijk.

De

ligging derstad isvoor de ontwikkeling van hare handel zeer gunstig. In hetmiddenpunt vande graanhandel van Manitobagelegen, de toegangspoortvan het granenvee-en delfstoffenrijke

N.W.

gebied vormende,

waarmede

het reeds

nu

door een uitgebreid spoorwegnet in verbinding staat, is het reeds heden de stapelplaats voor de vele producten der genoemde streken geworden. Tevens is het goed van nijverheidsinrichtingen voorzien.

Er

waren in 1891 reeds 165 eene vermeerdering van 125°/ tegen 1881.

Het

getal geemploijeerden bedroeg 4,000 dewaarde der werktuigenenz. $2,000,000.

Wat

het uiterlijk aanzien betreft,

men

vindt er breede fraaije straten, grootewinkels en handelskantoren, fraaijeparticulière woningen en smaakvolle regeerings en spoorweggebouwen.

Gas

en electriek licht zijn tôtverlichting van straten en huizen aangewend, paarden en electrischetrams verbinden de stad

met

hare voorsteden, kortom, aile de geriefelijkheden vaneenemodernestad zijndaarvoorhanden.

Eenetwee stadvande nieuwste oorsprongisBrandon,na

Winnipeg

de tweede in

omvang

in Manitoba. Zij bestaat eerst sedert 1881 en heeft

nu

reeds5,400 inwoners. Hareliggingaan het Assiniboinemeer

iszeer schoon en voor de haarnoordelijk tôtMinnedosa en Zuidelijk tôt aan de Turtle Mountains uitstrekkende graanhandel, zeer gunstig.

De

plaatsheeft

nu

9 graanpakhuizen

met

elevateuren en had in 1891, 266, handelshuizen tegen 149 in 1886.

Eenige andere stedenvansnellegroei zijn Portagela Prairiedat in 18S1nognietbestond,

nu

ongev..4000inwoners,en

Emerson

inManitoba;

alsook Regina, de hoofdstad van het gebied en

Moose

Jaw, beiden in Asskriboia, verdessCalgary,

Edmonton

in Alberta en Prince Albert in Saskatchewan.

(21)

17

Ontario ten westen van Manitoba ten oosten van Québec en ten zuiden vande Vereenigde Statenwat klimaatbetreft zeergunstig gelegen aan de

Noord

Amerikaansche binnenwateren is 222,000 eng. mijlen groot en had in 1891 eene bevolking van 2,114,475 inwoners.

De

hoofdstad is Toronto

met

eene bevolking in 1891 van 181,220 zielen.

Het

klimaat isgelijkaan ditderoverige provrnciëu.

'De

landbouw is het hoofdbedrijf van Ontario.

Van

ongeveer 31,000,000 akkers opgemeten land zijn reeds 22,000,000 gegund waarvan in 1890 7,912,297 akkersonderkultuur waren.

De bodem

is zeer vruchtbaar en brengt aile soorten van granen groenten en ooft voort.

De

oogsten van tarwe,gerst,haver warenin doorsnede van 10 jarengenomen, 20, 26 en 35 bushels per akker.

Ook

deooftteelt wordt hier op uitgebreide schaal gedreven. Appeltuinen zijn er zeer talrijk.

Eene verdereaanzienlijke bronvan inkomstenzijnde melkerijproducten.

Inhetjaar 1890 waren erin deprovincie517 kaasen 37 boterfabriekeri, waarvan de eerstgenoemde voor $7,189,957 aan kaas opbragten.

Delfstoffen zijn ook in groote hoeveelheden voorhanden, zoo als reeds onder het hoofdvan houten delfstoffenaangemerkt is.

Vrije haardsteden worden in het oosten tuschen de Ottawarivier en Georgian bay gegund. Zeder hoofd vaneen gezinkan gindsch200 akkers en ieder mannelijk persoon die boven de 18 jaren oud is 100 akkersboschgrondgratis

bekomen

onder de volgende voorwaarden: 15 vande 100 akkersmoeten binnende 5 jaren

bebouwd

en een woonhuis van minstens 15 voet breed en 50 voet lang opgericht zijn. Verders moet de kolonistminstenszes

maanden

in hetjaarop zijngoed wonen.

De

eigendomsbewijzen worden na verloop van 5 jaren afgeleverd.

Ongerooid land kan ook tegen de prijzen van |

10 dollars (f.1.25

f.25) per akker gekocht worden; gerooid land en eenigzins ingerichte hoeven

met

gebouwen tegen 20

50 dollars (f50

f.125) per akker.

De

koopprijs kan meestal in veeljarige termijnenmet interest afgelost worden.

ai>

(22)

18

De

Ottawa vallei, die doorsneden wordt door de Ottawarivier die de grens vormt tusschen Ontario en Québec, en in de St.

Laurensrivier uitvloeit, is zeer vruchtbaar en aan deuitmondingzeer rijk aan hout.

Er

zijn ongeveer 1,300,000 akkers land opgemeten die tegen 30 cents

=

f. o. 75 per akker worden verkocht.

Aan

de uitvloeing ligt de hoofdstad van Canada, Ottawa inOntario (44,154 inw.). Zij is

het middelpunt van de Canadesche houthandel en der houtindustrie, en voornamelijk die der Ottawarivier. Talrijkedoor waterkraeht gedreven zaagmolens liggen boven aande rivier, die hare producten naar Ottawa vervoeren.

Er

wordt tevens hout in reusachtige vlottennaar de stad verzonden.

De

productie alleen aan timmer- hout in het Ottawadistrict was in 1892 428,000,000 voet, die van Ontario en

Québec

tezamen

genomen

in het jaar 1890 ver over

1,000,000,000voet.

De

Ottawarivier is zeer rijk aan visch en vooral zijn daar forellen en palîng in groote hoeveelheden aanwezig.

De

eerste vinden op de zuidelijke markten tegen hooge prijzen een gereede aftrek.

Er

werden in het jaar 1891, 301,875ïb.gevangen terwaarde van $30,187'50.

Aan

paling bedroeg de vangst 398,330 ït>. ter waarde van $23,900.

De

gezamelijke vangst in hetOttawadistrict bereikteeene waarde van

$150,230terwaarde vanf. 375,575.

(23)

19

De

Ottawa Vallei verdient nogeene bizondere vermeldingwijl het denkolonist aile voordeelen tôt vooruitgang aanbiedt en tevens tegen geringekosten vandehavensvaninschepingtebereikenis.

De

kolonist doet welzich bij zijn aankomst naar het Westen te wenden. In de groote havensteden kan hij niet blijven, wijl hij daarmoeijelijk werk kanvinden en het leven daarzeer dnuris.

De

meeste lieden dieklaag- brieven aan

hunne

bloedverwanten in Holland schrijven zijn juist dezulke die na aankomst de handenin de schoot leggenen denkendat daarzij

un

in Àmerika ziju, de verdiensten van zelf komen. Dit is volstrektverkeerd. Degenedieinplaatsenzooals

New

York, Baltimore, Québecenz.werkvindt,doet natuurlijkbeterdaarte blijven, aileanderen worden daarentegen aangeradenommiddelijk naar het Westen voort te reizenen zulke plaatsenop tezoeken, waarzij zekerzijnbezigheidtegen hoog loon te vinden. Zulk eene streek is de OttawaVallei, daaris steeds geregeldaanvraagvoor werkslieden en zijn deloonen daargelijk aan dievan deoverige provinciën.

Lieden

met

kapitaal

kunnen

gindsch

bebouwde

landhoeven tegen matigeprijzen verkrijgen, erzijntevensvrijehaardsteden opvorschillende plaatsen terbeschikking.

uûm. De

Provin-

cie

Québec

met hoofd

stad van

de z e1fde

naam(7009G

inw.) heeft eeneop-

pervlakte van

5228,900

Eng

mij- len en hadin 1891eene bevolking van 1,488,535 inw. zijbezitde grootste, en wat liandel en zeevaart betreft de aanzienlijkste van Canada.

Het

is

Montréal (216,650 inw.) aan de zamenvloeijing der Ottawa en van de Sb. Lorenzrivier.

Er

bestaan tusschen deze stad en Europa 11 geregelde stoom- bootlijnen van welke 9 op Engelsche havens, 1

op

Hamburg,

en 1 op Antwerpen.

De bodem

van Québec is over het algemeen vruchtbaar. Granen graschcn, wortelgewassen, Ooft, (applen, pruimen voor den uitvoer gekweekt.)en ander ooftdatingematigde luclitstrekengroeit,indaarin overvloed en van de beste kwaliteit. In de zuidelijke streken der provincie is mais een hoofdproduct.

Ôok

wordfc de veeteelt ersterk gedroven waartoe de uitmuntendeweilanden inOost Québec ennoorde-

(24)
(25)

si

"g

s"

i

ili

fc> 5-8«

g « lit

g

.3

S

«?.

^ ^ *

*

t—O^

*o

<J .2

m

I g-Sg

3

§ s• s•

- -g a «

g "oogrg!

g % »« S

< _,

^

. .""

2 ej eooso

Jojsou

m"o ctSo•-

S

**•-§>

1 S!il

«£< ots.„•£«

gO OH 5

SB*-

•S§

2 8

9

|C1

(26)

22

lijk van deOttawarivier bizonder geschiktzijn. Boter en kaas worden van de beste kwaliteit bereid.

Er

waren in 1891, meer dan 670 kaas- makerijen in de provincie.

Van

delfstoffen is Québec eveneens goed voorzien. Kopeierts vindt

men

indeoostelijke streken, ijzererts bijna overal.

Van

laatstgenoemd werdt in 1891 21,305 tonuitgevoerd, van het eerstewerdt in 1891, voor $398,500uitgevoerd.

De

winterisin Québec koud, dezomerzoo

warm

als in Frankrijk.

Over destrengte dereerstebestaan demeest overdreven berichten. J)e volgendeopgaven spreken die het best tegen.

De

gemiddelde temper- aturen in dezomervoorMontréal en Québeczijn 15° R. resp. 14° R. in

winter—

6§° R. resp. 7° R.

Wai

verkrijgingvan land betreft, zijn reeds uitgestrekte meijerijen indeoostelijkestreken der provincievoor$20

30perakker,Woonliui*,

stallen»en heiningenmedegerekend, tebekomen. Verders zijn 6,000,000 akkera regeeringsland opgemeten, dat van 20-60 cent, per akker te verkrijgenis.

Het

vijfde deel der

koopsom

moet opden dag der koop betaald worden, do rest in vier gelijke jaailijksche termijnen

met

6°/

interest.

De

kooper isverpligtzes

maanden

naaffcluiting van den koop

zijnland in bezitte

nemen

en twee jaren lang daarop tewonen. Binnen tien jaren moet er van iedere honderd akkers tien rooijen en een woonhuis van minstens 16 voet breed en 20 voet lang bouwen.

Het

bewijsvan eigendom wordtkosteloos afgeleverd.

De

nijverheid der oostelijke districten is van aanmerkelîjke beteekenis, en is voortdurend aan het toenemen.

De

waterkraclit is volstrekt onuitputteiijk, en de aanvraag ter plaatse alleen, die van het buitenlandonvermeld latende,isvoldoende tôt onderboud vaneen groot aantal molensen fabrieken, waarin landbouwgereedschappen en machi- nerïen, kleêren en andere artikelen vervaardigd worden. Geld kan gereedelijktegen goedeinterestengarantiebelegd worden.

De eerste omdelving in de Weide,

(27)

23

Er

heeft zich hier onlangs eene kolonie van Hollanders gevormd.

Den Heep

J.

Vekemann

te

Sherbrooke, provincie Quebee

heeft vriendelijk aangeboden zijne landslieden die voornemens zijn dit district als

hun

toekomstigverblijfte kiezen,aile inlichtingen desoetref- fende teverschaffen en

hun

metraad en daad behulpzaam te zijn.

Men neme

inaanmerking dat

men

langs

New York

in 12 uren en langs Québecin 8 uren te Sherbrooke komt.

PRINCE EDWARD ISLAND.

(Prince Edward Eiland.)

De

meestelanderijen dezer provincie zijnreeds

opgenomen

; erzijn echter hoeven diereeds in eene betere toestandverkeeren, en die voor 20 dollars(50 gulden) per akkerte

bekomen

zijn.

Dezeeilauden leverenuitmuntendegraanoogstenenzijnvoornamelijk wegensdealdaar groeiende goede haver bekend. Paarden en rundvee

zijnin groote kudden aanwezig, en de uitvoer derzelve naar Engeland levert eene aanzienlijke bron van bestaan voor de bevolking.

De

visscherij en de scheepsbouw worden insgelijks op een groote schaal gedreven.

NEW BRUNSWICK (Nieuw Brunswijk).

Nieuw

Brunswijkgrenst aan deprovincie'n N.Schotland enQuébec eninhetZuiden aan destaatMaine, eene der Vereenigde Staten,hetis

grooter dan Holland en België te

zamen

en telde in 1831, 320,000 inwoners.

De bodem

isvruchtbaar, enaile soorten vanfruit diegewoonlijk in

Hollandgroeien, worden ookin

Nieuw

Brunswijk gevonden; voorname-

lijkappelen, peren,pruimen,kersen, aalbessen,krnisbessenenaardbeziën.

De

aardappelen dieovervloediggroeien, overtreflen aile soortendie

men

in

Amerika

aantreft. Ailegraansoorten gedijen voortrefFelijk.

Haardsteden van 100akkers wordentegenbetalingvan

$20

oftegen aflossingvan

$10

aan arbeid per jaar voor een tijdruimtevan 3 jaren gegund. Binnen twee jaren moet eenwoonhuis gebouwd, na drie jaren moeten 10 akkers land

bebouwd

zijn en aangewezen worden dat de eigenaarop zijneigendom woont.

De

visscherij is nade

landbouw

en de houthandel eene der meest winstgevendetakken van nijverheid en werpt jaarlijks 2|

3J millioen

dollarsaf.

Er

zijnnogvele maagdelijke

wouden

ener isnauwlijkseen tiendegedeelte vanhetland gezooidofin aanbouw.

NOYA SCOTIA (Nieuw Schotland).

Van

ongeveer 4,000,000 akkers ongegunde landerijen zijnnagenoeg 1J millioen, die meerendeels in vakken van

5,000—10,000

akkers tezamenliggen voor de landbouw geschikt enworden tegen

$44

per 100 akkersverstrekt. Dieprijsgeldt ook voorminderals 100akkersterwijl voor iedere akker daarboven een extra44cents moetbetaald worden.

Men

behaalt aanzienlijke oogsten in tarwe en wortelgewassen.

Er

wordentevens groote parti]en voortreffelijke appelen uitgevoerd,welke

om

hare betere kwaliteit op de Engelsche markten 1, 2 tôt 5shillings per vatmeer opbrengen dan die uit deVereenigde Staten.

De

opbrengst der visscherijeniszeer aanzienlijk. In het bizonder die vanstokvisch, makarecl,schelvisch,haringen kreeften.

(28)

24

Dezeprovincieistevensvermaardvoor haredelfstoffeD,hoofdzakelijk bestaande uitkolen, ijzeren goud. Kolenmijnen wordeninCapeBreton en Picton alsook in Cuml>erland op groote schaal ontgind.

Eene

aanzienlijkehoeveelheid hiervan dientvoor binnenlandsch verbruik; de voornaamste uitvoer is naar de Vereenigde Staten. Kostbare lagen uitmûntend ijzererts worden ook inverschillende deelen der provincie gevonden.

BRITSCH COLUMBIA.

Britsch Columbiaisdewestelijkste aandengrooteoceaangrenzende provincie vanCanada. Zij iszeer bergachtig, daarzij vantwee reusach- tigebergketenen doorsneden wordt endezezijn in het oosten de

Rocky

Mountains eninhet westen het Cascade gebergte langsdekust. Hare van talrijke baaijen doorsneden kust strekt zich 500 mijlen ver inde

stille zeeuit envormt de voorhoede van een aantal groote eilanden en eilandengroepen.

De

grootsteonder eerstgenoemdeisVancouverongeveer 300 mijlen lang en gemiddeld 50 mijlen breed, met eene oppervlakte van ongeveer 20,000 eng. mijlen.

De

gansche provincie is 383,300 eng. mijlen groot en had in 1881 49,460 inwoners, welk getal in 1891 bijnatôt 100,000 steeg, zichaldus in 10jarenverdubbelde.

De

hoofdstadvan BritschColumbia isdebaven vanVictoria in het zuidenvan het Vancouvereiland gelegen.

Haar

zielental is van 5,985 in 1881 tôt 23,150 in 1891 gestegen, en heeft even als Vancouver en

Nieuw

Westminster eene groote toekomst voor zich. Laatstgenoemde 8teden liggen aan het vaste land en wel Westminster (1881, 1,500;

1892, ongev. 10,000 inw.) aan de

mond

der Fraserrivier; Vancouver

met

eerstgenoemde door een electrische tram verbonden, eenigzinsnoord- westelijk gelegen. Dezelaatste stad, het eindstation der Canad. Pacif.

Spoorweg, is feitelijk gedurende de laatste 5

6 jaren

opgebouwd

geworden. In 1886 was hare bevolking 600, in 1892 reeds bijna 17,000.

Van

daar vertrekken de prachtige booten der Canad. Pacif.

Spoorw. Maatschappij naar Japan en China

met

Europesche handels- waren uit Liverpool (Engeland) daarheen. Deze

weg

is aanmerkelijk korter als die door het Suezkanaal of ook die via

New York —

San

Francisco.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- Wie eens eenen blik in dat geheel mogt werpen, en den algemeenen geest van zijnen leeftijd trachten te doorgronden, kan moeijelijker bij eene enkele verschijning blijven stilstaan,

Idonea dacht aen hare kinderjaren toen zy van hare moeder geliefkoosd werd, en voelde in haer hart de stem weergalmen, waermede deze zoo treffend de balladen opzong; in

tracht hem te overreden de revolutionaire heftigheid van zijn boek te temperen, omdat zijn uitgever hem dan een hooger honorarium wil toestaan; maar de jongen wil dat niet, vergeet

Nu trilt mijn schaduw langs de grauwe wanden, Nu sjirpt de heesche nacht daar in den hoogen, Waar 't grimmelt aan des helschen hemels randen Van wie daar fladdrend kleven aan

Deze plaats (vs. 2529-2553) te lang hier mede uit te schrijven, geeft ook een breede schildering van een geheel opgetuigd paard. Vergelijk verder over paardentuig Carel ende Elegast

Het Hernhutsche nachtegaaltje in eene vrolyke luim... Het Hernhutsche nachtegaaltje in eene

André was opgetogen over dien avond, niet om de pret, noch om den bijval aan zijn gelegenheidsstuk ten deel gevallen, maar omdat hij Betsy ontmoet had, daar Betsy de harten van

Maria had noodig zich de mislukte omarming van zoo even te herinneren, om thans haren Gabriël niet inderdaad voor den profetischen hemelbode aan te zien; zij verstond wel geen woord